ECLI:NL:RBLIM:2017:9880

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
11 oktober 2017
Publicatiedatum
12 oktober 2017
Zaaknummer
5233811/CV/16-7249
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot verklaring voor recht van ontbinding koopovereenkomst wegens bedrog of dwaling

In deze zaak heeft de eisende partij, vertegenwoordigd door mr. S.P.J. Oudenhoven, de verkoper van een auto gedagvaard en vordert een verklaring voor recht dat de koopovereenkomst vernietigd is wegens bedrog dan wel dwaling. De koopovereenkomst was niet op naam van de eisende partij gesteld, maar op naam van diens partner, [A]. De kantonrechter heeft op 11 oktober 2017 geoordeeld dat de eisende partij niet-ontvankelijk is in zijn vordering. De feiten van de zaak zijn als volgt: [A] heeft op 15 mei 2015 een Volkswagen Polo gekocht van de gedaagden. De eisende partij heeft deze auto op 3 juni 2015 doorverkocht aan [B]. De auto is later in beslag genomen door de politie vanwege de onbetrouwbaarheid van het voertuig. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de koopovereenkomst op naam van [A] staat en dat de eisende partij niet de contractpartij is van de gedaagden. De kantonrechter heeft geoordeeld dat er geen bewijs is geleverd dat de vordering van de eisende partij overgaat via een volmacht. De eisende partij is daarom niet ontvankelijk verklaard in zijn vordering en is veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden, begroot op € 900,00, vermeerderd met wettelijke rente. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 5233811 \ CV EXPL 16-7249
Vonnis van de kantonrechter van 11 oktober 2017
in de zaak van:
[eisende partij],
wonend [adres eisende partij] ,
[woonplaats eisende partij] ,
eisende partij,
verder te noemen [eisende partij] ,
gemachtigde mr. S.P.J. Oudenhoven,
tegen:

1.de vennootschap onder firma [X] AUTO'S VOF,gevestigd te [vestigingsplaats gedaagde partij sub 1] ,

2.
[gedaagde partij sub 2],
wonend [adres gedaagde partij sub 2] ,
[woonplaats gedaagde partij sub 2] ,
3.
[gedaagde partij sub 3],
wonend [adres gedaagde partij sub 3] ,
[woonplaats gedaagde partij sub 3] ,
gedaagde partij,
verder te noemen [gedaagden] ,
gemachtigde mr. M.M. van den Boomen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding;
  • de conclusie van antwoord;
  • de beslissing waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
  • het proces-verbaal van comparitie van 21 november 2016;
  • slaaprol;
  • de conclusie van repliek tevens houdende wijziging/vermeerdering van eis;
  • de conclusie van dupliek tevens akte uitlating wijziging van eis.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Bij koopovereenkomst d.d. 15 mei 2015 heeft [A] , de vriendin/levenspartner van [eisende partij] , de auto van het type Volkswagen Polo 1.6 TDI 2012 met kenteken [keneteken] gekocht van [gedaagden]
2.2.
[eisende partij] heeft op 3 juni 2015 de auto van het type Volkswgen Polo 1.6 TDI 2012 met kenteken [keneteken] en een kilometerstand van 39.960 kilometer verkocht aan [B] .
2.3.
De auto voornoemd is op 3 november 2015 voor onderzoek in strafrechtelijk beslag genomen door de Recherche Noord en Midden Limburg.
2.4.
Bij brief van 10 december 2015 bericht Recherche Noord en Midden Limburg, in de persoon van brigadier [brigadier] , dat de auto met het kenteken [keneteken] niet zal worden teruggegeven en zal worden onttrokken aan het verkeer. Dit in verband met de onbetrouwbaarheid van het voertuig, nu dit is samengesteld uit twee verschillende voertuigen, hetgeen gevaar kan opleveren bij een aanrijding.
2.5.
Bij vonnis van 21 december 2016 is voor recht verklaard dat de tussen [B] en [eisende partij] gesloten koopovereenkomst door [B] per brief van 20 november 2015 rechtsgeldig buiten rechte is ontbonden. [eisende partij] is daarbij veroordeeld, onder meer, de koopprijs ad € 13.000,00 aan [B] terug te betalen.
2.6.
In de periode 2011/2015 heeft [eisende partij] ongeveer twintig auto’s van [gedaagden] gekocht.

3.Het geschil

3.1.
[eisende partij] vordert – in vrijwaring – :
te verklaren voor recht dat de tussen partijen gesloten koopovereenkomst is ontbonden;
de koopovereenkomst tussen partijen ontbonden te verklaren, althans deze alsnog te ontbinden;
[gedaagden] te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eisende partij] te betalen een bedrag van € 12.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van de door [eisende partij] aan [gedaagden] betaalde koopsom (in ieder geval vanaf 1 juni 2015, althans vanaf een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen datum), tot het moment van volledige voldoening;
te verklaren voor recht dat [gedaagden] aansprakelijk is voor de schade die [eisende partij] lijdt c.q. heeft geleden;
[gedaagden] te veroordelen aan [eisende partij] te betalen de door [eisende partij] geleden schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van de door [eisende partij] aan [gedaagden] betaalde koopsom (in ieder geval vanaf 1 juni 2015, althans vanaf een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen datum) tot het moment van volledige voldoening;
[gedaagden] te veroordelen aan [eisende partij] te betalen een bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot de dag der gehele voldoening;
[gedaagden] te veroordelen in de kosten van deze procedure, inclusief nakosten.
3.2.
Aan zijn vordering legt [eisende partij] primair ten grondslag bedrog in de zin van artikel 3:44 lid 3 BW. [gedaagden] was bekend met de criminele herkomst van de auto en is hiervoor verantwoordelijk en aansprakelijk. Subsidiair beroept [eisende partij] zich op dwaling ex artikel 6:228 lid 1 BW. Indien [eisende partij] bekend was geweest met de criminele herkomst van de auto, dan had hij deze nimmer bij [gedaagden] gekocht en was er geen koopovereenkomst tot stand gekomen.
3.3.
[gedaagden] voert verweer en stelt zich op het standpunt dat [A] de auto van [gedaagden] heeft gekocht en niet [eisende partij] . [eisende partij] is dan ook niet ontvankelijk in zijn vordering.
[gedaagden] betwist vervolgens het bestaan van een gebrek aan de auto op het moment dat de auto aan [eisende partij] werd verkocht.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
[gedaagden] voert als meest verstrekkende verweer aan de [eisende partij] ten aanzien van de auto van het type Volkswgen Polo 1.6 TDI 2012 met kenteken [keneteken] , niet de contractpersoon van [gedaagden] is en [eisende partij] niet ontvankelijk is in zijn vordering. [eisende partij] stelt dat hij en zijn vriendin vaker samen op één beider namen auto’s kochten, en overlegt een volmacht van [A] .
4.2.
De kantonrechter overweegt als volgt.
De koopovereenkomst staat op naam van [A] . [gedaagden] heeft de bewuste auto aan [A] verkocht. Dit wordt ook niet betwist. Vervolgens overlegt [eisende partij] een volmacht, die luidt:
“Heden de 05-02-2016 verklaar ik,
Mevrouw [A] , wonende te [woonplaats eisende partij] aan de [adres eisende partij] ,
Met het recht van substitutie, volmacht te geven aan:
Mijn (levens)partner, de heer [eisende partij] ,
Alsmede aan mw. Mr. S.P.J. Oudenhoven van Cornelissen & Snijders Advocaten (gevestigd aan de Kapellerlaan 35-37 in Roermond),
Om ten aanzien van de aankoop/verkoop van de witte VW Polo (met het kenteken [keneteken] ) naar aanleiding waarvan een geschil is ontstaan en een juridische procedure(s) lopende is/zijn (…) mijn zaken te beheren, mijn belangen waar te nemen, voor mijn rechten op te komen en mij bij dit alles zowel in als buiten rechte te vertegenwoordigen, waaronder onder andere:
  • als procespartij namens mij in rechte op te treden;
  • overeenkomst c.q. regeling te treffen ter zitting;
  • (vaststellings)overeenkomsten aan te gaan en uit te voeren;
  • verder al datgene te doen wat de gevolmachtigden in het belang van mij, volmachtgever, gewenst, nuttig of noodzakelijk zullen achten.”
4.3.
Met deze volmacht erkennen [eisende partij] en [A] feitelijk dat [A] de contractpartij van [gedaagden] is. Onduidelijk is wat [eisende partij] met deze volmacht heeft willen bereiken. Het is in ieder geval niet zo dat een vordering van de ene op de andere persoon overgaat middels een volmacht. Daarvoor is een levering als bedoeld in artikel 3:94 BW (cessie) vereist. Daarvan is niet gebleken. De kantonrechter komt daarom tot het oordeel dat [eisende partij] niet ontvankelijk is in zijn vordering.
4.4.
De kantonrechter acht geen termen aanwezig [eisende partij] toe te laten tot nadere bewijslevering.
4.5.
[eisende partij] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van [gedaagden] worden begroot op € 900,00 (3 x tarief € 300,00) ter zake salaris gemachtigde. Over de proceskosten zal de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW worden toegewezen in plaats van de gevorderde wettelijke handelsrente, nu wat betreft het proces geen sprake is van een handelsovereenkomst.
4.6.
De kantonrechter zal dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
verklaart [eisende partij] niet ontvankelijk in zijn vordering,
5.2.
veroordeelt [eisende partij] in de proceskosten aan de zijde van [gedaagden] gevallen en tot op heden begroot op € 900,00, vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten met ingang van de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A.J. van Leeuwen en in het openbaar uitgesproken.
type: ksf
coll: