ECLI:NL:RBLIM:2018:3323

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
29 maart 2018
Publicatiedatum
10 april 2018
Zaaknummer
03/703232-12
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling tot gevangenisstraf wegens cocaïnehandel en deelname aan criminele organisatie

In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 29 maart 2018 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen [naam verdachte], die werd beschuldigd van het medeplegen van diverse overtredingen van de Opiumwet en deelname aan een criminele organisatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte betrokken was bij de invoer van aanzienlijke hoeveelheden cocaïne, waaronder 1.059 kilogram en 550 kilogram, en dat hij deel uitmaakte van een criminele organisatie die zich richtte op de handel in verdovende middelen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar en 6 maanden, met inachtneming van strafkortingen wegens overschrijding van de redelijke termijn en schending van het recht op een eerlijk proces. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, ondanks zijn rol in de organisatie, niet alleen verantwoordelijk was voor de inbeslagname van de cocaïne, maar ook dat hij een actieve rol speelde in het organiseren van de transporten en het onderhouden van contacten met leveranciers. De rechtbank heeft de voorlopige hechtenis van de verdachte opgeheven, maar heeft geoordeeld dat er nog steeds ernstige bezwaren tegen hem bestaan. De zaak is complex en betreft meerdere verdachten, wat heeft geleid tot een lange rechtsgang.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer: 03/703232-12
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 29 maart 2018
in de strafzaak tegen
[naam verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens verdachte] ,
wonende te [postcode en woonplaats] , [adres 5] .
[naam verdachte] wordt bijgestaan door mr. B. Welvaart, advocaat kantoorhoudende te Maastricht.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 13 november 2017, 22 november 2017, 24 november 2017 en 30 november 2017. [naam verdachte] en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt. De rechtbank heeft het onderzoek ter terechtzitting gesloten op 15 maart 2018.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat [naam verdachte] :
Feit 1:samen met anderen heeft geprobeerd om 1.059 kilogram cocaïne binnen het grondgebied van Nederland te brengen dan wel samen met anderen 1.059 kilogram cocaïne heeft verhandeld dan wel aanwezig gehad, dan wel samen met anderen het verhandelen en/of het binnen het grondgebied van Nederland brengen van 1.059 kilogram cocaïne heeft voorbereid. (
zaaksdossier 5)
Feit 2:samen met anderen 50 kilogram cocaïne binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht dan wel samen met anderen 50 kilogram cocaïne heeft verhandeld dan wel aanwezig gehad. (
zaaksdossier 2)
Feit 3: samen met anderen heeft geprobeerd om 550 kilogram cocaïne binnen het grondgebied van Nederland te brengen dan wel samen met anderen 550 kilogram cocaïne heeft verhandeld dan wel aanwezig gehad, dan wel samen met anderen het verhandelen en/of het binnen het grondgebied van Nederland brengen van 550 kilogram cocaïne heeft voorbereid. (
zaaksdossier 2)
Feit 4: samen met anderen heeft geprobeerd om 200 kilogram cocaïne binnen het grondgebied van Nederland te brengen dan wel samen met anderen 200 kilogram cocaïne heeft verhandeld dan wel aanwezig gehad, dan wel samen met anderen het verhandelen en/of het binnen het grondgebied van Nederland brengen van 200 kilogram cocaïne heeft voorbereid. (
zaaksdossier 2)
Feit 5: in Nederland, België, de Dominicaanse Republiek en Ecuador heeft deelgenomen aan een criminele organisatie, met het oogmerk het meermalen plegen van overtredingen van de Opiumwet en het voorbereiden daarvan. (
zaaksdossier 7)
Feit 6: zich schuldig heeft gemaakt aan het witwassen van 41.500 euro en/of 45.000 dollar dan wel aan het schuldwitwassen daarvan.
Feit 7: samen met anderen 4.149 gram cocaïne aanwezig heeft gehad. (
zaaksdossier 8)

