ECLI:NL:RBLIM:2018:12437
Rechtbank Limburg
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Betekening van echtscheidingsverzoek aan man in Marokko met weigering van ontvangst
In deze zaak betreft het de betekening van een echtscheidingsverzoek aan de man, die in Marokko woont. De vrouw, die de Nederlandse nationaliteit heeft, heeft op 9 februari 2018 een verzoekschrift ingediend voor echtscheiding. De man heeft geweigerd de aangetekende stukken in ontvangst te nemen, wat heeft geleid tot een langdurige procedure. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betekening correct is geschied volgens het Haags Betekeningsverdrag, aangezien Marokko zich niet verzet tegen rechtstreekse toezending van gerechtelijke stukken. De rechtbank oordeelt dat het de verantwoordelijkheid van de man is om zijn post in ontvangst te nemen. De vrouw heeft herhaaldelijk geprobeerd om de man te bereiken, maar zonder succes. De rechtbank heeft geoordeeld dat de echtscheiding kan worden uitgesproken, omdat het huwelijk duurzaam is ontwricht en de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft. De beschikking is gegeven op 21 december 2018 door rechter P.H.J. Frénay en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier H.J.V.A.M. Haremaker-Savelberg.