In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 24 mei 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eisende partij en Narvik Homeparc Heelderpeel B.V. De eisende partij, vertegenwoordigd door mr. J.A.J.M.I. van Laake, vorderde betaling van achterstallige jaartermijnen en buitengerechtelijke incassokosten van Narvik. De eisende partij had in 2003 een vakantiewoning gekocht van Narvik, waarbij was afgesproken dat Narvik de woning vijf jaar mocht verhuren en jaarlijks een bedrag van € 4.800,00 zou vergoeden. De overeenkomst was stilzwijgend verlengd tot en met 30 juni 2014. De eisende partij stelde dat Narvik de jaartermijnen over de jaren 2014/2015 en 2015/2016 niet had voldaan, ondanks aanmaning. Narvik voerde aan dat de overeenkomst was verlengd tot 30 juni 2014 en dat zij in 2015 had voorgesteld de jaartermijn te verlagen naar € 2.000,00, wat door de eisende partij niet was geaccepteerd.
De kantonrechter oordeelde dat Narvik voor het jaar 2014/2015 een jaartermijn van € 4.800,00 aan de eisende partij verschuldigd was, omdat er geen nieuwe afspraken waren gemaakt. Voor het jaar 2015/2016 werd de vordering afgewezen, omdat er wel een nieuw voorstel was gedaan door Narvik. Daarnaast werd Narvik veroordeeld tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten van € 605,00 en de proceskosten van € 826,10. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.