Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding in vrijwaring
- de conclusie van antwoord in vrijwaring
- de conclusie van repliek in vrijwaring
- de conclusie van dupliek in vrijwaring.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 21 februari 2018 uitspraak gedaan in een vrijwaringsprocedure. De eisende partij, vertegenwoordigd door mr. G.G.J. Geerlings, vorderde veroordeling van de gedaagde partij tot betaling van schadevergoeding die voortvloeide uit een aanrijding op 23 augustus 2015. De aanrijding vond plaats op de [straat] in [plaats], waar de gedaagde partij, die onder invloed van alcohol verkeerde, rechtsaf sloeg naar een parkeerplaats. De eisende partij botste tegen de achterzijde van de auto van de gedaagde partij. De politie constateerde dat de gedaagde partij teveel had gedronken, maar de kantonrechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor een onrechtmatige daad van de gedaagde partij. De kantonrechter concludeerde dat de eisende partij zelf schuld had aan de aanrijding, omdat zij niet tijdig kon remmen. De vordering van de eisende partij werd afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde partij, die op nihil werden begroot.