Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 20 januari 2017
- het tussenvonnis van 1 februari 2017
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 8 maart 2017
- het deskundigenbericht van 25 april 2017
- de conclusie na getuigenverhoor van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]
- de conclusie na deskundigenbericht van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]
- de conclusie na deskundigenbericht in conventie tevens conclusie na enquête
- de akte van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
- de akte uitlating producties van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] .
2.De verdere beoordeling
gebruikvan de loods door derden dient aan te tonen. Gelet hierop gaat de rechtbank voorbij aan al hetgeen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] met betrekking tot het
gebruikvan de loods heeft aangevoerd.
tezamengeschiedt en dat partijen als deelgenoten ingevolge lid 3
tezamenbevoegd zijn tot andere handelingen dan in lid 1 vermeld betreffende het pand, de loods en de berging. Het was dan ook aan partijen
tezamenom de staat van het onderhoud van het pand, de loods en de berging op peil te houden. Nu partijen om hen moverende redenen niet in staat zijn gebleken hierover constructief overleg te hebben en onderhoudswerkzaamheden uit te voeren, is de rechtbank van oordeel dat beide partijen de consequenties van hun gedragingen dienen te aanvaarden, aldus dat er, mede gelet op het tussen partijen gevoerde debat, geen aanleiding bestaat één van partijen te compenseren voor de eventuele waardevermindering van het pand, de loods en de berging ten gevolge van het niet tijdig en/of op juiste wijze onderhouden.