ECLI:NL:RBLIM:2019:3638

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
18 april 2019
Publicatiedatum
18 april 2019
Zaaknummer
03/073290-18
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gevangenisstraf voor het aanbieden, doorvoeren, verwerven en het in bezit hebben van (extreme vormen van) kinderporno

Op 18 april 2019 heeft de Rechtbank Limburg in Roermond uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren op 31 januari 1986, die beschuldigd werd van het opzettelijk verwerven, in bezit hebben en zich toegang verschaffen tot kinderporno. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 4 april 2019, waarbij de verdachte en zijn advocaat aanwezig waren. De tenlastelegging omvatte meerdere feiten van kinderporno, waarbij de verdachte in de periode van 20 februari 2015 tot en met 27 september 2017 meermalen afbeeldingen en video's heeft aangeboden, doorgevoerd en verworven. De rechtbank oordeelde dat het bewijs voor het verspreiden van kinderporno onvoldoende was, maar dat het bezit en de verwerving van kinderporno wettig en overtuigend bewezen waren. De verdachte had een aanzienlijke hoeveelheid kinderporno op harde schijven en USB-sticks opgeslagen.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte strafbaar was, ondanks een rapport van een psychologe die een autisme spectrum stoornis vaststelde. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, en stelde bijzondere voorwaarden aan de voorwaardelijke straf, waaronder het voortzetten van een behandeltraject. De rechtbank vond het belangrijk dat de verdachte zich bewust werd van de ernst van zijn daden en de gevolgen daarvan voor de slachtoffers. De uitspraak is gedaan op basis van de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 57 en 240b van het Wetboek van Strafrecht.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer: 03.073290.18
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 18 april 2019
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te Zwolle op 31 januari 1986,
wonende te [adresgegevens verdachte] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. K.P.E. van Tulden, advocaat, kantoorhoudende te Roermond.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 4 april 2019. De verdachte en zijn raadsvrouw zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte opzettelijk kinderporno heeft verworven, in bezit heeft gehad en/of zich toegang tot kinderporno heeft verschaft.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het oordeel van de rechtbank [1]
Evenals de officier van justitie en de verdediging, acht de rechtbank het aanbieden, doorvoeren, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk de toegang tot kinderporno verschaffen wettig en overtuigend bewezen gelet op:
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting en in het voorbereidend onderzoek [2] ;
- het proces-verbaal van verdenking [3] ;
- het proces-verbaal onderzoek gegevensdrager [4] ;
- het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal met bijlage I en II [5] ;
Anders dan de officier van justitie acht de rechtbank het verspreiden van kinderporno niet wettig en overtuigend bewezen.
Daartoe overweegt zij in het bijzonder als volgt.
Het enige bewijs voor het verspreiden van kinderporno is de verklaring van verdachte zelf ter zitting. Verdachte is pas ter zitting met het verhaal gekomen dat hij kinderporno heeft verspreid, omdat hij door “vrienden” onder druk werd gezet en omdat hij er geld mee kon verdienen. Verdachte heeft geen namen willen noemen, wat zijn verhaal moeilijk maakt om te controleren. Daarnaast acht de rechtbank de verklaring, dat hij met het downloaden en verspreiden van de kinderporno tienduizenden euro’s zou hebben verdiend ongeloofwaardig. Verdachte kon desgevraagd ter zitting niet goed aangeven waaraan hij dit aanzienlijke geldbedrag zou hebben uitgegeven. Verdachte had ook in die tijd schulden en leefde op bescheiden voet. Er is verder geen enkel aanknopingspunt dat de stelling van verdachte dat hij kinderporno verspreidde om financiële redenen ondersteunt. De rechtbank gaat dan ook uit van de eerdere verklaring die verdachte bij de politie heeft afgelegd, namelijk dat hij één keer voor een zekere [naam persoon] kinderporno op een usb-stick heeft gezet en zo kinderporno heeft aangeboden en doorgevoerd. Voor het verspreiden van kinderporno ziet de rechtbank dus onvoldoende bewijs.
