3.5De bewijsmiddelen
De beslissing dat het bewezen verklaarde door de verdachte is begaan berust op de feiten en omstandigheden als vervat in de hierna vermelde bewijsmiddelen, in onderlinge samenhang beschouwd.
Ten aanzien van het tenlastegelegde feit 1 primair:
Aangever [benadeelde partij 1]heeft op 30 april 2018 aangifte gedaan van diefstal met geweld van de autosleutels van zijn grijze personenauto merk Alfa Romeo, type 159 op 29 april 2018 te Kerkrade.
Aangever heeft verklaard dat hij op 29 april 2018 omstreeks 18.45 uur op de site Bullchat.com een afspraak heeft gemaakt. Dit is een datingsite met name op seksgebied en hij weet uit ervaring dat er ook wel homo’s op zitten.Aangever krijgt via het telefoonnummer [nummer] het adres [adres 1] in Kerkrade toegestuurd onder bijvoeging van een foto van de contactpersoon die de deur zou openen. Ook wordt hem een geldbedrag van 120 euro gevraagd.Aangever gaat met zijn auto, een Alfa Romeo, naar het opgegeven adres en hij sms’t om 19.55 uur naar voornoemd nummer dat hij voor de deur staat. Als de deur wordt opengedaan, loopt aangever naar binnen en ziet hij aan het eind van de gang een man staan. Deze man was dezelfde als de persoon op de naar aangever gestuurde foto. Hij hoort dat de man tegen hem zegt: “Kom maar binnen, doe maar rustig”. Aangever ruikt een sterke weedgeur en hoort boven voetstappen en gefluister. Hij voelt zich onveilig en niet op zijn gemak. De man blijft hem geruststellen. Aangever zegt dat hij beter naar huis kan gaan en wil de trap aflopen. De jongen stelt hem gerust en aangever loopt verder de trap op, die een flauwe bocht maakt. Op de overloop aangekomen, ziet hij dat uit het niets meerdere mannen naar hem toe stormen. Aangever verklaart dat hij gelijk wordt geslagen met stokken en staven.
Hij wordt door een aantal mannen vastgegrepen en hij voelt dat zij hem de trap optrekken. Hij probeert zich los te trekken, maar hij voelt dat hij zeven tot acht klappen op zijn hoofd en lichaam krijgt. Hij voelt pijn aan zijn hoofd en aan zijn lichaam. De klappen komen van alle kanten, van boven af, van opzij en van onderen. Aangever voelt dat hij heen en weer wordt getrokken. Hij ziet dat men hem met ijzeren staven en houten stokken slaat. Bij iedere slag voelt aangever pijn. Aangever verklaart dat twee mannen hem van voren vasthielden en dat er zich twee mannen achter hem bevonden en op hem in begonnen te slaan. Tijdens het slaan hoorde hij dat de mannen door elkaar heen riepen: "Nu, beurs, telefoon, sleutels!". Aangever
rukt zich los en rent de trap af, naar de voordeur. Bij de voordeur wordt hij weer vastgegrepen door een aantal mannen en met de ijzeren staven en houten stokken geslagen. De mannen roepen door elkaar heen "Beurs, telefoon, sleutels!". Hij probeert de voordeur te openen, maar krijgt die niet open. Al die tijd wordt hij met de metalen staven en houten stokken geslagen. In het tumult is de 120 euro die aangever in de achterzak van zijn broek had zitten, weggenomen. Het betreft twee biljetten van vijftig euro en een biljet van 20 euro.Opeens hoort hij dat een van de mannen zegt: "Nu is het genoeg geweest, laat hem gaan!". Hij hoort een zoemgeluid bij de voordeur en voelt dat de voordeur open gaat, waarop hij naar buiten vlucht.
Aangever kan 100 procent zeggen dat alle aanwezige jongens hem geslagen hebben, behalve de jongen die hem de deur heeft opengedaan, dat was de jongen van de foto. Die jongen is hij uit het oog verloren en hij heeft niet gezien of die hem heeft geslagen.
Medeverdachte [mederverdachte]heeft verklaard dat hij met vrienden ( [medeverdachte 1] , [verdachte] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] en een onbekende Poolse jongen
(rechtbank: bedoeld wordt [medeverdachte 5] )) op 29 april bij [verdachte] in de woning was.[mederverdachte] heeft voorts verklaard dat iemand op het idee kwam om een homo te gaan rippen. Iedereen (dat waren: hijzelf, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [verdachte] , [medeverdachte 3] en de Poolse jongen) is ermee akkoord gegaan om iemand geld afhandig te maken. Hij heeft via zijn telefoon samen met [medeverdachte 4] een account aangemaakt op Bullchat.com voor een pay-date. Dit is een site waar mensen betalen voor seks. Na enige tijd heeft een man uit België gereageerd en is met hem via WhatsApp een afspraak gemaakt. Toen zij wisten dat de man zou komen, hebben zij de volgende afspraken gemaakt. [medeverdachte 1] zou de deur open doen, [medeverdachte 2] zou de deur afsluiten als die man binnen was. Hijzelf stond met [medeverdachte 3] boven aan de trap en [medeverdachte 2] en de Poolse jongen stonden op het toilet. De buit zou worden verdeeld.
