ECLI:NL:RBLIM:2018:5668
Rechtbank Limburg
- Wraking
- R.H.J. Otto
- A.M. Schutte
- J.S. Holthuis
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een wrakingsverzoek wegens schijn van partijdigheid van de rechter
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Limburg op 14 juni 2018 een verzoek tot wraking toegewezen. Het verzoek werd ingediend door [verzoeker], vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. R.Ph.E.M. Cratsborn, tegen mr. M.J.H.A. Venner-Lijten, de rechter die belast was met de behandeling van een kort geding. Tijdens de zitting op 14 juni 2018, waarin de provincie Limburg als eiser optrad, heeft verzoeker zijn wrakingsverzoek ingediend. De rechter heeft aangegeven niet in het verzoek te willen berusten en heeft verzocht om gehoord te worden.
De wrakingskamer heeft de feiten en omstandigheden beoordeeld die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel kunnen trekken. Het uitgangspunt is dat een rechter vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die deze onpartijdigheid in twijfel trekken. In deze zaak was er een relevante omstandigheid: de echtgenoot van de rechter had in het verleden contact gehad met verzoeker over het landgoed [naam kasteel], dat onderwerp was van de juridische procedures tussen verzoeker en de provincie Limburg. Dit contact, hoewel niet direct gerelateerd aan de huidige vordering, heeft geleid tot twijfels over de onpartijdigheid van de rechter.
De wrakingskamer concludeert dat, gezien de eerdere interactie tussen de echtgenoot van de rechter en verzoeker, er een schijn van partijdigheid kan ontstaan. Dit is voldoende aanleiding voor de wrakingskamer om het verzoek tot wraking toe te wijzen. De beslissing is openbaar uitgesproken op dezelfde dag, 14 juni 2018.