3.De voorvragen

3.1
Geldigheid van de dagvaarding
Bij de uitleg van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering moet in het oog worden gehouden dat centraal staat of de verdachte zich op basis van de tenlastelegging goed kan verdedigen. De eis dat de tenlastelegging de opgave van het feit moet bevatten (eerste lid), wordt zo uitgelegd dat het geheel in de eerste plaats duidelijk en begrijpelijk moet zijn, in de tweede plaats niet innerlijk tegenstrijdig en in de derde plaats voldoende feitelijk. Een van de factoren die een rol speelt bij het begrip ‘duidelijk en begrijpelijk’ is de vraag of er bij kennisneming van het strafdossier redelijkerwijs twijfel kan bestaan welke specifieke gedragingen verdachte worden verweten.
Het ‘Wolf / Beretta’ procesdossier is zeer omvangrijk en is onderverdeeld in verschillende zaaksdossiers, waarin specifiek staat gerelateerd welke personen van welke strafbare gedragingen verdacht worden. Een zaaksdossier ter zake van enige witwasverdenking door de verdachte ontbreekt. Het is voor de rechtbank derhalve niet duidelijk op welk onderdeel van het procesdossier de tenlastelegging onder feit 6 ziet. Ook de officier van justitie en de verdediging hebben ter terechtzitting aangegeven deze mening te zijn toegedaan.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank dan ook van oordeel dat de dagvaarding ter zake van feit 6 nietig moet worden verklaard, nu deze ter zake van feit 6 niet voldoet aan de vereisten van artikel 261, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering.
De rechtbank stelt vast dat de dagvaarding voor het overige geldig is.
3.2
Ontvankelijkheid van de officier van justitie
De verdediging heeft (wederom) de niet ontvankelijkheid van het openbaar ministerie bepleit omdat het recht van [naam verdachte] op een eerlijk proces is geschonden door de inbeslagname van het onder [naam verdachte] aanwezige procesdossier met daarop aantekeningen ten behoeve van de bespreking hiervan met zijn raadsman. Hoewel ter zitting van 14 januari 2014 de officier van justitie desgevraagd heeft aangegeven dat deze doorzoeking niets had opgeleverd, is er nadien nog een papier met daarop doorgekraste maar door het NFI leesbaar gemaakte aantekeningen aan het dossier toegevoegd.
De officier van justitie heeft aangevoerd dat het openbaar ministerie in deze kwestie niets te verwijten valt nu de rechter-commissaris de stukken in beslag heeft genomen en heeft beslist tot overdracht van deze stukken aan de officier van justitie. Een niet ontvankelijkheid van het openbaar ministerie is in de visie van de officier van justitie dan ook niet aan de orde.
De rechtbank overweegt dienaangaande als volgt.
Op 1 oktober 2013 zijn [naam verdachte] en (onder anderen) de medeverdachte [naam medeverdachte 1] aangehouden. Op 4 oktober 2013 zijn zij voorgeleid aan de rechter-commissaris in de rechtbank Limburg. Van daaruit zijn zij in hetzelfde busje van de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DVO) van het Ministerie van Veiligheid en Justitie vervoerd naar verschillende penitentiaire inrichtingen. Dit DVO-busje was op bevel van de officier van justitie en na machtiging van de rechter-commissaris voorzien van apparatuur teneinde de vertrouwelijke communicatie tussen beide verdachten af te luisteren. Uit het proces-verbaal aanvraag zoeking van 11 oktober 2013 volgt dat op basis van hetgeen afgeluisterd was, het vermoeden bestond dat verdachten informatie uitgewisseld zouden hebben door het schrijven op documenten aangaande hun voorgeleiding aan de rechter-commissaris. Uit het dossier volgt overigens niet welke documenten verdachten destijds onder zich hadden. De rechtbank gaat er van uit dat dit mogelijk het voorgeleidingsproces-verbaal was. De advocaat heeft destijds aangevoerd dat aan [naam verdachte] op 18 oktober 2013 aanvullende dossierstukken (verband houdende met de vordering gevangenhouding en het onderliggende dossier) zijn verstrekt, die tevens zijn inbeslaggenomen.
De aangevraagde zoeking in de cel van [naam verdachte] in de penitentiaire inrichting in Nieuwegein heeft plaatsgevonden op 22 oktober 2013. De rechter-commissaris in de rechtbank Midden-Nederland heeft de correspondentie tussen [naam verdachte] en zijn advocaat inbeslaggenomen en apart gehouden in een verzegelde envelop. (Deze stukken zijn later geretourneerd aan de verdediging.) Tevens zijn er losse enveloppen aangetroffen en processen-verbaal van politie met daarop aantekeningen. Ook deze stukken zijn inbeslaggenomen en apart verzegeld, nu niet uit te sluiten was dat ook deze aantekeningen mogelijk onder zogenaamde geheimhouderstukken zouden vallen. Vervolgens zijn deze stukken overgedragen aan de behandelend rechter-commissaris in de rechtbank Limburg.
Ondanks protesten van de verdediging heeft de behandelend rechter-commissaris bij brief van 21 november 2013 bericht dat hij het procesdossier met aantekeningen niet aanmerkt als geheimhoudersstuk en zal overdragen aan de officier van justitie.
De verdediging heeft reeds op de pro forma zitting van 14 januari 2014 bepleit dat deze gang van zaken een schending was van het recht van [naam verdachte] op een eerlijk proces en dat dit zou moeten leiden tot niet ontvankelijkheid van het openbaar ministerie.
Voor zover thans van belang heeft de rechtbank destijds als volgt geoordeeld.
Het in artikel 218 van het Wetboek van Strafvordering opgenomen verschoningsrecht berust op de eis dat iedere burger die zich om hulp of bijstand tot de in dit artikel bedoelde hulpverleners, waaronder de raadsman, richt, er op moet kunnen rekenen dat hetgeen hen wordt toevertrouwd geheim blijft. Dit recht is zo fundamenteel dat de Schutznorm geen opgeld doet. Voren omschreven gang van zaken levert een schending op van dit verschoningsrecht. Gelet op de criteria als neergelegd in het [Z.] arrest is de rechtbank van oordeel dat de in casu plaatsgevonden inbeslagneming geen schending van die criteria oplevert en dat om die reden de niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie niet aan de orde is. Op de vraag in hoeverre de belangen van [naam verdachte] zijn geschonden en welke consequenties hieraan verbonden moeten worden, zal bij eindvonnis worden beslist.
Aldus de beslissing van de rechtbank op 14 januari 2014.
De rechtbank volhardt heden in dit oordeel en verwijst naar de motivering van 14 januari 2014 zoals hier voren is weergegeven. Zij zal dan ook thans niet overgaan tot niet ontvankelijk verklaring van het openbaar ministerie.
Een en ander laat echter onverlet dat de rechtbank van oordeel is dat er een ernstige inbreuk is gemaakt op het recht van [naam verdachte] op een eerlijk proces. Immers, onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 25 november 2016 (ECLI:NL:HR:2016:2686) oordeelt de rechtbank dat aantekeningen die gemaakt zijn op een procesdossier in het kader van de voorbereiding van de verdediging met als doel die te bespreken met de raadsman vallen onder het verschoningsrecht van de advocaat. Daarbij doet niet ter zake of de in het geding zijnde geschriften zich bij de advocaat of diens cliënt bevonden en of deze aantekeningen reeds besproken zijn of nog met de advocaat besproken moeten worden. Indien de advocaat zich op het standpunt stelt dat kennisneming van deze brieven en geschriften zou leiden tot schending van het beroepsgeheim, zoals in casu vanaf de inbeslagneming door zowel [naam verdachte] zelf als zijn raadsman is aangevoerd, dient dit standpunt door organen van politie en justitie in beginsel te worden geëerbiedigd. De beslissing van de rechter-commissaris van 21 november 2013 om ondanks de bezwaren van de verdediging de stukken over te dragen aan de officier van justitie, vormt een niet ongedaan te maken schending van het verschoningsrecht van de advocaat en daarmee van het recht op een eerlijk proces van [naam verdachte] .
De omstandigheid dat deze schending niet heeft geleid tot opname in het dossier van tot deze schending herleidbare belastende informatie is in dit kader niet doorslaggevend, nu gelet op de aard van de schending het niet uit te sluiten is dat de kennisname van de aantekeningen van [naam verdachte] op de verstrekte processen-verbaal, de politie heeft geholpen bij het leggen van verbanden en de opbouw van het dossier. Reeds deze omstandigheid leidt tot concreet nadeel voor [naam verdachte] dat gecompenseerd dient te worden.
Al met al is de rechtbank van oordeel dat deze schending van een zo fundamenteel recht enkel gecompenseerd kan worden door middel van een aanzienlijke vermindering van de op te leggen straf. Gelet op de aard van de schending acht de rechtbank een strafreductie van 30 procent passend.
3.3
Overige voorvragen
De rechtbank concludeert dat de rechtbank bevoegd is en dat geen gronden zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie is van mening dat de feiten 2 primair, 3 primair, 4 primair, 5 en 7 wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard. De officier van justitie heeft de vrijspraak van de verdachte van feit 1 gevorderd en de nietigheid van de dagvaarding ten aanzien van feit 6.
De officier van justitie acht bewezen dat [naam verdachte] samen met anderen een partij van minimaal 50 kilogram cocaïne heeft ingevoerd. De twee daarop volgende containers hadden cocaïne moeten bevatten, maar deze transporten liepen mis. De opzet van de groepering was – althans voor wat betreft feit 3 – gericht op de invoer van 550 kilogram, om welke reden de officier van justitie een poging tot invoer van 550 kilogram – en niet de aangetroffen 366 kilogram – bewezen acht. Ten aanzien van feit 5 acht de officier van justitie voorts bewezen dat [naam verdachte] deelnam aan een criminele organisatie die zich mede bezighield met cocaïne.
Ten aanzien van feit 7 heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de verklaring van [naam verdachte] dat hij de cocaïne een week in bewaring voor een vriend zou hebben, ongeloofwaardig is. De officier van justitie stelt dat [naam verdachte] wist dat het cocaïne was en dat het zijn cocaïne was.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak ten aanzien van de feiten 1, 2, 3, 4, 5 en 7 bepleit. Er is volgens de verdediging geen bewijs voor enige betrokkenheid van [naam verdachte] bij de poging tot invoer van de 1.059 kilogram cocaïne. Dit geldt ook ten aanzien van de 50 kilogram cocaïne. Ten aanzien van de tenlastegelegde 550 kilogram cocaïne, merkt de verdediging op dat geenszins is aangetoond dat de in beslag genomen hoeveelheid van 419 kilogram voor de Wolf-Beretta groep bestemd was, laat staan voor [naam verdachte] . Er is alleen bekend dat er kennelijk een groot en intensief onderzoek heeft gedraaid op de Dominicaanse Republiek door de DNCD en de DEA, waarbij een netwerk is opgerold. Kennelijk wist men wie erbij betrokken waren en voor wie de 419 kilogram cocaïne bestemd was. De bestemming was Puerto Rico en dus de haven van Antwerpen. Ten aanzien van feit 4 stelt de verdediging zich op het standpunt dat de geïntercepteerde communicatie en overige onderzoeksbevindingen volstrekt onvoldoende zijn om buiten gerede twijfel vast te kunnen stellen dat [naam verdachte] betrokken zou zijn geweest bij een poging tot invoer van 200 kilogram cocaïne. Ten aanzien van feit 5 stelt de verdediging dat [naam verdachte] geen deelnemer is geweest aan een criminele organisatie, aangezien de contacten tussen de verdachten onderling onvoldoende duurzaam en concreet zijn geweest. Er was geen sprake van een duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband.
Ten aanzien van feit 7 merkt de verdediging op dat [naam verdachte] niet precies wist wat er in de tas zat en hoeveel het was. Hij dacht wel dat het drugs zouden zijn. [naam verdachte] had de tas een paar dagen voor de doorzoekingen opgehaald in Amsterdam en zou er
€ 1.500,- voor krijgen als hij de tas zou bewaren. [naam verdachte] stelt dat hij niet in de tas heeft gekeken en de pakketten niet heeft aangeraakt. Door het ontbreken van de SIN-nummers die gekoppeld kunnen worden aan de aangetroffen pakketten ontbreekt een cruciale schakel in de ‘chain of evidence’. De verdediging stelt dat nu niet kan worden vastgesteld dat hetgeen is onderzocht door het NFI ook daadwerkelijk afkomstig is uit de woning van [naam verdachte] . Ook kan aan de hand van de verklaring van [naam verdachte] niet worden vastgesteld of sprake was van enige werkzame stof in het aangetroffene. [naam verdachte] wist immers niet wat er in de tas zat.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Inleiding
Het onderzoek Wolf Beretta is een zeer omvangrijk onderzoek waarbij een aantal verdachten over langere tijd door de politie in de gaten is gehouden. Dit in de gaten houden bestond onder andere uit het tappen van vele telefoonlijnen, het plaatsen van OVC-apparatuur (Opname Vertrouwelijke Communicatie) in de diverse auto’s in gebruik bij verdachten en in de woning van [naam medeverdachte 2] , het observeren van verdachten, en het opnemen van vertrouwelijke communicatie tussen verdachten tijdens besprekingen in horecagelegenheden. In het proces-verbaal is door middel van pv’s stemherkenning [1] en pv’s bevindingen met betrekking tot de bijnamen van verdachten aangegeven op basis van welke feiten en omstandigheden de politie de conclusie trekt dat een bepaald telefoonnummer door een bepaalde verdachte wordt gebruikt, wie er spreekt en wie met een bepaalde bijnaam bedoeld wordt. Na de inbeslagname van een aantal BlackBerry telefoons onder verdachten is ook herleid kunnen worden welke verdachte gebruik maakte van welk BlackBerry e-mailadres. [2]
Daar waar een en ander door de verdediging niet betwist wordt, neemt de rechtbank de conclusie van de politie, dat een bepaalde verdachte de gebruiker is van een bepaald telefoonnummer of dat een bepaalde verdachte met een bepaalde bijnaam wordt aangeduid of dat een bepaalde verdachte de gebruiker is van een onder hem inbeslaggenomen BlackBerry, over en maakt deze tot de hare.
Daar waar de verdediging in dit kader iets betwist heeft, gaat de rechtbank hierop nader in in haar bewijsoverwegingen.
[naam medeverdachte 3] [3] BlackBerry [4] de [bijnaam mv 3] en [bijnaam mv 3] (= [bijnaam mv 3] in het Spaans) [5]
[naam medeverdachte 5] [6]
[Naam medeverdachte 4] [7] BlackBerry [8] [Bijnaam mv 4] [9] , [Bijnaam mv 4] [10] , [Bijnaam mv 4] [11] , [Bijnaam mv 4] [12] ,
[Bijnaam mv 4] [13]
[naam medeverdachte 2] [14] [Bijnaam mv 2] [15] , [Bijnaam mv 2] , [Bijnaam mv 2] [16]
[naam medeverdachte 6] [17] BlackBerry [18] [bijnaam mv 6] [19] , [bijnaam mv 6] [20]
[naam medeverdachte 7] [21]
[naam medeverdachte 10] [22]
[naam medeverdachte 8] [23] BlackBerry [24] [bijnaam mv 8] [25] , [bijnaam mv 8] [26]
[naam medeverdachte 9] [27] de [bijnaam mv 9] [28]
[naam verdachte] [29] BlackBerry [30] [bijnaam verdachte] [31] of [bedrijf 5] [32]
[naam medeverdachte 1] [33] [bijnaam mv 1] [34] , [bijnaam mv 1] [35]
De rechtbank merkt op dat de kopjes tussen de bewijsmiddelen enkel zijn bedoeld om de leesbaarheid te bevorderen en geen duidelijke scheiding vormen tussen de bewijsmiddelen voor verschillende feiten, te meer daar alles in onderling verband en samenhang bezien een rol speelt in het bijzonder, maar niet alleen, voor de criminele organisatie.
Feit 1 (zaaksdossier 5 - 1.059 kg cocaïne)
De Belgische Federale Politie te Antwerpen heeft op 29 april 2013 inlichtingen ontvangen van de autoriteiten in Ecuador. Uit deze inlichtingen volgt dat er op 25 april 2013 te Guayaquil in Ecuador 1.059,486 kilogram cocaïne is inbeslaggenomen. De cocaïne was verborgen in 149 dozen met keramische tegels en werd in een haven aangetroffen in een container met nummer CAIU2658991. De keramische tegels waren afkomstig van het bedrijf [naam bedrijf 1] uit Guayaquil te Ecuador. Op de vrachtbrief, behorende bij deze container, staat de firma [B 2] CGV te Antwerpen als contactpersoon vermeld.
De naam, het adres en de postcode van [B 2] CGV komt volgens de politie overeen met het bedrijf dat door de ‘Wolf/Beretta’-groepering is gebruikt voor de import van containers uit Peru. De rechtbank constateert evenwel, met de officier van justitie en de verdediging, dat er tijdens het Nederlandse politieonderzoek niet of nauwelijks aanknopingspunten zijn gebleken tussen de aangetroffen cocaïne en voornoemde groepering of deze specifieke verdachte. Hieraan draagt bij dat er vanuit Ecuador slechts een summier dossier is verstrekt. Ondanks een rechtshulpverzoek daartoe, hebben de Ecuadoraanse autoriteiten geen inzage gegeven in inbeslaggenomen digitale gegevensdragers en evenmin het gehele dossier op formele wijze aan de Nederlandse autoriteiten beschikbaar gesteld.
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank dan ook van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is dat de in voornoemde container aangetroffen cocaïne bestemd was voor de verdachte of enig crimineel samenwerkingsverband waaraan hij zou hebben deelgenomen.
Feiten 2, 3, 4 en 5
Zaaksdossier 2: de invoer van een partij van minimaal 50 kilogram cocaïne en de criminele organisatie ( [naam medeverdachte 7] , [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] , [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 2] en [naam verdachte] )
De eerste container
Uit het proces-verbaal van observatie [36] en het ten gevolge daarvan opgemaakte proces-verbaal van bevindingen bekijken videobeelden [37] , blijkt, zakelijk weergegeven, onder andere dat op 20 januari 2012 een ontmoeting is geobserveerd tussen [naam medeverdachte 7] , [naam medeverdachte 11] , [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 12] , en een onbekende persoon bij pannenkoekenhuis ‘ [naam pannekoekenhuis] ’ te [L. 1] .
Op 13 maart 2012 is er sms verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] waarin [Naam medeverdachte 4] aangeeft dat hij morgen kan langskomen als hij terugkomt van Amsterdam om [Bijnaam mv 2] af te halen. [Naam medeverdachte 4] voegt toe: ‘zie je die ook nog eens’. [38]
Op 14 maart 2012 arriveert [naam medeverdachte 2] op Schiphol alwaar hij wordt opgehaald door [Naam medeverdachte 4] [39] .
Vanaf 12 maart 2012 is er sms verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] enerzijds en [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] anderzijds. Hieruit kan afgeleid worden dat men afspraken maakt voor een ontmoeting op 16 maart 2012 rond 11.00 uur. [40] Door het observatieteam wordt gezien dat [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] op 16 maart 2012 samen in een VW Caddy [kenteken 1] rijden en dat die Caddy om 9.58 uur geparkeerd wordt op de parkeerplaats van het kerkhof gelegen aan de Valkenswaardseweg te [L. 1] . Om 10.19 uur komen [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] uit het restaurant [restaurant 1] te [L. 1] . Om 11.29 uur rijden [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] weer met de Caddy weg. Om 11.40 uur wordt gezien dat de Caddy geparkeerd staat bij de woning van [naam medeverdachte 1] te [L. 1] [41] .
Op 4 april 2012 neemt [Naam medeverdachte 4] om 8.26 uur contact op met [naam medeverdachte 1] en geeft aan dat hij dringend de vriend van [naam medeverdachte 1] moet zien [42] . [naam medeverdachte 1] neemt vervolgens contact op met [naam medeverdachte 3] en geeft dan aan dat ‘ [Bijnaam mv 4] ’ (= bijnaam [Naam medeverdachte 4] ) hem wil zien [43] . Er wordt afgesproken om 10.30 uur bij ‘ [Bijnaam mv 4] ’.
Daarna belt [Naam medeverdachte 4] [naam medeverdachte 2] en zegt dat hij dringend naar Eindhoven moet omdat ‘dat met die foto’s was niets’. Uit het gesprek volgt dat [Naam medeverdachte 4] [naam medeverdachte 2] oppikt om mee te gaan. [44] Rond 11-12 uur was de telefoon van [naam medeverdachte 2] in elk geval in de buurt van [restaurant 2] / [restaurant 3] , de twee horecagelegenheden in Valkenswaard (waar vaker wordt afgesproken en die worden aangeduid met ‘ [Bijnaam mv 4] ’) [45] .
Om 9.38 uur, 9.40 uur en 10.58 uur belt [naam medeverdachte 1] uit naar [naam medeverdachte 3] . Er komt geen communicatie tot stand. [46]
Rond diezelfde tijd vraagt [naam medeverdachte 1] per sms aan de gebruiker van het telefoonnummer [gsm nummer] waar hij is. Op basis van de omstandigheid dat met de gebruiker van ditzelfde telefoonnummer een afspraak wordt gemaakt bij [naam medeverdachte 1] thuis en vervolgens geobserveerd wordt dat de auto in gebruik bij [naam medeverdachte 7] (een Audi A3) met Belgisch kenteken [kenteken 2] op het afgesproken tijdstip bij de woning van [naam medeverdachte 1] achterom rijdt, concludeert de rechtbank dat [naam medeverdachte 7] de gebruiker van dit telefoonnummer is. [47]
Vervolgens is [naam medeverdachte 1] boos op [naam medeverdachte 3] dat deze niet is op komen dagen. ‘ [Bijnaam mv 4] ’ is voor niets gekomen, terwijl hij hem dringend nodig heeft, want er klopt niets van. Afgesproken was dat [naam medeverdachte 3] vandaag/woensdag beschikbaar zou zijn (opmerking rechtbank: 4 april 2012 valt op een woensdag). [48] Rond 17.00 uur bericht [naam medeverdachte 3] [naam medeverdachte 1] dat hij een afspraak had die voor ging. Hij geeft aan dat hij vanaf 18.00 uur thuis is. [naam medeverdachte 1] sms-t terug dat hij er zal zijn. [49]
Om 17.15 neemt [Naam medeverdachte 4] contact op met het Dominicaanse nummer [telefoonnummer 1] . Hij bericht dat die ander [Bijnaam mv 2] moet accepteren (waarschijnlijk wordt Skype bedoeld). Hij ondertekent met [Bijnaam mv 4] . ( [naam medeverdachte 2] wordt vaker aangeduid als [Bijnaam mv 2] en [Naam medeverdachte 4] als [Bijnaam mv 4] ). In de computer van [naam verdachte] zijn zowel de skype namen [Bijnaam mv 2] als [Bijnaam mv 4] aangetroffen. [50] Op basis van deze gegevens in onderling verband en in samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen concludeert de rechtbank dat [naam verdachte] de gebruiker van dit Dominicaanse nummer is.
Op 4 april 2012 vindt er omstreeks 18.00-18.15 uur alsnog een ontmoeting plaats tussen [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] bij ‘ [Bijnaam mv 4] ’. Om dit te regelen is er ge-sms-t tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] . Ook [naam medeverdachte 2] is aanwezig. [51] (De rechtbank leidt de aanwezigheid van [naam medeverdachte 2] af uit de mededeling van [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] dat de ‘gasten zitten te wachten’, het telefoongesprek tussen [naam medeverdachte 2] en zijn partner van 17.20 uur waarin hij aangeeft dat hij geen tijd heeft omdat hij weg moet en het sms-bericht van [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 1] waarin staat ‘
Zijnonderweg. Zullen ong 15min later zijn’ in combinatie met het gegeven dat uit de bewijsmiddelen blijkt dat [naam medeverdachte 2] als hij in Nederland is doorgaans samen met [Naam medeverdachte 4] optrekt.) [52]
Om 18.47 uur en 18.59 uur stuurt [naam medeverdachte 3] een sms naar het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 7] [53] .
Uit een sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] is af te leiden dat er rond 19.30 uur weer een ontmoeting is tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] bij [naam medeverdachte 1] thuis. [54]
Tussen 19.15 uur en 19.30 uur heeft [Naam medeverdachte 4] sms contact met het reeds hiervoor aangehaalde Dominicaanse telefoonnummer [telefoonnummer 1] , in gebruik bij [naam verdachte] . Er wordt door [naam verdachte] gevraagd of [Naam medeverdachte 4] de info al heeft kunnen regelen. [Naam medeverdachte 4] geeft aan: ‘nu niet, zijn er mee bezig’. [55]
Rond 22.00 uur sms-t [naam medeverdachte 1] [Naam medeverdachte 4] : ‘het wordt morgen voor we elkaar zien’. [56]
Rond 23.00 uur heeft [Naam medeverdachte 4] weer contact met datzelfde Dominicaanse [telefoonnummer 2] , in gebruik bij [naam verdachte] . [naam verdachte] geeft aan dat hij wel morgen een afspraak heeft, maar dat hij niks meeneemt omdat hij vandaag geen info van [Naam medeverdachte 4] had gekregen. [57]
Diezelfde avond en in de ochtend van 5 april 2012 zijn er de nodige telefonische contacten tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [58]
In de ochtend van 5 april 2012 is er tussen 11.00 en 11.30 uur een ontmoeting tussen [naam medeverdachte 2] , [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] bij Hotel [restaurant 2] te Valkenswaard. Ook de auto in gebruik bij [naam medeverdachte 1] is daar rond dat tijdstip gesignaleerd. [59] Omdat het initiatief voor deze afspraak van [naam medeverdachte 1] afkwam [60] concludeert de rechtbank dat ook [naam medeverdachte 1] daarbij aanwezig was.
Vanaf 11.45 uur is er vervolgens herhaaldelijk telefonisch contact tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] . [61]
Rond 12.30 uur die dag (5 april 2012) hebben [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] sms-contact over een afspraak die avond. [62] Rond 19.30 uur is er sms-verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en het Nederlandse nummer van [naam verdachte] en rond 22.00 uur tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [63]
In de vroege uren en ochtend van 6 april 2012 neemt het Nederlandse nummer van [naam verdachte] per sms contact op met [Naam medeverdachte 4] . [naam verdachte] geeft aan dat hij nu pas in de trein naar huis zit en dat het hem niet gaat lukken. Gevraagd wordt: ‘kunnen jullie misschien niet bij me thuis koffie drinken?’ Gemeld wordt dat het andere nummer in de koffer is achtergelaten. Aan de lijn is thans [bijnaam verdachte] , vriend van [Bijnaam mv 4] . Uit het onderzoek is gebleken dat [bijnaam verdachte] een internetnaam van [naam verdachte] is en [Bijnaam mv 4] / [Bijnaam mv 4] van [Naam medeverdachte 4] . [64]
Op 9 april 2012 is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [65]
Op 10 april 2012 is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] waaruit af te leiden is dat ze elkaar die ochtend ontmoet hebben. [66]
Eerste container: HASU 4001697
Verklaring voor al deze drukte:
Op of omstreeks 9 april 2012 werd een container (HASU 4001697) verstuurd vanuit de Dominicaanse republiek. De container had als lading travertin tegels, te weten 580 m2 ter waarde van USD 12.505,- verpakt in 15 kratten. Deze bestelling was in de Dominicaanse Republiek gedaan door iemand die zich ‘ [R.P.] ’ noemde. [67] Deze tegels werden door het bedrijf [naam bedrijf 2] S.A. bij [naam bedrijf 3] besteld en door [naam bedrijf 3] rechtstreeks geleverd aan [naam bedrijf 3] bvba, te Antwerpen. De geschatte aankomst in de haven van Antwerpen was 24 april 2012. [68]
Door de Belgische autoriteiten werd onderzoek verricht naar het bedrijf [naam bedrijf 3] bvba. Op 16 september 2011 werd de maatschappelijke zetel van dit bedrijf verplaatst naar het adres [adres 1] te 2018 Antwerpen. Op deze datum werd [M. van G.] benoemd als onbezoldigd zaakvoerder.
In een loods in Mol zijn op 24 juni 2013 travertin tegels aangetroffen in een bekisting waarop stond [naam bedrijf 2] . Die loods was begin maart 2012 gehuurd door [M. van G.] van [L] Transformation . De opgegeven adresgegevens van de loods waren identiek aan die van [naam bedrijf 3] . [69]
Op 12 april 2012 is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] . Er wordt een afspraak gemaakt tussen [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 1] voor de volgende dag. Het lijkt erop dat [naam medeverdachte 7] [naam medeverdachte 3] niet te pakken krijgt, want hij sms-t aan [naam medeverdachte 1] : ‘Onze vriend antwoordt niet’. [naam medeverdachte 1] antwoordt: ‘Ok zie je morgen. Ik ben ook in Antw. In de vroege middag eventueel’. [70]
Later die dag is er weer over en weer sms verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [71]
Ook de volgende dag 13 april 2012 is er verspreid over de hele dag sms verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [72] Op 14 april 2012 in de ochtend is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] ; zo ook op 16 en 17 april 2012. [73]
Op 17 april 2012 is er ook weer sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] . [naam medeverdachte 3] klaagt dat hij geen vervoer heeft en sms-t aan [naam medeverdachte 1] : ‘Vraag of ie ff naar mij komt’. [74] Later die ochtend is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] . [naam medeverdachte 7] geeft aan dat hij ‘pas om 13 u in eik’ kan. Er wordt om 4 uur afgesproken in ‘eik’. De politie vermoedt dat met ‘eik’ het Belgische Maaseik wordt bedoeld. [75]
Daarna, tegen 17.00 uur, belt een telefoonnummer dat later aan [naam medeverdachte 1] gekoppeld wordt twee keer uit naar [Naam medeverdachte 4] . Er wordt een afspraak gemaakt om elkaar te zien bij ‘de monteur’ en, als die er niet blijkt te zijn, zegt [naam medeverdachte 1] dat hij wel naar [Naam medeverdachte 4] komt. [Naam medeverdachte 4] geeft aan: “Ja oke je komt richting snow”. [naam medeverdachte 1] geeft aan: “Daar op de hoek weet je wel. Ik weet niet wat je bedoelt nou”. [Naam medeverdachte 4] zegt: “Ja oke, hou dat dan maar aan dan”. [naam medeverdachte 1] : “Ik ben er zo”. [76] Om 18.38 uur stuurt [naam medeverdachte 1] een sms naar [naam medeverdachte 7] : ‘Zit met die mensen aan tafel, als die auto geen originele papieren heeft, dan kan men niets doen?’ Om 18.41 stuurt [naam medeverdachte 7] een sms naar [naam medeverdachte 3] . [77] [naam medeverdachte 1] sms-t [naam medeverdachte 7] om 18.41: ‘Oké heb ze al gezien dus zacht (de rechtbank begrijpt dat ‘wacht’ is bedoeld) effe tot donderdag. We hebben nog tijd volgens mij’. Om 18.42 uur wordt er twee keer over en weer ge-sms-t tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . Om 19.02 uur meldt [naam medeverdachte 7] aan [naam medeverdachte 1] dat hij de volgende ochtend om 9.30 uur bij hem is. [78]
Uit de historische verkeersgegevens van het nummer van [naam medeverdachte 3] blijkt dat er op 18 april 2012 rond de middag vier keer telecommunicatieverkeer plaatsvindt tussen [naam medeverdachte 3] en [Naam medeverdachte 4] . Later die dag is er sms verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] . [79]
Op 19 april 2012 is er rond 8.00 uur drie keer sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . Uit het peilbaken blijkt dat de VW Polo in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] rond 9.00 uur in de buurt van de woning van [naam medeverdachte 1] is. [80]
Op 19, 20 en 21 april 2012 zijn er de nodige telefonische contacten tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] , en [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [81]
Op 22 april 2012 maakt [naam medeverdachte 3] een afspraak met [Naam medeverdachte 4] ‘bij onze vriend’ voor maandagmorgen (23 april 2012). [82]
Op 23 april 2012 hebben rond 8.45 uur [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] nog sms-contact. Uit de peilbakengegevens blijkt dat de VW Polo [kenteken 3] in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] rond 8.30 uur vertrekt vanuit Sittard-Geleen (zijnde de verblijfplaats van [naam medeverdachte 2] ) naar [L. 1] . Rond 9.15 is er een stop op de [adres 2] te [L. 1] , zijnde in de buurt van de woning van [naam medeverdachte 1] . Daarna (10.15 uur) begeeft die auto zich naar de omgeving van Hotel [restaurant 2] in Valkenswaard. [83]
Die middag vindt er sms-verkeer plaats tussen [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] . [84]
De volgende dag op 24 april 2012 is er rond 9.00 uur weer smsverkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 1] . [85]
Op 25 april 2012 wordt er een afspraak gemaakt tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] . In deze sms vraagt [Naam medeverdachte 4] of [naam medeverdachte 1] zijn kant op kan komen (in verband met te veel blauw op de weg). [Naam medeverdachte 4] ondertekent met ‘ [Bijnaam mv 4] ’. Uiteindelijk wordt (tussen 18 en 18.30 uur) afgesproken bij het [SB] . [86] De rechtbank gaat er van uit dat ook [naam medeverdachte 2] bij deze bespreking aanwezig is, omdat er rond 10.45 uur een gesprek is getapt tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] waarin [Naam medeverdachte 4] aangeeft dat ‘we aan het eind van de middag bezoek krijgen’ ‘ja waar ik eigenlijk vanmorgen heen zou gaan’ ‘die kwam laat in de middag deze kant op’ ‘dat ik niet die kant op hoefde, er is ontzettend veel blauw op de autobaan. [87]
Rond 18.00 uur wordt er weer ge-sms’t tussen [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 3] . [88]
Uit de peilbakengegevens blijkt dat de VW Polo in gebruik bij [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] die avond tussen 18.15 en 18:45 uur bij het [SB] te Stein staat. [89]
Om 18.51 uur sms-t [naam medeverdachte 1] aan [naam medeverdachte 7] : ‘ik ben bij jou in de buurt, ben je thuis?’ ( [naam medeverdachte 7] woont in Maasmechelen en dat ligt vlak bij Stein.) [90] Uit deze gang van zaken leidt de rechtbank af dat [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 2] en [naam medeverdachte 1] elkaar hebben ontmoet bij het [SB] , waarna [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] elkaar ontmoet hebben.
Aankomst container HASU 4001697 in Antwerpen
Deze container is op 24 april 2012 gearriveerd in de haven van Antwerpen bij kaai 742. De opdracht tot inklaren is van 26 april 2012. Deze opdracht is afkomstig van [naam bedrijf 3] bvba. [91]
Tussen 26 april 2012 en 2 mei 2012 zijn er zeer veel contacten (telefonisch en ontmoetingen) tussen [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 7] en [Naam medeverdachte 4] (en [naam medeverdachte 2] ) over en weer: [92]
Berichtenverkeer en ontmoetingen op 26 april 2012:
Sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] tussen 8.57 en 9.16 uur: [93]
[naam medeverdachte 1] : ‘Heb je mijn tekst gehad’
[naam medeverdachte 7] : ‘Ik niet ik heb met ons vriend om 11.u. af. In eik’
(de rechtbank merkt op dat met ‘eik’ vermoedelijk Maaseik wordt bedoeld)
‘ik must in antw. Van 18.u tot 23.u vor de inf. Van jou vriend’
[naam medeverdachte 1] : ‘Ik heb je gister al gestuurd. Was om 1900. Bij jou. Heb iets voor jou ivm foto. Ik probeer hem te pakken te krijgen en geef hem mee. Gr. Ps heb ook veel keer over laten gaan.’
Sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] tussen 9.17 en 9.19 uur: [94]
[naam medeverdachte 1] : ‘Kan je even langs mij ivm bakker’. Opmerking rechtbank: met ‘bakker’ wordt naar alle waarschijnlijkheid [naam medeverdachte 7] bedoeld. [95]
[naam medeverdachte 3] : ‘Die zie ik zo meteen. Moet daar na. Gaat niet anders.
Sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] om 9.19 uur: [96]
Van de Vleut: ‘Probeer hem ook even te zeggen dat hij bij mij stopt’
[naam medeverdachte 7] : ‘Ik waas weg om 17.15 must om 18.udar ij mar op 1. Pl.
Sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] aan [naam medeverdachte 3] tussen 9.20 en 9.27 uur [97] :
[naam medeverdachte 1] : ‘Beter even stoppen. Het is voor hem’.
[naam medeverdachte 3] : ‘Ok ik vertrek zo’.
[naam medeverdachte 1] : ‘Gas erop’.
Sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] tussen 9.23 en 9.25 uur: [98]
[naam medeverdachte 1] : ‘Hoeft niet meer heb hem nu gehad. Ik heb voor voor foto gekregen’
‘Gister .en je kunt zeggen tegen je vriend dat je het hebt. Als je h’
‘et vandaag niet hebt geef ik je het zodra ik je zie. Gr.’
[naam medeverdachte 7] : ‘OK’
Sms-verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] tussen 10.06 en 11.07 uur: [99]
[Naam medeverdachte 4] : ‘Vriend wanneer horen of zien we jullie? Gr [Bijnaam mv 4] ’.
[naam medeverdachte 3] : ‘Kan zo meteen. Ik zit in maaseik’.
Voorts is er tussen 11.07 en 11.09 uur drie keer sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [100]
Daarna neemt [naam medeverdachte 3] contact op met [Naam medeverdachte 4] via de sms (Sms-verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] tussen 11.47 en 11.50): [101]
[naam medeverdachte 3] : ‘Kunnen we nu afspr.? Ik ben in zuiden.
[Naam medeverdachte 4] : ‘Ok zeg maar waar’
[naam medeverdachte 3] : ‘Urmond?’
[Naam medeverdachte 4] : ‘Ok ong 15min’
[naam medeverdachte 3] : ‘OkOk’
Uit de peilbakengegevens van de VW Polo met kenteken [kenteken 4] in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] blijkt dat deze om 12.08 uur bij het [naam Hotel] Hotel in Urmond is geweest. [102]
Om 12.36 uur sms-t [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 3] : ‘Kun je om 14u op plek zijn waar we ons net gezien hebben. gr. [Bijnaam mv 4] .’ [naam medeverdachte 3] antwoordt om 12.37 uur: ‘ok’ [103]
Om 12.38 uur is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [104]
Sms-verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] tussen 13.32 en 13.33 uur: [105]
[naam medeverdachte 3] : ‘ik ben 10min later.’
[Naam medeverdachte 4] : ‘geen probleem, zitten binnen’
(uit het gebruik van het meervoud, leidt de rechtbank af dat ook [naam medeverdachte 2] aanwezig is).
[naam medeverdachte 3] : ‘OK’
Uit de peilbakengegevens van de VW Polo met kenteken [kenteken 4] in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] blijkt dat deze tussen 14.04 en 15.19 uur bij het [naam Hotel] Hotel in Urmond is geweest. [106]
Tussen 14.29 en 15.58 uur is er vier keer sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . Om 15.49 belt [naam medeverdachte 7] uit naar [naam medeverdachte 1] . Een computerstem antwoordt dat het mobiele nummer niet bereikbaar is. [107]
Om 16.01 uur sms-t [naam medeverdachte 3] [Naam medeverdachte 4] : [108]
[naam medeverdachte 3] : ‘we hebben hem. Is ok. Blaas alles maar af. We zien ons morgen.’
[Naam medeverdachte 4] : ‘ok vriend. Gr.’
Tussen 18.19 en 21.16 uur stuurt [naam medeverdachte 1] een drietal sms-en naar [naam medeverdachte 7] : [109]
‘Ik moet vroeg weg. ik kan beter bij lambrettam bij jou thuis stoppen om 8.30. oké’
‘Dus als ik ze zie kan ik dat zo zeggen dat ze zich geen zorgen over de aanbouw hoeven te maken?’
‘Ik moet morgen al vroeg weg. ik kan beter bij lambrettam bij jou thuis stoppen om 8.30. oké?’
Tussen 21.17 en 21.22 is er een sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [Naam medeverdachte 4] : [110]
[naam medeverdachte 1] : ‘Morgen ben ik er niet. Je kan met die ene contact op nemen eventueel. Gr.’
[…]
[naam medeverdachte 1] : ‘oké ben er zaterdag ook niet of laat middag’
[Naam medeverdachte 4] : ‘Ok, dan hou ik even contact met jou vriend. Gr.’
Vervolgens probeert [naam medeverdachte 1] tussen 26 april 2012, 22.22 uur en 27 april 2012, 7.22 uur tot vier keer toe in contact te komen met [naam medeverdachte 7] . [111]
Berichtenverkeer en ontmoetingen op 27 april 2012
Tussen 8.01 en 9.17 uur is er contact tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] : [112]
[naam medeverdachte 1] : ‘ja van vroeger ook koffie en eten
[naam medeverdachte 7] : ‘U.lat bij de lamb.
[naam medeverdachte 1] : ‘bij jullie lambrettam in maas mechelen’
[naam medeverdachte 7] : ‘U.lat’
[naam medeverdachte 1] : ‘half negen’
[naam medeverdachte 7] : ‘ok’ ‘bij mij?’ ‘ben niet t’
[naam medeverdachte 3] heeft om 8.09 uur en 8.13 uur sms-verkeer met [naam medeverdachte 7] . [113]
Om 10.55 uur stuurt [naam medeverdachte 3] een sms aan [naam medeverdachte 1] : ‘geef ff een seintje als je in de buurt bent? Ik ben niet thuis maar wel vlakbij. Gr’ [114]
Verder blijkt die dag dat er tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] sms-verkeer plaatsvindt. Uit de inhoud kan worden afgeleid dat men elkaar wil ontmoeten. Ook zijn er die middag en avond telefonische contacten tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [115]
Berichtenverkeer op 28 april 2012 [116]
Die ochtend zijn er onderlinge telefonische contacten tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] .
SMS-verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] . Daaruit kan worden afgeleid dat er ’s maandags vermoedelijk een afspraak zal zijn en dat men van elkaar hoort.
SMS-verkeer tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] . Uit de berichtenwisseling kan worden afgeleid dat men elkaar wil ontmoeten bij ‘Haring’.
SMS-bericht van [naam medeverdachte 1] aan [naam medeverdachte 7] om 15.21 uur: [naam medeverdachte 1] wil [naam medeverdachte 7] morgen (29 april 2012) om 12 uur bij Lambrettam ontmoeten.
Die middag zijn er ook onderlinge telefonische contacten geweest tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] .
Berichtenverkeer op 29 april 2012 [117]
Uit sms-berichten tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] volgt dat zij elkaar om 12.10 uur willen ontmoeten.
Berichtenverkeer op 30 april 2012 [118]
[naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 3] hebben die ochtend twee keer onderling contact.
[Naam medeverdachte 4] vraagt om 10.59 uur aan [naam medeverdachte 3] : ‘vriend, hoe laat zien we je? Gr’ [naam medeverdachte 3] antwoordt om 11.01 uur: ‘ze zijn er mee bezig vandaag. Ik hoor het zsm. Dan hoor je van mij.’
Om 14.02 uur vraagt [naam medeverdachte 3] aan [naam medeverdachte 1] : ‘toevallig nog iets gehoord?’
Om 14.56 meldt [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 3] : ‘Vriend het moet vandaag anders zijn we ze kwijt. Ze worden nerveus’.
[naam medeverdachte 3] antwoordt meteen: ‘ben je in de buurt? Ik moet iets zeggen’ en ‘ik wacht op antwoord’.
[Naam medeverdachte 4] : ‘ik kan wel die kant op komen, ong 45 min [Bijnaam mv 4] ’
[naam medeverdachte 3] ‘is nu zinloos. Wacht ff’
[Naam medeverdachte 4] : ‘is vandaag wel iets aantoonbaar?’
[naam medeverdachte 3] : ‘nog niet’ ‘ik ben bang dat het pas morgen wordt. Ben niet zeker’
[Naam medeverdachte 4] : ‘kan niet, MOET VANDAAG ivm vervolg’ en ‘kan niet, MOET VANDAAG ivm
vervolg. Morgen is te laat’
Om 15.20 uur sms-t [naam medeverdachte 3] aan [naam medeverdachte 1] : ‘ben je thuis?’
Vervolgens neemt [naam medeverdachte 3] om 15.21 uur weer contact op met [Naam medeverdachte 4] . Tot 15.46 uur wordt er over en weer gesms-t:
[naam medeverdachte 3] : ‘ik kan niemand bereiken. Ik ben de enige paraat’ en ‘ik rij nu naar onze gezamenlijke vriend’
[Naam medeverdachte 4] : ‘zullen wij ook daarheen komen?’
[naam medeverdachte 3] : ‘Ok hoe laat?’
[Naam medeverdachte 4] : ‘ong 45 min’
[naam medeverdachte 3] : ‘Ok. Weet niet of ie thuis is. Laat het je weten. Anders [Bijnaam mv 4] over 45min’.
[Naam medeverdachte 4] : ‘Ok’
[naam medeverdachte 3] : ‘Blijf maar in jullie buurt. Ik en mijn vriend komen jullie kant uit. We moeten toch daar in de buurt zijn’
Om 15.48 uur vraagt [naam medeverdachte 1] aan [naam medeverdachte 7] : ‘Ik kom naar je toe. ben je thuis of eik?’
Tussen 15.59 en 17.57 uur sms-en [naam medeverdachte 3] en [Naam medeverdachte 4] elkaar weer. Afgesproken wordt bij [naam Hotel] in Urmond. Uit de berichtenwisseling is af te leiden dat [naam medeverdachte 3] daar rond 18.00 uur aankomt. Gelet op voorgaande concludeert de rechtbank dat naast [naam medeverdachte 3] en [Naam medeverdachte 4] ook [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 2] bij deze afspraak aanwezig zijn.
Om 20.00 uur ontvangt [Naam medeverdachte 4] de volgende sms van [naam medeverdachte 3] : ‘hoe laat [Bijnaam mv 4] ? Wordt woensdag’
Uit een sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] volgt dat zij voor die avond een afspraak maken bij ‘ [Bijnaam mv 4] ’. Er is enige spraakverwarring hierover. [naam medeverdachte 3] geeft aan: ‘ja maar niks gaat door vandaag. Piet heeft afgezegd want wordt woensdag. [Bijnaam mv 4] gaat wel door om 21.’
Uit de zendmastgegevens blijkt dat de telefoon in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] op 19.56 en 20.20 uur een zendmast aanstraalt te Valkenswaard (in de omgeving van de horecagelegenheden die worden aangeduid als ‘ [Bijnaam mv 4] ’).
Ook is er die avond (30 april 2012) omstreeks 21.13 uur nog (telefonisch) contact geweest tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] .
Op 1 mei 2012 is er tussen 10.26 en 11.41 uur 8 keer onderling contact tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [119]
Op 2 mei 2012 bericht de Belgische Douane dat de container HASU 4001697 gescand moet worden [120] .
Op 2 mei 2012 heeft [naam medeverdachte 1] sms-verkeer met [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] . Men wil elkaar kennelijk ontmoeten. Ook blijkt uit de historische telecom verkeersgegevens dat er telefonische contacten zijn geweest tussen de telefoons in gebruik bij [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [121]
Om 20.44 uur vraagt [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 3] : ‘en vriend hoe lang nog?’.
Om 20.46 uur sms-t [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 2] : ‘vriend bel me effe’.
Om 20.50 uur antwoordt [naam medeverdachte 3] aan [Naam medeverdachte 4] : ‘ze zijn nog bezig. Laat het je zo weten’.
Om 20.56 sms-t [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 1] : ‘vriend is grijze nog bij jou’
Om 21.09 uur sms-t [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 3] : ‘als het nog lang duurt dan gaat ie. En als ie met lege handen gaat is een kans dat afgelopen is. En is mijn vriend ook bij jou?’ [naam medeverdachte 3] : ‘ja hij vertrekt nu’.
Om 22.31 uur sms-t [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 2] wederom: ‘vriend bel me effe’.
Om 23.29 uur is er een telefoongesprek tussen [naam medeverdachte 2] en Ester Kraaijenbrink. [naam medeverdachte 2] vertelt dat hij de hele dag onderweg is geweest en dat hij nu pas thuis is. Hij had zijn telefoon thuis laten liggen. [naam medeverdachte 2] vertelt dat hij net door [Naam medeverdachte 4] thuis is afgezet en dat zijn auto nog bij [Naam medeverdachte 4] staat. [naam medeverdachte 2] was vanmorgen als om 8.00 uur bij [Naam medeverdachte 4] en ze zijn met de auto van [Naam medeverdachte 4] weg geweest.
Uit de mastlocatie blijkt dat de telefoon in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] zich om 20.44 uur in de buurt van het [naam Hotel] hotel te Urmond bevindt. Uit de opgevraagde camerabeelden van dit hotel blijkt dat [Naam medeverdachte 4] die dag aldaar rond 19.00 uur een ontmoeting heeft gehad met een onbekende man van buitenlandse afkomst en van ongeveer 21.20 tot 22.25 uur met [naam medeverdachte 2] , [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] en die onbekende man van buitenlandse afkomst. [122]
Uit deze gang van zaken leidt de rechtbank, in onderling verband en in samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen, af dat de contacten tussen [naam medeverdachte 7] , [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] , [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] te maken hebben met de aankomst van de container HASU 4001697.
Op 3 mei 2012 wordt door de Douane Remant een mail verstuurd naar [D.D.] van de expediteur [naam expediteur] die in opdracht van [naam bedrijf 3] bvba de inklaring van deze container verzorgt. [123] In de onderwerp regel van deze mail was aangegeven dat de goederen waren vrijgegeven. Deze mail heeft betrekking op de goederen in de HASU 4001697. [124]
Die avond (3 mei 2012) wordt er een ontmoeting geobserveerd in Herberg [restaurant 1] te [L. 1] tussen [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 2] en [naam verdachte] en een hem begeleidende man. Gehoord werd dat men het over ‘douane’ en ‘container’ had.
Daarna wordt er een ontmoeting geobserveerd tussen [naam medeverdachte 2] , [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] in restaurant [restaurant 4] . [125] Uit deze gang van zaken leidt de rechtbank, in onderling en samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen, af dat het gesprek met [naam verdachte] werd teruggekoppeld aan [naam medeverdachte 1] .
Uit de vrijgave van de container HASU 4001697 op 3 mei 2012 kan afgeleid worden dat er niets ‘strafbaars’ is aangetroffen in die container. De politie concludeert dat het dus om een proefzending moet zijn gegaan. [126] De rechtbank overweegt echter dat het heel wel mogelijk is dat er wel degelijk tussen de travertin tegels cocaïne is ingevoerd. De rechtbank baseert dit op het volgende afgeluisterde gesprek van 20 februari 2013 tussen [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 12] en [naam medeverdachte 11] , waaruit is af te leiden dat de cocaïne uit de container is gehaald voordat deze door de scan ging. [127] Dat het om cocaïne gaat leidt de rechtbank, in onderling verband en in samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen in zaaksdossier 2, af.
[naam medeverdachte 3] Toen die Dominicanen afleverden toen die keer, weet je nog?
[naam medeverdachte 11] Ja
[naam medeverdachte 3] Op [naam bedrijf 3] (…)
[naam medeverdachte 11] Maar dat was ook een fysieke, dat was ook een fysieke scan. ‘Heb ik er uit gehaald’
[naam medeverdachte 12] Ja
[naam medeverdachte 3] Hoe?
[naam medeverdachte 11] Toen was er ook een fysieke scan. Scan.
[naam medeverdachte 12] Daar is het leeg ingegaan… Het is er niet vol ingegaan maar leeg. Jullie hebben [naam bedrijf 3] leeg de fysieke scan in laten gaan.
[naam medeverdachte 11] Was het [naam bedrijf 3] ?
[naam medeverdachte 3] Ja
[naam medeverdachte 11] Ik weet het niet meer.
[naam medeverdachte 3] Jawel, ja [naam bedrijf 3]
[naam medeverdachte 12] Dus, er is , iets een ..uh.. tegels.
[naam medeverdachte 11] Oh, ja ja ja , de, de partij, klopt, de partij tegels, dat klopt, dat klopt.
In voormeld OVC gesprek wordt tevens gesproken over ‘ [P.] ’. ‘ [P.] is besmet’ ‘daarom hebben ze die badge afgenomen’. De politie onderbouwt gemotiveerd dat met ‘ [P.] ’ of ‘streep’ douane medewerkers worden bedoeld. Het meest in het oog springende is dat de mededeling ‘ [P.] staakt’ strookt met een min of meer gelijktijdige staking van de Antwerpse Douane. [128] De rechtbank neemt deze conclusie over en maakt deze tot de hare.
Tweede container SUDU 6710420
De tweede container die door [R.P.] was besteld bij het Dominicaanse bedrijf [naam bedrijf 2] werd op 3 mei 2012 vanuit [naam bedrijf 3] middels de container SUDU 6710420 verzonden naar de haven van Caucedo in de Dominicaanse Republiek. Deze container was wederom bestemd voor [naam bedrijf 3] en was eveneens geladen met Travertin Tegels. Hij vertrok op 6 mei 2012 en kwam in Antwerpen aan op 22 mei 2012. [129]
Uit de interceptie van telecomgegevens en uit historische verkeersgegevens blijkt dat er op 7 mei 2012 onderlinge contacten zijn geweest tussen de telefoons in gebruik bij:
