ECLI:NL:RBLIM:2019:11325

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
18 december 2019
Publicatiedatum
17 december 2019
Zaaknummer
03/659275-17
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor medeplegen van voorhanden hebben van een groot aantal MDMA tabletten en voorbereidingshandelingen voor de productie van MDMA

Op 18 december 2019 heeft de Rechtbank Limburg in Roermond uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van het voorhanden hebben van een groot aantal MDMA-tabletten, alsook van grondstoffen en voorwerpen voor de productie van MDMA-tabletten. De verdachte werd op 14 augustus 2017 in een woning in Neer aangetroffen, waar een grote hoeveelheid MDMA en amfetamine aanwezig was, evenals een professionele tabletteermachine. De rechtbank oordeelde dat niet bewezen kon worden dat de verdachte zelf MDMA had geproduceerd, maar dat hij wel opzettelijk aanwezig had gehad wat nodig was voor de productie. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 2 jaar en 9 maanden, met aftrek van voorarrest, en beval de opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis. De verdachte werd bijgestaan door mr. M.P.J.C. Heuvelmans, advocaat.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer: 03/659275-17
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 18 december 2019
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1978,
gedetineerd uit andere hoofde in PI Vught, Vosseveld 2 HvB Regulier te Vught.
De verdachte wordt bijgestaan door mr. M.P.J.C. Heuvelmans, advocaat, kantoorhoudende te Venlo.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 4 december 2019. De verdachte en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging, na vordering nadere omschrijving, is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
feit 1: al dan niet samen met een ander of anderen, 35.680 tabletten MDMA heeft geproduceerd danwel opzettelijk aanwezig heeft gehad;
feit 2: al dan niet samen met een ander of anderen, 98.747 kilogram MDMA en/of amfetamine opzettelijk aanwezig heeft gehad;
feit 3: al dan niet samen met anderen voorbereidingshandelingen heeft verricht voor de productie van MDMA en/of amfetamine.

3.De formele voorvragen

Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in zijn vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht de drie ten laste gelegde feiten bewezen, met dien verstande dat de pleegperiode is beperkt tot 14 augustus 2017.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft integrale vrijspraak bepleit. Hij heeft daartoe aangevoerd dat verdachte daar enkel aanwezig was om op te ruimen. Bovendien kan niet worden bewezen dat op 14 augustus 2017 verdovende middelen zijn geproduceerd. De verdachte was slechts op het verkeerde moment op de verkeerde plaats en dit is onvoldoende om (voorwaardelijk) opzet op het aanwezig hebben van goederen die gebruikt kunnen worden voor het produceren van verdovende middelen.
4.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
4.3.1
Bewijsmiddelen
Aantreffen tabletteerruimte
Op 14 augustus 2017 omstreeks 11.06 uur kreeg de politie het verzoek om te gaan naar het adres [adres 1] te Neer, gemeente Leudal, in verband met een melding van [getuige] , die later de bewoner van [adres 2] te Neer bleek te zijn.
Ter plaatse bleek dat de voordeur en alle ramen aan de voor- en zijkant van de woning gesloten waren. Verbalisant [verbalisant 1] was als eerste op voornoemd adres en hoorde zowel aan de voor- als achterzijde van de woning gestommel en stemmen in de woning. [2] Vervolgens kwamen verbalisanten [verbalisant 2] [3] , [verbalisant 3] [4] alsmede [verbalisant 4] en [verbalisant 5] [5] ter plaatse. Het gestommel in de woning bleef door gaan. De personen in de woning kwamen niet op aanroepen van de politie naar buiten en de woning werd omsingeld. [6]
Verbalisant [verbalisant 2] die aan de achterzijde van de woning stond, zag dat aan de achterzijde een raam werd geopend en dat er een persoon in de woning stond. Hij riep tegen die persoon dat hij naar buiten moest komen. Hij zag dat de persoon direct het raam sloot en de verbalisant hoorde vervolgens diverse stemmen in de woning en veel gestommel alsof er personen in paniek waren. Verbalisant [verbalisant 2] zag dat aan de achterzijde op het dak dakpannen werden gelift, dat er personen naar buiten keken en dat er een voorwerp via een dakpan naar buiten werd geduwd. Dit voorwerp schoof via de dakpannen naar beneden en kwam op de grond terecht. Het voorwerp bleek later een mobiele telefoon van het merk Blackberry te betreffen. [7]
Uiteindelijk zag de politie dat de voordeur open ging en dat er drie mannen naar buiten kwamen, de later te noemen verdachten [verdachte] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] . [8]
Tussen het moment dat de eerste politieagenten ter plaatse waren en het naar buiten treden van de personen in de woning zat ongeveer 30 minuten. [9]
Verbalisant [verbalisant 1] zag dat op het T-shirt van de verdachte [verdachte] aan de buikzijde een blauwachtige stof zat. [10]
Verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 3] hoorden dat de verdachte [verdachte] spontaan zei: ‘Wij zijn aan het opruimen voor de bewoner”. Desgevraagd zei de verdachte: ‘Hij heet [medeverdachte 3] , zijn achternaam weet ik niet. Ik heb ook zijn telefoonnummer niet. Maar ik heb wel de sleutel van de woning. Die steekt aan de binnenkant van de woning’. [11]
Verbalisant [verbalisant 2] heeft vervolgens de woning betreden teneinde een onderzoek in te stellen naar een vermoedelijke woninginbraak. Hij zag dat de woning verbouwd werd. Tevens zag hij dat op de vloer van de gehele woning een blauw poeder verspreid lag en hij zag dat het toilet gevuld was met blauw poeder. Hij zag dat in de woonkamer een machine stond die hij herkende als een tabletteermachine met hierin en er omheen blauw poeder. Ook zag hij dat er blauwe tabletten in de machine zaten. In de woning werd verder niemand meer aangetroffen. [12]
De verdachten [verdachte] [13] , [medeverdachte 2] [14] en [medeverdachte 1] [15] werden ter plaatse op heterdaad aangehouden op 14 augustus 2017 om respectievelijk 12:08 uur, 12:10 uur en 12:00 uur.
Onderzoek woning [adres 1] te Neer
Op 14 augustus 2017 werd de woning, gelegen aan de [adres 1] te Neer doorzocht. [16] De opsporingsambtenaren van de afdeling Landelijke Faciliteit Ondersteuning Ontmantelen (LFO) [17] en van de afdeling Forensische Opsporing (FO) waren daarbij aanwezig. In de woning waren een groot aantal ruimtes welke geheel of gedeeltelijk vol stonden met huisraad en/of bouwmaterialen. Een aantal ruimtes was in gebruik ten behoeve van het tabletteren.
In voornoemde woning werden onder meer 3 Blackberry’s aangetroffen en in beslag genomen, daaronder begrepen de Blackberry die naar buiten was gewerkt. [18]
Verder werden in de woning de hierna genoemde goederen aangetroffen.
Aangetroffen hoeveelheid tabletten (feit 1).
In de slaapkamer werd een oranje tas aangetroffen met daarin 2 plastic zakken met daarin beige tabletten. In de ene tas zaten circa 10.711 tabletten en in de andere tas circa 10.517 tabletten, aldus circa 21.228 in totaal. Deze zijn bemonsterd met SIN AAEI7351NL en AAEI7350NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dat deze tabletten MDMA bevatten. [19]
In de slaapkamer werd een witte emmer aangetroffen met blauwe tabletten, logo ‘Rolex’, circa 14.480 stuks. Deze werden bemonsterd met SIN AAEI7356NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dat deze tabletten MDMA bevatten. [20]
Aangetroffen hoeveelheid MDMA en amfetamine (feit 2).
