ECLI:NL:RBLIM:2017:4967

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
31 mei 2017
Publicatiedatum
30 mei 2017
Zaaknummer
5733810 CV 17-1769
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewaring en zorgplicht van een garagehouder met betrekking tot een defecte bestelbus

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, gaat het om de vraag of een garagehouder zijn zorgplicht heeft geschonden door een defecte, niet rijdende bestelbus op een parkeerterrein tegenover de garage te stallen in plaats van achter de poort bij de garage. De eisende partij, Meubeloutlet Venlo B.V., had de bestelbus op 9 mei 2016 laten wegtakelen naar de garage van de gedaagde partij, APK Garage [X]. De bestelbus werd later ontvreemd, waarna Meubeloutlet Venlo een vordering instelde tegen de garagehouder. De kantonrechter oordeelde dat er een overeenkomst van bewaarneming was ontstaan tussen de partijen, maar dat de garagehouder zich als een zorgvuldig bewaarder had gedragen door de bestelbus op de parkeerplaats te laten staan. De kantonrechter vernietigde het eerdere verstekvonnis en wees de vordering van Meubeloutlet Venlo af, waarbij de kosten van de procedure voor rekening van Meubeloutlet Venlo kwamen. De beslissing werd genomen op 31 mei 2017.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 5733810 \ CV EXPL 17-1769
Vonnis van de kantonrechter van 31 mei 2017
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MEUBELOUTLET VENLO B.V.,
gevestigd te Venlo,
eisende partij,
gedaagde partij in verzet,
verder te noemen Meubeloutlet Venlo,
gemachtigde Stichting Achmea Rechtsbijstand
tegen:
[gedaagde partij] , h.o.d.n. APK GARAGE [X],
wonend [adres gedaagde partij] ,
[woonplaats gedaagde partij] ,
gedaagde partij,
eisende partij in verzet,
verder te noemen [gedaagde partij] ,
gemachtigde mr. E.H.J. Plass,

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het navolgende:
  • het door de kantonrechter op 18 januari 2017 tussen Meubeloutlet Venlo als eisende partij en [gedaagde partij] als gedaagde partij bij verstek gewezen vonnis onder zaaknummer [zaaknummer] ;
  • de verzetdagvaarding;
  • de conclusie van antwoord in verzet;
  • de conclusie van repliek in verzet.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op 9 mei 2016 is de bestelbus, Mercedes Benz met kenteken [kenteken Mercedes Benz] , van Meubeloutlet Venlo onderweg kapot gegaan. De bestelbus reed niet meer.
2.2.
De bestelbus is door Logixc weggetakeld en naar [gedaagde partij] gebracht.
2.3.
De bestelbus is door Logixc op het parkeerterrein bij de sportschool tegenover [gedaagde partij] geparkeerd, derhalve buiten het terrein van [gedaagde partij] .
2.4.
[gedaagde partij] heeft voor ontvangst van de bestelbus getekend.
2.5.
Op enig moment, kort na 9 mei 2016, is de bestelbus van Meubeloutlet Venlo ontvreemd, waarvan Meubeloutlet Venlo aangifte bij de politie heeft gedaan.

