In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 26 juli 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiseres, die kunststof raam- en deurelementen heeft geleverd, en een gedaagde die de facturen niet heeft betaald. Eiseres vorderde betaling van een bedrag van € 14.773,05, vermeerderd met wettelijke rente en kosten. Gedaagde voerde verweer en stelde dat een van de geleverde vleugels niet goed functioneerde, wat hij als reden aanvoerde voor het niet betalen van de facturen. De kantonrechter oordeelde dat het Weens Koopverdrag van toepassing was, aangezien beide partijen professionele verkopers zijn en gevestigd in landen die partij zijn bij het verdrag. De rechter concludeerde dat gedaagde geen gegronde reden had om de betaling van de facturen op te schorten, vooral omdat hij geen klacht had ingediend over de geleverde producten. De kantonrechter heeft de vordering van eiseres toegewezen, inclusief de gevorderde buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. Gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten, die op € 1.640,05 zijn begroot. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.