Toen de man boven aan de trap stond werd hij gelijk door [medeverdachte 4] gepakt en kreeg hij meteen klappen van [medeverdachte 4] . [medeverdachte 3] heeft hem met een dunne plank geslagen en hijzelf heeft de man meerdere keren met een ijzeren stang geslagen, op zijn borstkas, zijn rug en misschien ook op zijn hoofd. Dat laatste weet hij niet meer zeker. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] hebben de man ook geslagen. Met de vuisten. De Poolse jongen heeft de man vastgehouden. Er is toen tegen de man gezegd dat hij het geld moest geven. Toen de man wegliep heeft hij zijn autosleutel verloren. Die was van de grijze Alfa Romeo met Belgisch kenteken die voor de deur stond. [verdachte] heeft de sleutel gevonden.
Medeverdachte [medeverdachte 5] G. [medeverdachte 5]heeft verklaard dat ze ten tijde van de beroving op 29 april 2018 met zeven man in de woning van [verdachte] waren. Iemand riep: zullen we een homo rippen. Er is toen contact gelegd via een site. Toen er een afspraak met het slachtoffer is gemaakt, is er een plan gesmeed. Het heeft een uur of twee geduurd tussen het eerste contact en het moment dat die man daadwerkelijk bij het pand was. Een kwartier voordat die man zei dat hij kwam, ging iedereen zich klaarmaken. Het organiseren ging met z’n allen. De rol van [medeverdachte 5] was om beneden te staan en het slachtoffer vast te pakken, ze zouden eerst gaan dreigen en als de man niets zou afgeven, zouden ze gaan slaan. Er is afgesproken dat het geld verdeeld zou worden, degene van wie de woning was zou een
tientje extra krijgen. Het was makkelijk geld verdienen.De man kreeg als eerste klappen van [medeverdachte 4] , met zijn vuisten. [medeverdachte 4] heeft gedreigd en schreeuwde voor geld en zijn autosleutels. De man wilde vluchten. [medeverdachte 5] heeft die man toen van achteren vastgepakt in een soort nekklem. Er is flink geduwd.
Medeverdachte [medeverdachte 3]heeft verklaard dat hij op 29 april 2018 ten tijde van de beroving in de woning van [verdachte] was.
Toen de onbekende man binnenkwam heeft [medeverdachte 4] hem als eerste met een vuist in het gezicht geslagen waarbij hij riep: ’geef geld, geef je geld’. [medeverdachte 4] sloeg hem meerderde keren tegen het gezicht. [medeverdachte 3] zag ook dat andere jongens de man begonnen te slaan en hij zag dat er met een ijzeren staaf werd geslagen. [medeverdachte 4] en een andere jongen hielden de man vast tegen de trap. [medeverdachte 4] heeft vervolgens het geld van de man afgepakt.
Getuige [getuige 5]heeft verklaard dat [verdachte] haar op 1 mei 2018 heeft verteld wat er op 29 april 2018 in zijn woning aan de [adres 1] was gebeurd. Terwijl zij met [verdachte] in gesprek was, kwam er een jongen genaamd [getuige 6] bij staan. De getuige zag dat [verdachte] een autosleutel uit zijn broekzak pakte en deze aan [getuige 6] gaf. [verdachte] zei tegen [getuige 6] dat hij moest zorgen dat deze weg kwam, omdat daar de vingerafdrukken van iedereen op zaten. De sleutel is vervolgens in de prullenbak gegooid.
Getuige [getuige 6]heeft verklaard dat hij bij de speeltuin aan de [adres 2] van verdachte een sleutel in zijn handen kreeg. Het merk was Alfa Romeo. De getuige heeft de sleutel aan iemand anders gegeven en hij zag dat deze jongen de sleutel in de prullenbak gooide.
Uit de uitgetypte geluidsfragmenten van de mobiele telefoon, opgenomen door de getuige [getuige 5] , van een gesprek tussen haar en verdachte blijkt het volgende.
Geluidsfragment 001
“Man: Let op wat er letterlijk gezegd is: we laten een homo komen, we gaan met zijn zessen voor die man staan en we zeggen betalen. We slaan hem niks. Alleen bedreigen. Ik heb gezegd:" Is goed"".
Vrouw: "Waarom heb je gezegd 'is goed'?
Man: "Omdat die man daar niet veel voor had kunnen doen, want dan hadden we niet geslagen. [medeverdachte 3] is toen gelijk met een plank gaan slaan. De rest dacht toen van dan ga ik ook maar meedoen"(…)
Geluidsfragment 003
“Man: "Ik heb niet nagedacht. Ik heb gezegd 'doe je ding'.
Vrouw: "En waarom zeg je dat?"
Man: "Die jongen zei: "Ik kan honderd euro regelen zonder problemen voor ons allemaal".
