Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 26 april 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen een man en een vrouw over de terugbetaling van onverschuldigd betaalde alimentatie. De man had vanaf 6 februari 2015 een alimentatiebijdrage van € 835,00 per maand aan de vrouw betaald, maar deze bijdrage was later verlaagd naar € 68,00 per maand na de echtscheiding, die op 13 juli 2016 was uitgesproken. De man vorderde een terugbetaling van € 7.571,71, omdat hij te veel had betaald in de periode van 28 februari 2015 tot mei 2016.
De vrouw voerde verweer en stelde dat de man te lang had gewacht met het verzoek om wijziging van de alimentatie, en dat de behoefte aan alimentatie niet was gewijzigd. De kantonrechter oordeelde dat de man inderdaad onverschuldigd had betaald, omdat de alimentatieverplichting met terugwerkende kracht was verlaagd. De kantonrechter overwoog dat de man niet in onderling overleg had kunnen komen met de vrouw vanwege de verstoorde verhouding tussen hen.
Uiteindelijk oordeelde de kantonrechter dat de man recht had op terugbetaling van het teveel betaalde bedrag. De proceskosten werden gecompenseerd, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De vrouw werd veroordeeld om het bedrag van € 7.571,71 aan de man te betalen, vermeerderd met wettelijke rente.