ECLI:NL:RBLIM:2018:176

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
10 januari 2018
Publicatiedatum
9 januari 2018
Zaaknummer
6302329 CV EXPL 17-7239
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst wegens huurachterstand en ontruiming

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 10 januari 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Maaskant Wonen en een huurder. De eisende partij, Maaskant Wonen, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vanwege een aanzienlijke huurachterstand. De huurder had door financiële problemen, waaronder het verlies van een baan, niet aan zijn betalingsverplichtingen voldaan. Ondanks het feit dat de huurder per 1 september 2017 weer een nieuwe baan had, was de huurachterstand op dat moment opgelopen tot € 3.726,65, wat meer dan 6,5 maanden huur vertegenwoordigde. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand ernstig genoeg was om de ontbinding van de huurovereenkomst te rechtvaardigen. De vordering van Maaskant Wonen werd toegewezen, met een redelijke ontruimingstermijn van twee weken. Daarnaast werd de huurder veroordeeld tot betaling van de achterstallige huur en buitengerechtelijke incassokosten, evenals de proceskosten. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Maaskant Wonen direct kon overgaan tot ontruiming indien nodig.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG
Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 6302329 \ CV EXPL 17-7239
Vonnis van de kantonrechter van 10 januari 2018
in de zaak van:
de stichting WONINGSTICHTING MAASKANT WONEN,
gevestigd te Stein,
eisende partij,
gemachtigde Agin Otten Gerechtsdeurwaarders,
tegen:
[gedaagde partij],
wonend [adres gedaagde partij] ,
[woonplaats gedaagde partij] ,
gedaagde partij,
gemachtigde mr. A.M.B.J. Derks-Höppener.
Partijen worden hierna Maaskant Wonen en [gedaagde partij] genoemd.
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord
  • de beslissing waarbij een comparitie van partijen is bepaald
  • het op 6 december 2017 zijdens Maaskant Wonen ingediende actuele huuroverzicht
  • de op 11 december 2017 gehouden comparitie van partijen, waarbij namens Maaskant Wonen zijn verschenen [A] en [B] , bijgestaan door de gemachtigde. Van de zijde van [gedaagde partij] is alleen de gemachtigde verschenen.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde partij] huurt van Maaskant Wonen de woning gelegen aan de [adres gedaagde partij] te [woonplaats gedaagde partij] .
2.2.
De huurprijs bedraagt € 564,06 per maand, uiterlijk te voldoen op de eerste werkdag van de maand.
2.3.
In de betaling van de huur is achterstand ontstaan.
2.4.
Bij brieven van 3 april 2017, 5 juli 2017 en van 1 augustus 2017 heeft Maaskant Wonen [gedaagde partij] aangemaand de op dat moment bestaande huurachterstand van respectievelijk
€ 1.690,41, € 2.034,47 en € 2.034,47 te betalen binnen 14 dagen na ontvangst van die brief. Ook zijn daarin telkens de buitengerechtelijke incassokosten aangezegd.
2.5.
Op 31 augustus 2017 is de onderhavige dagvaarding uitgebracht.

3.Het geschil

3.1.
Maaskant Wonen vordert – samengevat – ontbinding van de huurovereenkomst, ontruiming van het gehuurde binnen 3 dagen na betekening van het vonnis alsmede betaling van het aan huur tot en met augustus 2017 openstaande bedrag van € 2.598,53 en € 465,67 aan buitengerechtelijke incassokosten, alsmede € 564,06 per maand als huur c.q. gebruiksvergoeding voor iedere maand die vanaf 1 september 2017 tot het tijdstip van ontruiming mocht verstrijken of zijn ingegaan, vermeerderd met rente en proceskosten.
3.2.
[gedaagde partij] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Maaskant Wonen vordert ontbinding van de huurovereenkomst vanwege huurachterstand. Ter comparitie van partijen is vastgesteld dat huurachterstand op dat moment € 3.726,65 bedraagt, ruim 6,5 maanden huur.
Zijdens [gedaagde partij] is aangevoerd dat [gedaagde partij] in financiële moeilijkheden is gekomen, mede door het verlies van haar baan en problemen met haar uitkering. Per 1 september 2017 heeft zij echter weer een nieuwe dienstbetrekking en zou zij de huurbetalingen hervatten.
De kantonrechter constateert echter dat na het uitbrengen van de dagvaarding (voor een huurachterstand van € 2.598,53) de huurachterstand nog verder is toegenomen doordat lopende termijnen niet zijn betaald. Niet gebleken is dat [gedaagde partij] contact heeft gezocht met Maaskant Wonen om afspraken te maken over het inlopen van de achterstand.
Gelet op de hoogte van de huurachterstand acht de kantonrechter deze dermate ernstig dat ontbinding van de huurovereenkomst geïndiceerd is. De vordering zal dan ook worden toegewezen, waarbij een redelijke ontruimingstermijn van twee weken gehanteerd zal moeten worden.
4.2.
Maaskant Wonen maakt aanspraak op de vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing is. De kantonrechter stelt verder vast dat Maaskant Wonen voldoende heeft gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. Nu het terzake gevorderde bedrag van € 465,67 voldoet aan het in het Besluit bepaalde, is dit bedrag eveneens toewijsbaar.
De gevorderde wettelijker rente is ook toewijsbaar.
4.3.
De kantonrechter acht geen termen aanwezig [gedaagde partij] toe te laten tot nadere bewijslevering.
4.4.
[gedaagde partij] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van Maaskant Wonen worden begroot op:
  • dagvaarding € 99,21
  • griffierecht 470,00
  • salaris gemachtigde
totaal € 919,21
4.5.
De kantonrechter zal dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
ontbindt de bestaande huurovereenkomst met betrekking tot het gehuurde, staande en gelegen te [woonplaats gedaagde partij] aan de [adres gedaagde partij] ,
5.2.
veroordeelt [gedaagde partij] , om binnen twee weken na betekening van dit vonnis het gehuurde met personen en zaken te ontruimen en met afgifte van de sleutels ter vrije beschikking van Maaskant Wonen te stellen,
5.3.
veroordeelt [gedaagde partij] voorts om aan Maaskant Wonen tegen behoorlijk bewijs van kwijting te voldoen de somma van € 3.726,65 te vermeerderen met de wettelijke rente over € 3.064,20 vanaf 31 augustus 2017 tot de dag der algehele voldoening, alsmede zoveel maal de somma van € 564,06 per maand als er vanaf 1 december 2017 tot aan de dag der ontruiming telkens een nieuwe maand zal zijn ingegaan,
5.4.
veroordeelt gedaagde partij voorts in de kosten van de procedure aan de zijde van eisende partij gevallen en aan die zijde tot op heden begroot op een bedrag van € 919,21,
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Schreurs-van de Langemheen en in het openbaar uitgesproken.
type: mjp
coll: