Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
DIRECT PAY SERVICES B.V.
1.De procedure
2.Het geschil
Health and Beauty CosmeticsB.V.’ te Noordwijk (verder aan te duiden als ‘HBC’), legt aan haar vordering ten grondslag dat zij zich door cessie zijdens HBC eigenaar acht van een vordering die voortkomt uit ‘een (of meer) duurovereenkomst(en)’ strekkend tot ‘verkoop en periodieke levering van goederen op het gebied van cosmetische verzorging, schoonheidsproducten, (voedings)supplementen en aanverwante producten’. Al in een volgende zin van het exploot duidt Direct Pay de veronderstelde rechtsbron aan als ‘de overeenkomst, het abonnement’ (enkelvoud) en poneert zij dat deze / dit ‘telefonisch of via internet’ aangegaan is. Omdat [gedaagde] een hem toegezonden ‘proefpakket’ met het ‘schoonheidsproduct, goed voor de periode van één maand’ niet heeft beantwoord met een tegenbericht, uiterlijk twee weken voor ontvangst van een vervolgpakket, dat hij op voortzetting geen prijs stelde (niet heeft ‘aangegeven’ geen volgende zending te willen ontvangen), mag HBC hem volgens Direct Pay aan een ‘abonnement’ voor onbestemde duur houden. Had hij maar acht moeten slaan op de mededelingen in ‘het verkoopgesprek’, de ‘welkomstbrief’ of ‘de kleine lettertjes’ of op de website van HBC over de (termijn van) opzegging. Volgens Direct Pay heeft [gedaagde] ook nog eens ‘bij het aangaan van het abonnement’ een incassomachtiging voor periodieke betalingen afgegeven. Direct Pay zegt daarom geen papieren facturen van HBC over te leggen omdat die ‘feitelijk niet aangemaakt’ zijn. Desondanks hanteert zij wel (fictieve) data voor zulke termijnen van elk € 31,50: 2 februari 2015, 2 maart 2015 en 1 april 2015.