In de opslagruimte werd een grijze vuilniszak aangetroffen met daarin een plastic zak met daarin beige poeder, gewicht 0,660 kilogram. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7341NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dit poeder amfetamine te bevatten. [21]
De stofzak uit de blauwe stofzuiger die op de grond stond in de woonkamer bevatte circa 200 gram beige poeder en rook naar MDMA. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7339NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dit poeder MDMA te bevatten. [22] Daarnaast is een hoeveelheid van 510 gram blauw poeder opgeveegd van de vloer rondom en onder de aangetroffen tabletteermachine. De vulmond van de tabletteermachinemachine is bemonsterd met SIN AAEEI7336NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dit poeder MDMA te bevatten. [23]
In de slaapkamer werd aangetroffen [24] :
  • een Big Bazaar boodschappentas met brokken MDMA, gewicht 8,400 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7390NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een grijze vuilniszak met beige MDMA poeder, gewicht 8,450 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7342NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een grijze vuilniszak met beige MDMA poeder, gewicht 10,330 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7343NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een grijze vuilniszak met beige MDMA poeder, gewicht 10,200 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7344NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een grijze vuilniszak met beige MDMA poeder, gewicht 9,820 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7345NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een grijze vuilniszak met beige MDMA poeder, gewicht 13,250 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7346NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een grijze vuilniszak met blauw MDMA-tabletteerpoeder, gewicht 6,500 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7348NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een transparante Curver box inhoudende beige-bruine MDMA brokken en kristallen, gewicht 2,820 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7347NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een transparante Curver box inhoudende beige-bruine MDMA brokken en kristallen, gewicht 4,010 kilogram, bemonsterd met SIN AAEI7349NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een grijze vuilniszak met daarin een opvangzak van de granuleermachine-crusher, bevatte circa 2,100 kilogram beige MDMA poeder. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7352NL en geanalyseerd door het NFI;
  • een rode sporttas met daarin 19 sealzakken met bruine brokken en kristallen, totaalgewicht bedraagt 19,300 kilogram. Dit is bemonsterd met SIN AAEI7353NL, AAEI7354NL en AAEI7355NL en geanalyseerd door het NFI.
Uit de analyse door het NFI blijken voornoemde sporen MDMA te bevatten. [25]
In de woning werd ten slotte een toiletpot aangetroffen die geheel gevuld was met blauw poeder. Het gewicht van het natte poeder bedroeg 2,187 kilogram. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7388NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dit poeder MDMA te bevatten. [26]
Aangetroffen tabletteermachine, hoeveelheid micro-cellulose en coffeïne
(feit 3).
In de woonkamer werd een tabletteermachine aangetroffen, voorzien van 12 boven en onderstempels en matrijzen met logo: ‘Rolex’. Deze tabletteermachine bevatte restanten blauw poeder en blauwe en witte tabletten met het ‘Rolex’ logo. [27] Het betrof een professionele tabletteermachine. [28]
In de opslagruimte werden 8 volle kartonnen dozen met elk 20 kilogram wit poeder aangetroffen, aldus 160 kilogram in totaal. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7340NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dat dit poeder waarschijnlijk
(micro-)cellulose bevat. [29]
In het halletje werden diverse vuilniszakken met poeder aangetroffen, waaronder een vuilniszak met daarin 3,270 kilogram beige poeder. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7391NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dat dit poeder waarschijnlijk (micro-)cellulose bevat. [30]
In een nis in het halletje stond een grijze kliko. Deze kliko bevatte een witte pot met het opschrift ‘1000 gram cafeïne’ en was nagenoeg geheel gevuld met wit poeder. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7389NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dat dit poeder waarschijnlijk coffeïne bevat. [31]
In de woonkamer werd een doos met JRS tabletteerpoeder aangetroffen met daarin een restant wit poeder, circa 100 gram. Dit poeder is bemonsterd met SIN AAEI7337NL en geanalyseerd door het NFI. Uit deze analyse blijkt dat dit poeder waarschijnlijk
(micro-)cellulose bevat. [32]
Sporenonderzoek:
Tijdens de doorzoeking in de woning, gelegen aan de [adres 1] te Neer, werd een sporenonderzoek ingesteld waarbij meerdere sporen en sporendragers werden veiliggesteld of bemonsterd. DNA-onderzoek aan de sporen(dragers) heeft de volgende resultaten opgeleverd. [33] Op een colablikje dat is aangetroffen in de woonkamer bevindt zich DNA-materiaal dat afkomstig kan zijn van de verdachte [medeverdachte 1] (de kans dat het DNA-profiel van een willekeurige andere persoon matcht met dit DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard). [34]
Verder is aan de binnenzijden van diverse aangetroffen handschoenen DNA-materiaal aangetroffen dat afkomstig kan zijn van de verdachten [verdachte] en [medeverdachte 1] (de kans dat het DNA-profiel van een willekeurige andere persoon matcht met dit DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard). [35]
Ten slotte is aan de binnenzijde van een aangetroffen stofmasker DNA-materiaal aangetroffen dat afkomstig kan zijn van de verdachte [verdachte] (de kans dat het DNA-profiel van een willekeurige andere persoon matcht met dit DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard). [36]
Aangetroffen autosleutel en afstandsbediening.
Tijdens de fouillering werd bij de verdachte [verdachte] een autosleutel van het merk Citroen en een afstandsbediening aangetroffen. [37] De autosleutel blijkt te horen bij een witte bestelauto, Citroen Berlingo, voorzien van het kenteken [kenteken] . De afstandsbediening blijkt te horen bij de kantelpoort van de garage van [adres 3] te Neer. Deze garage hoort bij de woning die zich vlakbij het adres [adres 1] te Neer bevindt. [38]
Getuige [getuige] , bewoner van [adres 2] te Neer, heeft bij de politie verklaard dat hij op 13 augustus 2017 omstreeks 23:00 uur heeft gezien dat een auto, zijnde een witte bestelauto, stopte bij het huis gelegen aan de [adres 1] te Neer. Het kenteken, zijnde [kenteken] , werd door [getuige] genoteerd. Deze auto reed bij perceel [adres 3] te Neer achterom en [getuige] zag tot 24:00 uur activiteiten op [adres 3] . Mensen op dit adres waren in de garage bezig met iets. [39]
Verklaring verdachte
De verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij op 14 augustus 2017 in de woning gelegen aan de [adres 1] te Neer was met verdachte [medeverdachte 1] . Hij heeft diverse handschoenen aangetrokken en hij heeft de pillenmachine naar de gang geduwd. De verdachte heeft verklaard dat hij wel pillen heeft gezien, die stonden in de gang klaar. [40]
4.3.2
Bewijsoverwegingen
De rechtbank stelt op grond van voornoemde bewijsmiddelen vast dat de verdachte samen met de medeverdachte [medeverdachte 1] op 14 augustus 2017 in de woning gelegen aan de [adres 1] te Neer aanwezig was. In deze woning werden een tabletteermachine, ruim 35.000 MDMA-tabletten, ruim 98.000 kilogram MDMA en amfetamine en grondstoffen voor de productie van MDMA-tabletten aangetroffen.
Bewezenverklaring productie MDMA?
De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of kan worden bewezen dat de verdachte, al dan niet samen met een ander, feitelijk MDMA tabletten geproduceerd heeft. De rechtbank komt tot het oordeel dat hiervoor geen bewijs is. In de eerste plaats is de rechtbank, evenals de officier van justitie, van oordeel dat niet kan worden bewezen dat de verdachte in de periode voorafgaand aan 14 augustus 2017 betrokken is geweest bij het tabletteren in deze woning. Weliswaar kan worden geconcludeerd dat in de woning op enig moment is getabletteerd (MDMA-pillen zijn geproduceerd), maar anders dan de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat het dossier onvoldoende aanknopingspunten bevat om te kunnen vaststellen dat dit (in de nacht of ochtend van) 14 augustus 2017 MDMA daadwerkelijk is gebeurd. De rechtbank zal de verdachte daarom vrijspreken van dit onderdeel van de tenlastelegging.
Bewezenverklaring aanwezig hebben goederen voor de productie van MDMA?
De rechtbank acht wel bewezen dat de verdachte samen met een ander of anderen op 14 augustus 2017 een tabletteermachine, ruim 35.000 MDMA-tabletten, ruim 98.000 kilogram MDMA en amfetamine en grondstoffen voor de productie van MDMA-tabletten opzettelijk aanwezig heeft gehad. Daartoe overweegt de rechtbank als volgt.