3.2
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
in de periode van 20 februari 2015 tot en met 27 september 2017 in de gemeente Roermond, meermalen afbeeldingen, te weten foto’s en video's en gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten (externe) harde schijven en USB sticks van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft aangeboden, doorgevoerd, verworven, in bezit gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven – bestonden uit:
het met een penis, dildo, vinger(s) en tong oraal, vaginaal en anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het met een penis oraal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het met een hand, vingers en mond betasten en aanraken van het geslachtsdeel en de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het met een hand, mond en tong betasten en aanraken van het geslachtsdeel en de billen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt
en
het door een dier vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt in de mond nemen, betasten en aanraken van het geslachtsdeel van een dier
en
het geheel naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon poseert in een omgeving en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en door het camerastandpunt, nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel in beeld gebracht wordt waarbij de afbeelding aldus telkens een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
en
het ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het houden van een stijve penis bij het gezicht en lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt waarbij op dat lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert het volgende strafbare feit op:
meermalen een afbeelding en gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achtttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken aanbieden, doorvoeren, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De psychologe H.E.W. Koomstra heeft over de geestvermogens van de verdachte op 5 december 2018 een rapport uitgebracht. Zij heeft vastgesteld dat verdachte lijdt aan een autisme spectrum stoornis, maar zij adviseert niet tot enige vermindering van de toerekenbaarheid. De rechtbank komt op basis van de in het rapport vervatte bevindingen tot de conclusie dat bij de verdachte geen sprake is van een omstandigheid die zijn strafbaarheid geheel of ten dele uitsluit.
De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf en/of de maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft op grond van hetgeen hij bewezen heeft geacht gevorderd aan de verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. De officier van justitie heeft ter onderbouwing van zijn vordering aangevoerd dat de hoeveelheid aangetroffen kinderporno, de aard van die kinderporno en de lange pleegperiode maken dat enkel gevangenisstraf passend is.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit aan de verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf in combinatie met een taakstraf op te leggen. De raadsvrouw heeft tevens verzocht om gelet op het reclasseringsadvies en de persoonlijke omstandigheden van verdachte, een heel korte onvoorwaardelijke gevangenisstraf, gelijk aan de duur van het voorarrest, op te leggen. De raadsvrouw heeft verzocht om geen bijzondere voorwaarden op te leggen, nu dit volgens de behandelaars en de reclassering niet zinvol wordt geacht.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De verdachte heeft zich over een periode van 2,5 jaar meerdere malen per week schuldig gemaakt aan het opzoeken, bekijken en bewaren van kinderporno. Daarnaast heeft verdachte kinderporno op een usb-stick gezet en deze aan een vriend gegeven. Bij verdachte zijn ongeveer 48.000 afbeeldingen en 1.100 filmpjes met kinder- en kinder/dierenporno aangetroffen.
