ECLI:NL:RBLIM:2017:4616

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
17 mei 2017
Publicatiedatum
18 mei 2017
Zaaknummer
5274448 \ CV EXPL 16-7177
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige daad en aansprakelijkheid bij waterschade door rioolwerkzaamheden

In deze zaak vordert de eisende partij schadevergoeding van Rions B.V. en Weller Wonen naar aanleiding van waterschade die is ontstaan na rioolwerkzaamheden bij de buren. De eisende partij stelt dat Rions onrechtmatig heeft gehandeld door de riolering onder hoge druk door te spuiten, wat zou hebben geleid tot schade in haar kelder. De kantonrechter oordeelt dat er geen sprake is van onrechtmatig handelen, omdat de gekozen methode gebruikelijk is en de eisende partij onvoldoende feiten heeft aangevoerd die erop wijzen dat Rions op de hoogte had moeten zijn van de slechte staat van de riolering. De vordering tegen Weller Wonen, gebaseerd op artikel 6:171 BW en goed verhuurderschap, wordt eveneens afgewezen, omdat er geen verzuim is ingetreden. De kantonrechter wijst de vorderingen af en veroordeelt de eisende partij in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 5274448 \ CV EXPL 16-7177
Vonnis van de kantonrechter van 17 mei 2017
in de zaak van:
[eisende partij],
wonend [adres eisende partij] ,
[woonplaats eisende partij] ,
eisende partij,
gemachtigde AGIN Pranger Gerechtsdeurwaarders Juristen incassospecialisten,
tegen:

1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid RIONS B.V.,gevestigd te Maastricht,

2.
de stichting STICHTING WELLER WONEN,
gevestigd te Heerlen,
gedaagde partij,
gemachtigde Rions: mr. K. Gramberg,
gemachtigde Weller Wonen: mr. R.W. Janssen.
Partijen worden verder aangeduid als [eisende partij] , Rions en Weller Wonen

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord van zowel Rions als Weller Wonen
  • de conclusie van repliek tevens wijziging/aanvulling grondslag van de vordering jegens Weller Wonen.
  • de conclusie van dupliek van Rions.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Rions heeft op 16 november 2015 in opdracht en voor rekening van Weller Wonen aan het riool bij de buren van [eisende partij] werkzaamheden verricht. Rions heeft de verstopping in het riool bij de buren van [eisende partij] verholpen door middel van het doorspuiten met behulp van de hoge druk methode, waarbij met een slang water onder hoge druk de rioolleiding wordt ingespoten. Het gaat hierbij om rioleringen gemaakt van gresbuis.
2.2.
De dag na het uitvoeren van de werkzaamheden heeft [eisende partij] waterschade ontdekt in haar kelder.
Op 17 november 2015 heeft [eisende partij] contact opgenomen met Weller Wonen. Laatstgenoemde heeft vervolgens contact opgenomen met Rions die een onderzoek heeft ingesteld. Op 25 en 26 november 2015 heeft Rions de put en de grondriolering vervangen.
2.3.
Bij e-mail van 30 november 2015 heeft [eisende partij] op verzoek van Rions foto’s aangeleverd en een lijst met beschadigde zaken, zulks ten behoeve van de verzekering van Rions.
2.4.
[eisende partij] heeft zelf een beroep gedaan op haar rechtsbijstandsverzekering bij Achmea Rechtsbijstand. Laatstgenoemde heeft Eff Eff Bouwpathalogie ingeschakeld om de schade ter plaatse te beoordelen. De deskundige heeft op 24 februari 2016 gerapporteerd en de schade vastgesteld op een bedrag van € 4.163,50 inclusief btw en kosten.
2.5.
Op verzoek van Rions heeft ONE Expertise een onderzoek verricht. Op 19 september 2016 heeft ONE Expertise een eindrapport uitgebracht en geconcludeerd dat aan de zijde van Rions geen sprake is van verwijtbaar en/of nalatig handelen.

3.Het geschil

3.1.
[eisende partij] vordert – samengevat – hoofdelijke veroordeling van Rions en Weller Wonen tot betaling van:
  • € 4.163,50, vermeerderd met rente;
  • € 654,97 aan buitengerechtelijke kosten,;
  • € 591,39 ter zake kosten van het expertiserapport;
  • de proceskosten en de nakosten.
[eisende partij] legt – kort samengevat – aan haar vordering ten grondslag dat Rions onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en daardoor aansprakelijk is voor de ontstane schade. De aansprakelijkheid van Weller Wonen is gebaseerd op artikel 6:171 BW. Daarnaast doet [eisende partij] ten aanzien van Weller Wonen een beroep op goed verhuurderschap.
3.2.
Gedaagde partij voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Rions:
4.1.
Ten aanzien van Rions stelt [eisende partij] zich op het standpunt dat Rions onrechtmatig heeft gehandeld door de riolering onder hoge druk door te spuiten waardoor de verzamelput en de gresbuizen zijn bezweken en de ondergrond is verzadigd door de watertoetreding. Het water is vervolgens door de muur gedrongen en heeft in de kelder van [eisende partij] schade veroorzaakt aan daar opgeslagen goederen. Dit levert een inbreuk op het eigendomsrecht van [eisende partij] op.
[eisende partij] beroept zich op het rapport van Eff Eff Bouwpathologie. In de kelderconstructie van [eisende partij] is geen gebrek geconstateerd. Klaarblijkelijk bestond wel een gebrek in de voorheen aanwezige gezamenlijke verzamelput en de grondleiding tussen de put en het gemeenteriool. Volgens de deskundige is de ontstane schade het gevolg van het verzadigd raken van de ondergrond en vervolgens binnendringen van water via de keldermuren en is er een causaal verband tussen het doorspuiten met behulp van hoge druk en het bezwijken van de put en de grondleiding waardoor een overmaat van water in de grond is gelopen.
Rions had dienen te voorkomen dat schade is ontstaan. Voor de uitvoering van de werkzaamheden heeft Rions geen informatie opgevraagd of onderzoek gedaan over de ligging en het materiaal van het riool.
4.2.
Rions betwist de inhoud van het deskundigenrapport van Eff Eff Bouwpathologie. Verder betwist Rions dat oude gresbuizen niet geschikt zijn voor ontstopping met behulp van de hoge druk methode. De keuze daarvoor is daarom niet onrechtmatig. Voor Rions was er geen aanwijzing of informatie voorhanden waaruit zij had kunnen afleiden dat de betreffende verzamelput en/of grondleiding in gebrekkige staat verkeerden. Rions verwijst ter zake naar het deskundigenrapport van ONE Expertise d.d. 24 februari 2016 dat in haar opdracht is opgemaakt. De deskundige concludeert dat, als de verzamelput en de grondriolering zijn bezweken door de ontstoppingswerkzaamheden, er sprake is van achterstallig onderhoud en een hierdoor gebrekkig rioolsysteem vanaf de buitengevel naar het hoofdriool, in combinatie met mogelijk gebrekkige kelderwanden van [adres] . Ook concludeert de deskundige dat, mede gelet op de situatie zoals aangetroffen in de kelder van [adres buren] , er aan de zijde van Rions geen sprake is van een verwijtbaar en/of nalatig handelen.
4.3.
Ter beoordeling ligt de vraag voor of Rions onrechtmatig jegens [eisende partij] heeft gehandeld. Op [eisende partij] rust de stelplicht - en indien aan de orde - de bewijslast van de gestelde onrechtmatige daad. Het enkele feit dat Rions werkzaamheden heeft verricht en dat daardoor schade is ontstaan bij [eisende partij] , is in beginsel onvoldoende om de conclusie te rechtvaardigen dat Rions onrechtmatig heeft gehandeld.
4.4.
Bij de uitvoering van de werkzaamheden heeft Rions ervoor gekozen om de riolering door te spoelen door middel van de zogenoemde hoge druk methode. Zoals hiervoor reeds is weergegeven stelt [eisende partij] zich op het standpunt dat Rions de verkeerde methodiek heeft gekozen dan wel zich van te voren had moeten laten voorlichten over de onderhoudsstaat van de gezamenlijke put en de grondleidingen.
Als onbetwist staat vast dat het doorspuiten van riolering met water onder hoge druk een reguliere en gebruikelijke methode is die veelvuldig gebruikt wordt. Deze manier van werken is daarom in beginsel niet onrechtmatig. Dit is slechts anders indien Rions ervan op de hoogte was dan wel had moeten zijn dat de gezamenlijke put en de grondleidingen in een slechte staat verkeerden en het derhalve voor Rions duidelijk had moeten zijn dat er dan schade zou worden veroorzaakt. De kantonrechter is van oordeel dat [eisende partij] onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld die ertoe moeten leiden dat Rions op de hoogte was van de gebrekkige staat van voornoemde put en grondleidingen dan wel dat Rions naar de staat daarvan had moeten informeren. Rions heeft immers aangevoerd dat het grootste gedeelte van de rioleringen in Limburg van gresbuis zijn gemaakt en dat bij verstoppingen altijd gebruik wordt gemaakt van de hoge druk methode. [eisende partij] heeft dit verweer niet weerlegd, zodat van de juistheid daarvan wordt uitgegaan. Ook dit levert daarom geen onrechtmatig handelen op.
4.5.
Verder blijkt zowel uit het rapport van Eff Eff Bouwpathologie als uit het rapport van ONE Expertise niet dat de put en de grondleidingen zijn bezweken als gevolg van het doorspoelen van de rioleringen. Eff Eff Bouwpathologie vermeldt weliswaar in haar rapport dat er een causaal verband bestaat tussen het doorspuiten met behulp van hoge druk en het bezwijken van het kennelijk in slechte staat verkerende deel van de riolering buiten het pand, maar de deskundige laat na dit verder te onderbouwen. Ook [eisende partij] zelf heeft ter zake te weinig gesteld, zodat hieraan voorbij wordt gegaan. Uit het rapport van ONE Expertise blijkt evenmin van een dergelijk causaal verband. Zoals hiervoor reeds is aangegeven is het bovendien nog maar de vraag of Rions ter zake een verwijt gemaakt had kunnen worden, nu zij op de gebruikelijke wijze de verstopping heeft opgelost.
4.6.
Op basis van voorgaande overwegingen komt de kantonrechter tot het oordeel dat Rions niet onrechtmatig jegens [eisende partij] heeft gehandeld. Aan bespreking van de gevorderde schade wordt daarom niet toegekomen. De vordering wordt afgewezen.
Weller Wonen:
4.7.
De vordering jegens Weller Wonen is op de eerste plaats gebaseerd op aansprakelijkheid op basis van artikel 6:171 BW. Deze grondslag slaagt echter niet. Nu Rions geen verwijt te maken is, is er immers ook geen aansprakelijkheid van Weller Wonen op basis van artikel 6:171 BW.
4.8.
Bij conclusie van repliek heeft [eisende partij] de grondslag van haar vordering aangevuld/gewijzigd in die zin dat zij haar vordering eveneens baseert op goed verhuurderschap. [eisende partij] stelt dat Weller Wonen geen enkele verantwoordelijk heeft willen nemen om de schade die bij [eisende partij] is ontstaan op te lossen. Goed verhuurderschap houdt onder meer in dat de verhuurder zijn onderhoudsverplichtingen dient na te komen en ervoor dient zorg te dragen dat de woning vrij is van gebreken.
Gelet op de rapportage van ONE Expertise zou de oorzaak van de schade gevonden moeten worden in gebrekkige constructies en achterstallig onderhoud. Ook had Weller Wonen op de hoogte moeten zijn van de staat van haar opstallen.
4.9.
Hoewel daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft Weller Wonen geen conclusie van dupliek ingediend.
4.10.
De kantonrechter overweegt als volgt. Het feit dat Weller Wonen geen verantwoordelijk op zich heeft willen nemen om de schade op te lossen, levert op zich geen strijdigheid met goed verhuurderschap op.
Mocht er al wel sprake zijn van slecht verhuurderschap c.q. toerekenbaar tekort schieten in de nakoming van de verplichtingen uit de huurovereenkomst, dan kan Weller Wonen slechts dan aansprakelijk zijn voor ontstane schade als zij in verzuim is komen te verkeren. Dit verzuim is echter niet ingetreden. Immers, niet blijkt dat Weller Wonen in gebreke is gesteld waarbij haar een termijn is gegeven waarbinnen zij de gestelde schade dient te vergoeden. Integendeel, uit niets blijkt dat op enig moment de schade bij Weller Wonen is geclaimd.
De e-mail van [eisende partij] , die als productie 2 bij de conclusie van antwoord is gevoegd, kan niet als een sommatie tot betaling dan wel een deugdelijke ingebrekestelling worden aangemerkt.
4.11.
Het voorgaande brengt met zich dat de vordering jegens Weller Wonen ook wordt afgewezen.
Rions en Weller Wonen
4.12.
[eisende partij] partij zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van Rions worden begroot op € 500,00 (2 x tarief € 250,00). De door Rions gevorderde nakosten zullen worden toegewezen overeenkomstig de richtlijnen van het LOVCK en worden begroot op een half salarispunt conform het liquidatietarief proceskosten met een maximum van € 100,00 aan nakosten salaris.
De kosten aan de zijde van Weller Wonen worden begroot op € 250,00 (1 x tarief € 250,00).
4.13.
De kantonrechter zal dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt [eisende partij] in de proceskosten aan de zijde van Rions gevallen en tot op heden begroot op € 500,00,
5.3.
veroordeelt [eisende partij] onder de voorwaarde dat deze niet binnen 2 weken na aanschrijving door Rions volledig aan dit vonnis voldoet, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 100,00 aan salaris gemachtigde,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis,
5.4.
veroordeelt [eisende partij] in de proceskosten aan de zijde van Weller Wonen gevallen en tot op heden begroot op € 250,00,
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M.J.F. Piëtte en in het openbaar uitgesproken.
type: plg
coll: hmui