ECLI:NL:RBLIM:2018:73
Rechtbank Limburg
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van huurwoning wegens voortdurende overlast door huurder
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op 4 januari 2018 uitspraak gedaan in een kort geding over de ontruiming van een huurwoning. De eisende partijen, [eisers] c.s., zijn eigenaar van een woning met twaalf appartementen, waarvan één appartement wordt gehuurd door [naam onderbewindgestelde]. Deze huurder heeft sinds de aanvang van de huurovereenkomst op 1 mei 2017 voortdurend overlast veroorzaakt, waaronder geluidsoverlast door schreeuwen en blaffende honden. Ondanks herhaalde pogingen van de eisers en betrokken instanties om de situatie te verbeteren, is de overlast niet gestopt. De eisers hebben de huurovereenkomst per 15 november 2017 opgezegd, maar de huurder heeft de woning niet vrijwillig verlaten.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van een spoedeisend belang en dat de overlast van zodanige aard is dat ontruiming noodzakelijk is. De rechter heeft geoordeeld dat de tekortkomingen in de nakoming van de huurovereenkomst zeer waarschijnlijk zullen leiden tot ontbinding in een eventuele bodemprocedure. De vordering tot ontruiming is toegewezen, met een termijn van vijf dagen voor de gedaagde om de woning te verlaten. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld tot betaling van huurpenningen tot de datum van ontruiming en de proceskosten. De vordering tot het opleggen van een dwangsom is afgewezen, omdat de wettelijke bevoegdheden van de deurwaarder voldoende zijn geacht voor de uitvoering van de ontruiming.