In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 5 juli 2017 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Enexis B.V. en een gedaagde partij, die als bestuurder van de rechtspersoon 5vijf B.V. wordt aangesproken voor schade die is ontstaan door illegale hennepteelt. De procedure is gestart met een dagvaarding op 24 november 2016, gevolgd door verschillende conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De feiten van de zaak zijn als volgt: op 10 december 2014 werd op een bepaald adres een hennepkwekerij aangetroffen. De huurovereenkomst voor het pand was ondertekend door de gedaagde partij in zijn hoedanigheid als bestuurder van 5vijf B.V. De elektriciteitsaansluiting stond op naam van deze B.V., waarvan de gedaagde partij ook bestuurder was. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde partij op het moment van de ontdekking van de hennepkwekerij nog steeds bestuurder was van de Stichting 5Vijf, die de enige aandeelhouder van 5vijf B.V. was. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde partij aansprakelijk kon worden gehouden voor de schade die Enexis had geleden als gevolg van de illegale hennepteelt, en dat de vordering van Enexis tot betaling van € 4.400,72, vermeerderd met wettelijke rente, toewijsbaar was. De gedaagde partij werd ook veroordeeld in de proceskosten, die op € 961,53 werden begroot. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. J.W. Rijksen.