Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- het vonnis in incident van 4 mei 2016,
- de conclusie van antwoord in reconventie,
- het proces-verbaal van comparitie van 2 mei 2017,
- de aktes uitlating voortprocederen.
2.De feiten
ALGEMENE VOLMACHT
Rechtbank Limburg
In deze zaak vorderde de eiser in conventie, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.B. Noordhof, nakoming van een volmachtovereenkomst die was afgegeven door de partner van de eiser, tevens vader van de eiser. De eiser stelde dat de gedaagde in conventie, die de partner van de volmachtgever was, verplicht was om inzage te geven in de financiële administratie van de volmachtgever. De rechtbank oordeelde dat de volmacht geen verplichtingen voor de gedaagde jegens de eiser met zich meebracht, en dat de gedaagde niet verplicht was om aan de eiser rekening en verantwoording af te leggen. De primaire vordering van de eiser werd dan ook afgewezen.
Daarnaast vorderde de gedaagde in reconventie een verbod voor de eiser om nader onderzoek te doen naar haar relatie met haar vriend, alsook een verbod om de gezamenlijke woning te betreden zonder toestemming. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende feiten waren aangevoerd die een contactverbod rechtvaardigden en wees deze vorderingen af. De rechtbank concludeerde dat zowel de vorderingen in conventie als in reconventie integraal werden afgewezen, en compenseerde de proceskosten tussen partijen.