Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.de coöperatie COÖPERATIEVE RABOBANK U.A.,
RABOHYPOTHEEKBANK N.V.,
1.[hypotheekgever] ,
[belanghebbende sub 3],
[beslaglegger],
handelend onder de naam BOOMKWEKERIJ [Y] ,
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op 15 maart 2017 uitspraak gedaan in een kort geding betreffende de onderhandse verkoop van een onroerende zaak. Verzoeksters, de coöperatie Coöperatieve Rabobank U.A. en Rabohypotheekbank N.V., hebben verzocht om verlof voor de onderhandse verkoop van een registergoed op basis van artikel 3:268 lid 2 BW. Tijdens de mondelinge behandeling op 8 maart 2017 zijn de belanghebbenden opgeroepen, maar belanghebbende sub 3 is niet verschenen. Verzoeksters waren vertegenwoordigd door hun advocaat, mr. J.B.Th. van 't Grunewold, en mr. M.J.H. Verburg. Tijdens de zitting hebben enkele andere partijen, waaronder [A], [B] en [beslaglegger], aangegeven een hoger bod te willen uitbrengen.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat, hoewel de verzoeksters een onderhandse verkoop hebben voorgesteld, er aanwijzingen zijn dat een openbare verkoop mogelijk een hogere opbrengst zou genereren. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de partijen die een hoger bod willen uitbrengen, niet allemaal tot de groep behoren die formeel een bod kan uitbrengen. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de onderhandse verkoop niet de beste optie is, omdat de schuldenaar mogelijk benadeeld zou worden door een lagere opbrengst.
Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek tot onderhandse verkoop afgewezen en bepaald dat de verkoop openbaar dient te geschieden. De openbare verkoop is vastgesteld op 16 mei 2017 om 13.30 uur in Hotel en Congrescentrum Papendal te Arnhem. Tevens is bepaald dat de bekendmaking van de executieverkoop zal plaatsvinden via de gebruikelijke kanalen door Hekkelman advocaten en notarissen te Nijmegen.