De rechtbank acht dit een zeer ernstig feit. Bij vervaardiging van kinderporno worden kinderen seksueel misbruikt en geëxploiteerd. Het is algemeen bekend dat kinderen daarvan ernstige psychische (en lichamelijke) schade kunnen ondervinden. Niet alleen vanwege het misbruik, maar ook omdat de afbeeldingen nog jarenlang op het internet kunnen circuleren. Verdachte is medeverantwoordelijk voor het seksueel misbruik van kinderen omdat hij, door kinderporno te verzamelen, heeft bijgedragen aan de instandhouding van de vraag ernaar. Voor een effectieve bestrijding van kinderporno is het noodzakelijk om niet alleen degenen aan te pakken die de kinderporno vervaardigen, maar ook degenen die de kinderporno verzamelen. De rechtbank vraagt zich af of verdachte zich bewust is geweest van de verwerpelijke rol die hij heeft gespeeld in het kader van vraag en aanbod. Bij het onderzoek ter terechtzitting is de rechtbank niet overtuigd geraakt van de schuldbewustheid van de verdachte. De verdachte ziet voornamelijk zichzelf als slachtoffer van zijn (misbruik)verleden. Hoewel de verdachte zijn slachtoffers niet persoonlijk kent, kan en mag van hem worden verwacht dat hij – zeker vanwege zijn beweerdelijke verleden - ten minste enig besef heeft van hetgeen hij hen heeft aangedaan. Dit inzicht in de ernst en verwerpelijkheid van zijn gedragingen of berouw heeft de rechtbank bij de verdachte echter niet gezien. Dat de verdachte dus geen verantwoordelijkheid neemt voor zijn daden, rekent de rechtbank hem zeer aan. Ook met zijn (naar het oordeel van de rechtbank) ongeloofwaardige verklaring dat hij kinderporno downloadde en bekeek omdat hij onder druk werd gezet door kennissen en omdat hij er geld mee kon verdienen, legt de verdachte de verantwoordelijkheid voor wat hij heeft gedaan in zekere zin buiten zichzelf. Verdachte heeft geen oprechte openheid van zaken gegeven. De rechtbank neemt, gelet op de lange duur en de hoeveelheid van het downloaden/bezitten van de kinderporno, niet zonder meer aan dat verdachte dit om andere redenen heeft gedaan dan omdat hij dit seksueel opwindend vond.
Uit de omschrijving van de aangetroffen afbeeldingen en films blijkt dat verdachte beschikte over een groot assortiment aan kinderporno, waaronder zeer extreme vormen. De rechtbank doelt op porno waarbij zeer kleine kinderen en baby’s al dan niet in vastgebonden of in een machteloze toestand door volwassen mannen worden gepenetreerd en porno waarbij kinderen seksuele handelingen verrichten met dieren en andersom. Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat verdachte op een geraffineerde en berekende manier te werk is gegaan door gebruik te maken van een Tor-netwerk. Het is uitsluitend aan een gedegen technisch onderzoek te danken dat deze verdachte is opgespoord en wordt berecht.
De extreme vormen van kinderporno die bij verdachte zijn aangetroffen, maken dat de rechtbank zal afwijken van de oriëntatiepunten voor de bestraffing van kinderporno. Deze oriëntatiepunten zijn namelijk niet tot stand gekomen om een richtsnoer te bieden voor de bestraffing van deze vormen van kinderporno. De rechtbank acht vanwege de aard van deze afschuwelijke en misselijkmakende afbeeldingen geen andere straf passend dan een onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
De rechtbank zal bij het bepalen van de duur van de straf rekening houden met de lange pleegperiode en de grote hoeveelheid aan kinderporno. De omstandigheid dat verdachte niet eerder is veroordeeld legt onder die omstandigheden geen gewicht in de schaal.
De rechtbank denkt niet dat de verdachte de ernst van zijn handelen inziet en acht het daarom van belang dat de op te leggen straf een voldoende afschrikkende werking heeft om te voorkomen dat de verdachte in de toekomst opnieuw kinderporno zal verwerven. De rechtbank hoopt dit te bereiken door een deel van de straf voorwaardelijk op te leggen met een proeftijd van 3 jaren. De reclassering heeft in haar advies van 29 maart 2019 geadviseerd om aan verdachte geen bijzondere voorwaarden op te leggen, omdat verdachte passende hulpverlening rond zichzelf heeft georganiseerd en hij gemotiveerd is. De rechtbank acht het van belang dat verdachte dit traject doorzet en wil dit niet laten afhangen van de motivatie van verdachte, die in de toekomst mogelijk weg zou kunnen vallen. De rechtbank zal dan ook een bijzondere voorwaarde opleggen waar verdachte zich tijdens de proeftijd, naast de algemene voorwaarden, aan moet houden. De bijzondere voorwaarde die de rechtbank stelt is dat de verdachte het ingezette behandeltraject bij FPP De Horst en PSYTREC zal voortzetten, zo lang en frequent als en op een wijze waarop de reclassering dit noodzakelijk acht. In dat kader is de verdachte in ieder geval verplicht mee te werken aan delict analyse en traumabehandeling. De reclassering zal toezicht houden op de naleving daarvan.
