ECLI:NL:RBLIM:2017:12463

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
20 december 2017
Publicatiedatum
20 december 2017
Zaaknummer
5995939 \ CV EXPL 17-4357
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verrekening van schade met eindafrekening werknemer en de afwijzing van opzet of bewuste roekeloosheid

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, betreft het een geschil tussen een werknemer, aangeduid als [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie], en de besloten vennootschap [X] Advocaten. De werknemer was in dienst bij [X] Advocaten en had een vaststellingsovereenkomst gesloten waarin werd overeengekomen dat de arbeidsovereenkomst per 1 maart 2017 zou eindigen, met een transitievergoeding van € 16.421,85. Echter, [X] Advocaten hield een bedrag van € 4.270,73 in op de eindafrekening wegens vermeende schade die de werknemer zou hebben veroorzaakt door opzet of bewuste roekeloosheid. De werknemer vorderde betaling van het netto equivalent van € 7.848,55 en buitengerechtelijke incassokosten, terwijl [X] Advocaten in reconventie een bedrag van € 3.379,52 vorderde voor schadevergoeding.

De kantonrechter oordeelde dat [X] Advocaten niet voldoende bewijs had geleverd voor de stelling dat de werknemer opzettelijk of roekeloos had gehandeld. De kantonrechter stelde vast dat de werknemer niet aansprakelijk kon worden gesteld voor de schade, tenzij er sprake was van opzet of bewuste roekeloosheid, wat niet kon worden aangetoond. De vordering van de werknemer tot terugbetaling van het ingehouden bedrag werd toegewezen tot € 4.270,40, terwijl de vordering van [X] Advocaten in reconventie werd afgewezen. Tevens werd [X] Advocaten veroordeeld in de proceskosten van de werknemer, die op € 926,10 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 5995939 \ CV EXPL 17-4357
Vonnis van de kantonrechter van 20 december 2017
in de zaak van:
[eisende partij in conventie, verweerder in reconventie],
wonend [adres eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] ,
[woonplaats eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] ,
eisende partij in conventie, verweerder in reconventie,
gemachtigde mr. L.J.M.G. Kunzeler,
tegen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [X] ADVOCATEN B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats Gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] ,
gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie,
gemachtigde mr. M.N. van Geenen.
Partijen zullen hierna [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] en [X] Advocaten genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord in conventie en van eis in voorwaardelijke reconventie
  • de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie
  • de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie
  • de conclusie van dupliek in reconventie.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] is op 1 januari 2006 bij [X] Advocaten in dienst getreden en was laatstelijk werkzaam in de functie van advocaat-medewerker voor 32 uur per week tegen een salaris van € 3.966,63 bruto per maand exclusief vakantietoeslag.
2.2.
Op 29 november 2016 hebben partijen een vaststellingsovereenkomst gesloten waarbij partijen onder andere zijn overeengekomen dat de arbeidsovereenkomst per 1 maart 2017 eindigt en [X] Advocaten aan [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] een transitievergoeding betaalt van € 16.421,85 bruto.
2.3.
[X] Advocaten heeft aan [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] een bedrag van € 4.664,73 netto uitbetaald. Daarbij werd een bedrag van € 4.270,73 ingehouden en verrekend wegens vermeende schade.

3.Het geschil in conventie en in reconventie

3.1.
[eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] vordert – samengevat – veroordeling van [X] Advocaten tot betaling van het netto equivalent van € 7.848,55 en een bedrag van € 928,55 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met rente en kosten en voert verweer tegen de vordering in reconventie.
3.2.
[X] Advocaten vordert voorwaardelijk voor het geval haar beroep op verrekening in conventie niet wordt gehonoreerd – samengevat – veroordeling van [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] tot betaling van € 3.379,52, vermeerderd met rente en kosten en voert verweer tegen de vordering in conventie.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling in conventie en in reconventie

