Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- dagvaarding € 100,23
- griffierecht 117,00
- salaris gemachtigde
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 12 april 2017 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de publiekrechtelijke rechtspersoon CAK, gevestigd te 's-Gravenhage, als eisende partij en een gedaagde partij die in persoon procedeerde. De eisende partij vorderde betaling van een bedrag van € 274,86, bestaande uit hoofdsom, rente en incassokosten, wegens onbetaald gelaten facturen voor zorgkosten. De gedaagde partij had de facturen betwist, maar de kantonrechter oordeelde dat de facturen als betalingsbeschikkingen in de zin van de Algemene Wet Bestuursrecht formele rechtskracht hadden, omdat de gedaagde partij de wettelijke termijn voor bezwaar en beroep had laten verstrijken. De kantonrechter overwoog dat de gedaagde partij geen bezwaar had gemaakt tegen de facturen en dat de juistheid en hoogte van de in rekening gebrachte bedragen niet meer getoetst konden worden. De kantonrechter wees de vordering van de eisende partij toe en veroordeelde de gedaagde partij in de proceskosten. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.