ECLI:NL:RBLIM:2018:9954

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
30 juli 2018
Publicatiedatum
17 oktober 2018
Zaaknummer
6496301 BR VERZ 17-340
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vereffening van de nalatenschap en verdeling onder erfgenamen

In deze beschikking van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, is de vereffening van de nalatenschap van de erflater [erflater] aan de orde. De verzoeker, handelend in zijn hoedanigheid van erfgenaam en vereffenaar, heeft de nalatenschap beneficiair aanvaard. De procedure is gestart met de indiening van een boedelbeschrijving op 13 september 2017, gevolgd door diverse correspondentie tussen de griffier en de verzoeker. Tijdens de mondelinge behandeling op 24 juli 2018 is vastgesteld dat de erflater op [overlijdensdatum] is overleden en dat de nalatenschap moet worden vereffend volgens de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, met name artikel 4:202 en verder.

De verzoeker heeft de vereffeningswerkzaamheden overgenomen van zijn overleden zus en de boedelbeschrijving geactualiseerd. Uit een e-mail van de Rabobank blijkt dat er geen lopende producten meer zijn bij de bank. Het huidige creditsaldo op de boedelrekening bedraagt € 7.921,18, waarvan € 150,00 aan vereffeningskosten is vastgesteld. De kantonrechter heeft de verzoeker gemachtigd om dit bedrag over te maken naar zijn rekening en heeft hem opgedragen het resterende bedrag van € 7.771,18 onder de schuldeisers te verdelen. De verzoeker dient de kantonrechter te berichten zodra de verdeling is afgerond, zodat het dossier kan worden gesloten en gearchiveerd.

De beschikking is gegeven door mr. P. Hoekstra, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 30 juli 2018.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Burgerlijk recht / Kantonrechter
Zaaknummer 6496301 BR VERZ 17-340
Beschikking van 30 juli 2018
Inzake
[verzoeker] ,
wonend te [woonplaats 1] , [adres] ,
verzoeker, handelend in zijn hoedanigheid van erfgenaam en vereffenaar van de nalatenschap van [erflater] .

1.Verloop van de procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit: - de ter griffie van deze rechtbank op 13 september 2017 ingekomen boedelbeschrijving met bijlagen - de brieven van de griffier van deze rechtbank van 15 september 2017, 8 maart 2018 en 9 april 2018 - de e-mails en brieven van verzoeker van 12, 13 en 23 maart 2018 en 27 juni 2018 - de door verzoeker overgelegde volmachten van de overige erfgenamen van deze nalatenschap - het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 24 juli 2018 - de brief met bijlage van verzoeker van 27 juli 2018.
1.2.
Vervolgens is beschikking bepaald op heden.

2.Het verzoek en de beoordeling

2.1.
Op [overlijdensdatum] is te [overlijdensplaats] [erflater] (verder: de erflater), laatstelijk wonend te [woonplaats 2] , overleden. Bij akte van 8 september 2017 heeft onder meer verzoeker de nalatenschap van de erflater beneficiair aanvaard. Door deze beneficiaire aanvaarding dient de nalatenschap van de erflater vereffend te worden overeenkomstig het bepaalde in art. 4:202 en verder BW.
2.2.
Verzoeker heeft de vereffeningswerkzaamheden van deze nalatenschap overgenomen van zijn inmiddels overleden zus en de door haar ingediende boedelbeschrijving geactualiseerd. Uit de e-mail van de Rabobank aan verzoeker van 26 juli 2018 volgt dat de erflater geen lopende producten meer heeft bij de Rabobank.
2.3.
Uit het door verzoeker ter mondelinge behandeling getoonde bankafschrift blijkt dat het creditsaldo thans € 7.921,18 bedraagt. De door verzoeker gemaakte vereffeningskosten bedragen € 150,00 die verzoeker van voormeld creditsaldo mag overboeken op zijn of een andere door hem aan te wijzen rekening. Het restant van € 7.771,18 dient onder de schuldeisers van de nalatenschap, waaronder verzoeker en de mede-erfgenamen zijn begrepen, te worden verdeeld. Opdat het dossier gesloten en gearchiveerd kan worden dient verzoeker, nadat de verdeling is afgerond, de kantonrechter te berichten.

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
stelt de door verzoeker gemaakte vereffeningskosten tot en met heden vast op
€ 150,00 en verleent verzoeker machtiging om voormeld bedrag van de boedelrekening op zijn of een andere door hem aan te wijzen rekening over te maken,
3.2.
geeft verzoeker aanwijzing om het restant aan activa van deze nalatenschap van
€ 7.771,18 onder de schuldeisers te verdelen en de kantonrechter na ommekomst van die verdeling te berichten opdat het dossier gesloten en gearchiveerd kan worden.
Deze beschikking is gegeven door mr. P. Hoekstra, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken.
YT