Uitspraak
RECHTBANK MAASTRICHT
1.De procedure
2.Het geschil
3.De beoordeling
niet in het beslag begrepenwaren. Het eerste stuk bevat een doorhaling op dat onderdeel. Het tweede laat een aan te kruisen vakje voor het kentekenbewijs oningevuld, terwijl in het hokje bij de ‘contactsleutels’ een kruisje gezet is en meervoud in enkelvoud omgezet is door schrapping van de laatste ‘s’ van het woord sleutels. Een slordigheid die mogelijk verklaart dat [eiseres] ervan overtuigd is dat zij (later) het kentekenbewijs afdroeg aan een vertegenwoordiger van het takelbedrijf Van Dongen dat de auto bij het Rodastadion kwam ophalen, ligt in het handschrift van de verbalisant op dit voor [eiseres] vitale onderdeel van het eerste verbaal. Met een aanhalingshaakje achter de doorhaling van ‘bijbehorende kentekenbewijzen’ plaatste de verbalisant [verbalisant] een nagenoeg onleesbare althans voor de kantonrechter niet te ontcijferen aantekening. Zou daar wellicht te lezen zijn dat het kentekenbewijs weliswaar niet in het beslag begrepen was maar wel (met het oog op de voorgenomen verkoop) door de beslagene afgestaan moest worden?