ECLI:NL:RBLIM:2017:8697

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
6 september 2017
Publicatiedatum
6 september 2017
Zaaknummer
5903686 \ CV EXPL 17-3543
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verplichtingen van de advocaat bij het verlenen van rechtsbijstand en de gevolgen van het niet schriftelijk bevestigen van afspraken

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 6 september 2017, is de eisende partij, vertegenwoordigd door mr. L.P.W. Zanders, een rechtszaak gestart tegen de gedaagde partij, die in persoon procedeerde. De eisende partij vorderde betaling van € 1.520,72, vermeerderd met rente en kosten, voor rechtsbijstand die zij had verleend aan de gedaagde partij. De gedaagde partij voerde verweer en stelde dat er geen schriftelijke bevestiging was gegeven van de afspraken die op 30 augustus 2016 waren gemaakt over het uurtarief voor de rechtsbijstand.

De kantonrechter oordeelde dat de advocaat, volgens de gedragsregels, verplicht is om belangrijke informatie en afspraken schriftelijk aan de cliënt te bevestigen. Aangezien dit niet was gebeurd, kwam dit voor rekening en risico van de eisende partij. De kantonrechter stelde vast dat alleen het door de gedaagde partij erkende bedrag van € 359,29, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke incassokosten, voor toewijzing in aanmerking kwam. De vordering werd dus slechts gedeeltelijk toegewezen.

De kantonrechter besloot de proceskosten te compenseren, zodat iedere partij de eigen kosten zou dragen. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. G.M.P. Brouns.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 5903686 \ CV EXPL 17-3543
Vonnis van de kantonrechter van 6 september 2017
in de zaak van:
[eisende partij] , h.o.d.n. [X],
kantoorhoudende [kantooradres eisende partij] ,
[kantoorplaats eisende partij] ,
eisende partij,
gemachtigde mr. L.P.W. Zanders,
tegen:
[gedaagde partij],
wonend [adres gedaagde partij] ,
[woonplaats gedaagde partij] ,
gedaagde partij,
procederende in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord
  • de conclusie van repliek
  • de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Eisende partij heeft in opdracht en voor rekening van gedaagde partij rechtsbijstand verleend.

3.Het geschil

3.1.
Eisende partij vordert – samengevat – veroordeling van gedaagde partij tot betaling van € 1.520,72, vermeerderd met rente en kosten.
3.2.
Gedaagde partij voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Gedaagde partij stelt dat eisende partij niet conform de tussen partijen op 30 augustus 2016 gemaakte afspraak (productie 1 bij dagvaarding) met haar in overleg is getreden om af te stemmen dat al dan niet tegen het reguliere uurtarief met het dossier verder gegaan mag worden. Gedaagde partij stelt dat eisende partij nadat het afgesproken adviestarief was verbruikt zonder enig overleg is verder gegaan met haar dienstverlening.
4.2.
Eisende partij stelt daartegenover dat mondeling met gedaagde partij is besproken dat de zaak zou worden voortgezet tegen het reguliere tarief.
4.3.
De kantonrechter stelt vast dat ingevolge de gedragsregels voor advocaten de advocaat zijn cliënt op de hoogte dient te brengen van belangrijke informatie, feiten en afspraken. Waar nodig ter voorkoming van misverstand, onzekerheid of geschil, dient hij belangrijke informatie en afspraken schriftelijk aan zijn cliënt te bevestigen. De kantonrechter is van oordeel dat de afspraak omtrent het tegen het reguliere tarief verder verlenen van diensten nu net een punt is waarop van de advocaat verwacht mag worden dat hij dit schriftelijk bevestigt aan zijn cliënt. Nu dit niet is gebeurd komt dit voor rekening en risico van eisende partij en kan slechts het door gedaagde partij erkende bedrag van € 359,29 te vermeerderen met rente en buitengerechtelijke incassokosten voor toewijzing in aanmerking komen.
4.4.
Nu de vordering slechts gedeeltelijk kan worden toegewezen ziet de kantonrechter aanleiding de kosten te compenseren in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
4.5.
De kantonrechter zal dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt gedaagde partij om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eisende partij te betalen een bedrag van € 415,29, vermeerderd met de wettelijke rente over € 359,29 vanaf 7 april 2017 tot aan de voldoening,
5.2.
compenseert de proceskosten in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.M.P. Brouns en in het openbaar uitgesproken.
type: HM
coll: