ECLI:NL:RBLIM:2017:8704
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechter na uitspraak in bestuursrechtelijke zaken
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Limburg op 6 september 2017 uitspraak gedaan over de wrakingsverzoeken van een verzoeker tegen mr. K.M.P. Jacobs, de rechter die eerder vier beroepen van verzoeker had behandeld. De verzoeker had op 21 juli 2017 een uitspraak ontvangen waarin zijn beroepen kennelijk niet-ontvankelijk waren verklaard wegens het niet tijdig betalen van griffierecht. Verzoeker had eerder een beroep op betalingsonmacht gedaan, maar dit was afgewezen. Op 27 en 28 augustus 2017 diende verzoeker wrakingsverzoeken in tegen mr. Jacobs, maar de wrakingskamer oordeelde dat mr. Jacobs niet meer de behandelend rechter was in de zaken van verzoeker, aangezien de procedures op 21 juli 2017 waren beëindigd. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. Aangezien de wrakingsverzoeken niet gericht waren tegen de behandelend rechter, verklaarde de wrakingskamer de verzoeken tot wraking niet-ontvankelijk. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.