In deze zaak vordert de zorgverzekeraar Menzis Zorgverzekeraar N.V. betaling van achterstallige premie van de gedaagde partij, A.W.J. Houben, die optreedt als bewindvoerster over de goederen van [X]. De gedaagde heeft een betalingsregeling getroffen, maar deze is niet nagekomen, waardoor de vordering opeisbaar is geworden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde partij de vordering erkent, maar zich verzet tegen de snelheid van de dagvaarding. De gedaagde heeft weliswaar betalingen verricht, maar deze zijn niet in overeenstemming met de getroffen regeling. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde aansprakelijk is voor de kosten die zijn ontstaan door het niet nakomen van de betalingsregeling. De vordering van de zorgverzekeraar wordt toegewezen, en de gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van € 146,74, vermeerderd met rente en kosten. De kosten van de procedure worden begroot op € 275,51, en het vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard.