9.De beslissing
- spreekt de verdachte vrij van het tenlastegelegde onder feit 2 primair en subsidiair;
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte voor feit 1 tot een gevangenisstraf van één maand, waarvan één maand voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren;
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd:
- zich heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit of
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de Identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of
- geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- stelt voorts de volgende bijzondere voorwaarden, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt en moet zich houden aan de aanwijzingen die de reclassering hem geeft;
de veroordeelde zal zich onder ambulante behandeling stellen, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij de veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven, zolang de reclassering in overleg met de instelling/behandelaar verantwoord vindt;
- geeft de reclassering opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
- veroordeelt de verdachte voor feit 1 tot een taakstraf voor de duur van 180 uren;
- beveelt dat indien de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast van 90 dagen;
Benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , wonende te Posterholt, ten aanzien van feit 1 toe;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] geheel toe en veroordeelt de verdachte, tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van € 1.237,00 te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van 31 augustus 2016 tot aan de dag van de volledige voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer, [slachtoffer 1] , van € 1.237,00 bij niet betaling en verhaal te vervangen door 22 dagen hechtenis, met dien verstande dat de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van 31 augustus 2016 tot aan de dag van de volledige voldoening;
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat daarmee de verplichting aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat in zoverre komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.B.J. Driessen, voorzitter, mr. W.A.M. de Loo en
mr. R.A.M.M. Gijselaers, rechters, in tegenwoordigheid van M.S.E.M. Oude Hengel, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 11 december 2018.
Buiten staat:
M.S.E.M. Oude Hengel is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
hij in of omstreeks de periode van 31 augustus 2016 tot en met 7 september
2016 in de gemeente Voerendaal en/of in de gemeente Kerkrade, in elk geval in
het arrondissement Limburg,
door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een
andere feitelijkheid,
[slachtoffer 1] heeft gedwongen tot het dulden van een of meer ontuchtige
handelingen, te weten
- het vastpakken van en/of betasten van en/of voelen aan de borst(en) van die
- het knijpen in en/of betasten van de bil(len) van die [slachtoffer 1] en/of
- het naar beneden trekken van, althans trekken aan, de broek van die [slachtoffer 1]
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkheden en/of die bedreiging met
geweld of die andere feitelijkheden hierin dat hij, verdachte,
- het voertuig waarin hij en voornoemde [slachtoffer 1] zaten op zodanige wijze
heeft geparkeerd dat die [slachtoffer 1] niet (aan de bijrijderszijde) kon uitstappen
en/of
- ( vervolgens) onverhoeds met zijn hand onder haar kleding is gegaan en/of
haar borst(en) heeft vastgepakt en/of betast en/of aan haar borst(en) heeft
gevoeld en/of
- toen die [slachtoffer 1] weer moest instappen via de bestuurderszijde van het
voertuig, onverhoeds aan haar broek heeft getrokken en/of
- ( meermalen) onverhoeds haar bil(len) heeft betast en/of in haar bil(len)
- als teamleider van die [slachtoffer 1] misbruik heeft gemaakt van het uit feitelijke
verhoudingen voortvloeiende overwicht en/of
- misbruik heeft gemaakt van het leeftijdsverschil en/of het psychische en/of
emotionele overwicht en aldus een bedreigende situatie heeft doen ontstaan
voor die [slachtoffer 1] ;
hij in of omstreeks de periode van 1 december 2014 tot en met 1 februari 2016
in de gemeente Brunssum, in elk geval in het arrondissement Limburg,
door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een
andere feitelijkheid,
[slachtoffer 2] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer
handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2] ,
door een of meer vinger(s) in de vagina van die [slachtoffer 2] te duwen en/of te
brengen
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkheden en/of die bedreiging met
geweld of die andere feitelijkheden hierin dat hij, verdachte,
- terwijl hij samen met die [slachtoffer 2] in een voertuig zat, onverhoeds met zijn
hand in haar broek en/of onderbroek is gegaan en/of haar vagina heeft betast
en/of vastgegrepen en/of een of meer vinger(s) in haar vagina heeft geduwd
en/of gebracht en/of
- als teamleider van die [slachtoffer 2] misbruik heeft gemaakt van het uit
feitelijke verhoudingen voortvloeiende overwicht en/of
- misbruik heeft gemaakt van het leeftijdsverschil en/of het psychische en/of
emotionele overwicht en aldus een bedreigende situatie heeft doen ontstaan
voor die [slachtoffer 2] ;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij in of omstreeks de periode van 1 december 2014 tot en met 1 februari 2016
in de gemeente Brunssum, in elk geval in het arrondissement Limburg,
door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een
andere feitelijkheid,
[slachtoffer 2] heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer
ontuchtige handelingen, te weten het betasten en/of vastgrijpen van de vagina
van die [slachtoffer 2]
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkheden en/of die bedreiging met
geweld of die andere feitelijkheden hierin dat hij, verdachte,
- terwijl hij samen met die [slachtoffer 2] in een voertuig zat, onverhoeds met zijn
hand in haar broek en/of onderbroek is gegaan en/of haar vagina heeft betast
en/of vastgegrepen en/of
- als teamleider van die [slachtoffer 2] misbruik heeft gemaakt van het uit
feitelijke verhoudingen voortvloeiende overwicht en/of
- misbruik heeft gemaakt van het leeftijdsverschil en/of het psychische en/of
emotionele overwicht en aldus een bedreigende situatie heeft doen ontstaan
voor die [slachtoffer 2] .