3.Het geschil

3.1.
Meubeloutlet Venlo heeft in de verstekprocedure gevorderd dat de kantonrechter bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis [gedaagde partij] zal veroordelen tot betaling van een bedrag van € 7.608,45 vermeerderd met de wettelijke rente en de proces- en nakosten.
3.2.
Bij verstekvonnis van 18 januari 2017 is de vordering vrijwel geheel aan Meubeloutlet Venlo toegewezen, met veroordeling van [gedaagde partij] in de proceskosten.
3.3.
[gedaagde partij] vordert in het verzet te worden ontheven van de bij het verstekvonnis uitgesproken veroordeling en dat de vordering van Meubeloutlet Venlo alsnog wordt afgewezen.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het verzet kan geacht worden tijdig en op de juiste wijze te zijn ingesteld, nu het tegendeel gesteld noch gebleken is, zodat [gedaagde partij] in zoverre in het verzet kan worden ontvangen.
4.2.
Meubeloutlet Venlo stelt dat de bestelbus aan [gedaagde partij] is aangeboden voor reparatie en dat [gedaagde partij] gekwalificeerd dient te worden als bewaarnemer. [gedaagde partij] is tekort geschoten in de nakoming van zijn verplichting om de in bewaring gegeven zaak terug te geven.
4.3.
[gedaagde partij] stelt zich op het standpunt dat hij meteen na ontvangst van de bestelbus contact met Meubeloutlet Venlo heeft opgenomen en heeft medegedeeld niet tot reparatie over te zullen gaan. [gedaagde partij] had geen tijd voor een reparatie en geen ruimte om de bestelbus te stallen. Voor zover al sprake is geweest van bewaarneming, dan is deze op dat moment geëindigd.
4.4.
De kantonrechter overweegt als volgt.
Vast staat dat [gedaagde partij] voor ontvangst van de bestelbus bij aflevering door Logixc heeft getekend. Naar het oordeel van de kantonrechter is daarmee een overeenkomst van bewaarneming tussen Meubeloutlet Venlo en [gedaagde partij] ontstaan.
4.5.
De hoofdverplichting van de bewaarnemer betreft niet alleen het bewaren, maar ook het teruggeven van individueel dezelfde zaak die de bewaarnemer is toevertrouwd.
Daarnaast moet de bewaarnemer bij de bewaring de zorg van een goed bewaarder in acht nemen.
Hoever die zorg moet gaan, hangt af van onder andere de aard van de in bewaring gegeven zaak. Bij een bestelbus als de onderhavige is het aannemelijk dat de nodige maatregelen ter voorkoming van diefstal worden getroffen. Dat dit in zou houden dat [gedaagde partij] de defecte, niet rijdende bestelbus dan achter de hekken op zijn eigen terrein zou moeten stallen, voert naar het oordeel van de kantonrechter te ver. De bestelbus stond op de parkeerplaats tegenover het garagebedrijf van [gedaagde partij] . Aannemelijk is dat de bestelbus op slot was, althans anderszins is gesteld noch gebleken. Evenmin is gesteld dat Meubeloutlet Venlo zelf de bestelbus nimmer aan de openbare weg parkeerde. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft [gedaagde partij] zich als een zorgvuldig bewaarder gedragen door de bestelbus afgesloten aan de openbare weg/op de parkeerplaats van de sportschool te laten staan.
4.6.
Van [gedaagde partij] behoefde naar het oordeel van de kantonrechter ook niet te worden verwacht dat hij zich tegen diefstal voor de bestelbus had verzekerd, nu Meubeloutlet Venlo dit kennelijk zelf ook niet nodig heeft gevonden. Dit geldt temeer nu voor de bewaarneming geen loon is overeengekomen, althans zulks is gesteld noch gebleken.
4.7.
Gelet op het voorgaande acht de kantonrechter het niet van belang of mogelijk een einde aan de bewaarneming is gekomen door een al dan niet geuite weigering van [gedaagde partij] om de bestelbus te repareren. Bewijslevering op dit punt is daarom niet aan de orde.
4.8.
Overwogen wordt dat de redelijkheid en billijkheid met zich brengen dat van [gedaagde partij] geen teruggave van de aan hem in bewaring gegeven zaak/vervangende schadevergoeding kan worden gevorderd.
4.9.
Het verstekvonnis zal op grond van het vorenstaande worden vernietigd. De
vorderingen van Meubeloutlet Venlo zullen alsnog worden afgewezen.
4.10.
Meubeloutlet Venlo zal als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van de verstek- en verzetprocedure worden verwezen. De kosten van het uitbrengen van de verzetdagvaarding zullen echter op grond van het bepaalde in art. 141 Rv voor rekening van [gedaagde partij] komen, omdat deze kosten een gevolg zijn van het feit dat [gedaagde partij] in eerste instantie niet is verschenen.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
vernietigt het door de kantonrechter op 18 januari 2017 onder zaaknummer [zaaknummer] gewezen verstekvonnis,
en opnieuw beslissend
5.2.
wijst het gevorderde af,
5.3.
veroordeelt Meubeloutlet Venlo in de kosten van de verstek- en de verzetprocedure, aan de zijde van [gedaagde partij] tot op heden begroot op € 500,00 (2 x tarief € 250,00) voor gemachtigdensalaris,
Dit vonnis is gewezen door mr. G.M.P. Brouns en in het openbaar uitgesproken.
type: ksf
coll: