ECLI:NL:RBLIM:2018:12490
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wraking na einduitspraak in bestuursrechtelijke procedure
Op 5 juli 2018 heeft verzoeker een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. N.J.J. Derks-Voncken, rechter in de rechtbank Limburg. Dit verzoek volgde op een uitspraak die de rechter op 7 juni 2018 had gedaan in een bestuursrechtelijke procedure, waarbij de uitspraak zonder zitting was gedaan op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De wrakingskamer van de rechtbank Limburg heeft vastgesteld dat het verzoek tot wraking is ingediend na de einduitspraak in de hoofdzaak. Volgens het wrakingsprotocol van de rechtbank Limburg kan een verzoek tot wraking wegens kennelijke niet-ontvankelijkheid zonder behandeling ter zitting worden afgewezen als het verzoek is ingediend na de einduitspraak. De wrakingskamer heeft geconcludeerd dat verzoeker geen wrakingsverzoek kan indienen tegen de rechter die de einduitspraak heeft gedaan, omdat deze rechter niet meer betrokken is bij de procedure na de uitspraak. Het verzoek tot wraking van mr. Derks-Voncken is daarom afgewezen wegens kennelijke niet-ontvankelijkheid. De beslissing is openbaar uitgesproken op 17 juli 2018 door de wrakingskamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en in aanwezigheid van de griffier. Tegen deze beslissing staat geen gewoon rechtsmiddel open.