[naam medeverdachte 3] - [naam medeverdachte 7]
[naam medeverdachte 1] - [naam medeverdachte 7]
[naam medeverdachte 2] - [Naam medeverdachte 4] .
De relevante gegevens zijn hieronder weergegeven. Afgeleid kan worden dat er een afspraak is die verschoven wordt naar de volgende dag (8 mei 2012) om 11.30 bij ‘ [Bijnaam mv 4] ’. [130]
[naam medeverdachte 2] vertelt op 7 mei 2012 om 15.49 uur (in een afgetapt telefoongesprek) dat hij met [naam medeverdachte 14] in Antwerpen is. [131]
[naam medeverdachte 2] belt om 20.14 uur met [Naam medeverdachte 4] . [naam medeverdachte 2] vraagt of [Naam medeverdachte 4] nog wat gehoord heeft. [Naam medeverdachte 4] zegt ja. Ben je er geweest, vraagt [naam medeverdachte 2] . Nee zegt [Naam medeverdachte 4] . Morgen, vraagt [naam medeverdachte 2] . Ja zegt [Naam medeverdachte 4] . Hoe laat vraagt [naam medeverdachte 2] . Een uur zegt [Naam medeverdachte 4] . Laten we het dan morgen 12 houden zegt [naam medeverdachte 2] . Ja is goed, dat moet zeker zijn ja want we moeten een uurtje rijden, zegt [Naam medeverdachte 4] . [132]
Tussen 20.13 en 20.21 is er de volgende sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] :
[naam medeverdachte 1] : ‘hallo waar ben je? Je hebt een afspraak vanavond om 20.00 uur. Heb je
nieuws?’
[naam medeverdachte 3] : ‘alles ok’ en ‘afspraak’
[naam medeverdachte 1] : ‘Jij hebt dat gemaakt! Maar hoe laat morgen en waar. Neem contact met
onze vriend op aub. Gr’.
[naam medeverdachte 3] : ‘OK’. [133]
Vervolgens sms-t [naam medeverdachte 3] om 20.22 uur [Naam medeverdachte 4] : ‘morgen 11.30 uur [Bijnaam mv 4] ’. Waarna [Naam medeverdachte 4] antwoordt: ‘OK’. (Uit eerdere afspraken is duidelijk geworden dat met ‘ [Bijnaam mv 4] ’ 2 horecagelegenheden in Valkenswaard worden bedoeld.) Daarop belt [Naam medeverdachte 4] met [naam medeverdachte 2] . [Naam medeverdachte 4] zegt dat het morgen een uurtje eerder zal zijn. Het wordt rond half elf bij [naam medeverdachte 2] . Een uurtje eerder zegt [naam medeverdachte 2] , is goed, half elf ben je bij mij, is goed. [134]
Om 22.30 uur sms-t [naam medeverdachte 1] aan [Naam medeverdachte 4] : ‘ik ben in de late middag bij pannekoeken grind vijver. Exact hoe laat geef ik nog door. Rond half zes wordt het. Gr of ander optie om 09.30 bij mij?
[Naam medeverdachte 4] antwoordt: ‘Hebben al een afsp met je vriend om 11.30 [Bijnaam mv 4] ’
[naam medeverdachte 1] ‘Volgens mij kan ik wer ook zijn.Gr’
[Naam medeverdachte 4] ‘Oke tot dan. Gr’
De telefoon van [naam medeverdachte 2] straalt op 8 mei 2012 om 11.21 uur een mast te Valkenswaard aan en die van [Naam medeverdachte 4] om 12.11 uur. [135]
Op basis van vorenstaande concludeert de rechtbank dat er op 8 mei 2012 in Valkenswaard een ontmoeting heeft plaatsgevonden tussen (in elk geval) [naam medeverdachte 2] , [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] .
Op 9 mei 2012 hebben [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] tussen 10.51 en 12.25 uur, 14 keer onderling contact. [136]
Sms-verkeer [naam medeverdachte 1] - [naam medeverdachte 7] :
10.58
uur [naam medeverdachte 7] : ‘G.morgen ben om 16.30thuis of om 19.u’
11
uur [naam medeverdachte 7] : ‘i.v.met fotos 2.z. Klar’
11.04
uur [naam medeverdachte 1] : ‘Ben onderweg weet het nog niet zeker, Laat je nog weten. Anders wie ik je om negen vanavond in op. ?’
11.06
uur [naam medeverdachte 7] : ‘OK’
20.02
uur [naam medeverdachte 7] : ‘Ik ga nu terug ik ben kort bij thuis 20.45 ben ik dar’
20.03
uur [naam medeverdachte 1] : ‘Ok ik rij nu bij’
20.04
uur [naam medeverdachte 7] : ‘OK’
Op 10 mei 2012om 11.07 stuur [naam medeverdachte 3] aan [Naam medeverdachte 4] een sms: ‘zien we elkaar nog.’
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat op 10 mei 2012 er tussen 11.18 uur en 11.43 uur zes keer onderling contact is geweest tussen het telefoonnummer van [naam medeverdachte 3] en dat van [naam medeverdachte 7] . [137]
Om 11.47 uur stuur [naam medeverdachte 1] aan [Naam medeverdachte 4] een sms: ‘Mijn vriend staat te wachten van [Bijnaam mv 4] , Je reageert niet zegtie’. [138]
[Naam medeverdachte 4] stuurt [naam medeverdachte 3] om 12.12 uur het volgende bericht: ‘Hoop t wel, zijn aan het wachten. Je hoort zo snel mogelijk van me. Gr’.
[naam medeverdachte 3] antwoordt om 12.12 uur met ‘OK’.
[naam medeverdachte 3] 15.12 uur: ‘wat is jullie plan vandaag’
[Naam medeverdachte 4] 15.17 uur: ‘zo gauw wij iets horen, jou een tijd doorgeven. Dan zien we ons in [Bijnaam mv 4] . Kleine is ook aan t wachten’. [139] (opmerking rechtbank: met ‘kleine’ wordt [naam verdachte] bedoeld.)
Tussen 16.36 en 16.43 uur is er vijf keer en omstreeks 20.26 uur één keer contact geweest tussen het telefoonnummer van [naam medeverdachte 3] en dat van [naam medeverdachte 7] . [140]
Tussen 20.31 en 20.52 is er de volgende sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] [141] :
[naam medeverdachte 7] : ‘Alo u is met jou vriend 2. Fotos z. Klar en nu woord ik nieks’
[naam medeverdachte 1] : ‘ik heb het door gegeven. […]
[naam medeverdachte 7] : ‘mar vande andere inf. Ok nieks en asprak was wonsdag mijn vriend zij niet bl. ik op dat morgen is ?’
[naam medeverdachte 1] : ‘Ja ik ook. Maar moeten toch een beetje begrip hebben. Laten we het even zo laten vriend tot morgen aub gr.’
[naam medeverdachte 7] : ‘Ja ik wel jou vriend ha tafel het bl. 100.p. Wonsdag ik op dat morgen vor 16.u’
De volgende dag 11 mei 2012 is er tussen 11.23 en 12.43 uur de volgende sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] : [142]
[naam medeverdachte 1] : ‘laat over 45 min wat weten’
[naam medeverdachte 7] : ‘Voor de fot s of voor de info’
[naam medeverdachte 1] ‘Voor beide denk ik tot zo’
[naam medeverdachte 7] : ‘Mut ik kom nu’
‘Mut ik kom ik ben nu in eik bena’
‘Kom je hok’.
Diezelfde dag wordt er rond 12.30 uur een ontmoeting tussen [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 2] , [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] in Restaria [restaurant 3] geobserveerd. [143]
Op 12 mei 2012 wordt er door [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] tussen 14.22 en 14.58 uur per sms een afspraak voor een ontmoeting gemaakt voor foto’s, info en schilderij: [144]
[naam medeverdachte 7] : ‘G.middag. Wanner heb jij die foto’s eigenlijk’
‘Ik heb al en de inf is of niet’
[naam medeverdachte 1] : ‘Vandaag nog niks gezien. Wanneer zie ik die foto’
[naam medeverdachte 7] : ‘Kom je nar lim’
[naam medeverdachte 1] : ‘Eik kan om 1500?’
[naam medeverdachte 7] : ‘OK’
[naam medeverdachte 1] : ‘Ik kan stoppen om half vier voor schilderij bij pomp toren ITTERVOORT’
[naam medeverdachte 7] : ‘Bij de kerken’
[naam medeverdachte 1] : ‘Ok maar ben iets later’
[naam medeverdachte 7] : ‘Ik ben er was tog om 15.u ik bezok thuis’
[naam medeverdachte 1] : ‘Ik ben er 15.10 ?’
Op 12 mei 2012 om 16.41 uur is er het volgende telefoongesprek tussen [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] [145] :
[Naam medeverdachte 4] : ‘ik heb bericht gehad van die van Eindhoven. Die had het schilderij van mij
klaar’
(…)
[Naam medeverdachte 4] : ‘Ik heb hem nog gebeld en gevraagd of het nog vandaag moet, nee, had hij gezegd, is niet erg ik ben al weg, maar we zijn met klem aan het wachten op dat andere …. ja dat snap ik’.
[naam medeverdachte 2] : ‘ja’
[Naam medeverdachte 4] : ‘en net krijg ik een berichtje van die kleine, die is weer terug en die laat mij zo snel mogelijk wat weten, want die ging er meteen achteraan en daar ben ik nu nog op aan het wachten.’
[naam medeverdachte 2] : ‘ja, ja’
(…)
Om 17.00 uur belt [Naam medeverdachte 4] [naam medeverdachte 2] op en zegt dat hij online moet gaan, ‘dan krijg je die kleine eraan’. Met ‘ [bijnaam verdachte] ’ wordt [naam verdachte] bedoeld en met online een skypegesprek. [146]
Uit historische verkeersgegevens van het nummer in gebruik bij [naam medeverdachte 3] blijkt dat op 12 mei 2012 omstreeks 17.04 uur en 18.26 uur contact is geweest tussen dit nummer en het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 7] . [147]
Voorts is op 12 mei 2012 om 17.38 het volgende telefoongesprek getapt. [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] maken een afspraak voor de daaropvolgende maandag, zijnde 14 mei 2012. De rechtbank gaat er van uit dat deze afspraak tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] gemaakt wordt naar aanleiding van het skype-overleg dat [naam medeverdachte 2] met [naam verdachte] heeft gehad. [148]
[Naam medeverdachte 4] : ‘En, heb je gered?’
[naam medeverdachte 2] : ‘maandag’
[Naam medeverdachte 4] : ‘kan ik dat doorgeven?’
[naam medeverdachte 2] : ‘ja’
[Naam medeverdachte 4] ‘is dat 100 %?’
[naam medeverdachte 2] ‘ja’
[Naam medeverdachte 4] ‘dan weet ik genoeg’
[naam medeverdachte 2] ‘ik zie je maandag sowieso’
[Naam medeverdachte 4] ‘is goed vriend, tot dan’
[naam medeverdachte 2] ‘wanneer kom je terug, zondag of maandag?’
[Naam medeverdachte 4] ‘maandag, maandagmorgen’
[naam medeverdachte 2] ‘maandagmorgen beetje bij de tijd?’
[Naam medeverdachte 4] ‘mmm, ja’
[naam medeverdachte 2] ‘is goed dan zie ik je maandagmorgen’
[Naam medeverdachte 4] ‘of ehhh, moet het eerder?
[naam medeverdachte 2] ‘neen, neen, maar maandagmorgen, als je maandagmorgen dan is het goed’
[Naam medeverdachte 4] ‘reken maar op een uur of 11’
[naam medeverdachte 2] ‘is goed, ik vind het prima’
[Naam medeverdachte 4] ‘oke dan zie ik je maandag’.
Op maandag 14 mei 2012 hebben [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] tussen 9.26 uur en 23.36 uur 30 keer telefonisch contact. [149]
Om 9.15 uur die dag stuurt [naam medeverdachte 7] de volgende sms naar [naam medeverdachte 1] : ‘G.morgen mut zegen tegen di mensen dat donderdag en vreidag er is nazional fest dag en mut vondag kom de inf. Anders is en problem?’
Om 11.45 stuurt [naam medeverdachte 1] de volgende sms naar [Naam medeverdachte 4] : ‘Kan je direct met mijn vriend contact opnemen vandaag als je nieuws hebt. Het is Urgent. Doen moeilijk en niet te vergeten snipper weekend. !!!’ [150]
Opmerking rechtbank: donderdag 17 mei 2012 was Hemelvaart, hetgeen een nationale feestdag in België is.
Even later (11.49 uur) ontvangt [Naam medeverdachte 4] ook een sms van [naam medeverdachte 3] : ‘Hoe laat weet je iets. Zomaar wachten is niet meer genoeg’.
[Naam medeverdachte 4] antwoordt (om 11.58 uur) : ‘zal m nu weer bericht sturen, geef je zo antwoord’
en om 12.10 uur: ‘Die kleine is ook aan het wachten hoe laat ie t kan ophalen, maar zeker vandaag.zo gauw die heeft krijg ik tijd [Bijnaam mv 4] ’. [151]
Op 14 mei 2012 vindt er een observatie plaats. Om 14.52 uur worden [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] en [naam medeverdachte 1] gezien. Zij komen al pratend uit een Gulf tankstation te Veldhoven. [152]
Tussen 16.15 uur en 16.42 uur is er de volgende sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] : [153]
[naam medeverdachte 7] : ‘En nieuws van de inf.’ en ‘Ben thuis ik ben bij jou in de b. rond 17.u
[naam medeverdachte 1] : ‘ja ben thuis. Wacht op je’
[naam medeverdachte 7] : ‘nu’
[naam medeverdachte 1] : ‘Oke ik ben thuis’
Omstreeks 17.03 uur wordt de Audi A3, voorzien van het Belgische kenteken [kenteken 2] in gebruik bij [naam medeverdachte 7] bij de woning van [naam medeverdachte 1] aan de [adres 2] 24 te [L. 1] gezien. Omstreeks 17.29 uur wordt gezien dat deze Audi A3 en een witte Mini Cooper met twee inzittenden het parkeerterrein van de Golden Tulip [restaurant 5] , gevestigd aan de [adres 3] te [L. 1] oprijden. Bij het onderzoeksteam is bekend dat de partner van [naam medeverdachte 3] destijds in het bezit was van een Mini Cooper. [naam medeverdachte 3] was al eerder, tijdens een observatie van 11 mei 2012, in een Mini Cooper gesignaleerd. Verder werd gezien dat [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] met de VW Polo kenteken [kenteken 3] over de Dorpsstraat te [L. 1] reden. [154]
De rechtbank leidt hier uit af dat er op 14 mei 2012 een ontmoeting heeft plaatsgevonden tussen [naam medeverdachte 7] , [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 3] , [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] .
Vervolgens is er tussen 19.49 uur en 21.05 uur de volgende sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] [155] :
[naam medeverdachte 7] : ‘Kunt di foto mij nimen nar mij vriend als vor di auto gat.’
[naam medeverdachte 1] : ‘Andere foto is nog bij kennis moet ik die eerst ophalen.’
[naam medeverdachte 7] ” ‘als mij nimen lat dar bij mij v’
[naam medeverdachte 1] : ‘Bedoel je dat ik die van hem op moet halen en jouw terug geven’
[naam medeverdachte 7] : ‘ja als dat kan ja ik terug geven of anders morgen’
[naam medeverdachte 1] : ‘nee ik ga het nu ophalen als het kan en ik zie je bij nieuwe kever’
[naam medeverdachte 7] : ‘ik ben nu weg ik kan niet b’
Om 21.06 sms-t [naam medeverdachte 1] [Naam medeverdachte 4] : ‘kan ik je bij grindvijver nog even zien en breng schilderij mee’. Meteen daarop (21.08 uur) neemt [naam medeverdachte 1] weer contact op met [naam medeverdachte 7] . De volgende sms-wisseling is van 21.08 tot 21.31 uur [156] :
[naam medeverdachte 1] : ‘Moet ik foto bij kever laten of wat bedoel je nu’
[naam medeverdachte 7] : ‘gat vor di auto of niet lat die, fot dar’
[naam medeverdachte 1] : ‘Ja ik ga bij hem langs en laat foto daar?’
[naam medeverdachte 7] : ‘ok u kat ben dar’ en ‘u lat ben dar’
[naam medeverdachte 1] : ‘Weet ik nog niet. Ik moet nog hier en daar zijn.En langs foto graaf. Ik laat het zo weten’
[naam medeverdachte 7] : ‘Di mensen mut werk morgen ik ben 21.45 bij hem’
[naam medeverdachte 1] ‘man ik kan nog niet. Ik moet nog een werken en dan kan ik om elf pas daar zijn anders mogen maar ik hoor fotgraaf ook nog niet ?’
[naam medeverdachte 7] : ‘OK’
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 3] op 15 mei 2012 tussen 7.54 en 13.21 uur 15 keer contact heeft gehad met het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 7] . [157]
Tussen [naam medeverdachte 7] en [naam medeverdachte 1] is er tussen 9.22 en 10.55 uur de volgende sms-wisseling [158] :
[naam medeverdachte 7] : ‘Pac mut tot lat werk kom pas vondag’, en
‘U is met inf. Komt vondag nog wat mut nog denk de mens’
[naam medeverdachte 1] : ‘We zien die mens zo. Ff wachten.
Met ‘Pac’ wordt ‘ [bijnaam mv 11] ’ bedoeld. Uit het proces-verbaal van bevindingen dat als bijlage 2 is opgenomen in het persoonsdossier van [naam medeverdachte 11] [159] , blijkt onder andere dat [naam medeverdachte 11] de bijnaam ‘ [bijnaam mv 11] ’ heeft. Uit het (ook hierna aangehaalde) OVC gesprek van 20 februari 2013 blijkt dat [naam medeverdachte 11] ook betrokken was bij de invoer van deze container. [160]
Uit de peilbakengegevens blijkt dat de Polo [kenteken 3] in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] op 15 mei 2012 van 11.00 tot 11.30 op het [adres 4] te [L. 1] (=woonplaats [naam medeverdachte 1] ) is. Het vermoeden dat zowel [Naam medeverdachte 4] als [naam medeverdachte 2] in die auto zaten, wordt versterkt door een telefoongesprek van [Naam medeverdachte 4] dat hij rond 11.24 uur met een derde voert waarin hij aangeeft dat ‘ze’ nu vanuit Eindhoven vertrekken. [161]
Rond 20.49 uur geeft [Naam medeverdachte 4] aan zijn partner [naam partner mv 4] aan dat hij het morgen en overmorgen druk heeft. [naam partner mv 4] zegt het is donderdag een feestdag (Hemelvaart) waarop [Naam medeverdachte 4] zegt voor hem niet. [162]
In de ochtend van 16 mei 2012 is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . Ook is er de volgende sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 7] [163] :
[naam medeverdachte 7] : ‘Ok mut bellen want er is nazional festdag’
[naam medeverdachte 1] : ‘Sorry kan nu pas antw..Vriend kan niet meer doen dan afwachten meer. Gr.
Op 16 mei 2012 om 11.31 uur zitten [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] in de VW Polo [kenteken 3] . [naam medeverdachte 2] zegt: ”Hij is later. Nijmegen-Eindhoven file 3 kilometer”. Er wordt gesproken over ‘ [restaurant 2] ’. Om 11.54 uur zegt [Naam medeverdachte 4] : ”Het is woensdag vandaag. Ik leg even alles weg. Eens even kijken. Meenemen deze voor als die zou bellen of sms’en, voor die kleine”. Uit de peilbakengegevens van de VW Polo blijkt dat deze tussen 11.57 en 12.38 uur in de buurt is van hotel [restaurant 2] te Valkenswaard. [164]
Tussen 12.30 en 12.40 uur is er contact geweest tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] . [165]
Om 12.44 uur hebben [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] in de VW Polo een gesprek: [Naam medeverdachte 4] : ‘als we een half uur gewacht hadden dan was het goed geweest’. [naam medeverdachte 2] : ‘kijk aan de ene kant, wij staan aan die kant, die [bijnaam mv 3] aan die kant (…) Ik weet zeker (…) dat hij zich ook niet lekker moet voelen met dat hele … En om nu weer af te zeggen van ja nee het wordt toch maandag (…). Het is gewoon allemaal kut. Hun hadden gewoon die jongen, hij zei tegen mij je had het al donderdag gekregen. [166]
Om 13.30 uur zegt [Naam medeverdachte 4] tegen [naam medeverdachte 2] : ‘meteen pakken en wegwezen’. [naam medeverdachte 2] antwoordt: ‘ik wil nog geen koffie’. Even later zegt [naam medeverdachte 2] : ‘o hier is het, 16’. [167]
In relatie met de peilbakengegevens van de VW Polo [kenteken 3] kan vastgesteld worden dat [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] in Nijmegen zijn bij de [adres 5] , zijnde het woonadres van [naam verdachte] . [168]
Om 13.46 uur zegt [Naam medeverdachte 4] tegen [naam medeverdachte 2] dat de navigatie aangeeft dat ze er om 15.15 uur zijn. [169] [Naam medeverdachte 4] zegt om 14.02 uur: ‘als we dit afgegeven hebben, dan eten we wat’. [170]
Om 14.56 uur zegt [Naam medeverdachte 4] : ‘nu hoop ik dat die spaghetticowboy op tijd is’.
[naam medeverdachte 2] : ‘wat heeft die, een oude Audi he?’.
[Naam medeverdachte 4] : ‘ja een Belgische Audi’. [171]
Uit de peilbakengegevens van de VW Polo [kenteken 3] in gebruik bij [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] blijkt dat deze rond 15.00 uur in de buurt van Hotel Urmond is [172] .
Op de opgevraagde bewakingscamerabeelden van Hotel Urmond is te zien dat [Naam medeverdachte 4] rond 15.00 uur een gele envelop overhandigt aan iemand die sterke gelijkenis vertoonde met [naam medeverdachte 7] . [173]
Via de OVC van de VW Polo is rond dat tijdstip het volgende gesprek opgevangen. [174]
[naam medeverdachte 7] : “moeten altijd die gesloten enveloppen zijn, nooit open”.
[Naam medeverdachte 4] : ”ja, hun hebben nagekeken, hun moesten het nummer hebben”.
[naam medeverdachte 7] : ”he?”
[Naam medeverdachte 4] : “hun moesten het nummer hebben”
[naam medeverdachte 7] : ”welk nummer”
[Naam medeverdachte 4] : “van de boot. Dat moeten ze …. doorgeven daar”
[naam medeverdachte 7] : ”dat moeten ze normaal nooit doen, want dan gaan ze met de computer nachecken hoe laat dat is en dat allemaal”.
[naam medeverdachte 7] : “Maar tegen die jongens zeggen: Niet naar kijken he”
[Naam medeverdachte 4] : “Nee”
[naam medeverdachte 2] : ”Nee, nee, nee, nee”
[naam medeverdachte 7] : “Dan weten we dat die gaat he. Want dan kennen ze precies zien hoe eh…”
[Naam medeverdachte 4] : “Waarom ze daar naar kijken”
[naam medeverdachte 7] : ”Ja”
[Naam medeverdachte 4] : ”Valt op, ja”
[naam medeverdachte 7] : ”Dan moet ie opletten he”
[Naam medeverdachte 4] : ”Ja, dat weten we wel”
[naam medeverdachte 7] : “Denk erom, dan moet ie niet eh, geen flauwekul”
[Naam medeverdachte 4] : “Jongens eh, komt goed [naam medeverdachte 7] ”
[naam medeverdachte 2] : “We horen van je”
De rechtbank concludeert dat met ‘de spaghetticowboy’ [naam medeverdachte 7] wordt bedoeld, nu deze van Italiaanse afkomst is en in een Belgische Audi rijdt. Voorts vertoont de persoon die op de beelden gezien is een sterke gelijkenis met [naam medeverdachte 7] en blijkt uit het proces-verbaal stemherkenning [naam medeverdachte 7] dat de stem van [naam medeverdachte 7] herkend wordt. [175]
Op basis van deze gang van zaken concludeert de rechtbank dat [naam medeverdachte 7] kennelijk zat te wachten op documenten en dat hij over het uitblijven van deze documenten contact had met [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] , die op hun beurt weer afhankelijk waren van [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] . Uit deze gang van zaken blijkt voorts dat deze documenten afkomstig zijn van [naam verdachte] en op 16 mei door [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] bij [naam verdachte] in Nijmegen zijn opgehaald en vervolgens door hen bij het [naam Hotel] Hotel te Urmond zijn overhandigd aan [naam medeverdachte 7] . Gezien het gebruik van de woorden ‘nummer’, ‘gesloten enveloppen’, ‘boot’, ‘computer nachecken’ en ‘info’ – en de overige gang van zaken waaronder de wijze van contact leggen en opereren in onderling verband en samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen concludeert de rechtbank dat in de gele envelop documenten aanwezig waren die benodigd waren voor het inklaren van de container, die gelost zou worden in de haven te Antwerpen. Hoewel de officiële lading bestaat uit travertin tegels, blijkt uit de omslachtige en verhullende gang van zaken (de communicatie is soms dermate verhullend dat verdachten moeite hebben elkaar te begrijpen) dat de officiële lading enkel als deklading functioneerde voor een illegale lading, zijnde -gelet op de overige bewijsmiddelen- cocaïne.
Na de ontmoeting tussen [naam medeverdachte 7] en [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] is er tussen 15.44 en 21.40 zes keer contact tussen het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 3] en het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 7] . [176]
[naam medeverdachte 2] maakt een afspraak met [naam medeverdachte 13] om elkaar te ontmoeten bij [naam medeverdachte 13] thuis. De Polo staat van 16.00 uur 18.30 uur op de [adres 6] te Landgraaf, (nr. 52 is de woning van [naam medeverdachte 13] ). Na deze ontmoeting zitten [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] weer in de Polo. [naam medeverdachte 2] belt met zijn ‘ [D. 1] ’ (waarschijnlijk [D. 1] ) en zegt dat hij net bij [naam medeverdachte 13] is geweest en dat [Naam medeverdachte 4] er ook is.
Het gesprek tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] gaat over iets dat kennelijk niet helemaal goed is gegaan:
[naam medeverdachte 2] Je kunt niets meer veranderen aan de hele zaak. Dat kunnen we wel de tweede dingen
doen. Luister, hij heeft er met zijn neus bovenop gezeten.
[Naam medeverdachte 4] Ja heeft toch ook bij die bespreking gezeten met die…
[naam medeverdachte 2] Bovenop
[Naam medeverdachte 4] Je kunt toch niet achteraf aan [naam medeverdachte 1] gaan vertellen….
[naam medeverdachte 2] En je kunt toch ook niet die strepen dan weer dingen af gaan pakken.
[Naam medeverdachte 4] kijk, we moeten blij zijn dat het goed gaat. En daarna als er zoveel komt, ouwhoer, waar maak je je dan nog druk om. [177]
Rond 21.00 zitten [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] weer in de VW Polo [kenteken 3] . [naam medeverdachte 2] geeft aan dat [bijnaam verdachte] hen morgen wil zien.
[Naam medeverdachte 4] Ja?
[naam medeverdachte 2] Ja, ja, die heeft een bericht gestuurd. Ja want die wil per se ook naar die platen kijken, waar dat komt.’
[Naam medeverdachte 4] Ja maar dat redt die morgen toch niet, dan is alles dicht.
Dat moeten we aan die [bijnaam mv 3] vragen. [178]
Op 17 mei 2012 rond 01.00 uur zitten [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] weer of nog steeds in de VW Polo [kenteken 3] . [naam medeverdachte 2] zegt dat hij denkt dat morgen [bijnaam verdachte] belt. Ook heeft de [bijnaam mv 3] nog gebeld. Die moet nog naar Amsterdam. De [bijnaam mv 3] die heeft die [naam medeverdachte 7] …. [179]
Op 17 mei 2012 stuurt [Naam medeverdachte 4] om 01.12 uur de volgende sms naar [naam medeverdachte 3] : ‘Alles ok vriend, Is geregeld. Gr.’
Om 12.15 uur belt [naam medeverdachte 2] [naam medeverdachte 13] en zegt dat ze bij hem staan. Het peilbaken van de Polo geeft aan dat deze zich bevindt op de [adres 6] te Landgraaf (zijnde de woning van [naam medeverdachte 13] ). [180]
Op 17 mei 2012 om 12.54 uur stuurt [Naam medeverdachte 4] een bericht naar [naam medeverdachte 3] : ‘Vriend hoe vroeg kun je morgen [Bijnaam mv 4] ? Gr’. Diezelfde ochtend is er ook vijf keer contact tussen het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 3] en het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 7] . [181]
De volgende dag 18 mei 2012 blijkt uit de OVC dat [Naam medeverdachte 4] rond 9.45 uur weer in de VW Polo [kenteken 5] zit. [182] De Polo bevindt zich dan volgens het peilbaken weer op de [adres 7] te Valkenswaard (tot 11.12 uur) [183] .
Om 17.31 uur zitten [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] samen in de Polo. [Naam medeverdachte 4] vraagt of [naam medeverdachte 13] die tegels nog moet zien. [naam medeverdachte 2] zegt dat hij weet hoe die tegels er uit zien. [184]
De VW Polo [kenteken 5] is op 19 mei 2012 tussen 9.50 uur en 11.18 uur in de buurt van Eindhoven, Son en Breugel en Heeze- [L. 1] . [185]
[naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] zitten dan in deze Polo en hebben om 9.50 uur een gesprek [186] .
[Naam medeverdachte 4] “Vraag je hem dat dadelijk weer?”
[naam medeverdachte 2] “Wat”
[Naam medeverdachte 4] “Van die prijs.”
[naam medeverdachte 2] “Ja ja”
[Naam medeverdachte 4] : “Zal toch vanavond moeten komen.”
[naam medeverdachte 2] “Hij kan ook volgens mij voor eenendertig zijn.”
(…)
[naam medeverdachte 2] “Ja die [bijnaam mv 3] gaf niet graag dat uhh dingetje prijs.”
[Naam medeverdachte 4] “Nee ja ik weet ook waarom.”
“Omdat ze daar meer dingen ontvangen.”
“Je bent toch iets aan het bouwen dat vertrouwen moet opwekken.”
(…)
[naam medeverdachte 2] “Laten we een beetje de kat uit de boom kijken. Het ene is nog niet binnen of hij (opmerking rechtbank: bedoeld wordt ‘ [naam medeverdachte 13] ’) wil het volgende al pakken.”
Om 10.50 uur hebben ze het over [bijnaam verdachte] : [187]
[Naam medeverdachte 4] “Dan heb je geld te weinig.”
[naam medeverdachte 2] “Ja daarvoor moesten we toevallig …ntv… wachten.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja moeten we op hem wachten?”
[naam medeverdachte 2] “Ja tuurlijk. Je moet begrijpen hij wordt ook gepusht van alle kanten.”
[Naam medeverdachte 4] “Die kleine ja.”
[naam medeverdachte 2] “Die kleine ja.”
10.53
[Naam medeverdachte 4] “Die [bijnaam mv 3] die daar, die lult ook.
Hij rijdt nu achter ons aan.”
[naam medeverdachte 2] “Zoals het nu geregeld is, hebben we geen risico.
Dat bedrijf dat weet ik wel, daar zie ik niets van. Als dat weg is dan krijgen hun de schuld.”
[Naam medeverdachte 4] “Dat niet weer.
Is het toch geregeld dan…ntv.. ik wel de goeie… nee dinge gaat toch mee?”
[naam medeverdachte 2] “Ja maar maar maar, eerst gaat er een auto naar bedrijven dan uhh, als er dan niets gebeurt dan uhh, dan gaan wij daar heen.”
(…) over onkosten:
[naam medeverdachte 2] “Vergeet niet dat ik ook met [naam medeverdachte 13] naar dinge ben geweest. Dat heeft ons weliswaar alleen de vlucht en het hotel gekost.
Ja nou heb ik die ene, die tweede keer dat ik hier was, hebben ze dat wel… van die avond … hebben dat ticket betaald.
Maar het was toch eigenlijk de bedoeling dat ik in contact zou komen. Dat is dan een voordeeltje, maar ja, ik heb hier meer dan twee maanden rondgehangen.”
Uit de stempels in de paspoorten van [naam medeverdachte 2] en [naam medeverdachte 13] blijkt dat ze van 30 januari 2012 tot 2 februari 2012 in de Dominicaanse Republiek zijn geweest.
Vervolg van gesprek in VW Polo [kenteken 5] op 19 mei 2012:
11.05: [189]
[naam medeverdachte 2] “Hij gaat daar staan dus.”
[naam medeverdachte 2] wil niet daar staan in verband met de camera’s. [Naam medeverdachte 4] geeft aan dat op deze carpool geen camera’s [190] staan.
11.09
uur:
[naam verdachte] stapt in de Polo. Uit het gesprek is af te leiden dat [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] [naam verdachte] uitleggen hoe hij bij de woning van [naam medeverdachte 1] moet komen. [191] Er wordt een afspraak gemaakt voor een ontmoeting op dinsdag om 10 uur bij de McDonalds te Helmond. [192]
Daarna rijdt de Polo om 12.52 uur naar het adres van de manege van [naam medeverdachte 15] te Schinveld. [193]
[naam medeverdachte 2] zegt tegen [Naam medeverdachte 4] : ”Rij maar gewoon door”, “zo zien we ook dat we niet gevolgd worden”. [194]
Om 14:56 uur gaat het gesprek tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] over die kleine en over iets dat met zes man gedeeld moet worden. [195]
Om 19.24 uur gaat het gesprek over [naam medeverdachte 13] , die kennelijk na één crisis al iets wil afpakken. Dat dat toch niet werkt: [196]
[Naam medeverdachte 4] : “probeer dan iets op te zetten voor de langere termijn. En dan meteen te zeggen, maar wie zegt dat het de tweede lukt. Als het de eerste keer lukt, lukt het de tweede keer ook. Als iedereen maar zijn waffel dicht houdt.”
[naam medeverdachte 2] : “Ik zit al zo’n 50 jaar in de business”.
[naam medeverdachte 2] geeft aan dat hij met veel mensen werkt. Gelijke monniken gelijke kappen, zo werkt hij al 50 jaar.
[Naam medeverdachte 4] zegt dat het lukt als iedereen zijn waffel houdt.
Op 20 mei 2012 om 00.26 uur zitten [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] nog steeds of weer samen in de VW Polo [kenteken 3] . [naam medeverdachte 2] hoopt dat het dinsdag allemaal goed gaat en dat ze er in ieder geval iets van krijgen. “Het moet”, zegt [Naam medeverdachte 4] . [197]
Op 22 mei 2012 komt de SUDU6710420 met als lading 15 pakken travertin tegels aan in de haven van Antwerpen. [naam bedrijf 3] geeft de opdracht tot inklaren aan [naam expediteur] . Op dit opdrachtformulier is het telefoonnummer in gebruik bij [naam medeverdachte 11] geschreven. [198] Op 23 mei 2012 wordt deze container vrijgegeven. [199]
Op 23 mei 2012 vraagt sms-t [naam medeverdachte 1] [Naam medeverdachte 4] met het verzoek om af te spreken. Het wordt 11.45 bij ‘de markt met je vriend bij de schoenen potte kruier’. [200] Om 11.39 uur belt [naam medeverdachte 2] met [naam medeverdachte 14] . [naam medeverdachte 2] vraagt waar [naam medeverdachte 14] nu staat. [naam medeverdachte 14] zegt in Panningen. [201]
Geobserveerd wordt dat [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] in de Caddy zitten en dat ze omstreeks 12.08 uur bij een schoenenkraam in Helden contact hebben met [naam medeverdachte 1] . [202]
De rechtbank concludeert uit voorgaande in onderling en samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen dat contacten tussen de verdachten van de afgelopen weken kennelijk te maken hebben met de aankomst van deze container SUDU671042 en het vervolgtraject met betrekking tot de afhandeling/verdeling van de lading. Hoewel de officiële lading bestaat uit travertin tegels, blijkt uit de omslachtige en verhullende gang van zaken (de communicatie is soms dermate verhullend dat verdachten moeite hebben elkaar te begrijpen) dat de officiële lading enkel als deklading functioneerde voor een illegale lading, zijnde -gelet op de overige bewijsmiddelen- cocaïne.
Op 23 mei 2012 is er een tapgesprek waarin [Naam medeverdachte 4] voor [naam medeverdachte 2] diens vliegticket bij de KLM verlengt. De vertrekdatum voor [naam medeverdachte 2] (Amsterdam-Bonaire) werd gepland op 12 juni 2012. [203]
Rederij Hamburg Süd verzoekt op 24 mei 2012 [naam expediteur] de container SUDU6710420, aangekomen bij kaai 742 vrij te stellen. De wegname van voormelde container is voorzien op 24.05.12 voormiddag. [204]
[Naam medeverdachte 4] stuurt op 24 mei 2012 om 13.52 uur een sms naar [naam verdachte] : ‘Vriend dit is voor nu nieuwe nummer. [bijnaam mv 3] is ook wachten. Kan niet lang meer duren zegt ie. Geef oke als je mijn sms ontvangen hebt aub’. [205]
Een uurtje later bellen ze met elkaar [206] :
[Naam medeverdachte 4] : ”ik denk duurt lang, dus bel maar even”
[naam verdachte] : ”oke en en eh …maar hij weet zeker dat die voor vandaag is he”
[Naam medeverdachte 4] : ”zoals ik het begrijp wel ja. Want eh .. ik had eigenlijk gister al verwacht”
[naam verdachte] : ”dat bedoel ik want e.. wij zitten te wachten en die jongens vragen, vragen, vragen snap je. Dat is normaal.”
[Naam medeverdachte 4] : “ja, ja ja”
[naam verdachte] : “en daar aan de overkant… ze zijn een beetje nerveus aan het worden, snap je”
[Naam medeverdachte 4] : “ja ja logisch logisch. Maar zo gauw wij wat weten jong. Jij bent de eerste”
[naam verdachte] : ”zeg tegen die [bijnaam mv 3] dat die moet vandaag eh… papieren niet morgen of overmorgen dat eh… kan niet”
[Naam medeverdachte 4] : ”ja maar dat bepaalt hij niet he”
[naam verdachte] : ”ja maar ik bedoel eh dat weet je zelf hoe hoe wij met hem hebben afgesproken dat dag erna gelijk. Nou is het twee dagen”
[Naam medeverdachte 4] : “ja ja ja ja”
[naam verdachte] : “dus eh… dat ben ik nou eh… een beetje druk aan het krijgen door de andere kant.”
[Naam medeverdachte 4] : “ja logisch logisch dus eh moet je ook aan hem doormelden”
“Ja ja ja komt goed”
[naam verdachte] : “oke anders moet je mij tijdstip of zo geven waar ik … Dat ik jou treffen en die [bijnaam mv 3] ook zie, snap je”
[Naam medeverdachte 4] : “ja ja, ja ja, hebben we toch al afgesproken. Als jij een tijd krijgt dan zien we ons daar he, dat weet je”
Om 15.14 uur stuurt [Naam medeverdachte 4] een sms naar [naam verdachte] : ‘Vriend, [bijnaam mv 3] zegt dat er een kleine kans bestaat dat het ook morgen kan worden. Maar volgens zijn verkregen info vandaag. Moeten geduld hebben vriend’. [naam verdachte] sms-t terug: ‘laat hem iets zeker zeggen want begin wat laat te worden. Gr’. Later die middag sms’t [Naam medeverdachte 4] [naam verdachte] : ‘alles oke, 21.45u’ [207] .
Een observatieteam houdt die dag [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] in de gaten. Ze verplaatsen zich in de Caddy. Rond 20.00 uur hadden ze contact met [naam medeverdachte 13] . [208]
Het vermoeden is dat [naam medeverdachte 13] en [Naam medeverdachte 4] in de gaten hadden dat er geobserveerd werd en dat dat de reden is dat [naam medeverdachte 13] spoorslags naar Bonaire is vertrokken. Op 25 mei 2012 is [naam medeverdachte 13] weer op Bonaire. [209]
Op 24 mei 2012 tussen 15.12 en 22.42 uur werd er door een observatieteam een observatie verricht op de verdachten [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] . Er werd gezien dat zij zich verplaatsten in een VW Caddy [kenteken 1] .
Dat men achterdochtig werd, valt af te leiden uit het gegeven dat de VW Caddy die 24 mei 2012 door [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] gebruikt werd ’s avonds nog om 21.45 uur in de straat van de ouders van [Naam medeverdachte 4] stond. In een OVC gesprek van 28 januari 2013 hebben [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] het over [naam medeverdachte 13] : [210]
[Naam medeverdachte 4] “Kijk eens hoe snel die weg was. Het ’s middags krijgen we te horen dat dat gebeurt en het ’s avonds zit die al op het vliegtuig zonder ons wat te vertellen. En als we dan zeggen van ja moeten we hun niet waarschuwen. Oh dat ze het zich bekijken zegt ie. Ik zeg ja maar zo werkt het niet. Zegt [naam medeverdachte 2] ook kom wij gaan meteen daarheen. Heb ik de auto van mijn ouders gehaald en toen zijn we jullie komen waarschuwen.”
[naam verdachte] “Ja daarom is beter dat eh… [naam medeverdachte 2] gewoon deze kant niet opkomt totdat wij…”
[Naam medeverdachte 4] “Nee nee.”
[naam verdachte] “Zelfs helemaal niks. Gewoon blijf daar of Santa Domingo is beter. Wij zien ons allemaal in Santa Domingo. Beter hoeft hij geen hoofdpijn te krijgen van dat dat eh…Stel je voor dat hij toch hier is die dan hebben wij toch dezelfde probleem. Die mag wel komen als alles weg is. Dan mag die komen.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja ja. Dat doen we ook. Als alles weg is.”
[naam verdachte] “Mag die komen zijn eh.. centjes ophalen.
Ik vind niet erg he zo ben ik zelfde dat… Hij doet precies dezelfde als wij. Hij blijft op de hoogte. Hij blijft alert. Hij is geïnteresseerd. Hoeft niet altijd dat hij niks doet. Op moment dat hij moet doen doet die. […] Wij moeten hem gewoon ver houden want dat is veilig voor ons.”
Vervolg ontmoetingen na ontvangst container SUDU6710420
Op 26 mei 2012 blijkt uit het peilbaken dat de VW Polo [kenteken 3] in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] naar de omgeving van Eindhoven gaat (waaronder de [adres 2] te [L. 1] , waar de woning van [naam medeverdachte 1] is gelegen) en van daaruit naar Nijmegen, naar de Merwedestraat (aan deze straat ligt de woning van [naam verdachte] ). De peilbakengegevens melden een stop te Sittard-Geleen in de buurt van de verblijfplaats van [naam medeverdachte 2] en daarna rijdt de Polo door naar de camping in Kröv in Duitsland waar [Naam medeverdachte 4] regelmatig verblijft. [211] De rechtbank concludeert hieruit dat er contact is geweest tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] en [naam medeverdachte 1] en [naam verdachte] .
Op 29 mei 2012 belt [Naam medeverdachte 4] om 9.31 uur [naam medeverdachte 2] op met de vraag hem op te halen. [naam medeverdachte 2] komt er aan. Uit het peilbaken van de VW Polo [kenteken 3] volgt dat deze die dag van 11.11 tot 13.21 uur in Ekkersrijt is. Uit eerdere observaties is gebleken dat de verdachten in dit dossier elkaar daar vaker ontmoeten onder andere in de Burger King aldaar. Om 14.34 uur arriveert de VW Polo op de Broekweg te Onderbanken (bij de manege van [naam medeverdachte 15] ) en om 17.38 uur geeft het peilbaken aan dat de VW Polo op de Merwedestraat te Nijmegen (woning [naam verdachte] ) is. [212]
De volgende dag 30 mei 2012 is de VW Polo in gebruik bij [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] tussen 18.37 en 19.16 uur weer te Ekkersrijt. In de nacht van 31 mei op 1 juni 2012 is deze Polo in Antwerpen. Uit de interceptie van telecommunicatieverkeer en peilbakengegevens kan worden afgeleid dat [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] op 1 juni 2012 wederom een ontmoeting in Ekkersrijt hebben. [213]
Op 6 juni 2012 zitten [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] weer samen in de VW Polo met het kenteken [kenteken 3] . Ze hebben het rond 12.36 uur over [bijnaam verdachte] ( [naam verdachte] ) die hen wil zien. Later op die dag ontmoeten ze [naam verdachte] . Om 12.41 uur zegt [naam medeverdachte 2] “Stel je voor hij moet er vijftig hebben. Kunnen we zeggen zijn vijftig kwijt”. [214]
Rond 12.46 uur bevindt de Polo zich in de buurt van de manege van [naam medeverdachte 15] te Schinveld, gemeente Onderbanken [215] . In dan wel direct naast het voertuig wordt het volgende OVC gesprek vastgelegd. Deelnemers aan het gesprek zijn [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] en twee onbekende mannen NN1 en NN2. Later wordt door de politie de stem van NN2 herkend als die van [naam medeverdachte 15] , wonende aan de Broekweg 2 te Schinveld. [216] Het gesprek gaat (zakelijk weergegeven) over ‘blokken’. [naam medeverdachte 15] vraagt aan [naam medeverdachte 2] hoeveel hij er nog heeft. [naam medeverdachte 2] zegt: “Dat kunnen we dadelijk horen, maar minimaal zijn der toch nog wel vijftig” en “vergeleken met bij anderen zijn we duur, 31 kosten ze, maar het is wel kwaliteit”. [naam medeverdachte 15] wil weten wat er in staat. Hij heeft nu halve manen. [naam medeverdachte 2] geeft aan dat het super spul is. [naam medeverdachte 15] beaamt dit: hij zegt dat hij een beetje van [naam medeverdachte 7] heeft gekregen en dat was goed. [naam medeverdachte 2] geeft aan dat hij niet opdringerig wil zijn, maar dat het urgent is omdat hij maandag weer terug gaat naar Bonaire. [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] geven aan dat ze ‘ze’ dan het liefste weg hadden. [naam medeverdachte 15] geeft aan dat hij zal kijken wat hij kan doen voor [naam medeverdachte 2] . Hij ziet die jongens vanavond nog, die pakken normaal alles. [naam medeverdachte 15] heeft ze ook zijn blokken aangeboden. [naam medeverdachte 2] geeft aan dat hij morgen zal kunnen zeggen hoeveel er nog zijn, want het ligt een stukje uit de buurt. [naam medeverdachte 15] zegt dat ze hem er niet op moeten vastpinnen, want er is meer in omloop. [naam medeverdachte 2] beaamt dit en zegt dat er in de Randstad iets van 7000 is binnengekomen. Ze spreken af voor de volgende dag. [217]
Op 6 juni 2012 rond 14.15-15.00 uur wordt geobserveerd dat [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] met de bij hun in gebruik zijnde Polo [kenteken 6] aanwezig zijn nabij de Burger King aan de Ekkersrijt te Son en Breugel. Ook wordt gezien dat de Opel in gebruik bij [naam verdachte] met kenteken [kenteken 7] aldaar wegrijdt met minimaal 3 personen. [218] Gelet op voorstaande werden de camerabeelden van de Burger King gevorderd. Daarop is te zien dat [naam verdachte] en een onbekende man naar binnen gaan. Rond 15.00 uur vertrekt men uit de Burger King [219]
Op 6 juni 2012 om 15.11 uur sms-t [Naam medeverdachte 4] aan [naam medeverdachte 3] : ‘kun je 30min [Bijnaam mv 4] ’ [220]
Een dag later op 7 juni 2012 is er een sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 3] en [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] waaruit af te leiden is dat [naam medeverdachte 3] dringend [naam verdachte] moet hebben, hij hem aanvankelijk niet te pakken krijgt en daarom [Naam medeverdachte 4] benadert. [221] Kennelijk is dit ook relevant voor [naam medeverdachte 2] want [Naam medeverdachte 4] vertelt [naam medeverdachte 2] om 18.28 uur in de VW Polo (OVC) dat hij van die [bijnaam mv 3] vernomen had dat deze [bijnaam verdachte] al te pakken had. [222]
De volgende sms-wisseling heeft plaatsgevonden tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] [223] :
[naam verdachte] : ‘Dag vriend ik was ff buiten. Wil je me nog zien. Gr’
[naam medeverdachte 3] : ‘ja heel dringend aub. Hoe laat in u?
[naam verdachte] : ‘Ik moet in rott om 20 u zijn. Kan je bij mij komen overal file nu’.
[naam medeverdachte 3] : ‘Ik moet met spoed 3. Heb afkeur, kan dat
[naam verdachte] ‘Welk merk moet je hebben’
[naam medeverdachte 3] : ‘Cro’
‘Tot hoe laat kan mijn chauffeur bij jou terecht? En welk huis nr’
[naam verdachte] : ‘zwart ingepakt’
[naam medeverdachte 3] : ‘ja. Ik heb 3 slechte nl. Wit ingepakt. Toyota’
[naam verdachte] : ‘Geen probleem ik stuur je straks een tijd dat je manetje op station kan zijn. Gr.
[naam medeverdachte 3] : ‘In u?’
[naam verdachte] : ‘nee bij me’
[naam medeverdachte 3] : ‘ok kan je een tijd geven. Geef je straks de auto door’
[naam verdachte] : ‘hij kan morgen vroeg 9u. Gr’
[naam medeverdachte 3] : ‘nee. Moet zo vlug mogelijk anders gaat niet door. Heb ik geen verkoop. Aub’
[naam verdachte] : ‘Dan moet hij nu vertrekken en voor half 7 hier zijn’
[naam medeverdachte 3] : ‘wordt 18.45 19u. Paars polo. Die drie komen dan morgen ok’
[naam verdachte] : ‘Hij kan om 7u zijn mijn afspraak heb ik verzet. Gr.’
‘nee moet vandaag want moet die kwijt want kan nu niet weer bij kantoor’.
Deze sms-wisseling wordt vervolgd op 8, 9 en 10 juni 2012: [224]
8 juni 2012 tussen 18.05 en 21.14 uur:
[naam verdachte] : ‘Laat me een tijd weten dat hi bij me kan zijn. Gr’
‘Hoort nieks van je’
[naam medeverdachte 3] : ‘Ja was druk. Wanneer wil je die reparaties terug?’
‘Hij kan morgen zaterdag’
[naam verdachte] : ‘Ok mrgen 10u zelfde plek. Verder alles geod met ons vrienden. Gr’
[naam medeverdachte 3] : ‘Morgen 10u is ok’
[naam verdachte] : ‘ok. Gr’
9 juni 2012 tussen 9.25 en 10.48 uur:
[naam medeverdachte 3] : ‘Hij is daar 1020’
‘Zw Skoda’
[naam verdachte] : ‘ik zie hem niet staan’
[naam medeverdachte 3] : ‘Hij is vertraagd. 15 min nog’
‘nog 7 min. Blijf wachten’
[naam verdachte] : ‘Hij is al geweest. Gr’
9 juni 2012 om 19.05 uur en 10 juni 2012 9.51 uur:
[naam verdachte] : ‘Dag vriend als je klaar bent met jou autos en je mannetje kan meer aan laat we weten dan help je met de mijne. Gr.’
[naam medeverdachte 3] : ‘OK’
Uit de combinatie van een OVC gesprek in de Polo [kenteken 3] van 7 juni 2012 om 20.01 uur tussen [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] ( [naam medeverdachte 2] zegt: ”Ik heb geld van [naam medeverdachte 1] gekregen voor die waspoeder” en een sms van [naam medeverdachte 1] aan [Naam medeverdachte 4] van 12.11 uur waarin [naam medeverdachte 1] aangeeft dat [Naam medeverdachte 4] zijn shag is vergeten, leidt de rechtbank af dat er die ochtend een ontmoeting tussen [naam medeverdachte 2] , [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] heeft plaatsgevonden. [225]
Even later, op 7 juni 2012 om 20.06 uur, wordt in of naast eerdergenoemde VW Polo een OVC gesprek tussen [naam medeverdachte 2] , [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 15] opgenomen. Het peilbaken van de Polo geeft aan dat deze zich bij de manege van [naam medeverdachte 15] bevindt. [226] Zij bespreken, onder andere, het volgende:
[naam medeverdachte 2] : “En, wat zeiden ze?”
[naam medeverdachte 15] : “Ik ben nog bezig met die blokjes, maar ja dan ben jij, ga jij weg wah.”
[naam medeverdachte 2] : “Dinsdag ga ik weg.”
[naam medeverdachte 15] : “Dat… heb ik afgegeven, ik heb toch een monster van die jongen gekregen weet je wel.”
[naam medeverdachte 2] : “Ja ja.”
[naam medeverdachte 15] : “Dat heb ik afgegeven dus… en dat hoor ik vandaag of morgen hoor ik dat snap je… dat is goed… maar als die ze nou alle 50 pakt.”
[naam medeverdachte 2] : “Ja hetzelfde 31.”
[naam medeverdachte 15] : “Blijft dat hetzelfde.”
[naam medeverdachte 2] : Ja.
Een paar uur later geeft [naam medeverdachte 2] aan [Naam medeverdachte 4] aan dat hij als hij weer terug gaat naar Bonaire hij ‘piekke’ van die kleine moet meekrijgen. [227]
Op 8 juni 2012 bespreken [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] het volgende in of in de directe nabijheid van de VW Polo. Tevens neemt een onbekende man deel aan het gesprek. Uit de peilbakengegevens blijkt dat de Polo zich op de Broekweg te Schinveld, gemeente Onderbanken, bevindt, zijnde de straat waar de manege van [naam medeverdachte 15] ligt. [228] [naam medeverdachte 2] geeft aan dat hij twee bij zich heeft en dat de onbekende man volgende week die andere twee krijgt. Vervolgens gaat het gesprek over een derde. Kennelijk vindt een derde een prijs te hoog. Die derde geeft echter niet aan wat hij wel zou willen betalen. De onbekende man geeft aan dat hij een contact heeft die geïnteresseerd is in grote partijen. [naam medeverdachte 2] geeft aan dat hij niet weet ”wat die vriend van ons gaat vragen. Die heeft ook een flinke partij binnen. Dus als ik daar een prijs van weet, dan komen we even langs”. Te horen is dat [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] afscheid nemen van de onbekende man. Er zijn weer rijgeluiden te horen. [naam medeverdachte 2] zegt ”het is wel veel 31, kut he” en ”nou moeten we [bijnaam verdachte] even waarschuwen. Ik had daar een beetje hoop op gehad”. [Naam medeverdachte 4] zegt: “Jja die grote partijen jong. Die [bijnaam mv 3] is ze ook voor dertig aan het verkopen”.
In de woning van [naam verdachte] is een notitieboekje in beslag genomen. De volgende notities zijn aangetroffen: [229]
400 x 32 = 12.800
4 x 29 = 116.00
6.4
x 32 = 204.800
[bijnaam mv 3] . (opmerking rechtbank: [bijnaam mv 3] . Is de afkorting van [bijnaam mv 3] , zijnde de
Spaanse vorm van ‘ [bijnaam mv 3] ’ waarmee [naam medeverdachte 3] wordt bedoeld).
2 x 28 = 56.000
De politie geeft aan dat de 30 en 31 waar Van Leuzen en [Naam medeverdachte 4] over spreken groothandelsprijzen per kilo cocaïne zijn (30.000 en 31.000). [230] De rechtbank concludeert, gelet op de reactie van [naam medeverdachte 2] op een opmerking van [naam medeverdachte 15] dat er ‘meer in omloop is’ tijdens een OVC gesprek met [naam medeverdachte 15] van 6 juni 2012 in relatie tot de prijs van de ‘blokken’ ‘dat er in de Randstad 7.000 is binnengekomen’, in onderling verband en samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen in het dossier dat de door [naam medeverdachte 2] genoemde ‘31’ duidt op de kiloprijs van cocaïne.
Dat de prijs van cocaïne in die periode teleurstellend was blijkt ook uit de hierna aangehaalde OVC gesprekken tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] van 28 januari 2013, waarin ze aangeven dat de prijs nu rond de 33, 34 ligt en dat ze dan een leuke winst kunnen maken, want de vorige keer was het met 28, 29 weinig heel weinig. [231] De genoemde bedragen sporen met de bedragen aangetroffen op de notitieblaadjes in de woning van [naam verdachte] .
Hieruit volgt dat de 50 blokken die [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] aan een contact van [naam medeverdachte 15] ter verkoop aanboden een partij van (minimaal) 50 kilo cocaïne betrof. Ook de sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] van 7 juni tot en met 10 juni 2012 (het ruilen van 3 slechte wit ingepakte Toyota’s voor goede zwart ingepakte “Cro’) duidt op de handel in cocaïne, te meer daar verdachten daar waar ze documenten voor het inklaren van de container bedoelen, het hebben over ‘originele papieren voor auto’s’.
De rechtbank concludeert voorts dat deze cocaïne in Nederland is ingevoerd door middel van (een van de) hierboven genoemde containers (HASU 4001697 en SUDU6710420) afkomstig uit de Dominicaanse Republiek, bij welke invoer en verdere doorlevering c.q. handel betrokken was een crimineel samenwerkingsverband bestaande uit in ieder geval: [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 2] , [naam verdachte] , [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 7] . De rechtbank merkt daarbij op dat de haven van Antwerpen voor een zeeschip slechts bereikbaar is via het binnen de grenzen van Nederland gelegen gedeelte van de Westerschelde. Ook in een container te Antwerpen verborgen cocaïne geldt daardoor als ingevoerd in Nederland.
Voorbereiding nieuw transport
Uit onderstaande blijkt dat de groepering weer afspraken maakt voor een ontmoeting op 11 juni 2012. Voor deze ontmoeting moest een locatie worden afgesproken waar men niet al te veel zou opvallen. Na deze ontmoeting is er sms-verkeer tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] waaruit blijkt dat er voorbereidingen worden getroffen voor een nieuw transport.
[Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] zitten op 9 juni 2012 samen in de VW Polo [kenteken 3] . Er wordt gesproken over een afspraak maandagmorgen en de locatie waar die afspraak moet plaatsvinden. [Naam medeverdachte 4] zegt: “Als je bij Ikea gaat zitten met zoveel man he. Dan komt die kleine met die vriend van hem. [naam medeverdachte 1] , die [bijnaam mv 3] en wij twee. Dan zitten we met zes man daar, en dat valt ook op. En in het [Bijnaam mv 4] , ja daar ziet niemand je, en daar zijn we al een tijdje niet meer geweest. [232] [Naam medeverdachte 4] geeft aan dat hij ook de [bijnaam mv 3] een berichtje zal sturen ‘elf uur [Bijnaam mv 4] ’. [naam medeverdachte 2] vraagt zich hardop af ‘waar die ons nou weer voor nodig heeft’. [Naam medeverdachte 4] : ‘Die wil nu kijken of het verder kan. Voor een tweede keer gedaan’. [naam medeverdachte 2] ‘Ja maar dan moet toch alles verkocht zijn eerst’. [233]
Uit het peilbaken van de VW Polo [kenteken 3] in gebruik bij [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] blijkt dat deze op 11 juni 2012 rond 12 uur aanwezig is geweest in Valkenswaard in de nabijheid van de twee horecagelegenheden die door de groepering aangeduid worden met ‘ [Bijnaam mv 4] ’ (Restaria [restaurant 3] en hotel [restaurant 2] ). [234] Deze ontmoeting is geobserveerd. Aanwezig waren [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 2] , [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 3] , [naam verdachte] en een onbekend gebleven persoon [235] .
Na die ontmoeting is er de volgende sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] : [236]
[naam verdachte] : ‘Ik kan pass de 10jun binnen zijn. moet je vragen of dat nog lukt anders moeten we wachten tot sept. Gr.’
‘En hoe snel kan je me aanwordt geven aub. gr’
[naam medeverdachte 3] : ‘Je boedelt juli waarschijnlijk. Je schijft juni. Dat is veel te laat. 2 juli max binnen. Gr’
‘moet voor 2 juli’
[naam verdachte] : ‘nee ik bedoel juli maar vertrek 24 dus kom pass voor de 10 aan’
‘kijken of hun toch voor de 10de aan kunnen. Gr’
[naam medeverdachte 3] : ‘Moet uiterlijk op 2 juli’
[naam verdachte] : ‘Ok zal doorgeven. Gr.’
‘is er al een tijd bekend? Gr.’
Later die dag rond, 19.00-20.00 uur, is de VW Polo [kenteken 3] in gebruik bij [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] nabij de woning van [naam verdachte] in de Merwedestraat te Nijmegen. [237]
Uit een sms-wisseling tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] van 14 juni 2012 blijkt voorts dat zij een afspraak maken voor die dag. [naam medeverdachte 3] geeft aan dat hij [naam verdachte] met spoed moet zien. [238]
Op 7 juli 2012 is er een tapgesprek tussen [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] : [239]
[naam medeverdachte 2] : “Nou en voor de rest nog nieuws?”
[Naam medeverdachte 4] : “Eigenlijk nog niet, want ik krijg die kleine maar niet te pakken die is even weg.”
[naam medeverdachte 2] : “Ja dat weet ik.”
[Naam medeverdachte 4] : “Je weet toch die vriend van ons uit eind. De [bijnaam mv 3] . Die moet hem eigenlijk dringend hebben, maar die krijgt hem ook niet te pakken.”
[naam medeverdachte 2] : “Die moet hem dringend hebben. Weet je waarvoor?”
[Naam medeverdachte 4] : “Nee eigenlijk niet. Ik heb afgesproken met ze voor dinsdag dus dan hoor ik het wel.”
[naam medeverdachte 2] : “Vraag dat in ieder geval want uhh, niks achter de rug om he.”
[Naam medeverdachte 4] : “Nee, nee, doen we zo wie zo niet.”
Op 10 juli 2012 wordt geobserveerd dat [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 7] samen aan een tafel zaten in Restaria [restaurant 3] te Valkenswaard. [240]
Zaaksdossier 2: de invoer van 550 kg cocaïne en de criminele organisatie
( [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 8] , [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 2] , [Naam medeverdachte 4] , [naam verdachte] , [naam medeverdachte 10] , [naam medeverdachte 12] , [naam medeverdachte 11] en [naam medeverdachte 16] .)
Op de bij de doorzoeking van de woning van [naam verdachte] inbeslaggenomen BlackBerry
is, voor zover van belang, de volgende emailwisseling van 5 oktober 2012 tussen [naam verdachte]
en [naam medeverdachte 3] aangetroffen [241] :
[naam medeverdachte 3] De oude firma gaan we niet meer geb
[naam medeverdachte 3] Hey dit is mn nieuwe bb. Ik heb je gister er zelf een bezorgd. Oude bb is weg. Die was kapot. Dus deze even opslaan in contacten.
[naam verdachte] Dag vriend vergeet niet om die fot en nog belangrijker de info van ons eigen want dat moet ik hebben zo snel mogelijk. Gr.
[naam medeverdachte 3] Wordt vandaag later. Geef je tijd door. Kan je om 1745 uden zijn?
[naam medeverdachte 3] Ok. Mijn vriend komt usb enz brengen. Jij kent hem wel. Wij zien elkaar maandag voor instructies. Ok? Hij zit in frituur. Alles ontvangen? Ik leg je de usb stick nog uit.
[naam verdachte] Ok ja heb hem al gezien dan zie ik je maandag voor uitleggen goie weekend.
Voorts volgt uit een berichtenwisseling in de BlackBerry van [naam verdachte] dat er een ontmoeting is tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] op 9 oktober 2012. [242]
Vervolgens is op 15 november 2012 tussen 8.54 uur en 10.18 uur een ontmoeting geobserveerd in de woning van [naam medeverdachte 1] tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] [243] .
Binnen een uur nadat [Naam medeverdachte 4] wegreed bij het huis van [naam medeverdachte 1] vond er bij de Ikea te Son en Breugel een ontmoeting plaats tussen [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] [244] . Tijdens deze ontmoeting bij Ikea is onder meer het volgende besproken [245] :
[naam verdachte] Die man, die man, with the stift, begrijp je wat ik bedoel met de stift, tegels, sorry. Die man, wie heeft er daar… mee,.. [bedrijf 5] .
[naam medeverdachte 1] Ja, ja, ja, moeten poetsen.
[…]
[naam medeverdachte 3] Vijfhonderd.
[naam verdachte] Ja. Niet dat ik.. uh… niet moet bijbetalen.
[…]
[naam verdachte] en dan ga ik weg, weg, daarheen. Vijftiende kan je sturen.
[naam medeverdachte 1] Ik zou er scheel op slaan, als het allemaal weer verpest wordt.
Op 14 december 2012 is, voor zover van belang, het volgende OVC-gesprek afgeluisterd in de BMW van [naam medeverdachte 3] , waarbij het woord enkel wordt gevoerd door [naam medeverdachte 3] [246] :
“Ik zal jou eens wat vertellen ik geloof helemaal niet dat er een [P.] is.. ik denk dat het dat ie wel wat kan.. [bijnaam mv 11] kan wel wat maar niet met een [P.] er bij.. hmm.. nee. Kijk die twee boxen die wij hebben gedaan daar zat geen controle op.. dinges dat was gewoon invoer dus kon dus gewoon doorgaan.. hoeven niet door de scanner niks.. kan gewoon doorgaan.. hij met een verhaal van de twee [bijnaam] iemand aan de praten.. het is gewoon.. het is gewoon bullshit. Het is gewoon.. Zo werkt het niet.. nee.. zo werkt het namelijk niet nee.. dus wat ik dadelijk aan het doen ben is vrienden van mij gek maken om te betalen omdat [P.] ontevreden is omdat er een hele club om [P.] heen hangt.. en dat is de case niet dat is de zaak niet nee. Hij moet met [P.] praten. Kijk weet je wat die vriend van mij zegt die [bijnaam mv 9] zei.. die zegt ja das lekker.. die mensen zijn de enige die verdienen.. is de enige die verdienen.. kijk dat werkt niet.. wordt toch niks.. Apro.. vertel jij hem.. ja.”
Vervolgens is op 30 december 2012 een OVC-gesprek afgeluisterd tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 12] , in of in de directe nabijheid van de auto van [naam medeverdachte 3] [247] . Onderweg naar deze ontmoeting vraagt [naam medeverdachte 3] zich het volgende hardop af:
”Zou [bijnaam mv 11] een menselijke fout zijn, wat een mietje. [bijnaam mv 11] je bent niet eerlijk.. [bijnaam mv 11] jij bent niet eerlijk. Ik maak geen meter meer, die overmaat moeten we nog regelen.
Tijdens dit gesprek met [naam medeverdachte 12] is, onder meer, het volgende besproken:
[…] [naam medeverdachte 3] geeft twee flessen champagne aan [naam medeverdachte 12] om hem alvast gelukkig nieuwjaar te wensen.
[naam medeverdachte 3] “Ja, hebben we nog geluk mee hoor, dit jaar, maar d’r kan in ieder geval 1 persoon blij gemaakt worden, wie niet blij gemaakt zal worden, want dat zal niet gebeuren denk ik, dat is [P.] . Ik ga nou, ik ben aan het wachten. Je moet 1 ding tegen [bijnaam mv 11] zeggen, eh.. dat het eigenlijk door [bijnaam mv 11] ’s eigen schuld is dat we een beetje ook in de problemen zitten, hij dan met [P.] he.. als hij zijn zaken goed had gedaan.. maar goed, dat maakt niks uit, maar dat moet jij maar uit mijn mond tegen hem zeggen.. ik doe mijn best wel hoor.”
[naam medeverdachte 12] “Ja, wat wij moeten doen nou…”
[naam medeverdachte 3] “Dit is 2 ton, briefjes van 100, 2 ton.”
[naam medeverdachte 12] “Kan je misschien morgen die andere geven of niet?”
[naam medeverdachte 3] “Denk het niet, eerlijk gezegd denk het niet, wordt pas woensdag. Ja, ik kan er niks van zeggen, op het moment dat er bij mij geld binnenkomt.. van morgenvroeg is er bij geld gebracht, dat heb jij nou. Ik heb toch echt een beetje druk gezet hoor, maar morgen weet ik niet, morgen laatste dag van het jaar, het is moeilijk Jozef, het is moeilijk.”
[naam medeverdachte 12] “Morgen niet en dinsdag ook niet.”
[naam medeverdachte 3] “Dinsdag januari, nee nooit, 1 januari nooit, nooit. Laten we in ieder geval voor woensdag afspreken, heb ik ook een beetje meer lucht en het is toch afhankelijk van wat de verkoop is, daar is het afhankelijk van. Nou ok in ieder geval, beter iets dan niets voor [P.] . Maar [bijnaam mv 11] geeft weer niks aan [P.] . Je moet slim zijn, moet goed opletten. Maar je tegen [bijnaam mv 11] zeggen, [bijnaam mv 11] heeft ook een aandeel in dat iets niet heeft gelopen he? En ik vraag ook geen geld van [bijnaam mv 11] , snap je? Een beetje, hoe noem je dat, een beetje ja meeleven met een ander moet [bijnaam mv 11] ook een beetje doen.”
Voorts blijkt uit opgenomen vertrouwelijke communicatie en afgeluisterde telefoongesprekken dat [naam verdachte] van medio december 2012 tot medio januari 2013 in Spanje en de Dominicaanse Republiek heeft verbleven. [248]
Bij het beluisteren van een OVC gesprek op 27 januari 2013 in of naast de Opel Astra
(kenteken [kenteken 7] ) is tussen [naam verdachte] en een onbekend gebleven vrouw [249] onder
meer het volgende besproken:
[naam verdachte] “Ik moet daar om half elf zijn… Nou, we hebben elkaar een maand niet gezien. Dus zij willen weten wat ik van daarginds voor hen heb meegenomen.”
Op 28 januari 2013 is rond 13.50 uur een ontmoeting geobserveerd tussen [naam verdachte] en [Naam medeverdachte 4] bij de Burger King te Ekkersrijt. [250] Beiden rijden erna weg in de Opel Astra van [naam verdachte] . Tijdens deze autorit is onder meer (vanaf 13.55 uur) het volgende besproken: [251]
[naam verdachte] “Ik was daar toch in ons land”
[Naam medeverdachte 4] “Ik ben al 2, 3 weekenden hier gebleven omdat er van alles weer te doen is.”
[naam verdachte] “Ja natuurlijk. Ik contacteer die [Bijnaam mv 2] met [bijnaam mv 1] , die [bijnaam mv 3] .”
(…)
[naam verdachte] “Die [bijnaam mv 3] heb ik gesproken via dat apparaatje. Dus jij zegt om twee uur. Dan jou om half twee dan kunnen we samen.”
[Naam medeverdachte 4] “Hij weet toch dat ik erbij ben?”
[naam verdachte] “nee”
(en vanaf 14.08 uur)
[naam verdachte] “Hoe moet die met die papieren. Als alles weg is dan hebben wij geen hoofdpijn, snap je. Dat is voor een keer.”
[Naam medeverdachte 4] “Staat alles wel klaar?”
[naam verdachte] “Bijna”
[Naam medeverdachte 4] “Ja maar ze zijn nu allemaal veel aan het verkopen. Ze zitten nu rond de 3, 34.”
[naam verdachte] “Lekker”
[Naam medeverdachte 4] “Ja het werd tijd he. Het heeft lang genoeg geduurd. Zoals de laatste keer 29, 28.”
[naam verdachte] “Niet normaal he.”
[Naam medeverdachte 4] “Hoofdpijn.”
Op 28 januari 2013 wordt er omstreeks 14.24 een ontmoeting geobserveerd tussen [Naam medeverdachte 4] , [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] in een horecagelegenheid te Uden. Door een van de leden van het observatieteam werd gehoord dat [naam medeverdachte 3] zei: ”iets verifiëren” en ”moeten we nakijken”. Daarna rijden [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] weer weg in de Opel Astra. [252]
Daarna op 28 januari 2013 (vanaf 15.05 uur) heeft in of direct naast de Opel Astra met het kenteken [kenteken 7] een gesprek plaatsgevonden tussen [naam verdachte] en [Naam medeverdachte 4] [253] . Tijdens dit gesprek is onder meer het volgende besproken:
[naam verdachte] Die [bijnaam mv 3] is wel goed hoor. Die [bijnaam mv 3] .. hij heeft een paar jongens die altijd bij hem. Heb je hem gezien af en toe die donkere jongen. Hij heeft een paar jongens die altijd voor hem klusjes doen en zo.
[Naam medeverdachte 4] Ja
[naam verdachte] Die die hebben wel goed met die [bijnaam mv 3] .
[Naam medeverdachte 4] Oh maar hij is wel in orde.
[naam verdachte] jawel.
[Naam medeverdachte 4] Hij is in orde. Die andere is was nerveus die met die [bijnaam mv 1] .
[naam verdachte] Die is een beetje para. Maar zulke mensen moet je ook hebben he… Die houden jou ook een beetje eh eh…
[Naam medeverdachte 4] Alert
[naam verdachte] Ja alert.
Wij moeten zowiezo zien te krijgen van hun ok.. (ntv) want dan kunnen we goed verdienen.
[naam verdachte] Ik heb met die [bijnaam mv 3] afgesproken dat ik ook hun deel krijg. Om te verkopen. Dus die krijgen wij ook voor een jongen… als het goed is kunnen wij van tevoren of een paar dagen van te voren die die jongen die Albanees op de hoogte.
[Naam medeverdachte 4] Ja ja die zie ik nou ook geregeld. Die kunnen wij nou alles verkopen voor 33 weet ik zeker.
[naam verdachte] Stel je voor dat die [bijnaam mv 3] … dat wij aan die [bijnaam mv 3] 32 betalen. Dan hebben wij ook aan hun verdiend. […] Plus die andere van daar plus die vijf procent snap je?.
[Naam medeverdachte 4] Ja.
[naam verdachte] Dan hebben we leuke winst. Vorige keer was weinig, heel weinig.
[Naam medeverdachte 4] Alle begin is moeilijk
[naam verdachte] Ja ja. Dan hebben we die plan van daar gezien dat het kan. En deze kant het ook gezien dat het daar ook kan snap je.
[…]
[naam verdachte] [naam medeverdachte 13]
[Naam medeverdachte 4]
[naam verdachte] Maar is die altijd zo geweest of… want normaal gesproken was die gewoon goed.
[Naam medeverdachte 4] Ja nee hij altijd zo geweest.
[naam verdachte] Hij wil altijd meer trekken naar zijn kant.
[Naam medeverdachte 4] Ja ja. En ze zijn er nu achter dat die eh.. vaker zo’n dingen gedaan heeft. Daarom is sterk ook niet meer zo blij met hem.
[naam verdachte] Dat is niet netjes want je moet altijd eerlijk zijn snap je. Of tenminste iedereen moet verdienen wat die moet verdienen. Niet dat jij gewoon gaat pikken of wat dan ook.
[Naam medeverdachte 4] Iedereen moet hetzelfde.
[Naam medeverdachte 4] Die op de uitkijk staat moet net zoveel krijgen als die wat naar binnen loopt. Vind ik. Want die heb ik net zo hard nodig. Want als die daar niet staat ga ik niet naar binnen.
[naam verdachte] Nee plus als problemen gebeuren gaat die dezelfde straf krijgen als die van ons.. jou…
Vanuit Uden, waar [naam medeverdachte 3] de afspraak met [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] had, rijdt [naam medeverdachte 3] 28 januari 2013 om 15.00 uur naar `t [adres 10] in Valkenswaard, alwaar hij een ontmoeting heeft met [naam medeverdachte 12] [254] . Tijdens deze ontmoeting is onder andere het volgende besproken: [255] .
[naam medeverdachte 3] “Ok, ik kan je [B. 2] ophalen en de vraag is of dat het morgen is. […]
Hmm weet je wie ik vandaag gezien heb? [D. 2] . Ja met hem heb ik gegeten. Nu net, kom ik net vandaan.”
[naam medeverdachte 12] “Ow?”
[naam medeverdachte 3] “Die hebben, die zijn ook klaar. Die hebben, drie honderd, in hun handen, stuks. Ze moeten nog twee honderd innen om te krijgen, dit weekend, ze staan in containers, alles klaar, en ze zweren dat ze vertrekken aanstaande week tussen 1 en 7 februari.”
Op 29 januari 2013 treffen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 12] elkaar wederom bij restaurant `t [adres 10]
in Valkenswaard. Ook [naam medeverdachte 8] is aanwezig. Het volgende wordt besproken: [256]
[naam medeverdachte 3] “Hier, maar je komt wel voor 500.. onverstaanbaar.. heb ik verstuurd.”
[naam medeverdachte 12] “Ja.”
[naam medeverdachte 3] “We kunnen wel blijven zeuren dat er 300 misschien 300.. Hij zei gisteren wel 320.. onverstaanbaar.. 200 bij hebben, 180.. officieel..”
[naam medeverdachte 12] “Ja.. moeten we op zoek.”
[naam medeverdachte 3] “Maar maar maar kijk ook naar 500 of 520 want dat… is vrij stuk dus… uh..”
[naam medeverdachte 8] “Want?”
[naam medeverdachte 3] “Maar dat is niet het belangrijkste. Hun zeggen alweer met gemak.. uh.. 12 mei begint zeg maar in juli dat is nu februari he, dat is ook alweer juni, is in januari, afblijven.”
[naam medeverdachte 12] “Ja?”
[naam medeverdachte 3] “We hebben geld.”
[naam medeverdachte 3] “Kijk en hij zei gisteren gewoon… zitten 4200 stuks in de Dom.. jaren op pad. En daarna is nog eens een keer 8 miljoen twintig gulden.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Nee nee nee nee, niemand praat over Blackberry, niemand praat over de onze.”
In een OVC gesprek gehouden in of direct naast de Opel Astra met het kenteken [kenteken 7]
op 30 januari 2013 is door [naam verdachte] onder meer (omstreeks 14.02 uur) het volgende
gezegd. [naam verdachte] is daarbij onderweg naar een bespreking met [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1]
en bereidt kennelijk deze bespreking voor: [257]
“Dit hebben zij, pap!... Dit komen wij tekort, pap!.... Dus ik ga nu naar deze man toe, want dat is onze man vandaag, die is net… hierheen gekomen… Hij heb, om die 350… achter mij om 50 erbij gebracht, plus hij is nu… ntv… met andere mensen om de tafel… Maar ik wil zo snel mogelijk dus ik moet naar deze man… Met hem om de tafel komen, dat hij gewoon die 150 die ik tekort kom erbij gooit.. klaar! Dan moet ik daar naartoe gaan… Hij kan het niet eerder dan na het weekend doen… veel tijd. Het moet van mij deze week afgerond zijn… Klaar!... Snappie?!... “
Uit de vergelijking van de peilbakengegevens van de Opel Astra van [naam verdachte] , de VW Polo 21-RKD-8 in gebruik bij [naam medeverdachte 3] en de Audi A6 1-CTK-719 in gebruik bij [naam medeverdachte 1] is af te leiden dat er die dag rond 14.30 uur een ontmoeting is geweest tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] op de [adres 14] te Uden en dat vervolgens [naam verdachte] bij [naam medeverdachte 3] in de auto is gestapt en dat ze in de VW Polo van [naam medeverdachte 3] naar de Kornetstraat te Uden zijn gereden, alwaar een ontmoeting heeft plaatsgevonden met [naam medeverdachte 1] . [258]
Later die dag (omstreeks 18.55 uur), voeren [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] , in de Opel Astra een gesprek, waarbij onder meer het volgende wordt besproken: [259]
[naam medeverdachte 3] “Je moet die man een ding zeggen want we hebben er nog even over zitten praten… met die 500… ik wil echt niet moeilijk doen… maar als het zo is dat we… dat hij er bijvoorbeeld maar 350 doet…“
[naam verdachte] “Nee nee nee ik…”
[naam medeverdachte 3] “Of dat er iets gebeurt waardoor dat er toch…”
[naam verdachte] “Nee neen nee.”
[naam medeverdachte 3] “Dan willen we gewoon op basis van 500 25%. Dat is gewoon een extra waarschuwing van doe het goed.”
[naam verdachte] “Nee ik heb dit heb ik allang gezegd.”
[naam medeverdachte 3] “Ok ok ok.”
[naam verdachte] “Dat wat je nu zegt heb ik al lang gezegd. Doe er vijf want zij rekenen toch van vijf…”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Je moet echt 500, […]…
Ja ja ja maar weet je wat je doet je gaat eerst naar daar. Je doet afspraken maken wat je doet en je komt terug, toch?”
[naam verdachte] “Ja ja”
[naam medeverdachte 3] “Je komt hier terug”
[naam verdachte] “Maandag ben ik terug. Maandag spreken, zitten we gewoon weer met koffie te drinken.”
In de BlackBerry van [naam verdachte] is een bericht van [naam medeverdachte 3] van 30 januari 2013 aangetroffen waarin [naam medeverdachte 3] [naam verdachte] een goede reis wenst. [naam verdachte] bericht terug: ‘Mandaag of uitstelijk dinsdag maar ik neem bb mee om je op de hoogte te houden’. [260]
Op 6 februari 2013 is een ontmoeting geobserveerd tussen [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] en [naam verdachte]
bij ’t [N.] te Uden [261] , waarbij onder andere het volgende is besproken [262] :
[naam verdachte] “Woensdag komt ie aan..”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Dus 26, tussen 26ste en 27ste .. want dat zal misschien wel lukken…”
[…]
[naam medeverdachte 1] “ [P.] nog gesproken..”
[naam medeverdachte 3] “ [P.] is terug. Daarvoor.. met [P.] besproken, klopt.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Het spul op zich, is mooi.”
[naam verdachte] “Meer kunnen we niet zeggen. Ze willen niet geloven dat [P.] problemen geeft.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “(…) [B 2] ”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Ik zeg jou, bijvoorbeeld, goed is goed met 750 kilo, exact.”
[naam medeverdachte 1] “Ja maar wij vragen hun 100.”
[naam medeverdachte 3] “Dan maar 55.”
[naam verdachte] “Besteld.”
[naam medeverdachte 1] “Dan nog, die hou maar. Wat is er niet zoveel dan?”
[naam medeverdachte 3] “Is heel veel.”
[naam verdachte] “Kan er moeilijk tussenuit.”
[naam medeverdachte 3] “Inderdaad.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Dat ie nog, ja, oke. Ik moet het geloven, als proef uit, uit, volgens mij Peru. Hebben vier gedaan, deze week?”
[naam medeverdachte 3] “Klanten willen doen, heel veel willen dan wit..”
[…]
[naam medeverdachte 1] “Als jullie man, het is maar een voorstel… maar andere dingen, … cocaïne.”
[…]
[naam verdachte] “Maar ik denk dat het gewoon, bankroet.. [naam medeverdachte 7] .”
[naam medeverdachte 3] “Ja”
[naam verdachte] “Daarna…, is een tegel verdwenen…”
[naam medeverdachte 3] “In de tegel zit coke.”
[naam verdachte] “Bananen… die komt nog.”
[naam medeverdachte 3] “Ja”
[…]
[naam verdachte] “… containers.”
[naam medeverdachte 3] “Het is die [naam medeverdachte 12] die zegt ook hoe moeilijk met fruit, ik heb fruit, vis, dus jullie wat er in kan, kan mee.”
[…]
[naam verdachte] “500… 500..”
[naam medeverdachte 3] “Met 500 1% en niet meer vragen.”
[naam verdachte] “Doe ik niet 500%”
[naam medeverdachte 3] “Die moet je delen door een half procent.”
[naam verdachte] “Jaa, oke. Jaa, oke.”
[naam medeverdachte 3] “Nu heb je 1%, dat is 100 stuks. 560 zo’n 600 kilo coke. Want anders heb je rond de 500 stuks, onze kant op.”
[naam verdachte] “Ja, oke”
[naam medeverdachte 3] “Die jij doet, die koopt jou.. leverancier kan niet meer stoppen nou.. Oom, oom, je oom jij hebt liever samen, dus die is eruit, die hebben de…”
[…]
[naam verdachte] “Ik denk, ik ben baan bij zetten, ik één keer in de coke.”
Op 11 februari 2013 zit [naam verdachte] tussen ongeveer 13.00 en 13.45 uur in de Opel Astra met het kenteken [kenteken 7] . Hij praat waarschijnlijk hardop in zichzelf: [263]
“Wat ik doe bij ons, zij zetten alleen bij ons, dus wij honderd, drie honderd vijftig plus vijftig is vierhonderd.
Die oude man zegt… ga om tafel met jou mensen. Zeg maar tegen hem hebben alleen vierhonderd. Als ze mee akkoord gaan doen wij vierhonderd minimaal want wij hebben nog een week… dan de tijd om misschien toch die vijfhonderd te doen.
Tot dat tot dat die ding vertrekt. Als die ding vertrekt met vierhonderd hebben we… hebben jullie dan als jullie mee akkoord gaan groen licht gegeven voor minimaal vier in plaats van vijf. Maar het kan de vijf komen want hebben nog niet de tijd voor dat die ding vertrekt om om wat nog meer te verzamelen. Maar hij gaat niet meer… Hij zegt van jongens ik heb al vier dinges gedaan. Ik heb met mensen gepraat… normaal gesproken doe ik om jullie toch vijf te doen maar het is.. mij… met deze vrienden lastig om te lastig. Poging niet gelukt wij hebben… zij hebben ook hun eigen dinges dus ik ga niet meer met mensen praten. Als jullie mee akkoord gaan met die vier doen we anders ja. Ja dan moeten we gewoon kappen.”
Uit de peilbakengegevens van de Opel Astra [kenteken 7] van [naam verdachte] en de BMW [kenteken 8] van [naam medeverdachte 3] blijkt dat deze auto’s op 11 februari 2013 tussen ongeveer 13.45 uur en 15.15 uur aanwezig zijn in de omgeving van de Markt te Sint Oedenrode. [264] Hieruit leidt de rechtbank af dat er een ontmoeting heeft plaatsgevonden tussen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] en dat [naam verdachte] op weg daar naar toe in zijn auto het gesprek heeft voorbereid.
Uit de peilbakengegevens van de BMW [kenteken 8] van [naam medeverdachte 3] blijkt dat dit voertuig op 12 februari 2013 omstreeks 14.48 uur stilstond op de [adres 8] te Best in de omgeving van ‘ [Snackbar] ’. Uit onderzoek van de camerabeelden van deze snackbar bleek dat [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] elkaar daar om 14.50 uur ontmoeten en omstreeks 15.06 uur samen weggingen. [265]
Uit de zendmastgegevens van de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] blijkt dat deze op 12 februari 2013 om 15.22 uur een zendmast in Best aanstraalde en meteen daarna en om 16.45 een zendmast in Sint Oedenrode en om 16.45 uur weer een zendmast te Best. Om 16.47 uur vertrok de BMW [kenteken 8] van [naam medeverdachte 3] uit Best. [266]
De Opel Astra [kenteken 7] in gebruik bij [naam verdachte] is op 12 februari tussen 15.41 en 16.35 uur in de omgeving van de Markt te Sint Oedenrode. [267]
Uit het voorstaande leidt de rechtbank af dat [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] na hun bespreking in de snackbar in de auto van [naam medeverdachte 1] naar Sint Oedenrode zijn gereden en aldaar [naam verdachte] hebben ontmoet.
Op 15 februari 2013 wordt wederom een ontmoeting tussen [naam verdachte] , [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] geobserveerd. [268]
Op 16 februari 2013 wordt in de haven van Antwerpen een partij van 3.000 kilogram hasjiesj in beslag genomen. Deze hasjiesj zat verstopt in een container met als deklading handdoeken en was bestemd voor het bedrijf [bedrijf 1] bvba. [bedrijf 1] had [L] Transformation met als zaakvoerder [M. van G.] gevolmachtigd voor alle formaliteiten met betrekking tot de aankomst en levering van goederen. Op 19 februari 2013 wordt bekend dat de container niet wordt vrijgegeven. [269]
Op 20 februari 2013 ontmoeten [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 11] en [naam medeverdachte 12] elkaar bij Hotel Golden Tulip [restaurant 5] , waar zij onder andere het volgende met elkaar bespreken [270] :
[…]
[naam medeverdachte 3] “ [P.] is zijn batch afgenomen. Je kan het er niet meer inkletsen zoals je
vroeger deed.
[…]
[naam medeverdachte 11] “En. Ik heb gezegd, weet je wat, doe al het mogelijke forceren, weet je. Doe gissingen voor coke uit. Uh.. hij is rechtstreeks naar de kade gegaan en hoofdkwartier, hoofdkwartier. Hij zegt: “Hey man, het is al de 2e keer dat je zit te hameren op die container en te zeuren over”, hij is daar dus ambtenaar he, hij zegt: “Ja, hij kon het wel weten”, hij zegt “maar ik weet niet verder wat er gezegd is geweest weet ik niet”.
Uh.. het zou niet goed afgelopen hebben want anders hebben ze, zouden ze de Federale zo ver weggelopen bij ondervragen, eigenlijk nog niet gehoord, niet gezien.”
[naam medeverdachte 3] “Bij jou, jou [P.] stond die dus ingelogd zeg maar?”
[naam medeverdachte 11] “Ja”
[naam medeverdachte 3] “Die is ondervraagd, vandaag?”
[naam medeverdachte 11] “Ja.”
[naam medeverdachte 3] “Maar hij staat daar… Hij staat in, hij staat in beschermd gebied, waar ik niet bij kan zelf? Daar staat ie?”
[naam medeverdachte 11] “Ja spijtig.”
[naam medeverdachte 3] “En hij is inmiddels gecontroleerd en hij is leeg? Ik ga er mee kappen.”
[naam medeverdachte 11] “Vandaag, ja, ja”
[naam medeverdachte 3] “Dus hij is verdacht? Maar die zijn verdacht? Zou hij intussen al met die fruit.. met de box?”
[naam medeverdachte 11] “Welke rij heb jij over nou? Tomaten, die box openmaken?”
[naam medeverdachte 3] “Dan vraagt ie…”
[naam medeverdachte 11] “Hoofddouane?”
[naam medeverdachte 3] “Gaat die hoofddouanier, die zitten, die zeggen: ‘Hey hier zit een collega van mij en die vraagt naar die box waar ze onderzoek op doen.. net zoals ons”.”
[naam medeverdachte 11] “Die die, die zal alle stukjes niet doorvertellen of wel?”
[naam medeverdachte 3] “Gaat ie dat zeggen?”
[naam medeverdachte 11] “Want zij ondervragen alleen, en dan halen ze er nog een, wacht even ze zijn altijd met twee.. “
[naam medeverdachte 3] “Links en rechts halen ze erbij dus alles zelf informeren naar die box. Ja, [P.] zit bij de baas liever niet. Die baas vindt dat raar. Gaat die baas dat doen, echt? Hier zit een douanier en vraagt altijd naar die box, kom.. eens voor.”
[naam medeverdachte 11] “Waarom moet dat? Dat hij vorig jaar vier, vier containers, acht containers in zijn gebied heeft gehad. Veel gehad, vier, heeft niets met die te maken.”
[naam medeverdachte 3] “Heeft dat met deze route iets te maken?”
[naam medeverdachte 11] “Nee nee nee..”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Dus [P.] is besmet?”
[naam medeverdachte 11] “Daarom hebben ze die badge ook afgenomen, hij mag zijn dienst nog doen. Daarom gaan wij ook verder via mijn.. uh.. bronnen, weet je.”
[naam medeverdachte 3] “Wat we hieruit leren is… dat we hieruit leren is één. De douanier die in het systeem niet kan, het systeem laat jou niet zien dat we serieus in de problemen komen.”
[naam medeverdachte 11] “Nee, en besmet lekken, en weg.”
[naam medeverdachte 3] “Nog 19 avonden bedoel ik.. uh..”
[naam medeverdachte 11] “Ja, want het werkt niet.. enne.. vroeger toen.. uh.. [P.] lieten ze rechtstreeks weten dat de positie, […]. Dat klopte zij in. Hij tikte een code in en hij zei: “oh shit… hey een alarm, ja oke zullen we oplossen”, maar daaruit sinds dat ze zijn badge afgekomen hebben, gingen [P.] zeggen dat hij niet in het systeem mag.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Ja. Weet je, weet je wat je je zelf nou moet afvragen met dat gedoe, heeft voor jou [P.] nog waarde?”
[naam medeverdachte 11] “Nu?”
[naam medeverdachte 3] “Ja.”
[naam medeverdachte 11] “Vandaag wat er gebeurd is dat..?”
[naam medeverdachte 3] “Heeft hij je.. heeft hij vanaf nu nog waarde?”
[naam medeverdachte 11] “Ik heb mijn uh… Mijn twijfels. Zijn advies kan ik gebruiken. Maar intern daar kan ik.. uh.. er niet bij, nee, als ik eerlijk mag zijn niet nee, maar waarom, daarvan was de vraag, als hij vandaag niet.. uh.. was vernomen dan had ik nog.. uh.. Dan had ik gezegd, het is goed, we kunnen nog verder. Maar wat vandaag gebeurd is, met die bevraging, natuurlijk niet, echt niet wat er gezegd is, is er niet gezegd. Ik weet niet wat er gezegd is geweest. Ik heb hem nog niet kunnen zien dus, hetzelfde.”
[naam medeverdachte 11] “En als ie niet meer blijft alleen.. uh.. die die nieuwe contact, als.. uh.. van waar komt die?”
[naam medeverdachte 3] “Het winkeltje.”
[naam medeverdachte 11] “Uit Engel...”
[naam medeverdachte 3] “Zak pillen. Wat gebeurt er nu, als dit verkeerd gaat.. strepen trekken. We moeten iets gaan doen, die het van te voren weg kunnen zetten.”
[naam medeverdachte 11] “Kijk, wat ik ga doen is.. uh.. zo ie zo niet.. uh.”
[naam medeverdachte 3] “Oke, termijn op.. met dat spul op korte termijn of niet. Ik weet dat niet, jij moet, jij moet het weten.”
[naam medeverdachte 11] “Uh… in welke richting, dat ik weet dat het schip er aan komt en de container kost, hij moet weten.. uh.. staat er code aan ja of nee maar niet altijd. Soms gebeurt het weleens dat ze niet doorgeven dat daar een code.. uh.. alarm op zit.. uh.. om te kunnen weten.. uh.. dat ie, hij speelt overal ja of nee, zoals het is, in deze situatie. Dus uh.. zij zagen [A.] heeft de bevoegdheid om in het systeem te komen.”
[naam medeverdachte 3] “Waarom?”
[naam medeverdachte 11] “Ze moeten het weten.”
[naam medeverdachte 3] “Hebben die dezelfde bevoegdheden om in het systeem te komen als gewoon of uh..?”
[naam medeverdachte 11] “Tot op bepaalde.. uh… kun je gewoon.. ja.”
[naam medeverdachte 3] “Oke, dus niet.. dus dat alarm zien ze niet?”
[naam medeverdachte 11] “Jawel hoor, dat zien ze wel, ja ja.”
[naam medeverdachte 3] “Zien ze dat wel?”
[naam medeverdachte 11] “Ja, dat zien ze. Maar dieper kunnen ze niet.”
[naam medeverdachte 3] “Dat is heel wat waard. Dat je van te voren weet van, of.. uh..”
[naam medeverdachte 11] “Ja.”
[…]
[naam medeverdachte 11] “…pikken eruit ja, door de scan. En de douane kijkt naar de.. eh.. herkomst. Daarom had ik ook tegen jou gezegd, bouw en textiel, niks anders.”
[naam medeverdachte 3] “Dus jij zegt, doordat [P.] niet meer in het systeem kom, konden we eigenlijk sowieso niet weten of het wel of niet is want…”
[naam medeverdachte 11] “Later heeft [P.] zo, oke rijken, maar of fruit ook niet.”
[naam medeverdachte 3] “Maar wie heeft die door de scan gedaan dan? Want [P.] had geen badge meer op toen.”
[naam medeverdachte 11] “ [A.] heeft gewoon toegestemd”
Naljet “Daar gaat [A.] toch niet over?”
[naam medeverdachte 11] “Jawel, [A.] heeft een mening. De [A.] geeft de opdracht aan de douane om door de scan te gaan.”
[naam medeverdachte 3] “ [A.] ook?”
[naam medeverdachte 11] “Ja zij hebben verschillende functies. Het is geen klein bedrijfje.”
[naam medeverdachte 3] “Ja, [A.] , maar jij zei dat [P.] het door de scan had gehaald.”
[naam medeverdachte 11] “ [P.] mag niet bij de scanning noch de fysieke scanning staan. Maar hij heeft gezegd tegen [A.] laat hem even door de scanner gaan.”
[naam medeverdachte 3] “Maar?”
[naam medeverdachte 11] “Toen bummerde hij een of twee keer. Als het door de scanning gaat en het is proper is de kans miniem dat de volgende door de scanning mag of moet. Dat ze hem gewoon door laten gaan.”
[naam medeverdachte 3] “Hij is [A.] dus belangrijker. Veel belangrijker als heel die [P.] .”
[naam medeverdachte 11] “Maar dat is outside. Inside heb ik nog iemand nodig. En daar heb ik volgende week dinsdag een afspraak over.”
[naam medeverdachte 3] “Wat bedoel je?”
[naam medeverdachte 11] “Wat ik bedoel, hij, die man heeft, is de hoofd van de.. uh.. hij beveelt aan de.. uh.. Mammoetdrijvers. Kijk, Mammoet die containers pikt met kranen. Ken je dat die kranen?”
[naam medeverdachte 3] “Ja, ja ja, ja.”
[naam medeverdachte 11] “Hij is de baas van heel die drijvers. Hij ken ene.. van de douane. Hij kent iemand, die de positie heeft. En die jongen moet ik hebben. Ik moet altijd via via.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Toen die Dominicanen afleverden toen die keer, weet je nog?”
[naam medeverdachte 11] “Ja”
[naam medeverdachte 3] “Op uh.. [naam bedrijf 3] waar ik een hekel aan heb.”
[naam medeverdachte 11] “Maar dat was ook een fysieke, dat was ook een fysieke scan. Heb ik eruit gehaald.”
[naam medeverdachte 12] “Ja. Daar is het leeg in gegaan. Leeg in gegaan. Het is er niet vol in gegaan, maar leeg. Jullie hebben [naam bedrijf 3] leeg de fysieke in laten gaan… [naam bedrijf 3] .”
[naam medeverdachte 3] “Jawel. Ja. [naam bedrijf 3] .”
[naam medeverdachte 12] “Dus, er is, iets een.. uh.. tegels.”
[naam medeverdachte 11] “Oh, ja ja ja, de, de partij, klopt, de partij tegels, dat klopt, dat klopt.”
[naam medeverdachte 3] “Dat gaat nu weer gebeuren. Wat gebeurt er nu, als die weer naar de fysieke scan moet. Wat gebeurt er dan met… in deze situatie? Of 2, 3 weken dat die een keer aankomt?”
[naam medeverdachte 11] “Dan denk ik, dan moet ik zien wat ik kan doen. Wat nu, uh, die container laten wegzetten.. uh.. want die mammoet-werkers die uh.. ik noem dat Mammoetleiders. We gaan even die op locatie zetten waar ze, waar dat er weinig.. uh.. toezicht op is.”
[naam medeverdachte 3] “Godverdomme dinsdag, het gaat schieten worden. Die gaan nu vertrekken. Ik wil niet, ik wil niet.. uh.. ik wil geen problemen met de Dominicanen. Ik wil dat het goed gegaan of niet doen.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Wat staat er. Oh, mag ik even storen? Wat staat er op die documenten van MSC? Dat is wel belangrijk wat daar op staat. Dat weet je niet, dat kan je niet weten.”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Denk even heel goed na want ik kan dit ook een paar weken uitstellen. Moet dat wel een beetje uitleggen, maar ik kan dat wel. Ik wil namelijk niet dat ze iets sturen. Ja, kan hij hun niet meer uit de voeten, ja, dat wou ik zeggen die shit. Dan zeggen ze tegen mij, wij verwijten jou dat jij ons hebt laten gaan terwijl jouw verhaal niet klopte of veranderd is.”
[naam medeverdachte 11] “Nee, nee. Hoe lang duurt het, twee weken van daar naar hier?”
[naam medeverdachte 3] “12 dagen. Zeg, twee weken.”
[naam medeverdachte 11] “Weten we wanneer.. contact?”
[naam medeverdachte 3] “Dadelijk weekend. Het kan goed zijn, als ze zeggen we staan op schema, dat ze de boot geboekt hebben, container aanwezig is, de lading hebben ze bewezen, die hebben ze, dat doen ze zo prachtig die tegels.”
[naam medeverdachte 11] “Stel het anders.. uh.. een week ofzo tien dagen uit. Ik meen het serieus dan heb ik meer tijd om een beetje.. uh.. reorganisatie.”
[naam medeverdachte 3] “Nou weet je wat het enige positieve is, als we tenminste terug kunnen zenden. Je hebt één grote kostenpost heb je niet meer, [P.] .”
[…]
[naam medeverdachte 3] “Nou weet je wat ik wel wil. Ik zeg wel tegen Dominique wacht maar ff een week, er is iets aan de hand, wacht maar effe een week doe maar volgende week, of ik stel het effe uit. Ik durf niet zo, hoe het nu is, hoe de situatie nu is. Dan heeft ie volgende week een afspraak met iemand anders, dat wordt dan heel, dan wordt het een ander systeem, dat is ook een systeem, maar dan moet het dus zo’n systeem, hij, dan kom je niet meer terug, een soort stelen. Ik zei toch, dat kunnen we doen.”
Op 25 februari 2013 wordt [naam medeverdachte 2] door [Naam medeverdachte 4] in een OVC gesprek bijgepraat: [271]
[Naam medeverdachte 4] : “Ik heb die dinge nog gezien. De drie Musketiers samen. Die kleine, die met dit [bijnaam mv 1] en die andere. Het is voor 2 tot 3 weken opgeschoven.”
[naam medeverdachte 2] : “Wat is dat toch allemaal?”
[Naam medeverdachte 4] : “Dat heeft zijn redenen en dat is goed dat dat is opgedoekt.”
[naam medeverdachte 2] : “Het kan wel nog opgeschoven worden? Ja ik dacht dat dat, eh, dat dat al goed was.:
[Naam medeverdachte 4] : “Nee, nee ja dat was wel allemaal wel goed maar we moesten op oke wachten en dat werd niet gegeven door hun. Ja die kleine was al klaar maar hun, die andere niet.”
[naam medeverdachte 2] : “Oh, ligt het nou aan ons.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja.”
In de BlackBerry van [naam verdachte] is een bericht aan [naam medeverdachte 3] aangetroffen van 27 februari 2013: ‘Sorry had bb niet bij me. Moet je me nu meteen zien anders woordt moelijk en ik weet het niet of nog tijd is kut’. [272]
Op 28 februari 2013 heeft vanaf omstreeks 13.38 uur in of direct naast de Skoda met het kenteken [kenteken 9] tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] een gesprek plaatsgevonden, waarin onder meer het volgende is besproken: [273]
[naam verdachte] “En hij, jij zal ook sowieso zeggen, dat hun moeten ook die kosten van hun dragen dit, dit…”
[Naam medeverdachte 4] “Jonge, jonge jonge, dus hun zeggen niet sturen?”
[naam verdachte] “Nee… Stop maar, stop maar, ja hoe kan ik dit nu stoppen? Die ding is binnen.”
[Naam medeverdachte 4] “Staat klaar ja, ja ja dat is simpel.
Ze wisten het ook, het weekend staat voor de deur ouwhoer.”
[naam verdachte] “Ja maar is toch, is toch klote ma, elke keer, kies… op het laatste moment ook nog. Want als je dat tegen mij zegt een week geleden. Vriend…
Dan kan ik misschien wel wat doen. Dan kon ik die namen wisselen, wisselen. Dan zeg ik gewoon, ga ik gewoon naar die bedrijf zeg ik: “kijk ik ben.. ik heb een fouten gemaakt, heb ik jou de verkeerde naam gegeven, hier.
Mijn oom en die man daar, die zijn naar die bedrijf gegaan om te vragen of het nog mogelijk was om die naam te vervangen. Die man zegt: “dat kan ik wel proberen, dat gaat mij niet lukken”. Kijk als ik dat doen….
Dat is vreemd, dan gaan ze mij elke keer dat ik ga te sturen daar, gaan ze ons extra controleren en es ook rooit punt zetten hier.
Snap je? Dus die man zegt als ik dat doet, komen jullie echt nooit daar binnen. Want ze gaan vanaf hier met een rooie punt altijd zetten. Ik heb tegen die [bijnaam mv 3] gezegd.
En hij geeft mij gewoon hetzelfde bedrijf dat hij aan die mensen ook geeft. Dat is ook klote he.
Ik heb tegen die [bijnaam mv 3] gisteren gezegd: Kijk die man is pissig, die man is boos.
Die man begint een beetje te twijfelen nou, of hij die ding moet sturen. Want vorige week kom ik hem schrikken met ehh: onze mensen hebben problemen misschien.
Hij schrok van. Ik zeg: nee, nee, maar rustig, er is niks aan de hand je houdt het, je moet alleen een tot twee weken wachten. Hij zegt: ik kan niet langer dan een week maken. Moet ik dan 6000 euro, 6000 dollar betalen. Vind ik niet erg, maar als hij dan zegt ‘een week’, kan niet niet langer.”
“Ik maak hem blij. Ik zeg tegen hem jij jij mag gewoon in deze weekend. En dan kom ik gisteren met dit!”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, dan kan niet.
Dan vraag ik me af wat nou weer aan de hand is.
Die man heeft problemen, maar wat voor problemen?”
[naam verdachte] “Die directeur”
Er is een soort ‘klap-geluid’ te horen.
[Naam medeverdachte 4] “Opgepakt?”
[naam verdachte] “Ja naar het bureau gebracht. Dus er moet een verband zijn.
Want dat is toch een grote toeval dat toch die directeur dat ons…. Terwijl jullie dit probleem, dan komen wij ook in problemen. Dus, dat jij.. hij had gebruikt dit bedrijf voor ons allebei. Em dát moet hij zeker niet doen. Hij had mij gewoon een klote bedrijf kunnen geven, maakt mij niet ui, maar niet dezelfde als…
Want het is wat ik tegen hem ben blijven zeggen: elke keer… jullie doen dit… Ik zeg je, voordat ik al onderweg ben. En dan gebeurt er iets met dit. En dan?
Jij geeft mij dezelfde bedrijf die naar de klote gaat. En toevallig, gelukkig, dank god is het gebeurd, twee dagen voordat ik… Nou ja stel je voor dat hun geheim houden dan kom, dan komen we niet achter. Tot volgende week bijvoorbeeld, dan is die ding al lang weg.. hebben wij een groot probleem hier.
En ik weet niet of die [bijnaam mv 3] en die andere genoeg krachtig zijn om dit te gaan betalen.”
[Naam medeverdachte 4] “Hun kunnen wel toveren…”
[naam verdachte] “Mijn oom die verliest zeker, die andere zwarte jongen verliest zeker, want die hadden natuurlijk geboekt.
Die hadden tickets geboekt voor woensdag.”
[Naam medeverdachte 4] “Die wilden met die B-M-L komen.
Die wilden natuurlijk met die [B. 2] komen”
[naam verdachte] “Ja daarom die dinges vertrekt morgen, zondag is die dicht. Maandag of dinsdag hebben hun de de [B. 2] … hadden ze voor woensdag geboekt.
En zou hebben zij ook twee tickets daar ook, voor hierheen. Hun denken van ehhh zomaar zomaar…”
[naam verdachte] “Die die [naam medeverdachte 1] ook. Maar dat is alleen maar gillende stress dat die mensen lopen man.
En ik loop ook maar te stressen, want ik, ik moet dan…”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja”
[naam verdachte] “Aan… aan die [bijnaam mv 3] en dan aan die man daar ook.”
[Naam medeverdachte 4] “Hmm hmm”
[naam verdachte] “Word gek man… […] hij geeft mij nu een nieuwe dinges.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja”
[naam verdachte] “Maar hij moet ook die papieren geven voor een nieuwe bestelling… anders doen… doet die man dat niet meer.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja”
[naam verdachte] “Die man zegt van ehhhh “weet je wat, weet je wat wij doen het is HUN fouten want daar heb ik al twee keer voor betaald. Ik heb nog niet, geen cent gezien van de tegels”
[Naam medeverdachte 4] “Ja”
[naam verdachte] “Dus ik had hem klote tegels ntv… hij is boos, hij was boos he”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja”
[naam verdachte] “Als hun willen dat doen, ik zet die dingen… hun zetten die tegels…. Laten hun…. Laat zien dat hun graag willen.
Ik kan niet nee tegen hem zeggen , want het is niet zijn fout geweest. Hij is klaar, hij is kant en klaar.
Ik zeg tegen hem: ja oke, ik zal tegen hun hier zeggen dat zij moeten die kosten betalen voor een nieuwe bestelling en mij een nieuwe bedrijf geven. Dan kunnen wij misschien volgende week of week weken vo.. hooguit vertrekken.”
[naam verdachte] “En jij? Wat wou jij dan vertellen dan? Jij wou mij zien vandaag toch?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, ehh, omdat er ehh meerdere opties zijn …, met ehhh [R.] .”
[naam verdachte] “Dat moeten wij hebben nou, want die [bijnaam mv 3] is een beetje nou….”
Vervolgens werd op 28 februari 2013 omstreeks 14.07 uur door leden van een observatieteam gezien dat [naam verdachte] en [Naam medeverdachte 4] Restaria [restaurant 3] in Valkenswaard binnen liepen en deze horecagelegenheid omstreeks 14.13 uur weer verlieten. Vervolgens werd gezien dat [naam medeverdachte 3] met zijn auto naast de auto van [Naam medeverdachte 4] stopte en dat de drie verdachten contact met elkaar hadden. Hierna stapten [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] in de auto van [Naam medeverdachte 4] en reden weg achter [naam medeverdachte 3] aan. Omstreeks 14.26 uur werd gezien dat de drie verdachten samen een horecagelegenheid genaamd ‘Familie [S. 2] ’, te Valkenswaard binnenliepen. [274]
Na deze ontmoeting werd wederom vertrouwelijke communicatie opgenomen tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] in de auto van [Naam medeverdachte 4] . [275]
[naam verdachte] : “Ja, die [bijnaam mv 3] baalt ook he?
Die moet nu tikken.”
[Naam medeverdachte 4] “Nou ik heb geen problemen om delen wat jij zegt.
Hij is het niet schuld
Maar wij zijn blij dat hij het op tijd heeft kunnen vertellen, he.”
[naam verdachte] “En ook dat hij bereid is om toch die papieren te geven.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja hij gelooft er gewoon in en en”
[naam verdachte] “Ja hij weet dat het niet onze fout is en dat …. Dat eigenlijk een klote verhaal is. Dat het aan hem zijn kant zit. Niet in onze kant. Dat is aan hem. Wij zijn klaar.”
[Naam medeverdachte 4] “Precies.”
[naam verdachte] “Ik hoop dat [naam medeverdachte 2] dit jaar nog…”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, ik hoop dat hij heel blij is als ik hem effe via Skype zeg, ik heb een ticket voor je geboekt. Dan gaan we eerst effe feesten.”
[naam verdachte] “Ja ja, dat gaan we zeker met die doen.”
Uit de gang van zaken vanaf 19 februari 2013 blijkt dat er onrust ontstaat nadat bekend wordt dat de container met 3.000 kg hasj geadresseerd aan [bedrijf 1] bvba niet wordt vrijgegeven. Kennelijk was voor een klaarstaand transport cocaïne met travertin tegels als deklading ook [bedrijf 1] bvba als ontvangend bedrijf gebruikt. Omdat het risico op ontdekking te groot is, besluit [naam medeverdachte 3] eerst het transport uit te stellen en daarna om het helemaal af te blazen. Hij neemt de kosten hiervan voor zijn rekening omdat de fout aan zijn kant lag.
Uit onderzoek in de Dominicaanse Republiek is gebleken dat de eerder genoemde persoon die zich ‘ [R.P.] ’ noemde eind februari 2013 een bestelling plaatste van 600 m2 travertin tegels bij het bedrijf [bedrijf 2] CCA te San Cristobal. [bedrijf 2] plaatste deze bestelling vervolgens op dinsdag 26 februari 2013 bij het bedrijf [naam bedrijf 3] S.A. De ontvanger van de bestelling bleek te zijn:
[bedrijf 3] bvba
[adres 9] , 2018 Antwerpen
Tel: [telefoonnummer 3] .
Deze bestelling was geladen in een container met het nummer SUDU-149606-5. Deze container werd op vrijdag 1 maart 2013 vanuit het bedrijf [naam bedrijf 3] verstuurd naar de haven van Caucedo (Dominicaanse Republiek).
Zaakvoerder van [bedrijf 3] was [L. de B.] . Hij woonde samen met [P de S.] . De [P de S.] was zaakvoerder van [bedrijf 1] bvba. Dit bedrijf was gebruikt voor de invoering van de 3.000 kilogram hasj. Beide zaakvoerders verklaarden dat zij hun bedrijven voor 2.000 euro hadden verkocht aan [B. A. 1] , maar dat de statuten nooit werden aangepast. Deze [B. A. 2] verklaarde dat hij had bemiddeld tussen [naam medeverdachte 12] en deze bedrijven. [bedrijf 1] bvba en [bedrijf 3] bvba waren op deze wijze overgenomen door [naam medeverdachte 12] .
[bedrijf 3] is op 6 februari 2013 stopgezet wegens een faillissement. [276]
Uit de informatie afkomstig van de Dominicaanse Republiek bleek dat er problemen waren ontstaan met het ontvangende bedrijf. Uit een verstrekte email van 1 maart 2013 van een Dominicaanse expediteur naar het bedrijf [bedrijf 2] CXA, bleek dat er iets niet klopte met de code en dat er derhalve niet tot inscheping kon worden overgegaan. Vervolgens bleek uit een email van 4 maart 2013 tussen [bedrijf 2] en de Dominicaanse expediteur dat het ontvangende bedrijf moest worden gewijzigd in:
[L] Transformation
[bijnaam mv 9] [adres 8] no 46/406, 2000 Antwerpen
[Adres gegevens]
Dit emailadres was in gebruik bij [M. van G.] . [277]
Deze container SUDU-149606-5 is op 10 maart 2013 in Caucedo aan boort van ‘De Glasgow Express geladen. Dit schip kwam op 26 maart 2013 aan in de haven van Antwerpen. [278]
Op 4 maart 2013 omstreeks 12.21 uur wordt er een ontmoeting geobserveerd tussen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] in Hotel [restaurant 2] te Valkenswaard. Gehoord wordt dat [naam medeverdachte 3] zegt: ”Ik heb geen geheimen” ”ij maar achter mij aan”. Omstreeks 12.54 wordt gezien dat beiden het hotel verlaten en achter elkaar aan naar ’t [adres 10] te Valkenswaard rijden. Gezien wordt dat [naam medeverdachte 12] daar ook op de parkeerplaats is. [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 12] en [naam verdachte] lopen gezamenlijk naar binnen. Omstreeks 13.17 uur wordt gezien dat [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 12] alleen aan een tafel zitten. Vervolgens staat [naam medeverdachte 3] omstreeks 13.32 uur op van tafel en omstreeks 13.34 uur neemt hij, in het gezelschap van [naam verdachte] , wederom plaats aan de tafel bij [naam medeverdachte 12] , Omstreeks 13.52 uur komt [naam medeverdachte 8] er bij zitten. Omstreeks 13.59 uur verlaten [naam medeverdachte 3] , [naam verdachte] en [naam medeverdachte 12] de horecagelegenheid. [279]
Gedurende deze ontmoeting werd de vertrouwelijke communicatie tussen [naam medeverdachte 3] , [naam verdachte] en [naam medeverdachte 12] opgenomen. [280] Er wordt door [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] eerst gesproken over kosten die gedeeld moeten worden, omdat [naam verdachte] betalingen moet doen. Vervolgens wordt het volgende gezegd:
[naam medeverdachte 3] “Dus effe zodat jij dat ook weet. Gister eentje vertrokken.
De vierhonderd.”
[naam verdachte] “Vierhonderd, misschien plus, maar vierhonderd houden ze achter.”
[naam medeverdachte 12] “Plus is beter.”
[naam medeverdachte 3] “Plus is nooit erg.”
Na de ontmoeting belt [naam verdachte] met [naam medeverdachte 10] . Te horen is dat [naam medeverdachte 3] ook (deels) aanwezig is bij dit telefoongesprek: [281]
[naam verdachte] “Wat is er aan de hand met je BlackBerry?”
[naam medeverdachte 10] “Ik heb geen ping. Ik heb een nieuwe.”
[naam verdachte] “Kut, zorg dat het actief wordt. Ik ben je aan het bellen om te kijken of ik Loro ga ontmoeten of dat ik die andere man ga ontmoeten.”
[naam medeverdachte 10] “Nee, ik bel je zo via ping. Ik kom hier zo bij de brother aan. Ik geef hem dan jouw ping, en dan contact ik je, dan ping ik je.”
[naam verdachte] “Schiet dan op, want ik ben nu bij … dus bij [bijnaam mv 3] (= [bijnaam mv 3] ) zelf.”
[naam medeverdachte 10] “Waar ben je nu?”
[naam verdachte] “Bij [bijnaam mv 3] om dan naar de hoofdstad of naar de andere kant te gaan. [B. 3] zit op datgene te wachten.”
Op de achtergrond voert [naam verdachte] een gesprek met [naam medeverdachte 3] . [naam medeverdachte 3] zegt: ik ben over 5 minuten, 6 minuten. Je kan ook op het terrasje zitten… [naam verdachte] zegt: geen probleem.
[naam verdachte] “ [bijnaam mv 3] gaat mij, luister, weet je wat [bijnaam mv 3] tegen mij zei loco? Dat wij niets konden doen. Wan zij waren geschrokken of zo iets dergelijks.
En toen die [V.] (kleine oude man) die jij niet kent kwam loco.. zei hij tegen hem “Nee wij hebben eentje die veel harder is. Dat het één van de meest harde is daar binnen’. Dat hij zelfs rood eruit haalt loco.”
[naam medeverdachte 10] “Moet je dat horen.”
[naam verdachte] “En ik ben bang. Ik zei tegen me zelf ‘hemel nu ben ik gekloot met die mensen ginder’. [bijnaam mv 3] is datgene bij zijn woning gaan ophalen. Ik sta hier buiten op hem te wachten. Zeg me wat ik moet gaan doen. De man heeft mij reeds gebeld. De man van de twaalf.”
[naam medeverdachte 10] “Oke is goed, doen, ga dan maar naar die. Hoeveel gaat [bijnaam mv 3] jou geven?”
[naam verdachte] “Hij zei datgene wat hij thuis heeft. Dat als men hem geld heeft gebracht hij mij dan alles geeft, anders geeft hij me dat wat hij thuis heeft liggen en wat hij heeft is twaalf duizend euro.”
[naam medeverdachte 10] “Oke maar stuur mij dan 2000, ik ben wanhopig.”
[naam verdachte] “Ik geef de man 11 opdat zij jou het ginder geven.”
[naam medeverdachte 10] “Goed, dan zijn wij gereed. Wij zijn al klaar.”
[naam verdachte] “Ik heb hem gezegd dat hij mij alvast een voorschot moet geven tot dat hij mij alles gegeven heeft… maar hij gaat mij ook de anderen geven.”
[naam medeverdachte 10] “Oke goed… luister, we gaan het volgende doen. Ik wacht bij de [B 1] . Ga jij maar naar de [M] toe. Die ene die je gisteren hebt gesproken. En regel met hem dat het hier aan mij wordt overhandigd,. Maar zeg hem. Luister… dat hij mij belt zodra jij met hem bent. Opdat ik weet wie ik ga ontmoeten.”
[naam verdachte] “Nee, nee nee. Neem contact met die kerel! Weet jij niet wie jij ginder gaat ontmoeten?”
[naam medeverdachte 10] “Nee, hij heeft me het nummer nog niet gegeven.
Maar er is geen probleem daar. Ik ken die mensen. Het zijn goede mensen. Het gaat er om dat we geen tijd verliezen.”
[naam verdachte] “Ik ga het volgende doen. Ik ga hem bellen en ik ga hem zeggen ‘luister, bel oom ginder, zodat je hem een nummer kan geven. Zodat die oom daar kan komen waar hij is want hij heeft dat daar direct nodig om geen tijd te verliezen.”
[naam medeverdachte 10] “Is goed. Ik neem contact op met jou via de ping.”
Uit de opgenomen vertrouwelijke communicatie in de auto van [naam verdachte] bleek dat [naam medeverdachte 3] omstreeks 14.26 uur plaatsnam in dit voertuig. Uit dit gesprek bleek dat [naam medeverdachte 3] 25.000 euro overhandigde aan [naam verdachte] : [282]
[naam medeverdachte 3] : “Twee pakketten van 50 euro van tienduizend per pakket en dan heb ik los in een elastiekje gedaan… Kijk dit is 25.000 euro, maar dat je effe weet hoe het zit. Kijk dit is een pakketje van 10 en dit is 5000, die er op liggen. Die vijfhonderdjes, dat zijn er tien.”
Deze betaling van 25.000 euro door [naam medeverdachte 3] aan [naam verdachte] bleek tevens uit aantekeningen op een kladblok dat in de woning van [naam medeverdachte 3] werd aangetroffen. Dit kladblok betrof vermoedelijk een registratie van betalingen zoals door [naam medeverdachte 3] waren gedaan. Op dit kladblok stond onder andere de tekst ‘25.000 Box Domin’. [283]
Om 15.23 uur en om 17.30 uur die dag (4 maart 2013) belt [naam verdachte] met een Dominicaans telefoonnummer. [naam verdachte] geeft de man instructies over wat te doen. Het gaat over papieren, twee containers en over geld dat aan de man voor zijn diensten betaald moet worden. Zakelijk weergegeven geeft [naam verdachte] aan dat de container die klaar staat verzonden moet worden zonder de verdachte lading. ‘Datgene is ontploft omdat de man hierzo domme dingen heeft lopen doen’ ‘HET moet er uit gehaald worden, want DAT heeft dat probleem. Zij zijn failliet en kunnen u uw geld niet garanderen’. ‘U gaat hetzelfde bedrijf geven die u vrijdag heeft gegeven.’ Ook geeft [naam verdachte] aan dat hij niet twee containers tegelijk wil ontvangen, omdat de mensen hier er geen twee tegelijk kunnen uithalen, meenemen en inklaren. Met twee tegelijk bestaat het risico dat ze net niet de goede meenemen. [284]
Uit onderzoek op de Dominicaanse Republiek bleek dat de eerder genoemde persoon die zichzelf ‘ [R.P.] ’ noemde begin maart 2013 wederom een bestelling plaatste van 600m2 travertin tegels bij het bedrijf [bedrijf 2] CXA te San Cristobal. [bedrijf 2] plaatste deze bestelling vervolgens op 7 maart 2013 bij [naam bedrijf 3] . De ontvanger van deze bestelling bleek wederom te zijn:
[L] Transformation
[bijnaam mv 9] [adres 8] no 46/406, 2000 Antwerpen
[telefoonnummer 4]
Deze bestelling is in een container met het nummer SUDU 673277-5 geladen en werd op donderdag 4 april 2013 vanuit [naam bedrijf 3] verstuurd naar de haven van Caucedo (Dominicaanse Republiek). [285]
Op 12 maart 2013 wordt er een gesprek tussen [naam verdachte] en zijn oom [naam medeverdachte 10] getapt. [286] Omdat [naam medeverdachte 10] een Dominicaans nummer gebruikt, bestaat het vermoeden dat hij zich in de Dominicaanse Republiek bevond. Beiden zitten te wachten op gegevens (waarschijnlijk gegevens van bedrijven aan wie de lading gestuurd kan worden) van [bijnaam mv 3] (= [naam medeverdachte 3] ) en ‘ [T] ’ en ‘El [B. 3] ’. [naam medeverdachte 10] geeft aan dat ‘er tijd in gaat zitten om de bestelling klaar te maken’ en ‘er al drie kisten met hetgeen verstuurd moet worden, zijn geprepareerd’.
In de BlackBerrry van [naam verdachte] is een berichtenwisseling met [naam medeverdachte 3] aangetroffen waaruit blijkt dat er wederom werd gesproken over het veranderen van het bedrijf. [287] Hierbij werd de naam ‘apk’ gebruikt, waarmee naar alle waarschijnlijkheid werd verwezen naar [bedrijf 3] . Tevens bleek dat er mogelijk een nieuwe container verstuurd zou worden. De rechtbank leidt uit de bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang bezien af dat met ‘C’ en ‘prijs is 30’wordt gedoeld op de prijs van cocaïne.
[naam verdachte] ja apk apart maar die was de ene die binnen was want we zouden toch alleen
10 maart 2013 eentje sturen en die box was al binnen dus we hebben die namen veranderts maar dat is opgevallen dus we gaan toch proberen om te doen straks anders moeten we doen met de andere box volgend weekend.
[naam verdachte] als je kan die info gelijk meenemen zou mooi zijn van C.
14 maart 2013
[naam medeverdachte 3] ja krijg je later door. Prijs is 30.
14 maart 2013
[naam verdachte] Ok. Dan laat me de tijd weten om hoelaat ik morgen jou jongen nog
zie in U.
14 maart 2013 Gr
.
In de BlackBerrry van [naam verdachte] is een berichtenwisseling met [naam medeverdachte 3] aangetroffen van 20 en 21 maart 2013. Uit die berichtenwisseling is af te leiden dat ze elkaar op 21 maart 2013 ontmoeten en dat [naam verdachte] dan aan [naam medeverdachte 3] de BL zal overhandigen. [288] Met BL wordt naar het oordeel van de rechtbank een [B. 2] of Lading bedoeld, een document dat noodzakelijk is voor het inklaren van een container.
Op 22 maart 2013 is er een OVC gesprek tussen [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] : [289]
[naam medeverdachte 2] : “Heb je die kleine nog gezien?”
[Naam medeverdachte 4] “Nee, die ga ik wel nog zien.”
[naam medeverdachte 2] “Wanneer?”
[Naam medeverdachte 4] “Ik hoop morgen.”
[naam medeverdachte 2] “oh oh”
[Naam medeverdachte 4] “Maar ik wacht op antwoord.”
[naam medeverdachte 2] “Ja ja. Laten we het daar maar gewoon op houden.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja ja ja”
[naam medeverdachte 2] “Ik hoop dat het een beetje opschiet nou met die kleine.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, ik heb effe kijken, vandaag, gister, ben ik daar geweest. Die zei dat alle
oke uit ziet.”
Op 25 maart 2013 werd geobserveerd dat [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 12] en twee tot op dat moment onbekende personen aan een tafel zaten in het [naam Hotel] hotel gelegen aan de [adres 11] te Breda. [290]
Een van die onbekende personen werd later geïdentificeerd als [Y.K.] . [291]
Gedurende deze ontmoeting werd de vertrouwelijke communicatie opgenomen. [292]
[naam medeverdachte 3] geeft aan dat er drie firma’s in de running zijn: iets met [L] , [B 2] en [K] . Deze week of volgende week komt die leeg aan. Je kan hem door de scanner halen, want daar zit niets in. Soort van generale repetitie. De namen [bijnaam mv 11] en [naam bedrijf 3] vallen. [naam medeverdachte 3] zegt: “Ik wil gewoon normale zaken doen. Wat wij doen is in feite een normale zaak. Het enige verschil is harddrugs.”
In een OVC gesprek van 26 maart 2013 opgenomen in de Opel Astra van [naam verdachte] vertelt [naam verdachte] over Turken die in de haven werkzaam zijn om het spul eruit te halen en dat zelfs politieagenten hieraan meedoen. Men vraagt 30 % vergoeding. [293]
Op 27 maart 2013 omstreeks 13.00 uur werd van de Belgische autoriteiten vernomen dat de controle van de container SUDU149606-5 had uitgewezen dat er inderdaad geen verdachte zaken werden aangetroffen in de container. Deze werd vrijgegeven. [294]
Tapgesprek tussen [naam medeverdachte 11] en [naam medeverdachte 12] van 28 maart 2013 om 16.45 uur: [295]
[naam medeverdachte 11] “Er zijn facturen en zo op naam van [bedrijf 3] , maar het moet op naam van [L] worden opgemaakt Alleen de [B. 2] of Lading is op naam [L] , maar de overige documenten.”
[naam medeverdachte 12] “De overige documenten zijn op naam van [bedrijf 3] , klopt.”
[naam medeverdachte 11] “Dus dat gaat niet. We worden dan hier geblokkeerd.”
[naam medeverdachte 12] “Ja en hoe moet het nu. Hoe moet dat opgelost worden?”
[naam medeverdachte 11] “Ja er moeten opnieuw facturen en dergelijke worden opgemaakt op naam van [L] .”
[naam medeverdachte 12] “Vanuit daar?”
[naam medeverdachte 11] “Ja door dezelfde persoon, dus de packlist en de factuur.”
[naam medeverdachte 12] “Dus ze moeten vanuit daar opnieuw de documenten opsturen?”
[naam medeverdachte 11] “Ja.”
[naam medeverdachte 12] “Godverdomme.”
[naam medeverdachte 11] “Hij zegt dus: ‘maak geen slapende honden wakker… zij zullen anders zeggen, ‘wat
is dit voor iets’’?”
[naam medeverdachte 12] “Tja, ik zal hem zo zien en zeggen dat de documenten compleet opnieuw op naam
van [L] moeten worden opgemaakt.”
Op 31 maart 2013 om 15.06 uur belt [naam verdachte] met [naam medeverdachte 10] : [296]
[naam verdachte] “Morgen moet je met [B. 3] er achter aan om dat ding te sturen. [bijnaam mv 3] zei tegen mij dat zij het dringend nodig hebben. We kunnen DAT niet uithalen zonder die papieren. Ik heb [B. 3] al uitgelegd wat is wat.”
[naam medeverdachte 10] “En wat is het, de factuur?”
[naam verdachte] “Hij moet de factuur geven op naam van het nieuwe bedrijf en ook de packinglist. Ik zal je niet later dan morgen een faxnummer geven. De man ( [bijnaam mv 3] ) zegt dat dat de reden is waarom dat daar stilstaat en dat kan tot gevolg hebben dat dat opvalt.”
Op 1 april 2013 is er een OVC gesprek in de Opel Astra van [naam verdachte] tussen hem en [naam medeverdachte 8] : [297]
[naam verdachte] “Op een nieuwe firma. Onze vrienden worden gek enne… ja, hij is op nieuwe firma was op die oude, de factuur en dit is de packinglist.”
[naam medeverdachte 8] : “Ja.”
[naam verdachte] “Die moesten zij ook hebben.”
[naam medeverdachte 8] “Ok, die moet ik nu gaan afgeven.”
[naam verdachte] “Ja”
[naam medeverdachte 8] “Is goed.”
Uit de opgenomen en afgeluisterde telefoongesprekken na het vrijgeven van de container op 27 maart 2013 bleek dat er problemen waren met het inklaren van voornoemde container. Hierboven is reeds aangehaald dat begin maart 2013 het bedrijf [bedrijf 3] werd vervangen door [L] Transformation . Uit de gesprekken bleek dat de naam van de bedrijven weliswaar was veranderd op de [B. 2] of lading, maar dat de overige documenten nog steeds op naam van [bedrijf 3] stonden. Als gevolg hiervan kon [naam medeverdachte 11] de container niet uit de haven van Antwerpen halen. [naam medeverdachte 11] bespreekt het probleem met [naam medeverdachte 12] waarna [naam verdachte] zijn oom [naam medeverdachte 10] instructies gaf om in de Dominicaanse Republiek nieuwe documenten op naam van het nieuwe bedrijf ( [L] Transformation ) te regelen, waarna [naam verdachte] deze aan [naam medeverdachte 8] gaf. Nu [naam medeverdachte 3] zowel aanspreekpunt is van [naam medeverdachte 12] als een nauw contact van [naam medeverdachte 8] , concludeert de rechtbank in onderling verband en samenhang gezien met de overige bewijsmiddelen dat [naam medeverdachte 3] de verbindende schakel is in deze contacten.
Op 2 april 2013 is er een OVC gesprek tussen [naam medeverdachte 2] en [Naam medeverdachte 4] : [298]
[naam medeverdachte 2] “Hoe is het met die kleine?”
[Naam medeverdachte 4] “Volgens mij is hij aan de overkant.”
[naam medeverdachte 2] “Heb je hem niet meer gesproken?”
[Naam medeverdachte 4] “Jawel, vorige week ja, maar hij is nog eens gaan praten met die man… daar was het een en ander loos daar…”
[naam medeverdachte 2] “Ik dacht dat dat allemaal rond was.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja dat dacht ik ook.”
[naam medeverdachte 2] “Wat zeggen die andere twee dan?”
[Naam medeverdachte 4] “Ik heb daar nog niets van gehoord, maar ik denk dat die niet blij
zijn. Dat duurt al zo lang.”
[naam medeverdachte 2] “Denk je dat die niet meer willen of zo?”
[Naam medeverdachte 4] “Jawel, jawel, jawel, maar er is teveel gebeurd nou, enne… die bemiddelaar aan die kant, die eigenlijk de grote man is, die had zoiets van jongens, we gaan niet beginnen met rotzooien of dit of dat …ik… hun hadden flink…. gestoken”
[naam medeverdachte 2] “Wie? Wij of hun?”
[Naam medeverdachte 4] Nee wij.”
[naam medeverdachte 2] “Wij?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja wegens omstandigheden
Dat is dan weer goed. Dan is er toch weer iets dat geregeld moet worden. Dat zijn altijd vijfhonderd vierkante meter he?”
[naam medeverdachte 2] “Ja ja.”
[Naam medeverdachte 4] “En dat iedere keer weer
Dat is vier keer vijfhonderd vierkante meter he?”
[naam medeverdachte 2] “Vier keer?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, daarom zeg ik, het is al een keer misgelopen, snap je.”
[naam medeverdachte 2] “Nee, niet helemaal.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja we hebben drie keer vijfhonderd vierkante meter… hebben we besteld, en de vierde keer is nu ook al geweest… alweer 500 vierkante meter.”
[naam medeverdachte 2] “Was daar niks bij dan?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja nee, daarom zeg ik dat was wegens omstandigheden. Maar nou
moet die van hier dat betalen.”
[naam medeverdachte 2] “Dat is toch zo duur niet?”
[Naam medeverdachte 4] “Nee maar je moet ook mensen hebben die het hebben willen.”
[naam medeverdachte 2] “Ja ja, maar ook al zou dat blijven liggen, waar is het probleem?”
(…)
[naam medeverdachte 2] “Dus dat gaat nog duren?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja dat gaat nog duren. Ik ga ervan uit dat het deze week rond is.(…) ja.. dan is het toch weer een paar weken wachten.”
[naam medeverdachte 2] “Ja ja natuurlijk… het was wel goed wat toen met (ntv) gekomen is.”
(…)
[naam medeverdachte 2] “Ik hoor van de week nog wel van je.”
[Naam medeverdachte 4] “Zo gauw ik iets weet van die kleine hou ik je op de hoogte.”
Uit de peilbakengegevens van de Opel Astra [kenteken 7] in gebruik bij [naam verdachte] blijkt dat deze op 2 april 2013 tussen 23.00 uur en 23.50 uur heeft stilgestaan op de Vondellaan in Eindhoven. Dit is in de onmiddellijke nabijheid van het woonadres van [naam medeverdachte 3] aan de Tesselschadelaan. [299] De rechtbank gaat er van uit dat er een ontmoeting tussen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] heeft plaatsgevonden.
Uit de interceptie van telecomgegevens kan worden afgeleid dat [naam verdachte] op woensdag 3 april 2013 naar de Dominicaanse Republiek is afgereisd. [300] Uit de volgende berichtenwisseling blijkt dat [naam verdachte] op ‘groen licht’ van [naam medeverdachte 3] aan het wachten is. Omdat zijn telefoon waarmee hij met [naam medeverdachte 3] communiceert stuk is, gaat (een deel van) de communicatie via [Naam medeverdachte 4] .
Het volgende sms-verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] is getapt: [301]
4 april 2013 [Naam medeverdachte 4] Vriend zo gauw je er bent neem dan meteen contact
met me op.
8 april 2013 [naam verdachte] Dag vriend ik ben nog steeds aa d overkant de telf
die ik met 20.10 uur die [bijnaam mv 3] comuniseert is in stuk
dus je moet naar hem toe en als je samen met hem bent laat
20.1
uur [naam verdachte] Me weten
20.21
uur [naam verdachte] Yoo dit is mijn num hier laat me wat weten.
0018099532042.Gr
21.18
uur [Naam medeverdachte 4] Ok vriend, ga er morgen vroeg meteen naar toe. Als
ik samen met hem ben, dan bel ik je meteen ok. Gr.
9 april 2013 [Naam medeverdachte 4] Heb zijn vriend nummer gegeven vanmorgen, hij
was er niet,
14.26
uur heeft ie al gebeld? En kun je vanavond online? Gr.
14.27
uur [naam verdachte] Nee ik had de aparant niet bij me laat me eten groen
licht of niet.Gr
14.3
uur [Naam medeverdachte 4] Ok, ik kijk of ik die vriend nog te pakken vandaag ok. Laat je
zo snel mogelijk weten. Gr.
Blijkens de plaatsbepalingsapparatuur, die was aangebracht in de bij [Naam medeverdachte 4] in gebruik zijnde Skoda Superb, voorzien van het kenteken [kenteken 9] , stond dit voertuig op 9 april 2013 tussen 8.57 uur en 9.54 uur en op 10 april 2013 tussen 17.24 uur en 20.54 uur, stil bij de woning van [naam medeverdachte 1] [302] .
[Naam medeverdachte 4] en [naam verdachte] hebben op 10 april 2013 rondom de ontmoeting die dag het volgende sms-contact:
15.48
uur [naam verdachte] Dag vriend en heb je groene licht gekregen?
16.31
uur [Naam medeverdachte 4] : Ben nu op weg erheen, laat het je vandaag nog weten. Tot
later. Gr.
17.57
uur [naam verdachte] : Vriend mijn telf met die [bijnaam mv 3] doet het weer. Je, we zien
elkaar volgende week ik heb ook alles over die sterk al klaar.Gr
20.44
uur [Naam medeverdachte 4] : Super, laat maar weten wanneer je terug bent ok. Gr
Later die avond (10 april 2013) krijgt [naam medeverdachte 2] (die in Bonaire is) in het volgende OVC gesprek een terugkoppeling van [Naam medeverdachte 4] : [303]
[naam medeverdachte 2] “Had jij die kleine nog gezien?”
[Naam medeverdachte 4] “Eh, die heb ik wel vandaag gehoord.”
[naam medeverdachte 2] “Is die wel in de buurt?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja bij jou.”
[naam medeverdachte 2] “Nog altijd?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja.”
[naam medeverdachte 2] “En wanneer komt die dan?”
[Naam medeverdachte 4] “Volgende week.”
[naam medeverdachte 2] “Met goeie berichten?”
[Naam medeverdachte 4] “Als het goed is wel.”
[naam medeverdachte 2] “Ja ik ben benieuwd.”
“Dat duurt toch wel allemaal erg lang.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, dat is allemaal samenloop van omstandigheden en noem maar op.”
[naam medeverdachte 2] “Ik heb misschien een kleine verrassing voor je. Maar dat hoor je wel te
zijner tijd.”
[Naam medeverdachte 4] “Verrassing?”
[naam medeverdachte 2] “Aangename verrassing.”
[Naam medeverdachte 4] “Dat had ik eigenlijk al afgeschreven.”
[naam medeverdachte 2] “Maar goed, jij ziet in ieder geval deze week die kleine nog zeg je?”
[Naam medeverdachte 4] “Nee volgende week.”
[naam medeverdachte 2] “Hoe laat is het bij jullie?
[Naam medeverdachte 4] “Twintig voor twaalf.”
[naam medeverdachte 2] “Had ik je wakker gemaakt?”
[Naam medeverdachte 4] : “Nee ik was net binnen.”
Op 11 april 2013 vindt het volgende OVC gesprek plaats in de Skoda [kenteken 9] van [Naam medeverdachte 4] : [304]
[Naam medeverdachte 4] “Er is mij een hart van de steen gevallen, gisteren. Ik heb goed bericht
gekregen. De boot is weer weg gevaren.”
NN man “Oke.”
[Naam medeverdachte 4] “En nu komen twee boten.”
NN Man “Uit Colombia daar of wat?”
[Naam medeverdachte 4] “Mmm mmm.”
[Naam medeverdachte 4] “Een met en een met duizend.”
In een tap van 11 april 2013 vertelt [naam verdachte] dat hij voor over drie of vier dagen een ticket wil kopen. ‘De vrienden zijn al geweest. Wij zijn aan het afronden opdat ik weg kan gaan.’ [305]
In de BlackBerry van [naam verdachte] is een berichtenwisseling aangetroffen tussen hem en [naam medeverdachte 3] van 12 en 13 april 2013. [306]
[naam verdachte] Fax is niet aangekomen weet je zeker dat het goeieNummer is?
12 april 2013
[naam medeverdachte 3] Wacht
12 april 2013
[naam medeverdachte 3] Probeer weer nu
12 april 2013
[naam verdachte] Yoo, ik ben nu al onderweg naar bedrijf. Ping je zo.
13 april 2013
[naam medeverdachte 3] Ok, ik moet [bijnaam mv 8] waarschuwen. Hoe laat denk je?
13 april 2013
[naam verdachte] Maak je niet drk als ik weet 15 min van. Tevooren laat ik het weten dan kan je
13 april 2013 kandy op plek zette.
[naam medeverdachte 3] Doe liever een uur van te voren.
13 april 2013
Op 15 april 2013 informeert [Naam medeverdachte 4] per sms wanneer [naam verdachte] terug komt ‘ivm afspraken maken’. [naam verdachte] geeft aan dat het deze week wordt. [307]
Uit sms verkeer tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 1] in combinatie met de OVC, het peilbaken uit de Skoda [kenteken 9] van [Naam medeverdachte 4] en een observatie blijkt dat zij op 18 april 2013 omstreeks 10.00 uur een ontmoeting hebben bij de woning van [naam medeverdachte 1] . [308]
Daarna, om 11.50 uur, vraagt [Naam medeverdachte 4] per sms aan [naam verdachte] : ‘vriend, weet je al wanneer je er weer bent?’
Later die dag is er een OVC gesprek tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] : [309]
[Naam medeverdachte 4] “Ik ben vanmorgen bij dinge geweest, bij Homan.
Dat is niet goed he.”
[naam medeverdachte 2] “Niet?”
[Naam medeverdachte 4] “Lees de kranten maar eens daar.”
[naam medeverdachte 2] “Van daar uit?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja.”
[naam medeverdachte 2] “Met hem niet?”
[Naam medeverdachte 4] “Nee.’
[naam medeverdachte 2] “Of met die kleine.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja met die kleine.
Dus je moet aan die kant maar eens kijken of je dat kunt lezen ergen. Dat moet zondag geweest zijn.”
[naam medeverdachte 2] “Dus die is er niet meer?”
[Naam medeverdachte 4] “Die is er wel, maar dat wat gebracht moest worden dat is er niet meer.”
[naam medeverdachte 2] “Kut.”
[Naam medeverdachte 4] “Dus ik ben aan het wachten wanneer ik.. eh.. antwoord wanneer die weer
hier is.
Want die andere twee zijn gek aan het worden.”
[naam medeverdachte 2] “En wie zijn schuld is dat. Daar?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja weet ik niet. Ik eh… als ik het goed begrepen had is eh… die mensen…”
[naam medeverdachte 2] “Die? … Daar?”
[Naam medeverdachte 4] “Die.”
[naam medeverdachte 2] “Zijn die dat schuld?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja.”
[naam medeverdachte 2] “Is geen goed bericht.”
[Naam medeverdachte 4] “Nee, helemaal niet.”
[naam medeverdachte 2] “En wat waren hun van plan te doen?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, weet ik niet, we wachten nog even af tot totdat degene weer hier is.”
[naam medeverdachte 2] “Ja, nou ligt het er aan wie zijn schuld dat is he.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja he ze zijn het aan het onderzoeken.”
[naam medeverdachte 2] “En is het daar gebeurd?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja.”
[naam medeverdachte 2] “Ja, dan is het natuurlijk aan hun he?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, ja logisch.”
[naam medeverdachte 2] “Dan is er niets aan te doen.”
[Naam medeverdachte 4] “Maar niemand snapt het.”
[naam medeverdachte 2] “Ja, dan zal die wel willen dat ze hier… dan zal die wel komen he?”
[Naam medeverdachte 4] “Dat is wel de bedoeling.
Die zal toch tekst en uitleg moeten geven.”
Uit het proces-verbaal identificatie volgt dat met ‘ [bijnaam mv 1] ’ [naam medeverdachte 1] wordt bedoeld. [310] Alhoewel [Naam medeverdachte 4] in het gesprek met [naam medeverdachte 2] de bijnaam ‘Homan’ gebruikt, concludeert de rechtbank dat ook hij met die bijnaam duidt op [naam medeverdachte 1] , nu [Naam medeverdachte 4] aangeeft dat hij die ochtend bij ‘Homan’ is geweest en uit de bewijsmiddelen blijkt dat hij bij [naam medeverdachte 1] is geweest.
Uit voorgaande volgt dat er op zondag 14 april 2013 kennelijk iets niet goed is gegaan.
Hiervoor is reeds het gesprek tussen [naam verdachte] en iemand met een Dominicaans nummer van 4 maart 2013 aangehaald, waarin [naam verdachte] aangaf dat er niet twee containers tegelijk verstuurd moesten worden en dat ‘het’ uit de ‘eerste’ container gehaald moest worden omdat het bedrijf failliet was en in de tweede container gestopt moest worden. De rechtbank concludeert dat [naam verdachte] daar waar hij het over de ‘eerste’ container heeft, de container SUDU149606-5 bedoelt, die door de Belgische autoriteiten is gecontroleerd en op 27 maart 2013 is vrijgegeven.
De lading voor de ‘tweede’ container met nummer SUDU 673277-5 is op 7 maart 2013 door [R.P.] besteld en op 4 april 2013 vanuit [naam bedrijf 3] naar de haven van Caucedo (Dominicaanse Republiek) verzonden. Uit het dossier blijkt dat de container op 22 april 2013 in de haven van Caucedo werd geladen aan boort van de Liverpool Express. Dit schip kwam op 7 mei 2013 in de haven van Antwerpen aan. Deze werd op 8 mei 2013 door de Belgische autoriteiten gecontroleerd. Hierbij bleek dat de container gevuld was met kratten tegels. Er werd geen cocaïne aangetroffen. [311]
Op 15 april 2013 heeft de Nationale Directie Drugscontole van de Dominicaanse Republiek (DNCD) 419 kg cocaïne verdeeld in 355 pakketten met een nettogewicht van 366 kg in beslag genomen. (In La Republica, een krant op de Dominicaanse Republiek was enkel de bruto hoeveelheid van 419 kg vermeld). [312] De cocaïne was verborgen in een geheime ruimte in een vrachtwagen, die onderweg was naar de haven van Caucedo. De chauffeur van het vervoermiddel heeft getracht te vluchten, maar werd gepakt. [313] Hij liet de vrachtauto achter in de nabijheid van de PEAJE (tolweg). [314] Bij het doorzoeken van de vrachtwagen die door hem werd bestuurd, is een verborgen ruimte aangetroffen in de vorm van een geul aan de achterkant van de cabine van de vrachtwagen. Bij het openen van deze verborgen ruimte zijn 355 pakjes met wit poeder aangetroffen, voorzien van verschillende logo’s [315] . Het witte poeder is middels vier tests onderzocht: de Alkaloide precipitatietest, de Colorimetrietest met kobalt thiocyanaat, de Microkristallentest platinachloride en de Instrumentele analyse door infrarode spectroscopie [316] . Door het Nationaal Instituut voor Forensisch Onderzoek van de Dominicaanse Republiek (Forensisch Chemisch Laboratorium) is, conform het certificaat van het Forensisch Chemisch Onderzoek met het nummer SC1-2013-04-32-005996, op basis van de testresultaten vastgesteld dat de op 14 april 2013 inbeslaggenomen [317] lading bestond uit in totaal 366,07 kilogram cocaïne, verpakt in 355 pakjes [318] .
Op 28 april 2013 vindt het volgende OVC gesprek plaats tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] (die op Bonaire is): [319]
[naam medeverdachte 2] “Had jij die kleine nog gezien?”
[Naam medeverdachte 4] “Nee die is er nog niet. Die is nog steeds daar.”
[naam medeverdachte 2] “Maar weet jij nou wel hoe en wat.”
[Naam medeverdachte 4] “Nee ook nog niet.”
[naam medeverdachte 2] “Ook nog niet?”
[Naam medeverdachte 4] “Ik moet nu een afspraak maken met zijn oom.
Deze week
En dan hoor je wel hoe en wat
Van wat de bedoeling is.”
[naam medeverdachte 2] “Ja godver.
Die van Eindhoven nog gezien?”
[Naam medeverdachte 4] “Die heb ik nou een week niet gezien. Het is ook erg warm daar.”
Op 3 mei 2013 vindt het volgende gesprek plaats tussen [naam medeverdachte 2] en zijn vriendin [D. 1] [320]
[naam medeverdachte 2] “Met [Naam medeverdachte 4] heb ik voorgisteren nog contact gehad. Er is iets helemaal
verkeerd gegaan, iets helemaal verkeerd.”
[D. 1] “En nou niet meer?”
[naam medeverdachte 2] “Ja, we zijn nog met andere dingen bezig, maar een ding is helemaal verkeerd , dat heb je gezien zelfs.”
[D. 1] “Wat is helemaal verkeerd? Maken verkeerd? [Naam medeverdachte 4] maken verkeerd?”
[naam medeverdachte 2] “Nee, nee, is niet [Naam medeverdachte 4] .
Dominicaan.”
[D. 1] “Die vriend van jou, eh eh, Dominicaan van Nederland, die maken goed?”
[naam medeverdachte 2] “Per ongeluk he, niet extra he.”
[D. 1] “Perro, wanneer …ntv… maken?”
[naam medeverdachte 2] “Wie.”
[D. 1] “De Dominicaan.”
[naam medeverdachte 2] “Ik weet het nog niet precies, dat krijg ik wel vandaag of morgen te horen.”
[D. 1] “Aha, per ongeluk eh, aha.”
[naam medeverdachte 2] “Nee, is een goede jongen. Heel goed.”
[D. 1] “Ok jij vertrouwen met deze jongen?”
[naam medeverdachte 2] “Ja 100 %.”
Op 22 mei 2013 werd er op het industrieterrein Ekkersrijt omstreeks 11.39 uur een ontmoeting geobserveerd tussen [Naam medeverdachte 4] , [naam verdachte] en [naam medeverdachte 10] . [321]
Diezelfde dag voert [Naam medeverdachte 4] in of direct naast de Audi A6 met het kenteken [kenteken 10] een gesprek met een onbekend gebleven man (NN) [322] . Tijdens dit gesprek wordt onder meer het volgende besproken:
[Naam medeverdachte 4] NN “Hoe is het met de handel?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja dat van ons is gepakt he.”
NN “Toch niet die 800 in Rotterdam, wat in de krant stond he?”
[Naam medeverdachte 4] “Nee 550.”
NN “Oh ja?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, maar daar, niet hier, daar.”
NN “Ow wieje, ik las laatst in Rotterdam ergens inderdaad ook 800 stuk hey…”
[Naam medeverdachte 4] “Nee nee..”
NN “Oh DAAR was het al mis gegaan.”
[Naam medeverdachte 4] “Daar ja.”
NN “En die hadden ze hem toch in de tas daar of wat?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja, maar daar heeft iemand de mond open gedaan. Daar heeft iemand mee gepraat. En daar zijn ze nu achter wie. En die baas daar… die, de grote man die weet nu wie het is. Die gaan hem nu ehhh… Het was zelfs zo goed afgetipt. Die vent de chauffeur, die wat het naar de container moest brengen, ja, daar. Die werd al gebeld draai maar om ze staan op je te wachten. Dus die is omgedraaid en toen werden ze weer getipt van hij heeft zich omgedraaid en je kunt ze nu onderweg pakken. En toen hebben ze ze onderweg gepakt. Hij zegt dus dat moet iemand van dichtbij zijn.”
NN “Ja ja ja.”
[Naam medeverdachte 4] “Nu hebben ze een vermoeden, nu weten ze dus waarschijnlijk wie het is. Ja, en die ligt nu ergens in een ehhh martelkamer of iets, weet ik wat ze met hem aan het doen zijn. Dus ehh die ziet het daglicht niet meer.”
NN “Maar ja goed dat was dus weer effetjes een eh een partijtje ellende dan he?”
[Naam medeverdachte 4] “Pfff… ik ben zoveel geld kwijt ouwhoer, dat wil je niet weten.”
NN “Ja [Naam medeverdachte 4] , veel geld weer er in zitten?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja, een half miljoen he.”
Op 29 mei 2013 voert [naam medeverdachte 3] met [S. N.] een gesprek in of direct naast de BMW met het kenteken [kenteken 8] [323] , waarin onder meer het volgende wordt besproken:
[naam medeverdachte 3] “Volgende week komt die [bedrijf 5] eh, [Bijnaam mv 2] man leverancier naar Amsterdam
toe.”
[S. N.] “Wie?”
[naam medeverdachte 3] “Ja waar we ooit spullen van hebben.. gehad.”
[S. N.] “Ja. Die maakt die dingen toch?”
[naam medeverdachte 3] “Ja, nee, dat is de klein ventje. Maar zijn baas zeg maar.”
[S. N.] “Ja. Komt die doen?”
[naam medeverdachte 3] “Ja gewoon eh, komt hier naar toe praten. Wil een keertje mij zien.. ik zeg is goed. Die hebben gewoon. Maar weet je wat hun zeggen. Die zeggen dit. Die willen er 550 voor willen doen he. Maar er stond in de krant 419. Hun zeggen, ik denk ja, dat is weer het zelfde gekloot als vorig jaar met jullie. Je zegt dit en doet dat.”
[S. N.] “Mensen spullen bijgezet ofzo?”
[naam medeverdachte 3] “Nee, ze hebben gezegd ja de dinge hebben gewoon eh, honderd stuks gejat daar. Ik zeg hoezo? Kornuiten? Ik zeg daar geloof ik niks van. Geloof ik niet. Zeg ik. Geloof ik ook echt niet.”
[S. N.] “Ja, dat kan heel goed.. dat kan heel goed zelfs. Dat doen ze. Als jij eens weet wat er in Suriname allemaal gebeurt. Tss, daar worden gewoon spullen inbeslaggenomen. Honderd stuks en die worden gewoon ’s avonds door mensen van de speciale team daar, die worden gewoon omgeruild tegen.. blokken. En die honderd komen gewoon weer terug bij de eigenaar. Ik weet niet hoe ze dat betalen. Duizend of vijftienhonderd dollar per stuk. Om ze terug te krijgen. Ik heb daar dingen meegemaakt. Tss, dat is allemaal omkoopbaar die landen.”
Op 3 juni 2013 voeren [S. N.] en [naam medeverdachte 2] op Bonaire een gesprek [324] , waarin onder meer het volgende aan bod komt:
[naam medeverdachte 2] ‘Ik heb wel een goeie inkomst bij, in Antwerpen.”
[T. B.] “Oke, Bon.”
[naam medeverdachte 2] “Maar die, die, die, wil ik goedkoper gaan krijgen. Maar die kost alleen al aan douane 25 procent.”
[T. B.] “Ja.”
[naam medeverdachte 2] “Wij waren toen bezig voor bij wijze van spreken niet meer met procenten te gaan werken, maar bij wijze van spreken, jullie krijgen een halve ton, bij wijze van spreken, of een vijf ton of zoiets en dan moet je het daarvoor doen.”
[T. B.] “Ja ja ja.”
[naam medeverdachte 2] “Maar er is er nou eentje gigantisch fout gegaan.”
[T. B.] “Ja?”
[naam medeverdachte 2] “Ja. Niet, daar, je weet wel. In het land zelf…”
[T. B.] “Oke.”
[naam medeverdachte 2] “En wij konden, het was niet onze schuld, het was ook niet hun… Gewoon stom idiote toeval… 1500 kilo en daar hadden we dummy’s gedaan en zo en een kleine zeg maar.. Alles was gewoon 100% goed gegaan. Die patrouille, die strip, die regelde het daar. Die kon zien als die code rood was of zo weet je wel..”
[T. B.] “Hm, hm”
[naam medeverdachte 2] “No probleem, helemaal geen probleem. Dan wisten hun dat van te voren. Dan werd die aan de kant gezet. Dan werd het op de dinge eruit gehaald. He. En dan was het allemaal goed. En anders als er geen code rood op was, dan hoefde hij niet meer, door de dinge, weetje.”
[T. B.] “Ja.”
[naam medeverdachte 2] “En dan ging ie gewoon zo langs de, door. Voor honderden.. Enne, toen wilden we eigenlijk de grote dingen doen en het gaat mis daar. Dus dat duurt wel ff voordat dat eeuh…”
Op 2 juli 2013 vindt er in of direct naast de Opel Astra met het kenteken [kenteken 7] een gesprek plaats tussen [naam medeverdachte 10] en een onbekend gebleven man (NN) [325] , waarin onder meer het volgende wordt besproken:
[naam medeverdachte 10] “Hard… hard… hard… ze zijn… we zijn twee keer in de patio gevallen… twee keer… ik weet het niet… ik kan dat niet bevatten.”
NN “Shit.”
[naam medeverdachte 10] “Ik zei.. er zijn daarginder mensen die… een paar mensen die hard zijn… het schijnt dat hij het nu zeker weet als het daar valt, betaalt hij het. Ik zei ‘dan is het goed’.”
[…]
[naam medeverdachte 10] “Ik had zoiets van kut… van binnenuit verklikt… van binnenuit verklikt. Een vriend van mij werd opgepakt in Barcelona… wegens hetzelfde… doordat er ginder werd verklikt.”
[…]
[naam medeverdachte 10] “Bij de tol… plaats”
NN “Hoeveel zijn er daar gevallen?”
[naam medeverdachte 10] “500.”
NN “En hoeveel mensen vielen er?”
[naam medeverdachte 10] “Alleen de chauffeur van de vrachtwagen.”
NN “Ja.”
Uit het voorstaande blijkt dat er na de ontdekking van de 3.000 kg hasj in de container bestemd voor [bedrijf 1] is besloten om een nieuw bedrijf te gebruiken als ontvangende partij en teneinde allerlei complicaties te voorkomen wordt er ook een geheel nieuwe bestelling travertin tegels gedaan. [naam medeverdachte 3] neemt de kosten hiervan voor zijn rekening.
Omdat na de bestelling bleek dat het nieuwe bedrijf [bedrijf 3] inmiddels failliet was, waardoor niet tot inscheping kon worden overgegaan, moest de bestelling op naam van een ander bedrijf worden gezet. Dat werd [L] Transformation van [M. van G.] . Verzuimd werd echter meteen alle voor inklaring benodigde papieren op naam van [L] Transformation te zetten, SUDU 149606-5 waardoor na aankomst van de container in Antwerpen ook weer het nodige geregeld moest worden. Omdat dit veranderen van bedrijf was opgevallen, werd - om elk risico te voorkomen -besloten om geen cocaïne te verstoppen in de container bestemd voor [bedrijf 3] / [L] Transformation , maar een nieuwe bestelling te doen. Dit werd de bestelling van 7 maart 2013 welke werd geladen in de container met nummer SUDU 673277-5.
Bij het bestellen en organiseren van deze transporten en de afhandeling daarvan in brede zin waren in elk geval betrokken [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] , [Naam medeverdachte 4] , [naam medeverdachte 2] , [naam verdachte] , [naam medeverdachte 10] , [naam medeverdachte 12] , [naam medeverdachte 11] en [naam medeverdachte 16] .
Nadat op 15 april 2013 door de Dominicaanse autoriteiten een partij van 419 kg cocaïne in beslag wordt genomen, wordt dit nieuws vide de bespreking tussen [naam medeverdachte 1] en [Naam medeverdachte 4] op 18 april 2013 en het daaropvolgende OVC gesprek van [Naam medeverdachte 4] met [naam medeverdachte 2] bekend binnen de groepering. Dat deze partij bestemd was voor voormelde groepering blijkt uit de opmerkingen zoals ‘er is iets helemaal verkeerd gegaan’ ( [naam medeverdachte 2] 3 mei 2013) en ‘dat van ons is gepakt, 550’ ( [Naam medeverdachte 4] 3 mei 2013), ‘oude man van [bedrijf 5] komt praten, 550 willen doen staat 419 in krant’ ( [naam medeverdachte 3] 29 mei 2013) ‘er is er eentje gigantisch fout gegaan in het land zelf’ ( [naam medeverdachte 2] 3 juni 2013), ‘van binnenuit verklikt’ ( [naam medeverdachte 10] 2 juli 2013).
De omstandigheid dat de Dominicaanse autoriteiten in een persbericht hebben gemeld dat deze partij bestemd zou zijn voor Puerto Rico doet aan voorstaande conclusie niet af.
Op grond van bovenstaande bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, concludeert de rechtbank dat deze partij cocaïne bestemd was voor de groepering waar verdachte deel van uitmaakte en welke partij met als deklading de travertin tegels verscheept had moeten worden in de container met nummer SUDU 673277-5.
Dat de partijen travertin tegels enkel als deklading bedoeld waren, blijkt mede uit de opmerkingen van [Naam medeverdachte 4] over de partijen van vijfhonderd vierkante meter en de problemen die juist ontstonden omdat de laatste twee vijfhonderd vierkante meter er nog stonden; ze waren nooit opgehaald (zie de OVC gesprekken tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] van 2 april en 10 juli 2013). Op basis van de bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang bezien concludeert de rechtbank dat de inspanningen van de groepering rond het bestellen van containers vanuit de Dominicaanse Republiek gericht waren op de invoer van cocaïne.
Uit de bewijsmiddelen blijkt voorts dat de opzet van de groepering was gericht op de invoer van een partij van minimaal 500 kg cocaïne. Dit valt te concluderen uit de OVC gesprekken van 29 en 30 januari 2013. Uit de OVC van 29 mei 2013 valt af te leiden dat de uiteindelijke afspraken op 550 kg waren uitgekomen.
De rechtbank is voorts van oordeel dat ondanks de omstandigheid dat deze partij cocaïne de container met deklading niet bereikt heeft en dus ook nog niet was verscheept richting Antwerpen, er sprake is van het voor de strafbare poging vereiste begin van uitvoering.
Verdachten hebben op de Dominicaanse Republiek contacten gelegd en onderhouden om de cocaïne geleverd te krijgen. Voor de bestelling van de deklading is een firma geregeld die onder de invloedsfeer van het samenwerkingsverband viel ( [L] Transformation ), de deklading was besteld en betaald en stond klaar in de haven zodat de cocaïne daar in verstopt kon worden. Het startpunt van het vertrek van de lading – en daarmee het startpunt van de invoer van de lading richting de haven van Antwerpen – is het moment dat de lading van de plek waar deze is opgeslagen richting de haven wordt vervoerd en niet pas het moment waarop het schip de haven van Caucedo verlaat. Het staat vast dat de lading op de snelweg is onderschept toen deze per vrachtwagen naar de haven van Caucedo werd vervoerd.
Deze handelingen zijn naar hun uiterlijke verschijningsvorm gericht op de voltooiing van het misdrijf en derhalve was er reeds een begin van uitvoering.
Zaaksdossier 2: de invoer van 200 kg cocaïne en de criminele organisatie
( [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 2] , [Naam medeverdachte 4] , [naam verdachte] , [naam medeverdachte 10] )
In de BlackBerry van [naam verdachte] is de volgende berichtenwisseling met [naam medeverdachte 3] tussen 17 mei en 21 mei 2013 aangetroffen. [326]
[naam verdachte] Ok laat me weten alleen of de bak op groen was aub.
[naam verdachte] Ok dan zien we ons maandag. Gr
[naam medeverdachte 3] Ok fijn weekend.
[naam verdachte] Dag vriend alles ok ?
[naam medeverdachte 3] Yoo man heb nog geen nieuws over boksz helaas. Zie je later vandaag. Tegen de avond aub.
Op 22 mei 2013 bespreken [naam verdachte] en [naam medeverdachte 10] het volgende in de Opel
Astra: [327]
[naam verdachte] [bijnaam mv 3] , of ik heb een bericht stuur.
(…)
[naam medeverdachte 10] Hij geeft licht (is akkoord).
[naam verdachte] (…) Ik kan niet met hem (= [bijnaam mv 3] ) sollen. Ik ben hem verschuldigd. Ik moet toelaten dat hij zijn geld maakt. Zodat hij mij niet komt aanspreken over Ecuador.
[naam verdachte] De containers uit Santo Domingo zouden zo moeten zijn. Zie je
daar?
(…)
[naam verdachte] Met godswil gaan we na de zomer beuren. Wij moeten niet wanhopen. Er is al een programma voor de zomer. Om zich te handhaven, weet je. Maar het spul/ding van iemand is voor na de zomer.
[naam medeverdachte 10] De [bijnaam mv 3] verkoopt alles.
[naam verdachte] Ik kan dezelfde verdienen als wat ik met de [bijnaam mv 3] heb verdiend. De [bijnaam mv 3] verkoopt veel.
[naam medeverdachte 10] Hij is een zekere zaak.
[naam verdachte] Hij is zekere zaak. De Dominicanen via mij gaan goed. Ik heb geen enkele lijn kwijtgeraakt. Daarom vertrouwen de Mexicanen hem, snap je? Maar die van nu is niet van hem.
[naam medeverdachte 10] Is het niet van hem?
[naam verdachte] Nee, dat is van een vriend die het hierbinnen heeft gehaald. De vriend heeft hem het ‘licht’(toestemming) gegeven. En hij gaat het met hem uithalen/uitgeven. Iedereen kent de [bijnaam mv 3] hier en in Ierland, jongen. Zij willen graag de [bijnaam mv 3] . De [bijnaam mv 3] is serieus. De [bijnaam mv 3] drijft al vele jaren handel.
(…)
(het gesprek gaat over de [bijnaam mv 3] )
[naam verdachte] Het team ziet hem als familie. Iedereen is al jaren bij [bijnaam mv 3] betrokken, begrijp je? Het komt niet in hem op om iemand met lege handen te laten zitten. Hij weet ze goed te benutten. Deze mensen weten hoe zij hun team organiseren. Deze mensen zijn niet bang om te investeren. Luister, wij hebben deze mensen verpest, gek. Door geld van hun te nemen. Die mensen aan die kant hebben hun geld gehouden. Die mensen waren…. wat je maar wilde, gaven zij aan jou 200 of 300.00 euro. Zij hadden die honger en zij konden met die handel bezig zijn en zij gaven jou het geld. De theorie van vroeger was zo van “wilt u werken?’ doe het dan, zodat ik zie dat u wilt werken. En zij gaven jou het geld. Totdat zij het begonnen te verpesten.
(…)
(over de Nederlandse politie en BlackBerry ‘s)
Zij hebben niet veel zaak met Blackberry’s. Want de Blackberry’s hebben geen spraak. Niemand belt. En vroeger lieten zij jou zien van ‘kijk daar eens; een gesprek waar je daarover had…’ En hoe bewijs je nu dat ik aan het pingen ben geweest? Begrijp je?
Op 26 mei 2013 is er een OVC gesprek tussen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 2] [328] :
[naam medeverdachte 2] “Ik zit maar te wachten, en in afwachting. Ik hoor niks.”
[naam verdachte] “Ik zie onze vriend dinsdag.”
[naam medeverdachte 2] “Maar dat andere, is dat allemaal goed?”
[naam verdachte] “Eh bij mij? Wij hebben een ehh…. Klap gekregen. Maar bij mij dan niet bij jullie, niet bij die [bijnaam mv 3] . Dus daar horen we nog van.”
[naam medeverdachte 2] “Maar gaat dat nog goed komen?”
[naam verdachte] “Ja, ja, ja.”
Uit een sms-wisseling van 22 tot en met 24 mei 2013 volgt dat [Naam medeverdachte 4] een afspraak met [naam medeverdachte 1] maakt om maandag 27 mei 2013 bij [naam medeverdachte 1] koffie te komen drinken. [329] Uit het peilbaken van de Audi [kenteken 10] in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] blijkt dat deze op 27 mei 2013 tussen ongeveer 9.00 uur en 10.30 uur op de [adres 2] te Heeze- [L. 1] is geweest, zijnde de straat waarin de woning van [naam medeverdachte 1] ligt. [330] Hieruit concludeert de rechtbank dat [naam medeverdachte 1] en [Naam medeverdachte 4] elkaar die ochtend ontmoet hebben.
Op 29 mei 2013 werd er omstreeks 13.30 uur een ontmoeting geobserveerd tussen [Naam medeverdachte 4] , [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] in Restaria [restaurant 3] te Valkenswaard. [331]
Daarna heeft [naam verdachte] - [naam verdachte] de volgende ping-wisseling met een contact genaamd ‘Zzz’ [332] : [naam verdachte] - [naam verdachte] de oude heeft hier tegen mij gezegd dat hij het waarschijnlijk
van hier
veranderd heeft
goe goed ik ben er bijna
ik was met die mensen
dat is groen aangekomen.
vorige keer heeft hij 50 uit eigen zak gegeven maar nu is dat niet zo
want het is de directeur van dat bedrijf’
want die zijn 50 aan het eisen’
want ze hebben afgesproken 50 voor elk blik
Zzz Ok
Oke laten we ons voor dat gaan organiseren
[naam verdachte] - [naam verdachte] om te weten of hun vakanties gaan nemen als het zo is dan alleen voor 1 maand
we zijn gebeleven dat we nog een keer samenkomen
want je weet dat komen de maand vakanties zijn
Tijdens de doorzoeking van de woning van [M. van G.] , werd een document aangetroffen met de navolgende geschreven tekst: [333]
Maand oktober:
Pakistan 2 x = 50.000 x 2=100.000
Equador 1 x = 50.000 x 1 = 50.000
Mexico 1 x = 50.000 x 1 = 50.000
Van alle bestelling(en) of vrachten, krijgt je
1 week op voorhand op zijn minst.
+ de kosten van inklaring en zal bekostigt worden door de “ [bijnaam mv 11] GROUPE”
SUCCES.
Uit het hiervoor reeds aangehaalde OVC gesprek tussen [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 12] van 30 december 2012 volgt dat [naam medeverdachte 3] middels tussenkomst van [naam medeverdachte 12] € 200.000,- betaalde aan [bijnaam mv 11] , zijnde [naam medeverdachte 11] . [334] Uit het gesprek volgt dat dit slechts een deel was van het te betalen bedrag. Hieruit in combinatie met de hierboven aangehaalde ping wisseling tussen [naam verdachte] en Zzz van 29 mei 2013 concludeert de rechtbank dat voor iedere container die op een bedrijf van [naam medeverdachte 16] en [naam medeverdachte 11] binnenkwam 50.000 euro betaald moest worden en dat [naam medeverdachte 3] een keer 50.000 euro uit eigen zak heeft betaald.
Op 30 mei 2013 pingt [naam verdachte] het volgende naar zijn contact Zzz:
‘Ik was bij de vrienden en die gaan me een andere bedrijf geven’
Op 3 juni 2013 is er het volgende berichtenverkeer tussen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 10] : [335]
[naam medeverdachte 10] En wat zegt [bijnaam mv 3] ( [bijnaam mv 3] )
[naam verdachte] Hij gaat mij een nieuwe maatschappij geven
[naam medeverdachte 10] Jij hebt niets kunnen doen met [bijnaam mv 3] ?
[naam verdachte] Ik ben ‘lo rapido’ (de snelle) aan het proberen
[naam medeverdachte 10] Hij heeft niets?
[naam verdachte] Ik zie hem en [Bijnaam mv 4] morgen
[naam medeverdachte 10] verdomme
Ja ik ben daar mee bezig in geval ik wat wil ‘picar’ (verdienen)
Uit de peilbakengegevens van de Audi [kenteken 10] in gebruik bij [Naam medeverdachte 4] blijkt dat deze auto op 4 juni 2013 tussen 9.22 en 10.40 uur in de [adres 2] te Heeze- [L. 1] geweest. Aan deze weg is de woning van [naam medeverdachte 1] gelegen. [336]
Op 4 juni 2013 is omstreeks 14.36 en 15.09 uur een ontmoeting geobserveerd tussen [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] op het terras van cafetaria ’t [N.] te Uden. [337]
Op 6 juni 2013 is er omstreeks 01.00 uur het volgende ping-verkeer tussen [naam verdachte] en ‘Riky’: [338]
[naam verdachte] ja, ik en de vrienden zijn eergisteren hier bij elkaar gekomen en ik heb hen gezegd dat wij met godswil jullie spoedig zien.
Riky Oke ik ben mij aan het organiseren om weer naar u toe te gaan.
[naam verdachte] Men (wij) voelt zich slecht naar u toe.
Riky Ja als god wil spoedig/snel
Rustig wij zijn al goed, nu als god dat wil
[naam verdachte] met god
Bereid u zich goed voor want zij ginder maken bij ons altijd een slechte indruk, wij kunnen ons hetzelfde niet meer veroorloven
Ik moet een aantal details aan [M] geven en nieuwe gegevens van hier. Ik zit te wachten tot dat zij het mij geven om ze dan aan u te geven
Help mij hier aan de slag te gaan met wat dan ook of in het moederland, waarschuw mij voor de rente
Wees voorzichtig, ik ben hier bezig om alles op de lijn te houden voor wanneer wij klaar zijn
Riky oke rustig wij gaan aan de slag
[naam verdachte] Dus wij zien elkaar spoedig hier ergens. Succes ginder en wij spreken elkaar.
Rond diezelfde tijd (6 juni 2013 is er omstreeks 01.00 uur) pingen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 10] : [339]
[naam verdachte] Ik ben hier met [V] (oude man) aan het praten/onderhandelen
Hij heeft mij gebeld
[naam medeverdachte 10] Hij heeft altijd in die van [bijnaam mv 3] willen zetten, maar [B. 3] maakt hem
duizelig.
[naam verdachte] Oke ik ben mij aan het organiseren om weer naar u toe te gaan.
(…)
[naam verdachte] Voor dat van [bijnaam mv 3] en [V]
Hij heeft mij gegevens gegeven die ik telefonisch aan [B. 3] moet
geven
Ik heb het je al gezegd
Helemaal veranderd, helemaal anders
Dat is voor over een week
Laten we zien wat er gebeurt
Maar ik ga me zetten (ik ga het doen)
[naam medeverdachte 10] maar dezelfde ‘comp’ van [B. 3] (compania=maatschappij)
[naam verdachte] 100%
[naam medeverdachte 10] Natuurlijk
[naam verdachte] De [bijnaam mv 3] (van [bijnaam mv 3] )
[naam medeverdachte 10] Dat is het meest solide wat er is
[naam verdachte] Van maatschappij van de blik
[naam medeverdachte 10] oke
Maar men moet naar de ‘patio’ toe of ik ga. Je weet [B. 3] is erg
onbeschaafd.
Er kunnen geen fouten zijn.
[naam verdachte] En zij moeten aankomen vanaf de ‘pina’ 700 bij de ‘pina’ 736
Dat daar zijn de bazen van dat van de onze
Ik heb tegen [V] gezegd mij te waarschuwen als hij voor mij aan de slag kan gaan.
Oke rustig wij gaan aan de slag
Later die dag (6 juni 32013 omstreeks 23.00 uur) is er de volgende ping-wisseling tussen [naam verdachte] en ‘Zzz’: [340]
[naam verdachte] Ik moet jou wat nieuwe gegevens/informatie geven die ze van de mensen hier eisen
Ze hebben vrienden binnen chef/baas gemaakt waar de MSC aankomen
En ‘a’ het aan boord zetten van een ‘guagua’ (vervoermiddel) die het afzet en de ‘pina’ van MSC dat van de 700 a 736 is
Dus wat we moeten doen is die blikken-lijn (maatschappij) huren
Zzz ok
[naam verdachte] Het is het bedrijf daar die dat verzoekt als zij de blik huurt dat ze haar blik aan boord van een ‘guagua’ zetten die direct naar een van die pinas gaat
Want daar zijn we de baas
Als we goed vertrekken zij zijn daar de baas ze zetten het nog ‘deo’ en zij zorgen ervoor dat het schoon aankomt
Alleen dat/of het iets is al bellende
Zzz ok
[naam verdachte] Zij gaven 99 %
Het kan vanaf 20 juli vertrekken
Zzz Ok
[naam verdachte] Ze hebben een maand vakantie
En ze beginnen op 1 augustus
Zzz ok
Wel laat me dat gaan uitzoeken.
[naam verdachte] ja ja
Zeg het daar aan hem
Dat zij op die manier hier zonder hoofdpijn zijn/haar spul er uit haalt
Zzz ok
[naam verdachte] Dat die mensen er bijna 3 weken over doen om de laatste uit te halen en ze willen de service van die blik niet meer en ze willen dat men daar hun blik aan boord zet van de ‘guagua’ dat ze het voor hem moeten laten (plaatsen) bij/in 700 a 736 het is waar de MSC aankomen
Tijdens de doorzoeking in de woning van [naam medeverdachte 1] aan de [adres 12] te [L. 1] is in een antieke kast een verborgen ruimte aangetroffen. In deze ruimte werden onder meer de hierna genoemde bescheiden aan getroffen: [341]
Een notitieblaadje van ‘Golden Tulip hotels-suites-Resorts met daarop de tekst:
Invoice (factuur) 3 voud
Packinglist (pakbon) 3 voud
Certicate of origine) 1
[B. 2] of loading 1 (1org. 4 door druk)
A-formulier (alleen voor Z-Amerika)
2 pgp’s
Geen email en bankoverdracht
7-36 vrouw
Music
Op dit Golden Tulip notitieblaadje zijn vingerafdrukken van [naam medeverdachte 1] aangetroffen. [342]
Een A4 papier met daarop getypte Spaanse tekst die als volgt is vertaald:
‘Goedendag, sorry voor het oponthoud/vertraging, kijk, de brief/kaart vertrekt, komt aan in Antwerpen België, bij de kaaien van 700 tot 736 door smc, ok.’
In de woning van [naam medeverdachte 12] is op 20 juni 2013 door de Belgische autoriteiten een Duitstalige poster van ‘Fabio’s vishandel’ aangetroffen met op de achterzijde handgeschreven aantekeningen: [343]
700-736
1700-1710 (?)
Leverancier moet lijst vragen aan MSC waar bak aankomt
Bak moet aankomen op 700-736 (MSC kade)
Number of port must be…
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] is de volgende ping-wisseling van 11 juni 2013 aangetroffen tussen hem en [naam verdachte] : [344]
[naam verdachte] Heb je al [bijnaam mv 3] en brill toegevoeg?
Ik zal hem jou adress dan geven. Gr.
[Naam medeverdachte 4] dank je.gr
Op 14 juni 2013 is er het volgende OVC gesprek tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] : [345]
[naam medeverdachte 2] “Hoe gaat het bij jullie?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, ook redelijk, ik kan niet zegen slecht, maar redelijk.”
[naam medeverdachte 2] “Maar nog altijd niets te verdienen.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, we zijn nog in een, ja hoe noem je dat?”
[naam medeverdachte 2] “Startfase.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, startfase. (…) maar we zien wel, dus het is allemaal een test.”
[naam medeverdachte 2] “Ja dan zien we maar. Voor de rest niks bijzonders?”
[Naam medeverdachte 4] “Je wordt niet vergeten.”
[naam medeverdachte 2] “Nee, dat weet ik wel… Voor de rest niks bijzonders?”
[Naam medeverdachte 4] “(ntv) positief gemeld, maar dat hoor je te zijner tijd wel.”
[naam medeverdachte 2] “Van welke kant?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja, waar we normaal mee spreken, dus die met die eh, [bijnaam mv 3] , [bijnaam mv 1] en die
kleine.”
De BlackBerry die bij [naam medeverdachte 3] is aangetroffen werd eind juni 2013 actief. [346] In de BlackBerry van [naam verdachte] werd de volgende berichtenwisseling van 24 en 25 juni 2013 aangetroffen tussen hem en [naam medeverdachte 3] : [347]
[naam medeverdachte 3] Yoo man. Dit is mijn nieuwe pgp. Ons bakken verhaal
[naam verdachte] Wie is dit!!!
[naam medeverdachte 3] De koning van de lege bakken. Wij zitten altijd in U.
[naam verdachte] Hahahhaa ok, we zullen we volle krijgen incha ala. Wanner zien we. Elkaar!
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] is de volgende berichtenwisseling met [naam medeverdachte 3] van 24 juni 2013 aangetroffen tussen hem en [naam medeverdachte 3] : [348]
[naam medeverdachte 3] Yoo man. Dit is mijn nieuwe pgp. Vriend horlogeman op boerderij. Snap je?
[Naam medeverdachte 4] Jazeker, zal m meteen opslaan. Nog wat van kleine gehoord? Gr
[naam medeverdachte 3] Ja toevallig gister. Afspr van de week.
[Naam medeverdachte 4] Kan dus nu ander adres wissen?
[naam medeverdachte 3] Ja
In de agendafunctie van de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] is voorts de volgende melding aangetroffen: [349]
Begintijd: 28-06-2013 13.00 uur (UTC+0)
Eindtijd:28-06-2013 13.00 uur (UTC+0)
Onderwerp: [bedrijf 5] parkh
Uit de peilbakengegevens van de Opel Astra [kenteken 7] in gebruik bij [naam verdachte] blijkt dat de auto op 28 juni 2013 van 15.22 tot 16.40 uur op de [adres 13] te Eindhoven is geweest. Aan deze straat ligt Hotel [hotel] Eindhoven.
Uit voorstaande concludeert de rechtbank dat er die dag een bespreking heeft plaatsgevonden tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] .
In de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] zijn de volgende e-mails van [naam verdachte] aangetroffen: [350]
29-6-2013 Ik heb al de koppie van de laasten 2bakken, geeft door aan mocro zo kan hij het komen en halen en laat hem gelijk 2ladys meenemen kan meteen gaan laten zien aan mijn mensen. Gr.
1-7-2013 Ik heb docu al aan mocro gegeven en hij me die ladys. Heb je nieuws van oudTuks. Gr.
Op 1 juli 2013 heeft [naam verdachte] rond 21.25 uur het volgende OVC gesprek met [naam medeverdachte 10] in de Opel Astra [kenteken 7] : [351]
[naam verdachte] “We zitten al in juli en er is nog niets concreets met dat van [B. 3]
Want men heeft het nagetrokken. De lata’s zijn hier. Ik heb al de papieren aan de jongen gegeven. Ik ga hem, [B. 3] , straks zeggen… om hem te zeggen.. om hem te zeggen.. dat .. Niet [B. 3] maar [bijnaam mv 3] .. Dat hij de lata er uit moet halen… dat als hij de lata er niet uithaalt een andere kan worden gestuurd vanaf ginder.”
[naam medeverdachte 10] “Ga je hem dat zeggen?”
[naam verdachte] “Natuurlijk… dat is raar… je stuurt meer latas terwijl wij jou vanaf hier bellen, daar staan twee latas van jou stil of een.. of wat dan ook. Men moet in Santo Domingo van bedrijf veranderen.”
In de BlackBerry van [naam verdachte] is de volgende emailwisseling met [naam medeverdachte 3] van 9 juli 2013 aangetroffen: [352]
[naam verdachte] Dag vriend wanner kunnen we afspreken, over die bak.kan je vrijdag
vroeg?
[naam medeverdachte 3] Ja kan. Zeg maar.
Op 10 juli 2013 is er een OVC gesprek tussen [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] : [353]
[naam medeverdachte 2] “Voor de rest, he ja, had je nog wat van die kleine gehoord?”
[Naam medeverdachte 4] “Die heb ik maandag nog even gezien
En ja, de bal ligt nog altijd bij die eh…, daar met die [bijnaam mv 1] en die andere.
Die hebben hun werk niet goed gedaan, en eh… daardoor staat het eigenlijk een beetje stop nou.”
[naam medeverdachte 2] “Hebben die hun werk niet goed gedaan?”
[Naam medeverdachte 4] “Nee. Die hadden gezegd dat ze iets gedaan hadden en dat hebben ze
blijkbaar niet gedaan en eh.. ja daarvoor is het weer vertraagd.”
[naam medeverdachte 2] “Ja wat is dat dan voor…”
[Naam medeverdachte 4] “Dat zijn heel domme fouten wat ze gemaakt hebben.”
(…)
[Naam medeverdachte 4] “Kijk het is nou al de vierde keer die vijfhonderd vierkante meter hè.”
[naam medeverdachte 2] “Ja.”
[Naam medeverdachte 4] “En die laatste twee vijfhonderd vierkante meter die staan er nog
Die hebben ze nooit opgehaald, snap je.
Dat is het probleem.”
In de agendafunctie van de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] is voorts de volgende melding aangetroffen: [354]
Begintijd: 12-7-2013 08.00 uur (UTC+0)
Eindtijd:12-7-2013 09.00 uur (UTC+0)
Onderwerp: Domi U
Uit de peilbakengegevens van de Opel Astra [kenteken 7] in gebruik bij [naam verdachte] en de BMW [kenteken 8] in gebruik bij [naam medeverdachte 3] blijkt dat beide auto’s op 12 juli 2013 van ongeveer 10.00 tot 11.30 uur op de [adres 14] te Uden waren [355] . Hieruit concludeert de rechtbank dat er die ochtend een bespreking heeft plaatsgevonden tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] .
Op 13 juli 2013 is er de volgende ping-wisseling tussen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 10] : [356]
[naam verdachte] [B. 3] is mij aan het bellen
Dat Moca daar was
Om de lata’s op te vragen
Ik heb hem gezegd dat het niet anders kan dat hij gewoon op zoek moet gaan naar een ander bedrijf.
[naam medeverdachte 10] Ah ja, dat heeft hij me daarnet gezegd.
De volgende emailwisseling tussen [naam verdachte] en [Naam medeverdachte 4] van 15 juli 2013 is aangetroffen in de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] : [357]
[naam verdachte] Ja ik heb hem gezien hij kan de bak hier niet eruit halen dus moeten mijn mensen daar terugvragen. Gr
[Naam medeverdachte 4] Kann dat? Zonder dat dat problemen opleverd.hebben we dan niet een ander adres nodig bij de volgende?
[naam verdachte] Wij gaan kijken of daar gewoon d normale kunnen gebruiken of moet een nieuwe zoeken [bijnaam mv 3] heeft wel een nieuwe voor hier.
In de BlackBerry van [naam verdachte] is de volgende emailwisseling met [naam medeverdachte 3] van 16 juli 2013 aangetroffen: [358]
[naam medeverdachte 3] Ik stuur je gegevens per pgp
[naam verdachte] Ok wat moet ik tegen [Bijnaam mv 2] zeggen als je terug bent hebben we de
lijst dan?
[naam medeverdachte 3] maar is nu moeilijk. Belangrijkere mensen zijn nog op vakantie.
De volgende emailwisseling tussen [naam verdachte] en [Naam medeverdachte 4] van 23 juli 2013 is aangetroffen in de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] : ·
[Naam medeverdachte 4] Dag vriend, wanneer kann ik je zien? Liefst zo snel mogelijk.gr.
[naam verdachte] Dag vriemd sorry was ff niet bij telf, ik ben nu tot volgende week in spanje laat je meeten wete als ik terug bent om afspraak te maken. Gr.
[Naam medeverdachte 4] Ok, wanneer ong ben je terug?begin of eind van de week.gr
[naam verdachte] Eind denk ik, maar oom is nu daar wil je hem zien of gewoon alS ik terug bent.
In de Blackberry van [naam verdachte] is de volgende emailwisseling met ‘ [L.G.] ’ van 5 augustus 2013 aangetroffen: [359]
[naam verdachte] ik ben aan het berichte zodat je weet dat el [M] een nieuwe
‘comp’ heeft gevonden en dat we bijna klaar zijn.
[L.G.] ok voor wanneer zal het ongeveer zijn
[naam verdachte] hij gaat vragen naar de begroting van deze zodat we gelijk mee aan de slag kunnen.
[L.G.] ok doe maar ik wacht/hoop alleen voor jou
[naam verdachte] morgen zal hij de begroting vragen dat zal het zo zijn dat jij met hem gaat ontmoeten en het gaat afspreken
het min met hun is 150 en het is weer hetzelfde als hij het in de hand hebben dan zakken we voor je zoals ik hier met hun heb afgesproken
en van daar uit zet je wat je denkt en kan
maar je moet weten dat wij degene zijn die daar mislukt zijn
[L.G.] ok dat is wat we zullen doen. Ik ga proberen dat we het met 200 doen zodat je daarna weet we geven 800 en ‘del pueblo’ zal niet praten over hoeveelheid.
[naam verdachte] zij zijn de baas zoals ik je gezegd heb van waar de ‘guagua’ aankomt zij hebben het totale beheer.
Op 7 augustus 2013 stuurt [naam verdachte] de volgende e-mail naar [naam medeverdachte 3] : [360]
‘Drukke man jejejej, laat me weten als je de rest van de info hebt ze wachten op dat om te kunnen gaan naar dat bedrijft. Gr’
Op 11 augustus 2013 voeren [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] het volgende OVC gesprek: [361]
[naam medeverdachte 2] “Ja, dat is allemaal weer rechtgezet met die kleine.”
[Naam medeverdachte 4] “Ja ja.”
[naam medeverdachte 2] “Hh, goed zo, goed zo.”
[Naam medeverdachte 4] “Dus die gegevens zijn …ntv… onderweg, dus eh..”
[naam medeverdachte 2] “Dan…”
[Naam medeverdachte 4] “Dus dat eh… dat eh…ntv… op vakantie hè?”
[naam medeverdachte 2] “Ja ja, dat is het probleem nou hè?”
[Naam medeverdachte 4] “Ja.”
Op 20 augustus 2013 stuurt [naam verdachte] de volgende berichten naar ‘ [B. 3] ’: [362]
En dat ik je altijd schrijf/bel om last te vallen (+D
Maar het is namelijk dat je mijn man van de logistiek bent
Want ik was op internet
Aan het zoeken kijken of ik lijst met schepen kon vinden
Die van ginder hierheen komen
Een lijst bijvoorbeeld de MSC die van daarginder hier komen
MSC
Ik wil weten van/over dat bedrijf
De lijst van de komende 2 weken die van ginder naar hier vertrekken
Het Is namelijk zo at ze mij om een lijst vragen
En ze doen er lang oer om hem aan mij te geven
Die van daaruit rechtstreeks naar België gaan
Ze moeten MSC zij of met vrouwennamen
Normaal gesproken doen ze er 15 dagen over
Ga op Jocssailings.com
En ga/zet die van daar en de ene van hier
Zodat je die lijst kunt zien die ik wilde
Volgens mij heb ik hem gevonden zodat je voor mij kunt bevestigen of ze rechtstreeks zijn
Laat me weten of je het hebt
Yeah primo that’s it.
Diezelfde dag (20 augustus 2013) stuurt [naam verdachte] tussen 15.46 en 20.15 uur de volgende berichten naar ‘Zzz’: [363]
Ik ben vandaag vroeg aangekomen en ik heb een ontmoeting gehad
Geef me een nummer om weg te gaan (dan ga ik weg) en ik bel jou
Dan kan ik je uitleggen
Kut, ik heb het niet maar laat me vragen of ze eentje voor mij kunnen halen
Het is om jou beter uit te kunnen leggen
Wat die meneer tegen me zei
Ja stuur me de fax gegevens om dat voor je te sturen voordat ze sluiten
Vraag of ze hem aan hebben staan
Want ze sturen hier maar daar wordt hij niet ontvangen
Ze gaan hier sluiten
Ik zal het morgen voor je moeten sturen
Goed ik ben vertrokken om opnieuw met die meneer te vergaderen
Want ik moet hem iets geven
Ik laat je weten zodra ik er ben
In de agendafunctie van de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] is voorts de volgende melding aangetroffen: [364]
Begintijd: 20-8-2013 19.00 uur (UTC+0)
Eindtijd:20-8-2013 20.00 uur (UTC+0)
Onderwerp: [bedrijf 5] parh.
Uit de peilbakengegevens van de Opel Astra [kenteken 7] in gebruik bij [naam verdachte] en de BMW [kenteken 8] in gebruik bij [naam medeverdachte 3] blijkt dat beide auto’s op 20 augustus 2013 van ongeveer 21.00 tot 21.30 uur op de [adres 13] te Eindhoven zijn geweest. Aan deze straat ligt Hotel [hotel] Eindhoven.
Uit voorstaande concludeert de rechtbank dat er die avond een bespreking heeft plaatsgevonden tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] en dat [naam verdachte] iets aan [naam medeverdachte 3] heeft overhandigd.
In de woning van [naam medeverdachte 3] is een print van Jocsailing.com d.d. 20 augustus 2013 aangetroffen. Deze print betrof een overzicht van vaarschema’s van containerschepen van Caucedo (Dominicaanse Republiek) naar Antwerpen. [365] Gelet op de berichten aan ‘ [B. 3] ’ en ‘Zzz’ van 20 augustus 2013 en de ontmoeting met [naam medeverdachte 3] van diezelfde dag concludeert de rechtbank dat [naam verdachte] dit overzicht van vaarschema’s aan [naam medeverdachte 3] heeft overhandigd.
Na de ontmoeting met [naam medeverdachte 3] op 20 augustus 2013 voert [naam verdachte] een telefoongesprek met een onbekende man in de Dominicaanse Republiek: [366]
Zakelijk weergegeven spreekt [naam verdachte] over een lijst die hij gaat sturen. Hij had het daarnet al willen sturen maar toen leek het erop alsof ze hem niet aan hadden staan. Faxen is beter dan scannen en mailen. Per fax krijgt hij immers het papier zelf terug en houden ze op kantoor niets. Er moet in ieder geval gewacht worden tot maandag, omdat de baas van daar dan pas terug is van vakantie. Op die lijst zijn een aantal die de naam van een vrouw dragen. Het gaat om de namen van de ‘guagua’.
Die baas heeft gezegd dat alles wat rechtstreeks daar vandaan komt en een vrouwennaam draagt, komt allemaal in zijn zone binnen. Maandag zal [naam verdachte] de onbekende man een bevestiging sturen.
Op 22 augustus 2013 is er de volgende ping-wisseling tussen [naam verdachte] en ‘Zzz’: [367]
[naam verdachte] de meneer heeft mij gevraagd met ongeveer hoeveel u dat gaat doen
Zzz ik weet nog niet
[naam verdachte] ik heb tegen [V] gezegd minimum 2 en hij zei tegen mij ‘goed’
maar hij zegt hier tegen mij dat hij met die van binnen voor 250 heeft afgesproken
Zzz deze mensen zijn dat nummer aan het bellen maar niemand neemt op
[naam verdachte] en hoe laat
want hier sluit men om 5 pm en het is iets meer dan 6 uur
Zzz ‘s avonds
[naam verdachte] nee ik heb de bb van de meneer niet bij me
zodra ik thuis ben zeg ik u
Zzz denkt u dat deze mensen contact kunnen maken via de email met de mensen van hier
om hem een email te sturen zodat zij het zien
[naam verdachte] natuurlijk
maar geef mij de naam van de vertegenwoordiger
Zzz [R.P.]
[adres 15]
die van de vrouw die met [M] onderhandelt/praat
[naam verdachte] u kunt mij het nummer geven
van de vrouw of van haar kantoor ginder
Zzz 809 9572171 ext 221 [getuige]
[naam verdachte] in het geval dat de email niet aankomt of zo iets dergelijks. Den belt men regelrecht.
maakt u zich geen zorgen over dat. Hier is alles geregeld. En dat regel ik morgen voor u.
Zzz de oude lijn heeft de goedkeuring al gegeven. Het gaat erop dat zij zien dat er mensen zijn. heeft u me begrepen?
Het genoemde telefoonnummer is het nummer van [bedrijf 4] , gevestigd op de Dominicaanse Republiek. Het bedrijf handelt onder andere in GAT-PLUS en GAT CARB, zijnde een vorm van calcium-carbonaat (een soort kalk). [368]
In de agendafunctie van de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] is voorts de volgende melding aangetroffen: [369]
Begintijd: 23-8-2013 11.00 uur (UTC+0)
Eindtijd: 23-8-2013 12.00 uur (UTC+0)
Onderwerp: [bedrijf 5] hotel
Uit de peilbakengegevens van de Opel Astra [kenteken 7] in gebruik bij [naam verdachte] en de BMW [kenteken 8] in gebruik bij [naam medeverdachte 3] blijkt dat beide auto’s op 23 augustus 2013 van ongeveer 13.00 tot 14.20 uur op de [adres 13] te Eindhoven zijn geweest. Aan deze straat ligt Hotel [hotel] Eindhoven.
Uit voorstaande concludeert de rechtbank dat er wederom een ontmoeting is geweest tussen [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] . Gedurende deze ontmoeting is er het volgende ping-verkeer tussen [naam verdachte] en Zzz: [370]
[naam verdachte] Verifieer of de email zo is, want ze gaan het vandaag sturen
[adres 15]
Zzz Jaa!
[naam verdachte] Vandaag sturen u/hem dat.
In de BlackBerry van [naam verdachte] is de volgende ping-wisseling met ‘Zzz’ van 24 augustus 2013 tussen 15.09 en 17.33 uur aangetroffen: [371]
Zzz zij bellen zo
[naam verdachte] zegt tegen mij dat [M] zegt dat als zij vragen wat zij willen om te zeggen Gat Carb of gat plus
Dat, dat is hetzelfde want ik heb het hem reeds kalk gezegd
Dat zij hen/u zullen zeggen dat de producten en de hele leiding daar , de heer [R.P.] is degene die dat zal aanvragen en dat hij de vertegenwoordiger is van ginder in de Caribe
Wij zijn ons aan het voorbereiden, om te kijken of het vertrekt aan het eind van de komende
Het zijn twee soorten kalk
Zij belden al vanaf 4 uur
Maar het antwoordapparaat neemt op. Dat er niemand is, om maandag te bellen
Bel maandag
Op 24 augustus 2013 is er de volgende e-mailwisseling tussen [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] : [372]
[naam medeverdachte 3] Het wat info nodig.
1) hoe weet jij dat mail niet is aangekomen?
2) H
[naam verdachte] Ja had contact opgenomen
Had gevraagt of zijn bedrijft hier al iemal of gebelt had om te bevestigen dat hij vertegewordig is.
Goederen zijn bij deze Bedrift Kalk, maar kan algemeen bouwmateriaal zijn natuurlijk.
[naam medeverdachte 3] Ok . We gaan om 15u onze tijd bellen. Zijn ze dan open?
[naam verdachte] Ja het is open tot 17u nl tijd.
[naam medeverdachte 3] Ok
Op 26 augustus 2013 pingt [naam verdachte] aan Zzz: [373]
Zij zullen om 9.00 uur bellen
De meneer zei dat zodra hij klaar is hij mij belt
Op 26 augustus 2013 wordt er tussen 16.00 uur en 16.45 uur een ontmoeting geobserveerd tussen [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] en een onbekende man (die wegrijdt in een auto met Belgisch kenteken) in het Golden Tulip Hotel aan de [adres 3] te [L. 1] . Gezien wordt dat tijdens deze ontmoeting [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 1] dicht naast elkaar zitten en de hoofden naar elkaar toebuigen. Ook toont [naam medeverdachte 3] meerdere keren zijn telefoon aan [naam medeverdachte 1] . Tijdens deze ontmoeting werd de communicatie opgenomen. [374]
Tijdens dit gesprek wordt gesproken over containers, havens, bedrijven, strepen en kosten (de man van de kraan vraagt 30 procent). Op een geven moment wordt het volgende gezegd:
[naam medeverdachte 3] “… is bijna aan het eindje.’
[naam medeverdachte 1] “Geloof me nou dat je bepaalde energie’s niet in die man moet steken hier.”
[naam medeverdachte 3] “Ach, word er gek van. Kijk, kijk, kijk.”
[naam medeverdachte 1] “Ge wordt er gek van op het laatst. Kijk ge bent zijn dingen aan het
doen. Dat moet je niet doen hoor.”
[naam medeverdachte 3] “Zijn spullen kwijt, dat wijf spreekt geen Engels en hij geen
Spaans.”
Vanaf 16.45 uur (op 26 augustus 2013) pingt [naam verdachte] met ‘zzz’: [375]
Ze hebben al gebeld
dat ze in slechts Spaans hebben
moeten praten
want die vrouw spreekt geen Engels
Ze hebben afgesproken dat [R.P.] vandaag
contact met haar zou opnemen
In de Dominicaanse Republiek is getuige [getuige] gehoord. [376] Zakelijk weergegeven verklaarde zij dat zij hoofd is van de afdeling export van het bedrijf [bedrijf 4] . Een Dominicaan die zich [R.P.] noemde, informeerde voor een prijsopgave om materiaal met een 40 voet container naar België te sturen. Hij specificeerde niet welk materiaal hij wilde hebben. Dat was ongebruikelijk. Met betrekking tot deze zaak heeft zij wel een mail ontvangen van ene [L. 2] . Deze mail werd door [getuige] overhandigd aan de Dominicaanse autoriteiten. Uit deze mail bleek dat [R.P.] vertegenwoordiger was van het bedrijf [bedrijf 5] en dat deze persoon gemachtigd was tot het maken van beslissingen en het plaatsen van orders namens dit bedrijf. Deze mail was ondertekend door [L. 2] Verbeke
[bedrijf 5]
[adres 16]
In de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] zijn notities aangetroffen: [377]
Titel: [bedrijf 5] Domini
Inhoud: [bedrijf 5] natuursteen nv
Meerkensstraat 55
3650 dilsen-lanklaar
Email:
acrnatuursteen@mail.com(passw: mercedes 2000)
BTW BE0457.222861
Tel 0032484174245
Contact pers. [L. 2]
Mail sturen naar:
[adres 15]
t.a.v. [getuige]
tel [telefoonnummer 7] (221)
Om te zeggen dat [R.P.] ons bedrijf vertegenwoordigd in [bedrijf 5] . [R.P.] nr.: [telefoonnummer 6] .
Soortgelijke notities zijn aangetroffen in de BlackBerry van [naam verdachte] : [378]
Label: Comp
Inhoud:
[adres 18]
Met dit Belgische prepaid nummer is op 24 augustus 2013 drie maal en op 26 augustus 2013 twaalf maal telefonisch contact tot stand gekomen met het nummer van Industrias. Dit telefoonnummer, noch het IMEI-nummer van het toestel waarmee dit nummer gebruikt was, was bekend bij de Belgische autoriteiten. [379]
In de woning van [naam medeverdachte 3] worden eveneens documenten aangetroffen met betrekking tot het bedrijf [bedrijf 5] natuursteen: [380]
  • Een document van de rechtbank van koophandel te Tongeren met betrekking tot de herbenoeming van de bestuurders van de NV [bedrijf 5] te Dilsen-Stokkem.
  • Een visitekaartje van [bedrijf 5] : de contactgegevens zijn doorgestreept en komen niet overeen met de contactgegevens zoals vermeld in de BB’s van [naam medeverdachte 3] en [naam verdachte] .
  • Een gmailadres van [bedrijf 5] met wachtwoord.
Uit onderzoek in België is gebleken dat de naam [L. 2] in het geheel niet bekend was binnen het bedrijf. Het gebruikte telefoonnummer was onbekend bij het bedrijf en dat nummer kwam ook verder niet voor in de geautomatiseerde bestanden van de Belgische autoriteiten. [381]
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] zijn de volgende berichten van 31 augustus 2013 aangetroffen: [382]
[Naam medeverdachte 4] ok vriend, nog wat van [bijnaam mv 3] gehoord?
[naam verdachte] Als goed is hij zie vandaag pet over die lijst want ze wachten op me al 2 weken.
In de agendafunctie van de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] is voorts de volgende melding aangetroffen: [383]
Begintijd: 31-8-2013 11.30 uur (UTC+0)
Eindtijd: 31-8-2013 12.30 uur (UTC+0)
Onderwerp: Metropolis
Uit onderzoek van de agendafunctie van deze BlackBerry bleek dat het onderwerp ‘metropolis’ een keer eerder voorkwam. Op 9 augustus 2013 stond er tussen 13.00 en 14.00 uur een afspraak gepland met als onderwerp: ‘Baard metropolis’. [384]
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] zijn de volgende berichten van 2 september 2013 aangetroffen: [385]
[Naam medeverdachte 4] Vriend heb je al contact gehad met [bijnaam mv 3] ? Gr
[naam verdachte] ja maar hij heeft nog nieks dus en in d over kand aan het flippen.
[Naam medeverdachte 4] Wat ik begrijp van [bijnaam mv 1] is dat de petjes in staking zijn.dus hoop dat dat snel voorbij is. Mischien zie ik je deZe week nog ok. Gr
Uit het pv bevindingen identificatie ‘ [P.] ’ als Antwerpse douanemedewerker, volgt dat met [P.] een corrupte douane medewerker wordt bedoeld. Voorts blijkt hieruit dat de douane in Antwerpen medio september 2013 staakte. [386]
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] is de volgende email-wisseling met [naam medeverdachte 3] van 6 september 2013 aangetroffen: [387]
[Naam medeverdachte 4] Dag vriend, zijn de problemen al opgelost? Petjes weer aan t werk of niet? Grtjs
[naam medeverdachte 3] Ja alles opgelost en kleintje staat zo goed als klaar. Nog ong 7 dgn en dan weg.
[Naam medeverdachte 4] Ok, super,zien ons snel. Grtjs
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] is de volgende email-wisseling met [naam verdachte] van 6 september 2013 aangetroffen: [388]
[Naam medeverdachte 4] Dag vriend nog wat van [bijnaam mv 3] gehoord? Gr
[naam verdachte] Hij zou vandaag of morgen streep zien.
[Naam medeverdachte 4] Ik had [bijnaam mv 3] ook gevraagd wat er nu is, en kreeg als antwoord, alles is nu opgelost en over 7 dagen werd vertrokken. gr
[naam verdachte] Wanner want nieks is opgelost, ik heb nog geen lijst of een spesifiek naam van hem gekrijgen, mijn mensen zelf zijn daar aan het kijken als ze kunnen schieten o een boot met vrouwe naam. Maar eigenlijk moet [bijnaam mv 3] een naam geven of een lijst. Maar tot nu toe heb ik t nieks van hem gekrijgen.
[Naam medeverdachte 4] Wanneer heb je hem de laatste keer gesproken?
[naam verdachte] Woensdag
En als het goed is zou hij vandaag of morgen pet zien om de lijst of een Naam te vragen van boot waar we kunnen schieten.
Als hij mij dat stuurd neem ik toch aan dat ie met strepen gespreken heeft.dan zou ik eens contact met m opnemen.
[Naam medeverdachte 4] Wanneer had hij dat gezegd dan
[naam verdachte] Vandaag, ong 2 uur geleden
Ok ik zal hem vragen of hij al iets weet van streep. Laat je zo weten.
Nieuws is weer dat streep hier moet wachten tot 18sep want er is onderzoek niet aan hun maar ze willen afwachten tot dan. Klotte shit weer er is altijd op de laaste moment een verhaal.
[Naam medeverdachte 4] Hebben we een keus?is inderdaad kut, en weer op et laatste moment.ik ga morgen weer met [bijnaam mv 9] praten dat hij haast maakt.
In de agendafunctie van de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] is voorts de volgende melding aangetroffen: [389]
Begintijd: 6-9-2013 08.00 uur (UTC+0)
Eindtijd: 6-9-2013 09.00 uur (UTC+0)
Onderwerp: vandaag baard of morgen
Hieruit leidt de rechtbank af dat ‘pet’of ‘streep’ dezelfde persoon, althans iemand met een soortgelijke functie, was als ‘baard’. Uit het proces-verbaal bevindingen identificatie baard als [Y.K.] blijkt dat de persoon die door [naam medeverdachte 3] als ‘Baard’ werd aangeduid [Y.K.] was. Dit volgt uit een koppeling van afspraken in de BlackBerry met ‘baard’ aan observaties en camerabeelden van die afspraken waarop [Y.K.] herkend is. [390]
In de BlackBerry van [naam medeverdachte 3] is ook een notitie aangetroffen met bedragen met daarachter een naam vermeld en een datum. Uit deze notitie blijkt dat hij deze ‘baard’ in de periode van 4-7 tot 7-9 in totaal 407.000 had betaald. De datum van betaling kwam overeen met de data van afspraken in de BlackBerry. Tevens werden enkele afspraken bevestigd middels opgevraagde camerabeelden en een observatie. [391]
BB lijstje met bedragen BB afspraken observatie of camerabeelden
100.000 baard 4-7 baard Breda 13.00 uur Observatie Princeville Breda
&
herkenning [K.]
90.000 baard 10-7
26.000 baard 30-7 baard Breda
39.000 baard 1-8 baard McDonalds Lokeren
9-8 (geen bedrag wel afspraak) baard metropolis
52.000 baard 15-8: (geen afspraak in BB) camerabeelden McDonalds:
te zien is
dat [naam medeverdachte 3] en [K.] elkaar ongeveer een half uur spreken
50.000 baard 30-8 ca, dy baard
40.000 baard 3-9: Mac baard beelden McDonalds en herkenning
In de BlackBerry van [naam verdachte] is de volgende email aan [Naam medeverdachte 4] aangetroffen van 17 september 2013: [392]
Mijn oude man aan de overkant komt misschien morgen naar nl om met ons allemaal koffie te gaan drinken. Laat je dan meteen weten, zo kan je ook [bijnaam mv 1] meenemen. Ik zorg dat [bijnaam mv 3] komt.
Diezelfde dag wordt er een ontmoeting geobserveerd tussen [naam medeverdachte 3] , [naam verdachte] en een man die gelijkenis vertoonde met [naam medeverdachte 10] in ‘t [N.] te Uden. [393]
Na deze ontmoeting vindt er een OVC gesprek plaats in de auto van [naam verdachte] tussen hem en [naam medeverdachte 10] . Hieruit leidt de rechtbank af dat [naam medeverdachte 10] de persoon was, die aanwezig was bij de ontmoeting met [naam medeverdachte 3] in ’t [N.] . Het gesprek gaat over [V] , [B. 3] en [M] . [394] Kennelijk heeft [naam medeverdachte 10] iets goed te maken, omdat er iets is mislukt dat in de miljoenen pesos loopt. Volgens [naam verdachte] zou [V] gezien hebben dat [naam medeverdachte 10] met zwakte tegen [B. 3] praatte en hem daarom niet serieus nemen. Kennelijk liet [naam verdachte] zich de schuld in de schoenen schuiven dat hij geld achtergehouden zou hebben. [naam medeverdachte 10] ontkent dat hij geld heeft achtergehouden: hij had alles aan [B. 3] gestuurd, maar ene [J.] zou de notities daarvan hebben weggegooid. Volgens [naam verdachte] is [V] in elk geval erg boos. Ook gaat het gesprek over de blikken waarvan afgesproken was dat die daar zouden blijven staan omdat het bedrijf al super heet was en het te veel geld was. Kennelijk wilde [B. 3] daar 30.000 voor in rekening brengen terwijl de kosten maar 13.000 waren. Voorts had [V] volgens [naam verdachte] aangegeven dat hij sowieso niet meer met dat oude bedrijf wilde werken, ook al zou de blik (lata) worden uitgehaald. Het risico was gewoon te groot omdat dat bedrijf al de aandacht op zich gevestigd had door de blikken zolang te laten staan. [naam medeverdachte 10] geeft aan dat hij hem dat ook gezegd heeft. [naam verdachte] vertelt verder dat hij daarom [bijnaam mv 3] gevraagd had voor een nieuw bedrijf om aan de slag te gaan omdat [V] hier klaar was, waarop [bijnaam mv 3] had gezegd dat hij er mee bezig was. Daar was [V] ook boos om, die vond dat geen antwoord. [naam medeverdachte 10] geeft aan dat hij hem al twee weken geleden verteld heeft dat hij dat bedrijf had. Daarna gaat het over de komst van [V] naar Nederland.
[naam medeverdachte 10] “Je kan hem [bijnaam mv 3] laten ontmoeten.”
[naam verdachte] “Natuurlijk wil ik hem [bijnaam mv 3] laten ontmoeten, maar ik wil dat [bijnaam mv 3] hem brengt bij die met het brilletje, toch? [bijnaam mv 3] zei: nee alleen ik, zodat we niet te veel mensen hebben. Maar ik wil dat [V] deze oudere mensen ziet.”
[naam medeverdachte 10] “Natuurlijk.”
[naam verdachte] “Dat ze op leeftijd zijn, begrijp je? Dat het formele mensen zijn en geen jonge gasten.”
(…)
[naam verdachte] “Ik wil dat [V] ziet dat we met mensen werken die niet met dat van hem gaan spelen.”
[naam medeverdachte 10] “Is [Bijnaam mv 4] hier?”
(…)
[naam verdachte] “Ik zei tegen [Bijnaam mv 4] dat [V] gaat komen, dat hij het tegen die met de [bijnaam mv 1] moeten zeggen en dat ze daar moeten zijn. Ik zorg er wel voor dat [bijnaam mv 3] komt.”
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] is een email-wisseling met [naam medeverdachte 1] van 21 september 2013 aangetroffen: [395]
[Naam medeverdachte 4] Sorry vriend,maar had een paar verjaardagen in dit weekend.wanneer ben je weer in nl? Grote baas van kleine is hier en wilde ons alle zien maandag. Ben je dan al terug?’
[naam medeverdachte 1] Nee nog net niet, kzie je dinsdag. [bijnaam mv 3] zal er zijn , hebben al wat teveel verlies en het zit tegen bij S. maar beter dit dan met pijn ondeweg. !!!!!!!!!! Wat thuis slaapt, slaapt zonder verlies.
In de BlackBerry van [naam verdachte] zijn email-wisselingen aangetroffen tussen hem en [naam medeverdachte 3] en [Naam medeverdachte 4] van 22 en 23 september 2013. [396] Het gaat over de afspraak met de [Bijnaam mv 2] ( [V] ). Uiteindelijk wordt afgesproken voor 24 september 2013 om 13.00 uur in het Victoria hotel Amsterdam. [naam verdachte] mailt [naam medeverdachte 3] dat hij moet zeggen dat die man van die 2 bakken spoorloos is, en niet dat die vast zit.
Uit de peilbakengegevens blijkt dat op 24 september 2013 zowel de Audi [kenteken 10] van [Naam medeverdachte 4] als de Opel Astra [kenteken 7] van [naam verdachte] in Amsterdam zijn geweest.
Op 25 september 2013 emailt [naam verdachte] aan [naam medeverdachte 3] en aan [Naam medeverdachte 4] dat de [Bijnaam mv 2] tevreden was met de afspraak en hij wacht op goed nieuws van de [bijnaam mv 3] in het weekend. [397]
In de BlackBerry van [Naam medeverdachte 4] is een email-wisseling aangetroffen tussen hem en [naam medeverdachte 3] , [naam medeverdachte 1] en [naam verdachte] van 29 en 30 september 2013. [398]
[Naam medeverdachte 4] - [naam medeverdachte 1] :
[Naam medeverdachte 4] ok vriend, dank je voor moeite.heb je [bijnaam mv 3] niet meer gesproken?zou toch vandaag praten met strepen.grtjs
[naam medeverdachte 1] Ja zou vandaag zijn heb ik al een bericht gestuurt maar krijg niks terug. Probeer je dan hem te vragen of hij iets al weet en laat me weten. Gr
[Naam medeverdachte 4] - [naam medeverdachte 3] :
[Naam medeverdachte 4] Dag vriend,hoe is het gesprek verlopen vandaag? Maak ons vrolijk. Gr
[naam medeverdachte 3] Hey man, we moeten nog wachten helaas. Ze geven nog geen groen
[naam medeverdachte 3] Dat is nou juist wat ze niet weten. Zie ze einde van de week weer vrijdag. Hopelijk dan beter,
[Naam medeverdachte 4] Ok vriend, ik hoor dan van je, grtjs
[Naam medeverdachte 4] - [naam verdachte] :
[Naam medeverdachte 4] Vriend, had [bijnaam mv 3] gisteren gevraagd hoe gesprek verlopen is, krijg net antwoord dat nog geen groen licht is, vrijdag spreekt ie hun weer.gr
[naam verdachte] Ok. Gr
Uit de gang van zaken vanaf ongeveer 17 mei 2013 concludeert de rechtbank dat de groepering weer doende was met het organiseren van een nieuw transport cocaïne vanuit de Dominicaanse Republiek. Dit transport zou een hoeveelheid van in elk geval 200 kg cocaïne bevatten (e-mailwisseling van [naam verdachte] met [L.G.] van 5 augustus 2013). [naam verdachte] en [naam medeverdachte 10] onderhielden de contacten met de leveranciers op de Dominicaanse Republiek (onder wie [V] , [B. 3] en [M] ) en organiseerden (al dan niet via hun contacten onder wie ‘ [R.P.] ’) voor de bestelling een passende deklading. Aan de Europese kant onderhield [naam medeverdachte 3] met name de contacten met een corrupte (douane) medewerker ( [P.] , streep, baard: [Y.K.] ). Uit de bewijsmiddelen volgt voorts dat [naam medeverdachte 1] en [Naam medeverdachte 4] dermate goed geïnformeerd werden over de stand van zaken, dat daaruit geconcludeerd kan worden dat zij bij dit voorgenomen transport betrokken waren.
Feit 7 (zaaksdossier 8 – 4.149 gram cocaïne)
Op 1 oktober 2013 is de politie in verband met een doorzoeking ter inbeslagneming binnengetreden in de woning aan de [adres 5] , 6541 XR Nijmegen. Deze woning werd onder meer bewoond door [naam verdachte] . [399]
Tijdens deze doorzoeking werd een plastic zak van het winkelbedrijf Aldi inbeslaggenomen. Hierin zaten vier pakketten. Bij MMC kleur-reactietesten, afgenomen door verbalisant [naam verbalisant] , bleek dat een monster, uit elk van onderstaande kavelnummers, positief reageerde op de aanwezigheid van cocaïne:
  • MW162102A, blok / pakket 1, totaal bruto 1.098 gram;
  • MW162102B, blok / pakket 2, totaal bruto 1.008 gram;
  • MW162102C, blok / pakket 3, totaal bruto 1.031 gram;
  • MW162102D, blok / pakket 4, totaal bruto 1.012 gram.
De boodschappentas, met daarin vier separaat verpakte pakketjes met verdovende middelen, werd op 8 oktober 2013 door verbalisant [naam verbalisant] verstrekt aan de Forensische Opsporing, waarna het dactyloscopisch onderzoek in diens bijzijn plaatsvond. Na het onderzoek werden de goederen geretourneerd aan verbalisant [naam verbalisant] . [401]
Uit onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut volgt, zakelijk weergegeven, dat de monsters met SIN-nummers AAFU4563NL, AAFU4564NL, AAFU4565NL en AAFU4566NL cocaïne bevatten. Cocaïne is vermeld op lijst I, behorende bij de Opiumwet. De aanvraag tot dit onderzoek is, blijkens de kop van de rapportage van het NFI, op 8 oktober 2013 gedaan door [naam verbalisant] in de zaak van de verdachte H.J. [naam verdachte] . [402]
De rechtbank stelt vast dat er zich geen afzonderlijke schriftelijke aanvraag tot onderzoek door het NFI in het procesdossier bevindt, zodat de directe koppeling tussen de onderzochte monsters, de daaraan toegekende SIN-nummers en de in de woning van [naam verdachte] aangetroffen goederen niet gemaakt kan worden. Deze koppeling kan echter wel voldoende in indirecte zin worden gelegd. Uit het procesdossier volgt niet dat er onder [naam verdachte] andere partij cocaïne is inbeslaggenomen. Nu verbalisant [naam verbalisant] de aangetroffen partij indicatief heeft onderzocht, deze op 8 oktober 2013 weer heeft ontvangen na forensisch onderzoek en vervolgens op 8 oktober 2013 de aanvraag tot onderzoek door het NFI heeft gedaan in de zaak van déze verdachte, is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan dan dat de door het NFI onderzochte monsters afkomstig zijn van de goederen die op 1 oktober 2013 in de woning van [naam verdachte] Sanchezzijn aangetroffen. Om deze reden is er naar het oordeel van de rechtbank voldoende wettig en overtuigend bewijs dat deze goederen een partij van in totaal 4.149 gram cocaïne betroffen.
[naam verdachte] heeft bij de politie voorts verklaard dat hij de drugs heeft opgehaald in Amsterdam en deze in een kast heeft verstopt in een boodschappentas van de Aldi. [naam verdachte] heeft verklaard dat hij wist dat er drugs in de tas zaten. Hij dacht dat het cocaïne of speed kon zijn. [naam verdachte] moest deze een week bij zich houden en daarna zou het bij hem worden opgehaald. [403]
Alles overwegende acht de rechtbank feit 7 wettig en overtuigend bewezen, in die zin dat [naam verdachte] op 1 oktober 2013 een hoeveelheid van in totaal 4.149 gram cocaïne aanwezig heeft gehad.
Uit het procesdossier volgt tenslotte onvoldoende wettig en overtuigend bewijs dat [naam verdachte] samen met een of meer anderen de cocaïne in zijn woning aanwezig heeft gehad. Niet is gebleken van wetenschap of beschikkingsmacht van een ander dan [naam verdachte] . Om deze reden zal de rechtbank [naam verdachte] vrijspreken van het bestanddeel ‘medeplegen’.
Conclusie rechtbank over rol verdachte bij voormelde transporten en binnen het criminele samenwerkingsverband
Uit de bewijsmiddelen blijkt dat de organisatie waaraan [naam verdachte] deelneemt, doende is met het -met wisselend succes- organiseren van de invoer van grote partijen cocaïne vanuit de Dominicaanse Republiek. [naam verdachte] heeft al dan niet samen met anderen een rol hij het organiseren van de bestelling van de dekladingen, het verstoppen van de cocaïne daarin, de betaling van de leverancier, dekladingen en/of gebruikte tussenpersonen, en het onderhouden van de contacten op de Dominicaanse Republiek met de leverancier van de cocaïne, ‘El [V] ’.
Voor de aanlevering van ‘katvanger’ bedrijven, bedrijven op wiens naam de dekladingen besteld kunnen worden, is hij afhankelijk van bedrijven die, al dan niet via tussenkomst van [Naam medeverdachte 4] , via [naam medeverdachte 3] en zijn Belgische contacten worden aangeleverd. Op zijn beurt dient [naam verdachte] er voor te zorgen, al dan niet via tussenkomst van andere verdachten (zoals [Naam medeverdachte 4] en [naam medeverdachte 2] op 16 mei 2012), dat de documenten benodigd voor het inklaren van de container vanuit de Dominicaanse Republiek weer bij de Belgische contacten van [naam medeverdachte 3] terechtkomen.
Uit de geïntercepteerde communicatie van 24 mei 2012 (de aankomst van de tweede container) blijkt dat [naam verdachte] op hete kolen zit omdat het inklaren en ophalen van die container (althans de daarin verstopte cocaïne) langer duurt dan verwacht en hij druk krijgt vanuit de Dominicaanse Republiek (‘de overkant’) die op hun geld (‘papieren’) zitten te wachten. Uit de afgeluisterde conversatie van [naam verdachte] op 30 januari 2013 volgt dat hij geld moet regelen voor een bestelling cocaïne. Ook op 4 maart 2013 zorgt [naam verdachte] er voor dat geld dat hij van [naam medeverdachte 3] krijgt naar [naam medeverdachte 10] op de Dominicaanse Republiek gaat, die dat kennelijk nodig heeft om de boel daar te regelen, waaronder de bestelling/betaling van een nieuwe deklading op 7 maart 2013.
Bij de perikelen rond de bestelling van de partij van 550 kilo refereert [naam verdachte] op 11 februari 2013 al naar ‘de oude man’ of ‘El [V] ’ die duidelijk aan de leverancierskant zit. Eind september 2013 organiseert [naam verdachte] een ontmoeting tussen ‘El [V] ’ en de ervaren mannen aan de Nederlandse kant [naam medeverdachte 3] en [Naam medeverdachte 4] . ( [naam medeverdachte 1] die ook in dit rijtje past, was wel uitgenodigd maar verhinderd.)
Daarnaast blijkt uit de bewijsmiddelen dat [naam verdachte] niet alleen een rol heeft bij de invoer van cocaïne maar, eenmaal in Nederland, ook in de handel daarin. De rechtbank verwijst hierbij naar de berichtenwisseling tussen hem en [naam medeverdachte 3] van 7 tot 10 juni 2012 die naar het oordeel van de rechtbank gaat over de handel in kilo’s cocaïne (afkeur van 3 Toyota’s en of het mannetje van [naam medeverdachte 3] als hij klaar is met zijn auto’s, kan helpen met die van [naam verdachte] ). Het in de woning van [naam verdachte] aantreffen van een groothandelshoeveelheid cocaïne van ongeveer 4 kilo (feit 7) is geheel in lijn hiermee.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat [naam verdachte]
2.
in de periode van 1 mei 2012 tot en met 30 juni 2012, in Europees Nederland en/of in België, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht een hoeveelheid van (minimaal) ongeveer 50 kilogram cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
in de periode van 1 november 2012 tot en met 14 april 2013, in Europees Nederland en/of in België en/of in de Dominicaanse Republiek, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door hem, verdachte en zijn, verdachtes, mededaders voorgenomen misdrijf om opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland te brengen een hoeveelheid van (ongeveer) 550 kilogram cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, met voornoemd oogmerk meermalen (telefonische)
contacten en/of ontmoetingen heeft gehad en/of besprekingen heeft gevoerd en/of afspraken heeft gemaakt met een of meer (mogelijke) leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of
tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van hand- en spandiensten en/of ander(en) met betrekking toe de hoeveelheid en/of levering en/of betaling en/of vervoer en/of
verpakking en/of opslag van voornoemde hoeveelheid cocaïne, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.
in de periode van 1 mei 2013 tot en met 1 oktober 2013, in Europees Nederland en/of in België en/of in de Dominicaanse Republiek, tezamen en in vereniging met anderen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van ongeveer (minimaal) 200 kg cocaïne, zijnde cocaïne een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen,
- zich en/of een ander of anderen gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft/hebben getracht te verschaffen
immers heeft hij, verdachte en/of zijn mededaders
- ( telefonische) contact(en) en/of (een) ontmoeting(en) gehad en/of (een) bespreking(en) gevoerd en/of (een) afspra(a)k(en) gemaakt met een of meer (mogelijke) leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van hand- en spandiensten en/of (een) ander(en) met betrekking tot de hoeveelheid en/of levering en/of verpakking en/of opslag en/of vervoer van (een) hoeveelhe(i)d(en) cocaïne en/of
-meermalen terzake contact gehad met J.G. [naam medeverdachte 10] en/of [naam medeverdachte 3] en/of [Naam medeverdachte 4] en/of een of meer tot nu toe onbekend gebleven personen;
-geëncrypte blackberry's voorhanden gehad;
5.
hij, verdachte, in de periode van 1 januari 2012 tot en met 1 oktober 2013, in Nederland en/of België en/of in de Dominicaanse Republiek heeft deelgenomen aan een criminele organisatie, te weten een samenwerkingsverband van een aantal natuurlijke personen, waartoe (onder andere) behoorden M.H. [naam medeverdachte 3] en/of R. [naam medeverdachte 2] en/of J. [naam medeverdachte 1] en/of J.M.M. [Naam medeverdachte 4] en J.G. [naam medeverdachte 10] en [naam medeverdachte 7] en een of meer tot nog toe onbekend gebleven perso(o)n(en), welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven, als bedoeld in artikel 10, derde, vierde en vijfde lid, en 10 a eerste lid van de Opiumwet, namelijk
-het meermalen opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland brengen en/of verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of aanwezig hebben van (een)
middel(en) als bedoeld op lijst I van de Opiumwet, (cocaïne) en/of
-het meermalen opzettelijk verrichten van voorbereidings- en/of of bevorderingshandelingen gericht op het verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van (telkens) cocaïne, een middel als bedoeld op lijst I van de Opiumwet;
7.
op 1 oktober 2013 in de gemeente Nijmegen opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 4.149 gram cocaïne, zijnde cocaïne een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. [naam verdachte] zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
Ten aanzien van feit 2 primair:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod
Ten aanzien van feit 3 primair:
medeplegen van poging tot van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod
Ten aanzien van feit 4 meer subsidiair:
medeplegen van het voorbereiden of bevorderen van een feit bedoeld in het vierde en/of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, door zich of een ander gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen
Ten aanzien van feit 5:
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, derde lid, vierde lid en vijfde lid, en 10a, eerste lid van de Opiumwet
Ten aanzien van feit 7:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

6.De strafbaarheid van de verdachte

[naam verdachte] is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

7.De redelijke termijn

7.1
Het standpunt van de officier van justitie
Het onderzoek Wolf Beretta betreft een zeer omvangrijk dossier, met vele verdachten en met als basis niet één, maar twee grote en langdurige opsporingsonderzoeken. Gelet op de grote samenhang en verwevenheid tussen de zaken, acht het Openbaar Ministerie het niet meer dan logisch dat allereerst werd gekozen voor het in elkaar schuiven van de onderzoeken Wolf en Beretta en vervolgens voor een gelijktijdige afdoening van de zaken van de verdachten. Daarnaast acht het Openbaar Ministerie van belang dat het een criminele organisatie betrof die niet alleen ‘functioneerde’ op het Europese continent, maar onder meer ook in het Caribisch gebied en Zuid-Amerika. Volgens het Openbaar Ministerie is dit een reden voor verlenging van de redelijke termijn. Voorts stelt het Openbaar Ministerie zich op het standpunt dat ook de vele onderzoekswensen van de verdediging in deze zaak een vertragende factor zijn geweest. Niet zozeer de hoeveelheid onderzoekswensen dient mee te wegen bij de beantwoording van de vraag of de redelijke termijn moet worden opgerekt, dit is immers inherent aan de omvang van de zaak, maar het feit dat die onderzoekswensen tevens betrekking hadden op nader onderzoek buiten de Europese Unie dient wel mee te wegen bij de oprekking van de termijn.
Het Openbaar Ministerie stelt zich dan ook op het standpunt dat sprake is van bijzondere omstandigheden, die een redelijke termijn van om en nabij de vier jaar rechtvaardigen. Dit betekent dat met het wijzen van vonnis op 29 maart 2018 deze termijn met enkele maanden wordt overschreden, maar het Openbaar Ministerie vindt niet dat die overschrijding tot strafreductie zou moeten leiden.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging stelt zich op het standpunt dat de redelijke termijn wel degelijk is geschonden: er is sprake van een termijn van ruim vier jaar. Zij benadrukt dat er van de zijde van de verdediging geen onderzoekswensen zijn ingediend die tot vertraging hebben geleid. Bovendien zijn er sinds de schorsing van de voorlopige hechtenis niet veel informatie en stukken toegevoegd aan het dossier. Er is derhalve sprake geweest van een [bijnaam mv 9] periode van inactiviteit en dat mag niet voor rekening van [naam verdachte] komen. Als er al een straf wordt opgelegd aan [naam verdachte] , dan moet deze overschrijding worden verdisconteerd in de strafmaat.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
Voor de beoordeling of er sprake is van een overschrijding van de redelijke termijn geldt als uitgangspunt dat een strafzaak in eerste aanleg dient te zijn afgerond met een vonnis binnen twee jaar vanaf het moment dat vanwege de Nederlandse staat jegens een verdachte een handeling is verricht waaraan deze redelijkerwijs de verwachting kan ontlenen dat tegen hem strafvervolging kan worden ingesteld. Deze termijn van twee jaar kan verlengd worden indien sprake is van bijzondere omstandigheden. Die bijzondere omstandigheden kunnen zien op de ingewikkeldheid en omvang van de zaak, de invloed van de verdachte(n) en/of de raadslieden op het procesverloop en de wijze waarop de zaak door de bevoegde autoriteiten is behandeld.
De rechtbank weegt als bijzondere omstandigheden die rechtvaardigen dat de redelijke termijn wordt opgerekt mee dat de zaak Wolf Beretta zeer omvangrijk is. Op verzoek van de verdediging van de verdachte en/of de medeverdachten zijn middels rechtshulpverzoeken getuigen gehoord in de Dominicaanse Republiek, Curaçao, België en Duitsland. Voor de afhandeling van deze rechtshulpverzoeken is men afhankelijk van de buitenlandse autoriteiten en daarmee gaat doorgaans veel tijd gemoeid.
Het Openbaar Ministerie stelt dat de overschrijding van de redelijke termijn in belangrijke mate te wijten is aan de inwilliging van de onderzoekswensen van de verdediging, hetgeen voor rekening en risico van de verdediging komt. In de optiek van de rechtbank heeft de verdediging geen onderzoekswensen opgevoerd die de voortgang onevenredig of onredelijk hebben vertraagd. De verdediging heeft het recht onderzoekswensen op te geven en bij de vaststelling van een algemene redelijke termijn van twee jaar, is dit in bepaalde mate ook verdisconteerd. De rechtbank volgt het Openbaar Ministerie dan ook niet in de stelling dat in dit geval de onderzoekswensen als bijzondere omstandigheid gelden die rechtvaardigen dat de redelijke termijn dusdanig wordt opgerekt dat er geen sprake meer zou zijn van een overschrijding.
De rechter-commissaris was eind 2016 nagenoeg gereed. Vanwege de vele verdachten, raadslieden en officieren van justitie die bij deze zaak betrokken waren heeft het plannen van de inhoudelijke behandeling van deze zaak de nodige voeten in de aarde gehad. Voor de behandeling waren vele zittingsdagen nodig. Het is niet gelukt om in 2017 data te vinden waarop alle betrokkenen beschikbaar waren. Om verder uitstel te voorkomen is daarom besloten de zaken deels vanaf medio november 2017 op zitting te behandelen en deels vanaf januari 2018.
Omdat de rechtbank van oordeel is dat deze gang van zaken -die het gevolg is van het onderdeel uitmaken van een grote zaak- niet volledig voor rekening en risico van de verdachten mag komen, houdt zij hier in het kader van de redelijke termijn in het voordeel van de verdachten rekening mee.
De rechtbank concludeert dat, onder de gegeven omstandigheden, een overschrijding van de redelijke termijn met 12 maanden gerechtvaardigd is.
[naam verdachte] is op 1 oktober 2013 aangehouden. Dat is het beginpunt van de redelijke termijn. Het eindvonnis is gewezen op 29 maart 2018. Het tijdsverloop tussen de aanvang van de redelijke termijn en de uitspraak bedraagt ongeveer 4 jaar en 6 maanden.
Alles afwegende brengt dat met zich mee dat er sprake is van een termijnoverschrijding voor de duur van 18 maanden. Als gevolg hiervan zal de rechtbank een strafkorting toepassen van 15%.

8.De straf en/of de maatregel

8.1
De vordering van de officier van justitie
Harddrugsgebruik levert grote gevaren op voor de gezondheid en gaat gepaard met allerlei soorten criminaliteit. Om aan geld voor drugs te komen, plegen gebruikers hinderlijke en soms ook ernstige strafbare feiten. Criminele organisaties die zich richten op de handel in verdovende middelen bevorderen deze criminaliteit. Hun enige doel is veel geld verdienen ten koste van de gezondheid van anderen en de samenleving in het algemeen. Dealende organisaties zouden niet bestaan zonder organisaties als die in het onderzoek Wolf Beretta: het begint met de import van harddrugs en pas daarna kan de handel ontstaan. Om de harddrugs veilig op het continent te krijgen, kocht de organisatie overheidspersoneel om. Dat is bij uitstek ondermijning van de rechtsstaat. De houding die de verdachten hebben ten aanzien van dit soort omkoping en de import van verdovende middelen is stuitend. Het Openbaar Ministerie zal tussen de leden van de criminele organisatie slechts een beperkt onderscheid in strafmaat maken. Aan de ene kant omdat ieder lid voor de organisatie van waarde was, aan de andere kant om te voorkomen dat de personen die zelf op de achtergrond bleven en de uitvoerende werkzaamheden inclusief bijbehorende risico’s overlieten aan anderen minder hard worden gestraft.
Met inachtneming van de bewezen verklaarde feiten, vordert het Openbaar Ministerie ten aanzien van [naam verdachte] een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaar, met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging benadrukt dat de strafeis disproportioneel is, te meer wanneer deze wordt vergeleken met de eisen tegen de andere verdachten. Mocht er al een straf worden opgelegd, dan acht de verdediging een straf gelijk aan de tijd die [naam verdachte] reeds in voorarrest heeft doorgebracht ruimschoots afdoende. [naam verdachte] is een first offender. Hij heeft de draad sinds zijn invrijheidstelling weer goed opgepakt en is vader geworden van een meisje dat op dit moment één jaar oud is. Hij woont met zijn vrouw en dochter in Spanje bij zijn schoonouders en werkt voor zijn schoonvader in de bouw. Het inkomen van [naam verdachte] is beperkt, maar voldoende om van rond te komen.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bewezen is verklaard het medeplegen van de invoer van 50 kilogram cocaïne, het medeplegen van de poging invoer van 550 kilo cocaïne, het medeplegen van voorbereidingshandelingen voor de invoer van 200 kilogram cocaïne, het opzettelijk aanwezig hebben van een hoeveelheid van ruim 4 kilogram cocaïne en de deelname aan een criminele organisatie gericht op de invoer van en handel in cocaïne.
[naam verdachte] onderhield in de Dominicaanse Republiek contacten met de leverancier en zette de vanuit Nederland aangegeven lijnen uit. Hij was mede verantwoordelijk voor de bestelling van de deklading en zorgde dat de gegevens van de katvanger bedrijven op de Dominicaanse Republiek beschikbaar waren. Samen met anderen regelde hij ook dat de cocaïne tussen de deklading werd verstopt en de containers op de boot werden geladen die aankwam in dat deel van de haven van Antwerpen dat binnen de invloedsfeer van de criminele organisatie viel. Daarna zorgde hij ervoor dat de organisatie de beschikking kreeg over de documenten die nodig waren voor het inklaren van de container in Antwerpen.
Het criminele samenwerkingsverband stelde alles in het werk om een geslaagd transport te realiseren en inbeslagneming van de cocaïne te voorkomen: de cocaïne werd verstopt tussen zogenaamde dekladingen en overheidspersoneel werd voor grof geld omgekocht. Daarnaast werd getracht om uit het zicht en uit de handen van politie en justitie te blijven door het gebruik van katvanger bedrijven, door zo min mogelijk over de telefoon te communiceren en vooral in persoon af te spreken, door versluierd en verhullend taalgebruik en door gebruik van geëncrypte Blackberries.
Van het omkopen van overheidspersoneel gaat een ondermijnend effect voor de samenleving uit. Bovendien is het gebruik van harddrugs zeer schadelijk voor de gezondheid. De gebruikers ervan plegen veelal delicten om hun verslaving te bekostigen. Het getuigt van een bedenkelijke mentaliteit om te menen dat je je niet aan de regels hoeft te houden die voor iedereen gelden. Binnen het strafrecht is voor dergelijke ontwrichtende criminaliteit een [bijnaam mv 9] gevangenisstraf de enige passende reactie om voor de verdachte zelf, zijn omgeving en de samenleving de norm nog eens duidelijk op scherp te stellen.
Daarnaast had [naam verdachte] in zijn eigen woning ruim 4 kilogram cocaïne aanwezig. Hoewel [naam verdachte] deel heeft uitgemaakt van een criminele organisatie waarvoor 4 kilogram cocaïne slechts een kleine hoeveelheid betreft, benadrukt de rechtbank dat ‘ het in huis hebben’ van een hoeveelheid van 4 kilogram cocaïne een zwaar misdrijf betreft, waar reeds op zichzelf een behoorlijke gevangenisstraf tegenover kan staan.
De rechtbank constateert dat niet gebleken is dat [naam verdachte] sinds de schorsing van de voorlopige hechtenis de schorsingsvoorwaarden heeft overtreden. Hij is niet eerder voor Opiumwetdelicten in aanraking gekomen met de politie en stelt dat hij sinds zijn invrijheidstelling zijn leven goed op de rit heeft: hij heeft een vrouw en een jong kind, en hij heeft werk. Deze omstandigheden wegen in positieve zin mee voor [naam verdachte] , maar zijn op zichzelf onvoldoende om af te zien van een gevangenisstraf van langere duur. Daarvoor zijn de door [naam verdachte] gepleegde feiten te ernstig.
Slotsom: de straf
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank aan [naam verdachte] in beginsel een gevangenisstraf van 10 jaar opleggen. Vanwege de in rechtsoverweging 3.2 geconstateerde schending van de goede procesorde zal de rechtbank op deze 10 jaar een strafkorting van 30%, zijnde 3 jaar, toepassen. Voorts zal de rechtbank op deze 10 jaar, gelet op de schending van de redelijke termijn, een strafkorting van 15% toepassen, zijnde 18 maanden. Dit betekent dat een totale strafkorting van 4 jaar en 6 maanden zal worden toegepast op de 10 jaar gevangenisstraf die aan [naam verdachte] worden opgelegd. Dit betekent dat een
gevangenisstraf van 5 jaar en 6 maandenresteert en derhalve zal worden opgelegd, met aftrek van het voorarrest.
De straf van 10 jaar is conform de door het Openbaar Ministerie geëiste straf. Omdat de rechtbank van oordeel is dat er een schending van de goede procesorde heeft plaatsgevonden waarbij een strafkorting geboden is én bovendien de redelijke termijn is overschreden, valt de uiteindelijke straf significant lager uit dan de door het Openbaar Ministerie gevorderde straf.

9.De voorlopige hechtenis

De voorlopige hechtenis van [naam verdachte] is aanvankelijk geschorst met ingang van 4 juli 2014 tot aan de dag van de inhoudelijke behandeling. De onderliggende overwegingen hiertoe waren dat [naam verdachte] destijds inmiddels geruime tijd (9 maanden) in voorlopige hechtenis verbleef, het definitieve eindproces-verbaal en een definitieve tenlastelegging nog niet beschikbaar waren, de regiezitting voorzien was voor oktober 2014 en te verwachten was dat de inhoudelijke behandeling pas eind 2015 aan de orde zou zijn.
Bij de aanvang van de inhoudelijke behandeling op 13 november 2017 is de schorsing verlengd tot aan de einduitspraak op 29 maart 2018. De verdediging heeft verzocht de voorlopige hechtenis bij einduitspraak op te heffen.
Uit de bewezenverklaring en de veroordeling tot een gevangenisstraf van 5 jaar en 6 maanden volgt dat de rechtbank nog immer ernstige bezwaren en gronden aanwezig acht voor de in het vonnis van heden bewezenverklaarde feiten. Daarnaast is de rechtbank -anders dan de verdediging- van oordeel dat ook de recidivegrond nog steeds aanwezig is. Door de verdediging is aangevoerd dat er geen recidivegevaar meer is nu [naam verdachte] al jarenlang geschorst is en gedurende de schorsing geen strafbare feiten heeft gepleegd. Nu [naam verdachte] in Spanje woont, zegt het feit dat de Nederlandse politie en justitie niets bekend is over eventuele nieuwe verdenkingen tegen [naam verdachte] hierover echter niets. Gezien de diepgaande betrokkenheid en buitenlandse contacten van [naam verdachte] op het gebied van de internationale drugshandel, die blijken uit dit vonnis, bestaat het recidivegevaar naar het oordeel van de rechtbank nog onverkort. Opheffing van de voorlopige hechtenis is dan ook niet aan de orde.
Ambtshalve zal de rechtbank zich beraden over het al dan niet voortduren van de schorsing van de voorlopige hechtenis.
In juli 2014 leidde een afweging van de belangen van de maatschappij tegenover die van [naam verdachte] er toe dat de voorlopige hechtenis moest worden geschorst, omdat er nog geen datum bekend was waarop de inhoudelijke behandeling van de zaak zou plaatsvinden. Die situatie is nu niet langer aan de orde. De inhoudelijke behandeling heeft plaatsgevonden en [naam verdachte] is bij vonnis van heden schuldig bevonden aan ernstige strafbare feiten. Een hernieuwde afweging van de belangen van de maatschappij en [naam verdachte] leidt tot de conclusie dat de belangen van de maatschappij bij de detentie van [naam verdachte] nu zwaarder moeten wegen dan de belangen van [naam verdachte] en dat aan de schorsing van de voorlopige hechtenis daarom een einde moet komen.

10.Het beslag

10.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft de verbeurdverklaring van de volgende inbeslaggenomen goederen gevorderd:
1st. weegschaal
1st. papier, reçu
1st. kentekenbewijs [kenteken 11]
1 bankpas Western Union
1 bankpas
2st. papier Vodafone, 2 kaartjes uit computerkast
1st. papier
1st. document, aankoopbewijs
1st. papier Money transfer
1st. papier Western Union
1st. papier Western Union
1st. papier
1st. papier Money transfer
De officier van justitie heeft onttrekking aan het verkeer gevorderd van de volgende inbeslaggenomen goederen:
5 GSM Samsung
3 GSM Blackberry
4 SIM kaarten
10.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bij pleidooi geen standpunt ingenomen ter zake van de inbeslaggenomen goederen.
10.3
Het oordeel van de rechtbank
Met betrekking tot de volgende goederen is op basis van het dossier niet vast te stellen of er een grond tot verbeurdverklaring is. Deze dienen te worden teruggegeven aan de beslagene:
2254215 1st. papier, reçu
2254256 kentekenbewijs, [kenteken 11]
2254144 bankpas Western Union
2254204 bankpas
2254045 2st. papier Vodafone, 2 kaartjes uit computerkast
2254049 1st. papier
2254235 1st. document, aankoopbewijs
2254022 1st. papier Money transfer
2254023 1st. papier Western Union
2254025 1st. papier Western Union
2254030 1st. papier
2254034 1st. papier Money transfer
De rechtbank oordeelt dat de navolgende voorwerpen verbeurd moeten worden verklaard:
2254133 1 st. weegschaal
2253601 Samsung GSM
2253614 Samsung GSM
2253617 Samsung GSM
2253618 Samsung GTE1150 GSM
2253621 Samsung GSM
Tot slot is de rechtbank van oordeel dat de volgende op de beslaglijst genoemde voorwerpen onttrokken moeten worden aan het verkeer:
2253605 Blackberry GSM
2253611 Blackberry GSM
2253630 Blackberry 8520 GSM
2253678 Simkaart
2253684 Simkaart
2253982 Simkaart Orange
2253985 Simkaart

11.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c, 36d, 45, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2, 10, 10a, 11 en 11a (oud) van de Opiumwet, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

12.De beslissing

De rechtbank:
Nietig
- verklaart de dagvaarding ten aanzien van feit 6 nietig;

Vrijspraak

- spreekt [naam verdachte] vrij van de tenlastegelegde feiten 1, 4 primair, 4 subsidiair;
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 4.4 is omschreven;
  • spreekt [naam verdachte] vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 5 is omschreven;
  • verklaart [naam verdachte] strafbaar;
Straf
  • veroordeelt [naam verdachte] voor de feiten 2 primair, 3 primair, 4 meer subsidiair, 5 en 7 tot een
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Voorlopige hechtenis
  • wijst af het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis;
  • verstaat dat de schorsing van de voorlopige hechtenis is opgeheven;
Beslag
- verklaart verbeurd het volgende in beslag genomen voorwerp:
-weegschaal (2254133)
- Samsung GSM (2253601)
- Samsung GSM (2253614)
- Samsung GSM (2253617)
- Samsung GTE1150 GSM (2253618)
- Samsung GSM (2253621)
- onttrekt aan het verkeer de volgende in beslag genomen voorwerpen:
- Blackberry GSM (2253605)
- Blackberry GSM (2253611)
- Blackberry 8520 GSM (2253630)
- Simkaart (2253678)
- Simkaart (2253684)
- Simkaart Orange (2253982)
- Simkaart (2253985)
- gelast de teruggave van de volgende in beslag genomen voorwerpen aan de beslagene:
- 1st. papier, reçu (2254215)
- kentekenbewijs, [kenteken 11] (2254256)
- bankpas Western Union (2254144)
- bankpas (2254204)
- 2st. papier Vodafone, 2 kaartjes uit computerkast (2254045)
- 1st. papier (2254049)
- 1st. document, aankoopbewijs (2254235)
- 1st. papier Money transfer (2254022)
- 1st. papier Western Union (2254023)
- 1st. papier Western Union (2254025)
- 1st. papier (2254030)
- 1st. papier Money transfer (2254034)
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.A.G. van Baal, voorzitter, mr. A.M. Koster-van der Linden en mr. L. Feuth, rechters, in tegenwoordigheid van mr. I.K. Bakker en
mr. Y.L.J. Damoiseaux, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 29 maart 2018.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
1.
(zaakdossier 5)
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 maart 2013 tot en met 30
april 2013, in elk geval in het jaar 2013, in de gemeente Landgraaf en/of
Urmond en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire, in elk geval in
(Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in
België en/of in Equador, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen,
ter uitvoering van het door hem, verdachte en/of zijn, verdachtes,
mededader(s) voorgenomen misdrijf om opzettelijk binnen het grondgebied van
Nederland te brengen een hoeveelheid van (ongeveer) 1.059 kilogram, in elk
geval van (een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaine, zijnde
cocaine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan
wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet, met
voornoemd oogmerk (meermalen) (telefonisch(e)) contact(en) en/of (een)
ontmoeting(en) heeft gehad en/of (een) bespreking(en) heeft gevoerd en/of
(een) afspra(a)k(en) heeft gemaakt met een of meer (mogelijke) producent(en)
en/of leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of financier(s) en/of afnemer(s)
en/of tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van hand- en spandiensten en/of
ander(en) met betrekking toe de hoeveelheid en/of prijs en/of kwaliteit en/of
levering en/of betaling en/of vervoer en/of verpakking en/of opslag van
voornoemde hoeveelhe(i)d cocaine, in elk geval van (een) hoeveelhe(i)d(n)
cocaine,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 maart 2013 tot en met 30
april 2013, in elk geval in het jaar 2013, in de gemeente Landgraaf en/of
Urmond en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire, in elk geval in
(Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in
België en/of in Equador, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen,
meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk heeft bewerkt en/of verwerkt
en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of verkocht, in elk geval
(telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van (ongeveer)
1.059 kilogram cocaine, in elk geval (een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal
bevattende cocaine, zijnde cocaine een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van
artikel 3a van die wet;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 maart 2013 tot en met 30
april 2013, in elk geval in het jaar 2013, in de gemeente Landgraaf en/of
Urmond en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire, in elk geval in
(Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in
België en/of in Equador, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, meermalen, althans eenmaal (telkens) om een feit, bedoeld in
het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het
opzettelijk bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of verkopen en/of
afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of binnen het grondgebied van
Nederland brengen van ongeveer 1.059 kilogram cocaine, in elk geval (een)
hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaine, zijnde cocaine een
middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of
te bevorderen,
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen
en/of te doen plegen en/of mede te plegen en/of uit te lokken en/of om daarbij
behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen
te verschaffen
en/of
- zich en/of een ander of anderen gelegenheid en/of middelen en/of
inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft/hebben getracht te
verschaffen
en/of
-voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere
betaalmiddelen voorhanden heeft/hebben gehad, waarvan hij, verdachte, wist of
ernstige reden had om te vermoeden dat dat/die bestemd was/waren tot het
plegen van dat/die feit(en),
immers heeft hij, verdachte en/of zijn, verdachtes mededader(s)
-meermalen, althans eenmaal (telkens) (telefonische) contact(en) en/of (een)
ontmoeting(en) gehad en/of (een) bespreking(en) gevoerd en/of (een)
afspra(a)k(en) gemaakt met een of meer (mogelijke) producent(en) en/of
leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of financier(s) en/of afnemer(s) en/of
tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van hand- en spandiensten en/of (een)
ander(en) met betrekking tot de hoeveelheid en/of prijs en/of kwaliteit en/of
levering en/of betaling en/of verpakking en/of opslag en/of vervoer van (een)
hoeveelhe(i)d(en) cocaine en/of
-meermalen, althans eenmaal (telkens) terzake telefonisch en/of via Skype
en/of persoonlijk contact gehad met J. [naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 3] en/of E.
[naam medeverdachte 8] en/of J. [Naam medeverdachte 4] en/of R. [naam medeverdachte 2] en/of J.G. [naam medeverdachte 10] en/of
een of meer tot nog toe onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
-geëncrypte blackberry's en/of (een) [B. 2] (s) of lading en/of (een)
contain(er) voor het transport van voornoemde cocaine en/of een of meer
deklading(en) voor voornoemde cocaine en/of (een aanzienlijke hoeveelheid)
geld, bestemd voor het verwerven/aankopen/vervoer/transport van voornoemde
cocaine, voorhanden gehad;
2.
(zaakdossier 2)
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van de 1 mei 2012 tot en met 30
juni 2012, in elk geval in het jaar 2012 in de gemeente Landgraaf en/of
Nijmegen en/of [L. 1] en/of Eindhoven en/of Rotterdam en/of te Bonaire, in elk
geval in (Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval
in Belgie, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht een
hoeveelheid van (minimaal) ongeveer 50 kilogram cocaine, in elk geval (een)
hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaine, zijnde cocaine een
middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen
krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 mei 2012 tot en met 30 juni
2012, in elk geval in het jaar 2012 in de gemeente Landgraaf en/of Nijmegen
en/of [L. 1] en/of Eindhoven en/of Rotterdam en/of te Bonaire, in elk geval in
(Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in
Belgie, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk heeft bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of
verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een
hoeveelheid van (minimaal) ongeveer 50 kilogram cocaine, in elk geval (een)
hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaine, zijnde cocaine een
middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen
krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
3.
(zaakdossier 2)
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 november 2012 tot en met 14
april 2013, in elk geval in het jaar 2012 en/of in het jaar 2013, in de
gemeente Landgraaf en/of Urmond en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire,
in elk geval in (Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in
elk geval in België en/of in de Dominicaanse Republiek, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door hem, verdachte en/of zijn, verdachtes,
mededader(s) voorgenomen misdrijf om opzettelijk binnen het grondgebied van
Nederland te brengen een hoeveelheid van (ongeveer) 550 kilogram, althans
(ongeveer) 366 kilogram cocaine, in elk geval van (een) hoeveelhe(i)d(en) van
een materiaal bevattende cocaine, zijnde cocaine een middel als bedoeld in de
bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid
van artikel 3a van die wet, met voornoemd oogmerk (meermalen) (telefonisch(e))
contact(en) en/of (een) ontmoeting(en) heeft gehad en/of (een) bespreking(en)
heeft gevoerd en/of (een) afspra(a)k(en) heeft gemaakt met een of meer
(mogelijke) producent(en) en/of leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of
financier(s) en/of afnemer(s) en/of tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van
hand- en spandiensten en/of ander(en) met betrekking toe de hoeveelheid en/of
prijs en/of kwaliteit en/of levering en/of betaling en/of vervoer en/of
verpakking en/of opslag van voornoemde hoeveelhe(i)d cocaine, in elk geval van
(een) hoeveelhe(i)d(n) cocaine,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 november 2012 tot en met 14
april 2013, in elk geval in het jaar 2012 en/of in het jaar 2013, in de
gemeente Landgraaf en/of Urmond en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire,
in elk geval in (Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in
elk geval in België en/of in de Dominicaanse Republiek, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk heeft bewerkt en/of verwerkt
en/of vervoerd en/of verstrekt en/of afgeleverd en/of verkocht, in elk geval
(telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van (ongeveer) 550
kilogram, althans (ongeveer) 366 kilogram cocaine, in elk geval (een)
hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaine, zijnde cocaine een
middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen
krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 november 2012 tot en met 14
april 2013, in elk geval in het jaar 2012 en/of in het jaar 2013, in de
gemeente Landgraaf en/of Urmond en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire,
in elk geval in (Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in
elk geval in België en/of in de Dominicaanse Republiek, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans
eenmaal (telkens) om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel
10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden en/of bewerken en/of
verwerken en/of verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren
en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van ongeveer 550 kilogram
cocaine, althans van 366 kilogram cocaine, in elk geval (een)
hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaine, zijnde cocaine een
middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of
te bevorderen,
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen
en/of te doen plegen en/of mede te plegen en/of uit te lokken en/of om daarbij
behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen
te verschaffen
en/of
- zich en/of een ander of anderen gelegenheid en/of middelen en/of
inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft/hebben getracht te
verschaffen
en/of
-voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere
betaalmiddelen voorhanden heeft/hebben gehad, waarvan hij, verdachte, wist of
ernstige reden had om te vermoeden dat dat/die bestemd was/waren tot het
plegen van dat/die feit(en),
immers heeft hij, verdachte en/of zijn, verdachtes mededader(s)
-meermalen, althans eenmaal (telkens) (telefonische) contact(en) en/of (een)
ontmoeting(en) gehad en/of (een) bespreking(en) gevoerd en/of (een)
afspra(a)k(en) gemaakt met een of meer (mogelijke) producent(en) en/of
leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of financier(s) en/of afnemer(s) en/of
tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van hand- en spandiensten en/of (een)
ander(en) met betrekking tot de hoeveelheid en/of prijs en/of kwaliteit en/of
levering en/of betaling en/of verpakking en/of opslag en/of vervoer van (een)
hoeveelhe(i)d(en) cocaine en/of
-meermalen, althans eenmaal (telkens) terzake telefonisch en/of via Skype
en/of persoonlijk contact gehad met J. [naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 3] en/of E.
[naam medeverdachte 8] en/of J. [Naam medeverdachte 4] en/of R. [naam medeverdachte 2] en/of J.G. [naam medeverdachte 10] en/of
een of meer tot nog toe onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
-geëncrypte blackberry's en/of (een) [B. 2] (s) of lading en/of (een)
contain(er) voor het transport van voornoemde cocaine en/of een of meer
deklading(en) voor voornoemde cocaine en/of (een aanzienlijke hoeveelheid)
geld, bestemd voor het verwerven/aankopen/vervoer/transport van voornoemde
cocaine, voorhanden gehad;
4.
(zaakdossier 2)
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot en met 1 oktober
2013, in elk geval in het jaar 2013, in de gemeente Landgraaf en/of Urmond
en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Nijmegen en/of te Bonaire, in elk geval
in (Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in
België en/of in de Dominicaanse Republiek, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door hem, verdachte en/of zijn, verdachtes,
mededader(s) voorgenomen misdrijf om opzettelijk binnen het grondgebied van
Nederland te brengen een hoeveelheid van ongeveer (minimaal) 200 kilogram
cocaine, in elk geval van een hoeveelheid van een materiaal bevattende
cocaine, zijnde cocaine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende
lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die
wet, met voornoemd oogmerk (meermalen) (telefonische) contact(en) en/of (een)
ontmoeting(en) heeft gehad en/of (een) bespreking(en) heeft gevoerd en/of
(een) afspra(a)k(en) heeft gemaakt met een of meer (mogelijke) producent(en)
en/of leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of financier(s) en/of afnemer(s)
en/of tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van hand- en spandiensten en/of
ander(en) met betrekking tot de hoeveelheid en/of prijs en/of kwaliteit en/of
levering en/of betaling en/of vervoer en/of verpakking en/of opslag van
voornoemde hoeveelheid cocaine, in elk geval van een hoeveelheid cocaine,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot en met 1 oktober
2013, in elk geval in het jaar 2013, in de gemeente Landgraaf en/of Urmond
en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire, in elk geval in (Europees en/of
Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in België en/of in de
Dominicaanse Republiek, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen,
meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk heeft bewerkt en/of verwerkt
en/of vervoerd en/of afgeleverd en/of verkocht, in elk geval (telkens)
opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van (ongeveer) (minimaal)
200 kilogram cocaine, in elk geval (een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal
bevattende cocaine, zijnde cocaine een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van
artikel 3a van die wet;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot en met 1 oktober
2013, in elk geval in het jaar 2013, in de gemeente Landgraaf en/of Urmond
en/of Eindhoven en/of [L. 1] en/of te Bonaire, in elk geval in (Europees en/of
Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in België en/of in de
Dominicaanse Republiek, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, meermalen, althans eenmaal (telkens) om een feit, bedoeld in
het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het
opzettelijk bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of verkopen en/of
afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of binnen het grondgebied van
Nederland brengen van ongeveer (minimaal) 200 kg cocaine, in elk geval (een)
hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaine, zijnde cocaine een
middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of
te bevorderen,
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen
en/of te doen plegen en/of mede te plegen en/of uit te lokken en/of om daarbij
behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen
te verschaffen
en/of
- zich en/of een ander of anderen gelegenheid en/of middelen en/of
inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft/hebben getracht te
verschaffen
en/of
-voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere
betaalmiddelen voorhanden heeft/hebben gehad, waarvan hij, verdachte, wist of
ernstige reden had om te vermoeden dat dat/die bestemd was/waren tot het
plegen van dat/die feit(en),
immers heeft hij, verdachte en/of zijn, verdachtes mededader(s)
-meermalen, althans eenmaal (telkens) (telefonische) contact(en) en/of (een)
ontmoeting(en) gehad en/of (een) bespreking(en) gevoerd en/of (een)
afspra(a)k(en) gemaakt met een of meer (mogelijke) producent(en) en/of
leverancier(s) en/of transporteur(s) en/of financier(s) en/of afnemer(s) en/of
tussenperso(o)n(en) en/of verlener(s) van hand- en spandiensten en/of (een)
ander(en) met betrekking tot de hoeveelheid en/of prijs en/of kwaliteit en/of
levering en/of betaling en/of verpakking en/of opslag en/of vervoer van (een)
hoeveelhe(i)d(en) cocaine en/of
-meermalen, althans eenmaal (telkens) terzake telefonisch en/of via Skype
en/of persoonlijk contact gehad met J. [naam medeverdachte 1] en/of [naam medeverdachte 3] en/of E.
[naam medeverdachte 8] en/of J. [Naam medeverdachte 4] en/of R. [naam medeverdachte 2] en/of J.G. [naam medeverdachte 10] en/of
een of meer tot nog toe onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
-geëncrypte blackberry's en/of (een) [B. 2] (s) of lading en/of (een)
contain(er) voor het transport van voornoemde cocaine en/of een of meer
deklading(en) voor voornoemde cocaine en/of een of meer [B. 2] (s) of lading
en/of (een aanzienlijke hoeveelheid) geld, bestemd voor het
verwerven/aankopen/vervoer/transport van voornoemde cocaine, voorhanden gehad;
5.
(zaakdossier 7)
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 1
oktober 2013, in elk geval in het jaar 2012 en/of in het jaar 2013 in de
gemeente Landgraaf en/of Eindhoven en/of Valkenswaard en/of [L. 1] en/of Heeze
en/of Veldhoven en/of Uden en/of Son en/of Urmond en/of Nijmegen en/of
Amsterdam en/of Hoofddorp en/of Breda en/of te Bonaire, in elk geval in
(Europees en/of Caribisch) Nederland en/of te Antwerpen, in elk geval in
België en/of in de Dominicaanse Republiek en/of in Equador heeft deelgenomen
aan een criminele organisatie, te weten een samenwerkingsverband van een
aantal natuurlijke personen, waartoe (onder andere) behoorden M.H. [naam medeverdachte 3]
en/of R. [naam medeverdachte 2] en/of J. [naam medeverdachte 1] en/of E. [naam medeverdachte 8] en/of J. [naam medeverdachte 19]
en/of T. [naam medeverdachte 6] en/of A. [naam medeverdachte 5] en/of E. [naam medeverdachte 17] en/of M.T. [naam medeverdachte 18]
en/of J.M.M. [Naam medeverdachte 4] en/of M.J.M. [naam medeverdachte 9] en/of J.G. [naam medeverdachte 10] en/of
[naam medeverdachte 7] en/of een of meer tot nog toe onbekend gebleven perso(o)n(en), welke
organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven, als bedoeld
in artikel 10, derde, vierde en vijfde lid, 10 a eerste lid van de Opiumwet,
namelijk
-het meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk binnen het grondgebied
van Nederland brengen en/of het verwerken en/of bewerken en/of verkopen en/of
afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of aanwezig hebben van (een)
middel(en) als bedoeld op lijst I van de Opiumwet, danwel aangewezen krachtens
artikel 3a, vijfde lid van de Opiumwet en/of
-het meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk verrichten van
voorbereidings- en/of of bevorderingshandelingen gericht op het bereiden en/of
bewerken en/of verwerken en/of verkopen en/of afleveren en/of verstrekken
en/of vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van
(telkens) cocaine, in elk geval (telkens) van (een) middel(en) als bedoeld op
lijst I van de Opiumwet, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid
van de Opiumwet;
6.
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 1
oktober 2013, in elk geval in het jaar 2012 en/in het jaar 2013, in de
gemeente Nijmegen, in elk geval in Nederland, (van) een voorwerp, te weten
geld (in totaal) ongeveer 41.500,- Euro en/of (in totaal) ongeveer 45.000,-
Dollar,
a. a) de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de
vervreemding en/of de verplaatsing verborgen en/of verhuld, althans heeft hij,
verdachte, verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op voornoemd(e)
voorwerp(en) was/waren of wie voornoemd(e) voorwerp(en), voorhanden had
en/of
b) verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of omgezet en/of
daarvan gebruik gemaakt, althans van een voorwerp, te weten geld, gebruik
heeft gemaakt, terwijl hij, verdachte, wist dat bovenomschreven voorwerp -
onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 1
oktober 2013, in elk geval in het jaar 2012 en/in het jaar 2013, in de
gemeente Nijmegen, althans in Nederland, (van) een voorwerp, te weten geld (in
totaal) ongeveer 41.500,- Euro en/of (in totaal) ongeveer 45.000,- Dollar,
a. a) de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de
vervreemding en/of de verplaatsing verborgen en/of verhuld, althans heeft hij,
verdachte, verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op voornoemd(e)
voorwerp(en) was/waren of wie voornoemd(e) voorwerp(en), voorhanden had
en/of
b) verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of omgezet en/of
daarvan gebruik gemaakt, terwijl hij, verdachte, redelijkerwijs moest
vermoeden dat bovenomschreven geld - onmiddellijk of middellijk - afkomstig
was uit enig misdrijf;
7.
(zaakdossier 8)
hij, verdachte, op of omstreeks 1 oktober 2013 in de gemeente Nijmegen, in elk
geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 4.149 gram cocaine, in elk
geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een
middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
RECHTBANK LIMBURG
Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer: 03/703232-12
Proces-verbaal van de openbare zitting van 29 maart 2018 in de zaak tegen:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens verdachte] ,
wonende te 6541 XR Nijmegen, [adres 5] .
Raadsman is mr. B. Welvaart, advocaat, kantoorhoudende te Maastricht.
Tegenwoordig:
mr. M.J.A.G. van Baal , voorzitter,
mr. A.M. Koster-van der Linden , rechter,
mr. L. Feuth , rechter,
mr. , officier van justitie,
mr. I.K. Bakker , griffier,
mr. Y.L.J. Damoiseaux , griffier.
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is in de zittingzaal aanwezig.
De voorzitter spreekt het vonnis uit en geeft de verdachte kennis dat hij daartegen binnen veertien dagen hoger beroep kan instellen.
Dit proces-verbaal is vastgesteld en ondertekend door de voorzitter en de griffiers.

Voetnoten

1.Zie hieronder de noot bij de naam van de verdachte.
2.Proces-verbaal van bevindingen PGP telefoons, zaaksdossier 2, bijlage 220, pagina 2330.
3.Proces-verbaal van stemherkenning Marcel [naam medeverdachte 3] , zaaksdossier 2, bijlage 11, pagina 74.
4.Beslagdossier Beretta, Bijlage 96, pagina 1760 tot en met 2488.
5.Proces-verbaal van bevindingen m.b.t. bijnaam van M.H. [naam medeverdachte 3] , persoonsdossier [naam medeverdachte 3] , bijlage 5, pagina 78.
6.Proces-verbaal van stemherkenning Arthur [naam medeverdachte 5] , personsdossier [naam medeverdachte 5] , pagina 5.
7.Proces-verbaal van bevindingen stemherkenning J.J.M. [Naam medeverdachte 4] , zaaksdossier 2, bijlage 8, pagina 65.
8.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek ‘veilige BlackBerry’ [Naam medeverdachte 4] , zaaksdossier 2, bijlage 174, pagina 1178.
9.Proces-verbaal van bevindingen PGP telefoons, zaaksdossier 2, bijlage 220, pagina 2327.
10.Proces-verbaal van bevindingen bijnamen [Naam medeverdachte 4] , persoonsdossier J. [Naam medeverdachte 4] , bijlage 5, pagina 28.
11.Proces-verbaal van bevindingen bijnamen [Naam medeverdachte 4] , persoonsdossier J. [Naam medeverdachte 4] , bijlage 5, pagina 27.
12.Proces-verbaal van bevindingen bijnamen [Naam medeverdachte 4] , persoonsdossier J. [Naam medeverdachte 4] , bijlage 5, pagina 27.
13.Proces-verbaal van bevindingen bijnamen [Naam medeverdachte 4] , persoonsdossier J. [Naam medeverdachte 4] , bijlage 5, pagina 27.
14.Proces-verbaal van bevindingen stemherkenning R. [naam medeverdachte 2] , zaaksdossier 2, bijlage 9, pagina 68.
15.Proces-verbaal van bevindingen aanvulling bijnamen R. [naam medeverdachte 2] ‘ [Bijnaam mv 2] ’, persoonsdossier [naam medeverdachte 2] , bijlage 3, pagina 8.
16.Proces-verbaal van bevindingen bijnamen R. [naam medeverdachte 2] ‘ [Bijnaam mv 2] / [Bijnaam mv 2] ’, persoonsdossier [naam medeverdachte 2] , bijlage 4, pagina 14.
17.Proces-verbaal van identificatie Antonius Henricus [naam medeverdachte 6] , persoonsdossier [naam medeverdachte 6] , bijlage 3, pagina 8.
18.Beslagdossier Beretta, pagina 3139 en 3240.
19.Proces-verbaal van bevindingen, vaststelling identiteit [bijnaam mv 6] , persoonsdossier [naam medeverdachte 6] , bijlage 4, pagina 17.
20.Proces-verbaal van bevindingen, vaststelling identiteit [bijnaam mv 6] , persoonsdossier [naam medeverdachte 6] , bijlage 4, pagina 17.
21.Proces-verbaal stemherkenning [naam medeverdachte 7] , persoonsdossier [naam medeverdachte 7] , bijlage 2, pagina 5.
22.Proces-verbaal stemherkenning J.G. [naam medeverdachte 10] , persoonsdossier [naam medeverdachte 10] , pagina 4.
23.Proces-verbaal van stemherkenning [naam medeverdachte 8] , persoonsdossier [naam medeverdachte 8] , bijlage 2, pagina 5.
24.Beslagdossier Beretta, bijlage 164, pagina 2865 en 3017.
25.Proces-verbaal pv identificatie bijnaam ‘ [bijnaam mv 8] ’, persoonsdossier [naam medeverdachte 8] , bijlage 3, pagina 8.
26.Proces-verbaal van bevindingen identificatie van [bijnaam mv 8] zijnde [naam medeverdachte 8] , persoonsdossier [naam medeverdachte 8] , pagina 14.
27.Proces-verbaal van bevindingen stemherkenning M. [naam medeverdachte 9] , persoonsdossier [naam medeverdachte 9] , pagina 5.
28.Proces-verbaal van bevindingen m.b.t. bijnaam van M. [naam medeverdachte 9] , persoonsdossier [naam medeverdachte 9] , pagina 8.
29.Proces-verbaal van bevindingen stemherkenning H.J. [naam verdachte] , zaaksdossier 2, bijlage 10, pagina 71.
30.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek ‘veilige BlackBerry’ telefoon [naam verdachte] , zaaksdossier 2, bijlage 175, pagina 1357 tot en met 1488.
31.Proces-verbaal van bevindingen m.b.t. bijnaam H.J. [naam verdachte] , persoonsdossier [naam verdachte] , bijlage 3, pagina 9.
32.Proces-verbaal van bevindingen PGP telefoons, zaaksdossier 2, bijlage 220, pagina 2330.
33.Proces-verbaal van stemherkenning [naam medeverdachte 1] , persoonsdossier [naam medeverdachte 1] , bijlage 2, pagina 5.
34.Proces-verbaal van bevindingen ‘ [bijnaam mv 1] ’, 1 augustus 2013, bzaaksdossier 2, bijlage 6, pagina 47.
35.Proces-verbaal van bevindingen ‘ [bijnaam mv 1] ’, persoonsdossier [naam medeverdachte 1] , bijlage 5, pagina 20.
36.Proces-verbaal van observatie, nr. 2011.050-20-01-2012-300 d.d. 24 januari 2012, zaaksdossier 2, bijlage 18, pagina 97.
37.Proces-verbaal van bekijken videobeelden, nr. 30-468933 d.d. 7 november 2013, zaaksdossier 2, bijlage 19, pagina 104.
38.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 21.
39.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 21.
40.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 20 tot en met 24.
41.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 24.
42.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 25.
43.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 25.
44.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, telefoontap, pagina 26.
45.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 27.
46.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 27.
47.Proces verbaal van bevindingen identificatie gebruiker 31-6-16032268 [naam medeverdachte 7] , zaaksdossier 2, bijlage 26, pagina 237 tot en met 240.
48.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 27 en 28.
49.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 28.
50.Proces-verbaal van bevindingen skypenaam en skypecontacten van [naam verdachte] , zaaksdossier 2, bijlage 27, pagina 242 tot en met 244.
51.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 29 en 30
52.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 29.
53.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 30.
54.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 31.
55.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 31.
56.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 32.
57.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 32.
58.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 32.
59.Proces-verbaal van observatie 5 april 2012, zaaksdossier 2, bijlage 28, p. 245 tot en met 248.
60.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, sms-verkeer, pagina 34
61.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 35.
62.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 35.
63.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 36.
64.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 37.
65.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 37.
66.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 38.
67.Proces-verbaal van bevindingen inzake documentenonderzoek RHV d.d. 19 juni 2014, zaaksdossier 2, bijlage 195, pagina 1883 tot en met 2032.
68.Documenten [naam bedrijf 3] , zaaksdossier 2, bijlage 30, pagina 252 en 253.
69.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 71 en 129.
70.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 39.
71.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 39.
72.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 40.
73.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 41.
74.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 41.
75.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 42.
76.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 43.
77.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 43.
78.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 44.
79.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 44.
80.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 45.
81.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 46.
82.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 47.
83.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 47 en 48.
84.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 48.
85.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 48.
86.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 49.
87.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 50.
88.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 50.
89.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 50.
90.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 50.
91.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 50 en 51.
92.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 50 tot en met 65.
93.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 51.
94.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 51 en 52.
95.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 51 en 52.
96.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 52.
97.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 52 en 53.
98.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 52.
99.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 53.
100.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 54.
101.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 54.
102.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 54.
103.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 54 en 55.
104.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 54.
105.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 55.
106.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 55.
107.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 55.
108.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 56.
109.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 56.
110.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 56.
111.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 57.
112.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 57.
113.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 57.
114.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 57.
115.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 58.
116.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 58.
117.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 59.
118.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 59 tot en met 63.
119.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 63.
120.E-mailbericht d.d. 2 mei 2012, zaaksdossier 2, bijlage 74, pagina 442.
121.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 64.
122.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 64 en 66.
123.Document [naam bedrijf 3] BVBA, zaaksdossier 2, bijlage 35, pagina 275.
124.E-mailbericht d.d. 3 mei 2012, zaaksdossier 2, bijlage 42, pagina 333.
125.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 66
126.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 70.
127.Proces verbaal beluisteren OVC gesprek 20 februari 2013, zaaksdossier 2, bijlage 3, pagina 284 tot en met 316.
128.Proces verbaal van bevindingen identificatie NN- [P.] als Antwerpse douanemedewerker, zaaksdossier 2, bijlage 40, pagina 318 tot en met 325.
129.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 71 en 103.
130.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 72.
131.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 72.
132.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 73.
133.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 73.
134.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 73 en 74.
135.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 74.
136.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 75.
137.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 76.
138.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 76.
139.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 76 en 77.
140.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 77.
141.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 77.
142.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 78 en 79.
143.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 78;
144.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 79.
145.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 79 en 80.
146.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 80.
147.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 80.
148.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 80 en 81.
149.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 81.
150.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 81.
151.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 82.
152.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 83
153.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 83 en 84.
154.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 83.
155.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 84.
156.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 84 en 85.
157.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 85.
158.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 85.
159.Proces-verbaal van bevindingen, pv nummer 30-522415, persoonsdossier [naam medeverdachte 11] , bijlage 2, pagina 4.
160.Beluisteren open OVC-gesprek d.d. 28 febrauri 2013, zaaksdossier 2, bijlage 39, pagina 284 tot en met 316.
161.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 85.
162.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 86.
163.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 86.
164.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 87.
165.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 88.
166.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 87.
167.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 88.
168.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 89.
169.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 88.
170.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 88.
171.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 89 en 90.
172.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 91.
173.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 90.
174.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 90.
175.Proces-verbaal van stemherkenning [naam medeverdachte 7] , geboren te Villamar (Italië), persoonsdossier 12,
176.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 91.
177.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 92.
178.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 93.
179.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 94.
180.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 94.
181.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 95.
182.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 95.
183.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 95.
184.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 95.
185.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 97.
186.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 96.
187.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 97 en 98.
188.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 98.
189.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 99.
190.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 19.
191.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 99.
192.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 100 en 101.
193.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 101.
194.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 101 en 102.
195.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 101 en 102.
196.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 102.
197.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 102.
198.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 103.
199.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 104.
200.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 104.
201.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 104.
202.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 105.
203.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 105.
204.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 105.
205.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 105.
206.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 105 en 106.
207.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 106 en 107.
208.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 107.
209.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 107.
210.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 108.
211.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 108 en 109.
212.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 109 en 110.
213.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 110.
214.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 111.
215.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 115.
216.Proces-verbaal 4e verhoor verdachte L.H.M. [naam medeverdachte 15] d.d. 14 oktober 2013, zaaksdossier 2, bijlage 97, pagina 543.
217.Beluisteren OVC-gesprek d.d. 6 augustus 2013, zaaksdossier 2, bijlage 96, pagina 534 tot en met 538.
218.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 111.
219.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 112.
220.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 116.
221.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 117.
222.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 118.
223.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 117.
224.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 121 tot en met 123.
225.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 118.
226.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 119.
227.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 120.
228.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 120 en 121.
229.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 253.
230.Relaas proces-verbaal zaaksdossier 2, pv-nummer 2012001505, pagina 121.
231.Beluisteren OVC gesprek, pv nr. 60-348195 d.d. 28 januari 2013, zaaksdossier 2, bijlage 124, pagina 680 tot en met 689.
232.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 123.
233.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 124.
234.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 124.
235.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 125.
236.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 125.
237.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 124 en 125.
238.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 125 en 126.
239.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 127.
240.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 133.
241.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 134.
242.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 134.
243.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 135.
244.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 135.
245.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 135.
246.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 137.
247.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 137.
248.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 137.
249.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 138.
250.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 139.
251.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 139.
252.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 140.
253.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 141.
254.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 145.
255.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 145.
256.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 145.
257.Beluisteren OVC gesprek, pv nummer 60-419363, d.d. 30 januari 2013, zaaksdossier 2, bijlage 126, pagina 699 en 700.
258.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 146.
259.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 147 en 148.
260.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 148.
261.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 149.
262.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 149 tot en met 151.
263.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 151.
264.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 151.
265.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 151.
266.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 152.
267.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 152.
268.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 153.
269.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 153.
270.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 155.
271.Overzichtsproces-verbaal, nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 157.
272.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 159.
273.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 159 tot en met 162.
274.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 162.
275.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 163.
276.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, p. 158.
277.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 164.
278.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 173.
279.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 164.
280.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 165.
281.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 165 tot en met 167.
282.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 167.
283.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 167.
284.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 167 tot en met 171.
285.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 172.
286.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 174.
287.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 174.
288.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 175.
289.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 175.
290.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 175.
291.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 176.
292.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 177.
293.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 177.
294.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 177.
295.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 178 en 179.
296.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 180.
297.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 180 tot en met 182.
298.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 182.
299.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 183
300.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 183.
301.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 184.
302.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 185.
303.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 185 en 186.
304.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 186.
305.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 187.
306.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 187.
307.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 188.
308.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 188 en 189.
309.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 189.
310.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 189.
311.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 191.
312.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 200.
313.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 201.
314.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 200.
315.Document Formulering tenlastelegging en verzoek tot opening van de rechtszaak, zaaksdossier 2, pagina 1943.
316.Onderzoekscertificaat Forensische Chemie d.d. 15 april 2013, zaaksdossier 2, pagina 1941.
317.Verzoek om kopie van de Verklaring van INACIF d.d. 4 oktober 2013, zaaksdossier 2, pagina 1940.
318.Onderzoekscertificaat Forensische Chemie d.d. 15 april 2013, zaaksdossier 2, pagina 1941.
319.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 192.
320.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 192 en 193.
321.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 194.
322.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 194.
323.Beluisteren OVC gesprek, pv nummer 30-399178, d.d. 29 mei 2013, zaaksdossier 2, pagina 987 tot en met 1039.
324.Proces-verbaal beluisteren OVC-gesprek, pv nummer 60-346041, d.d. 3 juni 2013, zaaksdossier 2, bijlage 158, pagina 1041 tot en met 1047.
325.Beluisteren OVC gesprek, pv-nummer 60-400730, d.d. 2 juli 2013, zaaksdossier 2, bijlage 186, pagina 1831 tot en met 1834.
326.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 193.
327.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 204 tot en met 206.
328.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 206 en 207.
329.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 207.
330.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 208.
331.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 208.
332.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 208.
333.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 209.
334.Beluisteren OVC-gesprek d.d. 14 maart 2013, zaaksdossier 2, bijlage 117, pagina 639 tot en met 642.
335.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 210.
336.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 211.
337.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 211.
338.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 2014 en 2015.
339.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 211 en 212.
340.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 215 en 216.
341.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 2013.
342.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 214.
343.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 214.
344.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 217.
345.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 217.
346.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 217.
347.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 217.
348.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 218.
349.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 219.
350.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 219.
351.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 220.
352.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 219.
353.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 200 en 201.
354.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 220.
355.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 221.
356.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 222.
357.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 223.
358.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 223.
359.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 224.
360.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 224.
361.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 225.
362.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 228.
363.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 229.
364.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 229.
365.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 230.
366.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 230 tot en met 233.
367.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 234.
368.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 234.
369.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 234.
370.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 235 en 236.
371.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 235.
372.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 235.
373.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 236.
374.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 237.
375.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 238.
376.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 239.
377.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 240.
378.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 240.
379.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 238.
380.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 241.
381.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 241.
382.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 241.
383.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 242.
384.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 242.
385.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaakdossier 2, pagina 242.
386.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 242.
387.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 243.
388.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 243.
389.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 244.
390.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 244.
391.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 244.
392.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 245.
393.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 245.
394.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 245.
395.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 247.
396.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 247 tot en met 249.
397.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 250.
398.Overzichtsproces-verbaal, pv-nummer 2012001505, zaaksdossier 2, pagina 250.
399.Proces-verbaal van doorzoeking d.d. 8 oktober 2013, zaaksdossier 8, bijlage 1, pagina 2 tot en met 5.
400.Proces-verbaal van m.b.t. MMC testen onderzoek 2451112001 d.d. 8 oktober 2013, zaaksdossier 8, bijlage 3, pagina 13 en 14.
401.Proces-verbaal sporenonderzoek d.d. 8 oktober 2013, zaaksdossier 8, bijlage 4, pagina 16.
402.Rapport identificatie van drugs en precursoren van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 23 oktober 2013, zaaksdossier 8, bijlage 5, pagina 18 en 19.
403.Proces-verbaal van verhoor d.d. 2 oktober 2013 van verdachte [naam verdachte] , zaaksdossier 8, bijlage 10, pagina 53 tot en met 57.