Bewijsoverweging
Verdachte ontkent dat hij heeft deelgenomen aan de beroving van het slachtoffer. Hij heeft gesteld dat hij niets van het plan afwist en ook niets van de voorbereiding heeft meegekregen, omdat hij onder invloed was van XTC en wodka. Pas toen hij lawaai op de gang hoorde is hij gaan kijken, maar volgens verdachte heeft hij verder niets gedaan. Hij is naar beneden gegaan om de deur voor het slachtoffer te openen, zodat hij weg kon.
Op grond van voormelde bewijsmiddelen acht de rechtbank de verklaring van verdachte, dat hij geen rol heeft gespeeld bij de diefstal met geweld, ongeloofwaardig. Daarvoor is immers geen steun te vinden in enig ander bewijsmiddel. Op grond van de diverse verklaringen stelt de rechtbank vast dat iedereen die in de woning aanwezig was, wist van het plan om via een chatsite een afspraak met een homo te maken om hem te rippen. Er zijn van tevoren afspraken gemaakt over de rolverdeling en hoe de buit zou worden verdeeld. Tussen het maken van het plan, het eerste contact met de aangever en het daadwerkelijke incident heeft enige tijd gezeten. Verdachte heeft zich op geen enkel moment hiervan gedistantieerd. Het slachtoffer verklaart dat alle aanwezige mannen hem hebben geslagen en of vastgepakt, behalve de jongen die de deur heeft opengemaakt. Uit de bewijsmiddelen blijkt dat dit [medeverdachte 1] was. Voorts blijkt dat verdachte de autosleutel van het slachtoffer in zijn bezit had en aan [getuige 6] heeft gegeven met de vraag om deze weg te maken omdat daar vingerafdrukken op zaten.
De rechtbank is op grond van bovenstaande bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang beschouwd van oordeel dat verdachte dit feit samen met de mededaders heeft gepleegd.
Ten aanzien van het tenlastegelegde feit 3:
Aangever [benadeelde partij 3]heeft op 13 april 2018 aangifte gedaan van een bedreiging. Hij heeft verklaard dat hij op die dag met [verdachte] (verdachte), [medeverdachte 6] en [getuige] bij de frituur [naam frituur] op de [adres 2] in Kerkrade was. [verdachte] was eerst stoer aan het praten over het mes en hij had het mes steeds in zijn handen.
[verdachte] is op een gegeven moment weggegaan en de anderen zijn naar het voetbalveld tegenover de friture gegaan. Toen [verdachte] daar terug kwam, stond [verdachte] opeens achter aangever. [verdachte] had zijn rechterarm om de nek van aangever geslagen en in zijn rechterhand hield hij het mes vast. Dat mes hield hij tegen de keel van aangever. [verdachte] stond dus achter aangever alsof hij zijn keel wilde doorsnijden. Aangever voelde het staal van het mes tegen zijn huid. Aangever zei dat het mes scherp was. [verdachte] zei toen iets van: “Zou ik het doen?” De aangever reageerde, omdat hij eigenlijk overweldigd was, met de woorden: “Doe wat je niet laten kan.” Aangever was op dat moment wel bang en voelde angst.
Getuige [getuige]heeft verklaard dat zij op 13 april 2018 bij het trapveldje aan de [adres 2] te Kerkrade was samen met een aantal andere jongeren, waaronder verdachte en aangever [benadeelde partij 3] . Op een gegeven moment zag zij dat verdachte het mes in zijn rechterhand vasthield. Verdachte ging achter [benadeelde partij 3] staan. Zij zag dat verdachte plots [benadeelde partij 3] met de rechterarm, waarin hij ook het mes vasthield, vastpakte om zijn hals. De linkerarm sloeg hij om het middel van [benadeelde partij 3] . Verdachte had [benadeelde partij 3] als het ware vast in een greep. De getuige zag dat het mes opengeklapt was. Zij zag dat verdachte het mes met de snijkant tegen de hals van [benadeelde partij 3] drukte. Dat deed hij ter hoogte van de slagader. Zij heeft dit duidelijk gezien. Zij zag ook dat verdachte druk uitoefende op het mes. Zij zag nog dat verdachte iets zei in het oor van [benadeelde partij 3] , maar zij kon dit niet verstaan.
De verdachteheeft ter terechtzitting verklaard dat hij op 13 april 2018 in Kerkrade met een mes heeft staan zwaaien. De verklaring bij de politie afgelegd, waarbij verdachte heeft verklaard dat hij zijn rechterarm achter langs de nek van [benadeelde partij 3] over zijn rechter schouder had geslagen waarbij hij het mes in zijn hand had, zou wel kunnen kloppen. Verdachte ontkent echter dat hij het mes tegen de hals van [benadeelde partij 3] heeft gedrukt. Hij heeft er voorts niet over nagedacht dat als je met een mes in je handen op iemand leunt dit bedreigend opgevat zou kunnen worden.
De rechtbank acht de ontkenning van verdachte dat hij het mes niet tegen de hals van [benadeelde partij 3] heeft gedrukt ongeloofwaardig gelet op de duidelijke consistente verklaringen van de aangever en de getuige.