Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- dagvaarding € 100,23
- griffierecht 471,00
- salaris gemachtigde
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de coöperatie Coöperatieve Rabobank U.A. een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij wegens een ongeoorloofde debetstand op een betaalrekening. De gedaagde partij had een debetstand van € 6.230,41 op 14 juli 2016, en er waren betalingsregelingen getroffen die niet zijn nagekomen. De eisende partij vorderde betaling van in totaal € 7.356,31, inclusief rente en kosten. De gedaagde partij voerde verweer, maar de kantonrechter oordeelde dat de gedaagde partij de betalingsregeling niet had nageleefd en dat de vordering van de eisende partij toewijsbaar was. De kantonrechter heeft de vordering integraal toegewezen, met een correctie voor een kennelijke telfout, en de gedaagde partij werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 12 april 2017 door mr. A.H.M.J.F. Piëtte en is uitvoerbaar bij voorraad.