Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Verder verloop van de procedure
- de brief, met bijlagen, van de vrouw van 3 oktober 2018;
- de brief, met bijlagen, van de man van 4 oktober 2018;
- de behandeling ter zitting op 16 oktober 2018, waarbij zijn verschenen: partijen met hun advocaten.
2.Verdere beoordeling
- het onverdeelde aandeel van de man in de eigendom van de registergoederen: woonhuizen aan de [adres 1] te [woonplaats] ;
- het volledige aan de vrouw in eigendom toebehorende registergoed: woonhuis aan [adres 2] te [woonplaats] ( [gemeente] );
- het aandeel van de vrouw in de maatschap [X 1] ;
- goederen op de staat van aanbrengsten;
- rechten en verplichtingen die verband houden met een levensverzekering als bedoeld in artikel 4 van de voorwaarden.
- [bankrekening 3] (ASN): is opgeheven per 21 januari 2015;
- [bankrekening 4] (SNS): saldo € 639,18 op 31 december 2016;
- [bankrekening 5] (SNS): saldo € 4.000 op 31 december 2016;
- [bankrekening 6] (ING): nihil op 21 december 2016 (volgens de man en volgens de vrouw opgeheven in 2015).
- [bankrekening 7] (ING): de man stelt dat er circa € 500,00 op deze rekening stond maar heeft geen bankafschriften overgelegd waaruit (niet een circa maar) het exacte bedrag kan worden afgeleid. De man dient die afschriften over te leggen die nodig zijn om te kunnen bepalen welk saldo op 21 december 2016 op deze rekening stond;
- [bankrekening 8] (ABN): de vrouw heeft niet betwist dat op deze rekening € 1,00 stond;
- [bankrekening 2] (ABN) en [bankrekening 9] (ABN): op deze rekeningen stond op de peildatum respectievelijk € 132,06 en € 5.785,00, nu de man deze bedragen onbetwist heeft gesteld. Hiervoor is bij het oordeel over de lidmaatschapsrechten reeds geoordeeld dat de op 1 maart 2014 staande saldi op beide rekeningen in de gemeenschap zijn gevallen en dat daarmee bij de afwikkeling van de lidmaatschapsrechten rekening dient te worden gehouden;
- [bankrekening 10] (SNS): op deze rekening stond op 1 januari 2016 een saldo van 0 maar niet duidelijk is welk saldo op 21 december 2016 op deze rekening stond. De man dient bankafschriften over te leggen waaruit dat saldo kan worden afgeleid;
- [bankrekekening] (Triodos): de vrouw stelt dat deze rekening eind 2016 is opgeheven en daaruit leidt zij af dat er op de peildatum geen saldo meer op stond. De man heeft dat niet betwist, zodat de rechtbank de vrouw zal volgen.
3.Beslissing
[e-mailadres]en per telefoon op [telefoonnummer] ) ter beantwoording van de volgende vragen:
- welke marktwaarde of onderhandse vrije verkoopwaarde hebben de panden gelegen aan de [adres 1] te [woonplaats] zowel afzonderlijk als indien zij als één geheel worden beschouwd op de dag van de taxatie?
- welke onderhandse verkoopwaarde in verhuurde staat heeft het pand [adres 1] te Maastricht op de dag van de taxatie?
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek kennis dient te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op
- de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot dient aan te vangen,
om uiterlijk 3 maanden na bericht van de griffier dat partijen voornoemd voorschot hebben betaaldeen schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie;
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
- de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen twee weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop dient te vermelden;