In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 3 januari 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [X] HOLDING B.V. en [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie]. De eiser, [X] HOLDING B.V., vorderde de aanvangshuurprijs van een woning vast te stellen op € 695,00 per maand, terwijl de gedaagde partij, die de woning huurt, de Huurcommissie had verzocht de aanvangshuurprijs te toetsen. De Huurcommissie had op 28 maart 2017 de huurprijs vastgesteld op € 511,19. De gedaagde partij vorderde in reconventie terugbetaling van het teveel betaalde bedrag van € 1.286,67, vermeerderd met rente.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de dagvaarding tijdig was uitgebracht en dat de eiser ontvankelijk was in zijn vordering. De rechter oordeelde dat de Huurcommissie de aanvangshuur had vastgesteld zonder rekening te houden met een energielabel, dat pas later was afgegeven. De kantonrechter volgde de uitspraak van de Huurcommissie en wees de vordering van de eiser af. In reconventie werd de vordering van de gedaagde partij toegewezen, waarbij de eiser werd veroordeeld tot betaling van het teveel betaalde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten werden aan de zijde van de gedaagde partij begroot op nihil. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.