Vast staat dat op 14 augustus 2017 voornoemde voorwerpen in de woning (die onder het blauw poeder zat) aanwezig waren en dat verdachte samen met de medeverdachte aldaar is aangetroffen. Uit het dossier blijkt verder dat de aanwezigen in de woning (onder wie verdachte) niet meteen naar buiten kwamen op aanroepen van de politie. Daarnaast is er geprobeerd om MDMA poeder weg te werken in het toilet en er is geprobeerd om een Blackberry via de dakpannen weg te werken.
De rechtbank gaat er vanuit dat de verdachte en zijn medeverdachte ongeveer 2 uur in de woning zijn geweest, gelet op de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] (“rond 10.00 uur waren we bij de woning”) [41] en gelet op het tijdstip van aanhouding door de politie, te weten 12:00 uur. Dat zij langere tijd in de woning zijn geweest vindt bevestiging in de verklaring van getuige [getuige] .
Verder is van belang dat – kort gezegd – DNA van verdachte op diverse handschoenen en een stofmasker is aangetroffen en dat van de medeverdachte [medeverdachte 1] DNA op een wegwerphandschoen en een colablikje in de woonkamer is aangetroffen. Gelet op de duur van hun aanwezigheid in de woning alsmede hun aangetroffen DNA is naar het oordeel van de rechtbank voldaan aan de voor het aanwezig hebben vereiste bewustheid van en beschikkingsmacht over de in de woning aangetroffen voorwerpen.
De rechtbank gaat voorbij aan de verklaring van verdachte dat hij maar even in die woning was om op te ruimen voor [medeverdachte 3] , dat hem dit was gevraagd door ene [voornaam] en dat er nog een vierde persoon, een Bulgaar, in de woning aanwezig was. De verklaringen van zowel de verdachte als de medeverdachte [medeverdachte 1] zijn pas in een laat stadium afgelegd, nadat het dossier beschikbaar was en nadat de verdachte [medeverdachte 3] een verklaring had afgelegd waarbij de naam [voornaam] werd genoemd.
Verder zijn bij de verdachte een autosleutel van een Citroën Berlingo en een afstandsbediening van de garagepoort van [adres 3] aangetroffen. Deze Citroën is de avond tevoren bij [adres 3] gesignaleerd en op dit adres is bedrijvigheid waargenomen. Voor dit alles heeft de verdachte geen uitleg gegeven.
Gelet op het vorenstaande kan het niet anders zijn dan dat verdachte, tezamen en in vereniging met de medeverdachte [medeverdachte 1] en/of anderen voorbereidingen aan het treffen was voor de productie van synthetische drugs. De rechtbank komt dan ook tot een bewezenverklaring van feit 1, feit 2 en feit 3.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
feit 1.
op 14 augustus 2017 te Neer, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van +/- 35.680 tabletten MDMA, zijnde MDMA een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
feit 2.
op 14 augustus 2017 te Neer, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 98,747 kilogram MDMA en amfetamine, telkens een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
feit 3.
op 14 augustus 2017 te Neer, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen van (een) hoeveelheid/hoeveelheden van een materiaal bevattende MDMA en/of amfetamine, zijnde MDMA en/of amfetamine telkens een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen,
een aantal voorwerpen en stoffen voorhanden heeft gehad, (waaronder onder meer)
- een professionele tabletteermachine, en
- 163,270 kilogram, met inhoud micro-cellulose (=tabletteerhulpstof), en
- 1000 gram, met inhoud coffeïne (=tabletteerhulpstof), en
- 110 gram, althans een hoeveelheid, met inhoud micro-cellulose (=tabletteerhulpstof),
waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat die goederen bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en).
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
ten aanzien van feit 1:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
ten aanzien van feit 2:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 3:
medeplegen van om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, voorwerpen en stoffen voorhanden hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

6.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

7.De straf en/of de maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft op grond van hetgeen zij bewezen heeft geacht gevorderd aan de verdachte op te leggen een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van vier jaar met aftrek van de tijd die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, geheel subsidiair, verzocht de eis te matigen en een straf op te leggen die gelijk is aan de tijd die de verdachte reeds in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De verdachte heeft samen met een ander of anderen een groot aantal MDMA tabletten en een aantal goederen waarmee MDMA tabletten worden geproduceerd aanwezig gehad. Dit zijn ernstige strafbare feiten omdat het gebruik van harddrugs zoals MDMA schade toebrengt aan de gezondheid van de gebruikers ervan. Bovendien bekostigen zij hun drugsgebruik vaak door diefstal of ander crimineel gedrag, wat schade en overlast veroorzaakt voor anderen. Bekend is voorts dat de productie van synthetische drugs veelal gepaard gaat met dumpingen van drugsafval waardoor grote veiligheidsrisico’s en risico’s voor de volksgezondheid ontstaan. In dit geval zijn grondstoffen gedumpt via het toilet.
Daarnaast gaan de handel in harddrugs en ook de voorbereidingshandelingen vaak gepaard met ernstige vormen van criminaliteit, onder meer vanwege de grote financiële belangen die ermee gemoeid zijn. Deze financiële belangen veroorzaken niet alleen geweld tussen drugsproducenten onderling maar ook tegen gewone burgers en de autoriteiten. Het produceren van harddrugs en het aanwezig hebben van grondstoffen en voorwerpen voor de productie van harddrugs wordt door de wetgever dan ook als bijzonder ernstig en onwenselijk beschouwd en evenzeer strafwaardig gevonden als het produceren en voorhanden hebben van de drugs zelf.
De rechtbank houdt ten aanzien van de persoon van de verdachte rekening met de inhoud van het strafblad van de verdachte van 7 oktober 2019, waaruit blijkt dat hij al meermalen door de Nederlandse en Duitse strafrechter voor soortgelijke feiten is veroordeeld, en met hetgeen ter terechtzitting omtrent de persoonlijke omstandigheden van de verdachte naar voren is gebracht.
Gelet op de ernst van de strafbare feiten alsmede de grote hoeveelheid MDMA tabletten en grondstoffen voor de productie van MDMA kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders worden gereageerd dan met een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur.
De rechtbank zal echter een lagere straf opleggen dan door de officier van justitie geëist, omdat de verdachte wordt vrijgesproken van het produceren van MDMA en omdat de rechtbank rekening houdt met de lange tijd die is verstreken tussen de datum van het eerste verhoor van de verdachte en de dag van de uitspraak, hetgeen niet te wijten is aan de verdediging.
Alles afwegende acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee jaren en negen maanden, met aftrek van het voorarrest, passend en geboden.
Voorlopige hechtenis
De rechtbank zal voorts, nu zij tot een bewezenverklaring komt van de aan verdachte verweten feiten, ter bescherming van de maatschappij en ter voorkoming van recidive met onmiddellijke ingang de opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte bevelen.

8.Het beslag

De rechtbank is van oordeel dat de onder de verdachte in beslag genomen, nog niet teruggegeven autosleutel van de Citroen (goednummer 974028) moet worden teruggegeven aan degene die redelijkerwijs als rechthebbende kan worden aangemerkt, omdat niet kan worden vastgesteld dat met betrekking tot dit voorwerp strafbare feiten zijn begaan.

9.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2, 10 en 10a van de Opiumwet, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

10.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot een
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Opheffing schorsing voorlopige hechtenis
- beveelt met ingang van heden de opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis van verdachte;
Beslag
- gelast de
teruggavevan de in beslag genomen
autosleutel van de Citroen (goednummer 974028)aan degene die redelijkerwijs als rechthebbende kan worden aangemerkt.
Dit vonnis is gewezen door mr. V.P. van Deventer, voorzitter, mr. P. Kooijman en
mr. J.H.P.G. Wielders, rechters, in tegenwoordigheid van mr. F.A.E. van de Venne, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 18 december 2019.
Buiten staat
Mr. P. Kooijman en mr. J.H.P.G. Wielders zijn niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is, na vordering nadere omschrijving, ten laste gelegd dat
1.
hij in of omstreeks de periode van 21 juli 2017 tot en met 14 augustus 2017 te Neer, in de gemeente Leudal, in elk geval binnen het arrondissement Limburg, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk heeft vervaardigd en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van +/- 35.680 tabletten MDMA, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA, zijnde MDMA (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2.
hij op of omstreeks 14 augustus 2017 te Neer, in de gemeente Leudal, in elk geval binnen het arrondissement Limburg, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 98,747 kilogram MDMA, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDA en/of MDMA en/of N-ethyl MDA
(=MDEA) en/of amfetamine, zijnde MDA, MDMA, N-ethyl MDA (=MDEA) en amfetamine (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
hij in of omstreeks de periode van 21 juli 2017 tot en met 14 augustus 2017 te Neer, in de gemeente Leudal, in elk geval binnen het arrondissement Limburg,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen van (een) hoeveelheid/hoeveelheden van een materiaal bevattende MDMA en/of amfetamine,
zijnde MDMA en/of amfetamine (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, althans een middel op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen,
een aantal voorwerpen en/of stoffen voorhanden heeft gehad,
(waaronder ondermeer)
-een professionele tabletteermachine, en/of
-163,270 kilogram, althans een hoeveelheid, met inhoud (waarschijnlijk) micro-cellulose (=tabletteerhulpstof), en/of
-1000 gram, althans een hoeveelheid, met inhoud (waarschijnlijk) coffeïne (=tabletteerhulpstof), en/of
-110 gram, althans een hoeveelheid, met inhoud (waarschijnlijk) micro-cellulose (=tabletteerhulpstof),
waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat die goederen bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en).

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie Eenheid Limburg, Team Ondermijning, proces-verbaalnummer 2017131713-66, gesloten d.d. 13 december 2017, aangevuld met Aanvulling 1 tot en met 3, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 884.
2.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 279 tot en met 282.
3.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 286 tot en met 290.
4.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 283 tot en met 285.
5.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 291 tot en met 294.
6.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 286 tot en met 290.
7.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 286 tot en met 290.
8.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 279 tot en met 282.
9.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 291 tot en met 294.
10.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 279 tot en met 282.
11.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 279 tot en met 282.
12.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 286 tot en met 290.
13.Proces-verbaal van aanhouding d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 136 en 137.
14.Proces-verbaal van aanhouding d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 182 en 183.
15.Proces-verbaal van aanhouding d.d. 14 augustus 2017, pagina’s 87 en 88.
16.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 15 augustus 2017, pagina’s 377 tot en met 382.
17.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina’s 568 tot en met 576.
18.Kennisgevingen van inbeslagneming op pagina’s 332, 334 en 384.
19.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 572.
20.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 572.
21.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 570.
22.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 572.
23.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina’s 569 en 573.
24.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina’s 571 en 572.
25.Deskundigenrapport van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 16 augustus 2017, zaaknummer 2017.08.25.095 (aanvraag 001), opgemaakt door dr. M.A. Hoitink, NFI-deskundige Verdovende Middelen-analyse en interpretatie, pagina’s 602 en 603.
26.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 572.
27.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 569 en foto 5 op pagina 580.
28.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 576.
29.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 570.
30.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 571.
31.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 571.
32.Proces-verbaal bevindingen LFO d.d. 10 oktober 2017, pagina 569.
33.Proces-verbaal relaas d.d. 27 april 2019, pagina’s 721 tot en met 723.
34.Proces-verbaal relaas d.d. 27 april 2019, pagina’s 721 tot en met 723.
35.Kennisgeving van inbeslagneming, pagina’s 752 tot en met 756.
36.Kennisgeving van inbeslagneming, pagina 754.
37.Proces-verbaal van passen autosleutel d.d. 4 september 2017, pagina’s 359 en 360.
38.Proces-verbaal van onderzoek garage d.d. 25 augustus 2017, pagina’s 365 tot en met 367.
39.Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 16 augustus 2017, pagina’s 496 en 497.
40.Proces-verbaal ter terechtzitting d.d. 4 december 2019.
41.Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 29 november 2017, pagina 125.