Alles overwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren, passend en geboden. Daarbij zal de rechtbank de zojuist beschreven bijzondere voorwaarde opleggen. Anders dan de officier van justitie acht de rechtbank het verspreiden van kinderporno niet bewezen. Om die reden zal de rechtbank een lagere straf opleggen dan door de officier van justitie is aangevoerd.

7.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 57 en 240b van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

8.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.2 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte voor het feit tot een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren;
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
  • bepaalt dat het voorwaardelijke gedeelte van de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd:
  • zich heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit of
  • ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de Identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of
  • geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- stelt voorts de volgende bijzondere voorwaarde, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
a. het voorzetten van het behandeltraject bij FPP De Horst en PSYTREC, of een vergelijkbare instelling, waaronder het meewerken aan delict analyse en traumabehandeling, zo lang en frequent als en op de wijze waarop de reclassering dit nodig acht;
- geeft de reclassering opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.M. Nollen voorzitter, mr. drs. E.C.M. Hurkens en mr. M. Driever rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.F. Stuurman griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 18 april 2019.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
hij in of omstreeks de periode van 20 februari 2015 tot en met 27
september 2017 in de gemeente Roermond, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
telkens
afbeeldingen, te weten foto's en/of films/video's, en/of gegevensdragers,
bevattende afbeeldingen, te weten (externe) harde schijven en/of USB
sticks
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van
achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is
betrokken,
heeft verspreid, aangeboden, openlijk tentoongesteld, vervaardigd,
ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd, verworven, in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met
gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of dildo en/of vinger(s) en/of tong oraal,
vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een penis oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het
lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de
leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(foto 1 op blz 179, foto 3 op blz 179, foto 4 op blz 179, foto 9 op blz 180,
foto 10 op blz 180, foto 11 op blz 181, virtuele foto 1 op blz 182, virtuele
foto 3 op blz 182, virtuele foto 4 op blz 182, video 1 op blz 183, video 2
op blz 183-184, video 3 op blz 184)
en/of
het met de/een hand en/of vingers en/of mond betasten en/of aanraken
van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een hand en/of mond en/of tong betasten en/of aanraken
van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon
door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt
(foto 2 op blz 179, foto 7 op blz 180, foto 8 op blz 180, virtuele foto 2 op
blz 182)
en/of
het door een dier oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het
lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet
had bereikt
en/of
het door een dier likken, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel
en/of de billen en/of borsten van een persoon die kennelijk de
leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt likken en/of in de mond nemen en/of betasten en/of aanraken
van het geslachtsdeel van een dier
(foto 5 op blz 179, foto 13 op blz 181, foto 15 op blz 181)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon
die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze
persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving
en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een
wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze
persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende
afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of
(waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de
wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de
foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten
en/of billen in beeld gebracht worden
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele
strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(foto 6 op blz 180, foto 12 op blz 181, foto 14 op blz 181)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam
van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt waarbij op dat lichaam een op sperma gelijkende substantie
zichtbaar is
(virtuele foto 5 op blz 183)
(art. 240b lid 1 Wetboek van Strafrecht)

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie eenheid Limburg, dienst regionale recherche, team bestrijding kinderporno & kindersekstoerisme, proces-verbaalnummer PL2300-2017138007, gesloten d.d. 27 maart 2018, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 263.
2.Proces-verbaal van de verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 4 april 2019 en proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 22 februari 2018, p. 88-94 en p. 149-154.
3.Proces-verbaal van verdenking d.d. 18 augustus 2017 p. 11-16.
4.Proces-verbaal d.d. 7 februari 2018 p. 195-202.
5.Proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal d.d. 10 januari 2018 p. 175-191.