In deze zaak vorderen eisers, wonende op een bepaald adres, van gedaagde, die h.o.d.n. een bedrijf heeft, een schadevergoeding van € 1.290,00 wegens gebreken aan een door gedaagde geplaatste schutting. De procedure begon met een dagvaarding en een conclusie van antwoord, gevolgd door een comparitie van partijen op 14 juni 2017. Gedaagde had op 20 juni 2016 een offerte uitgebracht voor het plaatsen van een luxe schutting, maar na de plaatsing op 4 augustus 2016 hebben eisers gebreken geconstateerd. Ondanks herhaalde verzoeken om herstel, heeft gedaagde geen actie ondernomen. Een deskundige heeft de gebreken vastgesteld en de herstelkosten geraamd op € 1.290,00, met bijkomende kosten voor het deskundigenrapport van € 600,00.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de schutting niet correct is geplaatst en dat gedaagde in gebreke is gebleven. De rechter oordeelde dat de kosten voor herstel, met uitzondering van een bedrag van € 290,00 voor verplaatsing van de schutting, voor rekening van gedaagde komen. Daarnaast zijn de buitengerechtelijke incassokosten en de kosten van de deskundige aan gedaagde opgelegd. De kantonrechter heeft gedaagde veroordeeld tot betaling van in totaal € 1.000,00 aan herstelkosten, € 193,50 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 600,00 aan expertisekosten, alsook de proceskosten van € 629,84 aan eisers. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.