Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
beschikking uithuisplaatsing
in de zaak van
de gecertificeerde instelling LEGER DES HEILS,
[minderjarige 1], geboren op [2005] te [geboorteplaats],
,
[belanghebbende 1],
[belanghebbende 2],
Het procesverloop
De feiten
Het verzoek
Het standpunt van belanghebbenden
De beoordeling
geen sprake van een stabiele thuissituatie, waardoor er sprake is van een sociaal-emotionele ontwikkelingsbedreiging. Daarnaast is er sprake van
schoolverzuimbij [minderjarige 1], [minderjarige 2] en [minderjarige 3] waardoor er tevens een cognitieve ontwikkelingsbedreiging is. [minderjarige 4] is nog niet leerplichtig, maar er is weinig zicht op haar ontwikkeling aangezien de moeder de afspraken met het consultatiebureau niet nakwam.
De hulpverlening vanuit AnaCare bij de moeder is stopgezet wegens dreigementen vanuit de moeder. Er is geen zicht op de veiligheid en voldoening aan basale levensbehoeften van de kinderen. Er is in december 2017 een schriftelijke aanwijzing naar de moeder verzonden welke 3 januari 2018 retour werd gezonden. Wegens langdurige uitval door ziekte is onderhavige zaak pas eind januari 2018 waargenomen door een andere jeugdbeschermer. In mei is wederom een schriftelijke aanwijzing naar de moeder verstuurd. Ze is in de gelegenheid gesteld hierop te reageren. De schriftelijke aanwijzing is afgelopen dinsdag van kracht gegaan. Gelet op het voorgaande is de verlenging van de ondertoezichtstelling van belang. De gehele gang van zaken verdient geen schoonheidsprijs en het is dan ook begrijpelijk dat dit de vader frustreert. (…)
- De kinderen komen in de weken dat ze bij hun moeder zijn (de kinderen waren tot voor kort week om week bij een van hun ouders) wel eens een paar minuten te laat waarbij de oudste van de kinderen moet zorgen dat alle kinderen in de klas zitten. In de weken bij hun moeder hebben de kinderen meerdere dagen per week dezelfde vieze/kapotte kleding aan en geen eten op / bij zich als ze op school komen;
- De school heeft bij alle kinderen hoofdluis geconstateerd. De vader is hierover met school in gesprek en zorgt dat de kinderen bij hem thuis behandeld worden en dat zij hun haren op school vast hebben zitten. Hoe dit bij de moeder zit daar heeft noch de GI noch de school zicht op;
- Logopedie en school: de leerachterstand van [minderjarige 2] en [minderjarige 3] vraagt van ouders dat opdrachten en huiswerk consequent met beide kinderen wordt gemaakt om de achterstand niet groter te laten worden. Bij de vader is hier zicht op maar bij de moeder niet. De moeder is ook niet alle afspraken die voor [minderjarige 2] van groot belang zijn bij de logopedie nagekomen;
- De vader heeft de betrokken hulpverlening met bijbehorende trajecten positief afgesloten maar de moeder houdt alle hulpverlening van Anacare en de GI af. De moeder is ook niet aanwezig tijdens de overleggen die vanuit het veiligheidshuis voor het gezin gepland worden terwijl de vader bij iedere afspraak aanwezig is geweest;
- Anders dan bij de moeder waar ieder zicht op de kinderen in haar thuissituatie ontbreekt, is bij de vader door zijn medewerking meer zicht op zijn verzorging van de kinderen gekomen. Er wordt gesproken over de ontwikkeling en het welzijn van de kinderen. Hij hanteert vaste structuur en huisregels waardoor de kinderen weten waar ze aan toe zijn. Hij heeft het maken van huiswerk hierin gepland en zorgt voor ontspanning voor de kinderen. daarbij worden de kinderen gestimuleerd in hun kunnen en krachten die passend zijn bij hun leeftijd.
De beslissing
,
's-Hertogenbosch