ECLI:NL:RBLIM:2017:4980

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
31 mei 2017
Publicatiedatum
31 mei 2017
Zaaknummer
5671630 \ CV EXPL 17-750
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een bedrag uit hoofde van een overeenkomst van opdracht

In deze zaak vordert de eisende partij, h.o.d.n. [X] INFRA EN VERHUUR, betaling van een bedrag van € 12.000,00 van de gedaagde partij, h.o.d.n. HARD BOUW [Y]. De eisende partij stelt dat er een overeenkomst van opdracht is gesloten tussen partijen, waaruit de gedaagde partij een bedrag verschuldigd is. De procedure is gestart met een dagvaarding, gevolgd door een conclusie van antwoord, repliek en dupliek. De eisende partij heeft werkzaamheden verricht in België, waarbij een offerte van € 12.000,00 is uitgebracht, maar de gedaagde partij heeft de facturen niet betaald. De gedaagde partij betwist de vordering en stelt dat hij enkel als bemiddelaar heeft gefungeerd tussen de eisende partij en de opdrachtgever TS Bouw & Stuc BV. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de eisende partij de bewijslast draagt voor de stelling dat er een overeenkomst van opdracht is gesloten. De kantonrechter heeft de eisende partij toegelaten tot het leveren van bewijs en de zaak aangehouden voor verdere behandeling. De getuigenverhoren zullen worden gehouden door mr. A.H.M.J.F. Piëtte op een nader te bepalen datum. De zaak is verwezen naar de rolzitting van 14 juni 2017 voor opgave van getuigen en verhinderdata.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 5671630 \ CV EXPL 17-750
Vonnis van de kantonrechter van 31 mei 2017
in de zaak van:
[eisende partij] , h.o.d.n. [X] INFRA EN VERHUUR,
wonend [adres eisende partij] ,
[woonplaats eisende partij] ,
eisende partij,
gemachtigde mr. A. Heijink,
tegen:
[gedaagde partij] , h.o.d.n. HARD BOUW [Y],
wonend [adres gedaagde partij] ,
[woonplaats gedaagde partij] ,
gedaagde partij,
gemachtigde C. Klander.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord
  • de conclusie van repliek
  • de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Eisende partij heeft werkzaamheden in [plaats] , België, aan de [adres] ( [mevrouw A] ) verricht, bestaande uit het uitgraven van zand ten behoeve van een zwembad.
2.2.
Naast zowel eisende als gedaagde partij heeft ook TS Bouw & Stuc BV werkzaamheden op voornoemd adres verricht.
2.3.
Partijen hebben over voornoemde werkzaamheden gecorrespondeerd.
Dit heeft erin geresulteerd dat eisende partij aan gedaagde partij per e-mail van 2 augustus 2016 (18:51 uur) een offerte heeft uitgebracht voor een bedrag van € 12.000,00 exclusief btw voor het uitgraven van het zwembad van ongeveer 200 m³.
Per e-mail van eveneens 2 augustus 2016 (21:59 uur) bericht gedaagde partij:
“Ok ik zorg dat het klaarstaat voor woensdag.”
2.4.
Bij facturen van 15 augustus 2016 is respectievelijk € 8.000,00 en € 4.000,00 bij gedaagde partij in rekening gebracht. Deze facturen zijn niet betaald.
Het bedrag van € 4.000,00 is eveneens bij TS Bouw & Stuc in rekening gebracht. Ook deze factuur is niet betaald.

3.Het geschil

3.1.
Eisende partij vordert – samengevat – veroordeling van gedaagde partij tot betaling van € 12.000,00, vermeerderd met rente en kosten.
3.2.
Gedaagde partij voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Eisende partij legt de tussen partijen overeengekomen overeenkomst van opdracht aan de vordering ten grondslag. Eisende partij was niet op de hoogte van de contractuele relatie tussen [mevrouw A] , TS Bouw & Stuc BV en gedaagde partij. De opdrachtbevestiging die gedaagde partij overlegt, dateert van 4 augustus 2016, dus nadat eisende partij al opdracht van gedaagde partij had gekregen. Bovendien kunnen vraagtekens gezet worden bij het waarheidsgehalte van de opdrachtbevestiging nu geen geldig btw nummer is vermeld. Gedaagde partij heeft met zijn eigen e-mailadres gecorrespondeerd, zodat het niet aannemelijk is dat hij slechts als bemiddelaar opereert.
Op verzoek van gedaagde partij is € 4.000,00 aan TS Bouw & Stuc BV gefactureerd, omdat deze de opdrachtgever zou zijn en gedaagde partij niet over voldoende geld zou beschikken.
4.2.
Gedaagde partij betwist de vordering en voert – kort samengevat – het volgende aan. [mevrouw A] heeft haar tuin laten renoveren en een daarvoor met TS Bouw & Stuc BV een overeenkomst van opdracht gesloten voor een bedrag van € 29.645,00 inclusief btw. Verder heeft [mevrouw A] met gedaagde partij een overeenkomst
van opdracht gesloten voor het kappen en verwijderen van bomen en struiken. Zowel eisende partij, als gedaagde partij en TS Bouw & Stuc BV waren ervan op de hoogte dat gedaagde partij het terrein klaar zou maken, waarna de overige werkzaamheden zouden kunnen plaatsvinden. Gedaagde partij heeft met eisende partij overleg gevoerd over de werkzaamheden. Aangezien de communicatie tussen eisende partij en TS Bouw & Stuc BV stroef verliep, heeft gedaagde partij als bemiddelaar gefungeerd.
Na ontvangst van de factuur heeft gedaagde partij aangegeven dat de tenaamstelling onjuist was. Gedaagde partij heeft geen offerte ondertekend, noch schriftelijk voor akkoord bevestigd. Gedaagde partij heeft enkel bevestigd dat zijn werkzaamheden per 10 augustus 2016 gereed zouden zijn. De werkzaamheden zijn ook aan TS Bouw & Stuc BV gefactureerd.
4.3.
Uit de stellingen van partijen volgt dat zij verdeeld zijn over de vraag of gedaagde partij contractspartij van eisende partij is. Eisende partij stelt dat dit het geval is, terwijl gedaagde partij dit uitdrukkelijk betwist en stelt enkel als bemiddelaar te zijn opgetreden tussen eisende partij en de opdrachtgever TS Bouw & Stuc BV.
Nu eisende partij zich beroept op rechtsgevolgen van door haar gestelde feiten of rechten, te weten nakoming door gedaagde partij van de verplichtingen uit de overeenkomst van opdracht, draagt eisende partij de bewijslast van die feiten. Gelet op het door eisende partij gedane specifieke bewijsaanbod zal de kantonrechter eisende partij toelaten tot het leveren van bewijs – met alle middelen die de wet daarvoor biedt - van feiten en omstandigheden waaruit valt af te leiden dat zij met gedaagde partij een overeenkomst van opdracht heeft gesloten uit hoofde waarvan gedaagde partij een bedrag van € 12.000,00 verschuldigd is aan eisende partij.
4.4.
In afwachting van de bewijslevering zal de kantonrechter iedere verdere beslissing aanhouden.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
laat eisende partij toe bewijs te leveren van feiten en omstandigheden waaruit valt af te leiden dat:
Eisende partij met gedaagde partij een overeenkomst van opdracht heeft gesloten uit hoofde waarvan gedaagde partij een bedrag van € 12.000,00 verschuldigd is aan eisende partij,
5.2.
bepaalt - voor het geval dat eisende partij getuigen wil doen horen - dat de getuigenverhoren zullen worden gehouden door mr. A.H.M.J.F. Piëtte in het gerechtsgebouw te Roermond aan de Willem II singel 67 op een nader te bepalen dag en uur,
5.3.
bepaalt dat partijen bij de getuigenverhoren in persoon aanwezig moeten zijn,
5.4.
verwijst de zaak naar de rolzitting van 14 juni 2017 voor opgave van de namen, voornamen, leeftijd, beroep en woon- of verblijfplaats van de te horen getuigen en voor opgave van de verhinderdata van beide partijen, hun gemachtigden en de getuigen en voor het geval eisende partij op andere wijze dan middels het horen van getuigen (eventueel ook) bewijs wenst te leveren (tevens) voor uitlating eisende partij cq. overlegging stukken door eisende partij. Wellicht ten overvloede wijst de kantonrechter er op dat de partij die de getuige(n) wenst te doen horen, zelf voor de aanwezigheid van deze getuige(n) dient zorg te dragen,
5.5.
bepaalt tevens dat indien eisende partij op voornoemde rolzitting geen opgave doet noch op andere wijze bewijs bijbrengt, de zaak op vonnis zal worden gesteld,
5.6.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M.J.F. Piëtte en in het openbaar uitgesproken.
type: plg
coll: