Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De beoordeling van het bewijs
- met een kapot geslagen glas of glazen flesje in de richting van die [slachtoffer 1] te rennen en
- die [slachtoffer 1] vast te pakken en
- met dat kapot geslagen glas of glazen flesje een zwaaibeweging te maken in de richting van de hals en nek van die [slachtoffer 1] ;
op 22 juni 2019 in de gemeente Maastricht, opzettelijk en wederrechtelijk metalen rekken, stangen en twee vazen toebehorend aan [slachtoffer 2] heeft vernield en vloeren en muren, toebehorend aan [slachtoffer 2] , onbruikbaar heeft gemaakt.
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf en/of de maatregel
7.De benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte tot een
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- zich heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit of
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de Identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of
- geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- verklaart de benadeelde partij
- veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 1] in de kosten, door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot tot heden op nihil.
hij op of omstreeks 22 juni 2019 in de gemeente Maastricht, [slachtoffer 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door
- met een kapot geslagen glas en/of glazen flesje in de richting van die [slachtoffer 1] te rennen en/of
- die [slachtoffer 1] vast te pakken en/of
- met dat kapot geslagen glas en/of glazen flesje een (zwaai)beweging te maken in de richting van de hals en/of nek van die [slachtoffer 1] ;
( art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
hij op of omstreeks 22 juni 2019 in de gemeente Maastricht, opzettelijk en wederrechtelijk metalen rekken en/of stangen, twee vazen, vloeren en/of muren, althans een magazijnruimte, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [slachtoffer 2] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
( art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht)