Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[verzoeker sub 1] en
[verzoekster sub 2],
[verzoeker sub 3], en
[verzoekster sub 4],
Rechtbank Limburg
Op 24 december 2019 heeft de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in een civiele zaak betreffende een verzoek van vier verzoekers die compensatie vorderen van luchtvaartmaatschappij TUIfly vanwege een vertraagde vlucht. De vlucht X32185 van Tenerife naar Keulen, gepland op 15 februari 2018, was met meer dan drie uur vertraagd. De verzoekers hebben TUIfly herhaaldelijk aangeschreven voor compensatie, maar zonder resultaat. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vordering van de verzoekers binnen het toepassingsbereik van de Europese procedure voor geringe vorderingen valt, zoals vastgelegd in Verordening (EG) nr. 861/2007. TUIfly voerde verweer en stelde dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk zware sneeuwval, maar kon dit niet voldoende onderbouwen met bewijsstukken. De kantonrechter oordeelde dat TUIfly niet had aangetoond dat er sprake was van buitengewone omstandigheden en wees de vordering van de verzoekers toe. TUIfly werd veroordeeld tot betaling van € 1.957,00, inclusief wettelijke rente en proceskosten. De beschikking werd in het openbaar uitgesproken door de kantonrechter J.R. Sijmonsma.