in conventie
4.1.
[eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] vordert het netto equivalent van € 7.848,55. [X] Advocaten heeft een bedrag van € 4.270,40 ingehouden op het netto uit te betalen bedrag van € 8.935,13 daartoe stellende dat [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] bewust roekeloos heeft gehandeld in de uitoefening van haar werkzaamheden gedurende het dienstverband tussen partijen waardoor [X] Advocaten schade heeft geleden welke wordt berekend op een bedrag van € 4.270,40. [X] Advocaten doet een beroep op haar verrekeningsbevoegdheid.
4.2.
De kantonrechter stelt vast dat ingevolgde de wet de werknemer niet jegens de werkgever aansprakelijk is tenzij de schade een gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer. Slechts in geval de werkgever kan aantonen dat aan de zijde van de werknemer gesproken moet worden van opzet of bewuste roekeloosheid kan de werknemer aansprakelijk worden gesteld voor aan de zijde van de werkgever ontstane schade. [X] Advocaten stelt dat op zijn minst in vele dossiers bewust roekeloos is gehandeld door [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] . [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] betwist deze stelling uitdrukkelijk.
4.3.
De kantonrechter stelt vast dat de stelling van [X] Advocaten enkel is gebaseerd op aannames die door [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] gemotiveerd worden betwist. [X] Advocaten stelt dat de desbetreffende dossiers alleen door [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] werden behandeld terwijl [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] stelt dat sprake was van zaken waarin ook door collega advocaten werd gewerkt. Volgens [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] valt niet in te zien op welke wijze [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] schade zou hebben toegebracht aan [X] Advocaten, laat staan dat dit opzettelijk of roekeloos zou zijn gebeurd. De kantonrechter is van oordeel dat [X] Advocaten onvoldoende aantoont dat sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid. Het beroep van [X] Advocaten op verrekening wordt daarom verworpen.
4.4.
De vordering van [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] zal tot een bedrag van € 4.270,40 worden toegewezen. Uit de als bijlage 3 bij dagvaarding door [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] overgelegde correspondentie en salarisspecificatie blijkt immers dat over het volledige brutobedrag van € 16.421,85 loonheffing is ingehouden door [X] Advocaten, en ook afgedragen aan de Fiscus neemt de kantonrechter aan. [X] Advocaten wordt daarom veroordeeld tot terugbetaling van het ingehouden schadebedrag ad € 4.270,40.
4.5.
Bij de beoordeling van de vraag of de gevorderde buitengerechtelijke (incasso-) kosten voor vergoeding in aanmerking komen, hanteert de kantonrechter het uitgangspunt, dat verrichtingen voorafgaand aan het geding worden gezien als voorbereiding van de gedingstukken en instructie van de zaak. Bij afzonderlijk voor vergoeding in aanmerking komende kosten moet het gaan om verrichtingen die meer omvatten dan een enkele (eventueel herhaalde) aanmaning, het enkel doen van een schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. Daarvan is in deze zaak niet gebleken. De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten zal daarom worden afgewezen.
in reconventie
4.6.
[X] Advocaten vordert voor het geval de vordering in conventie mocht worden toegewezen een bedrag van € 3.379,52 aan schadevergoeding omdat [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] bewust roekeloos heeft gehandeld in de uitoefening van haar werkzaamheden gedurende het dienstverband tussen partijen waardoor [X] Advocaten schade heeft geleden. Hiervoor in conventie is reeds vastgesteld dat [X] Advocaten onvoldoende aantoont dat sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid. De vordering van [X] Advocaten moet daarom worden afgewezen.
in conventie en in reconventie
4.7.
[X] Advocaten zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] worden begroot op:
  • dagvaarding € 103,10
  • griffierecht 223,00
  • salaris gemachtigde
totaal € 926,10
4.8.
De gevorderde rente over de proceskosten zal worden toegewezen met ingang van de vijftiende dag na betekening van dit vonnis. De gevorderde nakosten zullen worden toegewezen overeenkomstig de richtlijnen van het LOVCK&T en worden begroot op een half salarispunt conform het liquidatietarief proceskosten met een maximum van € 100,00 aan nakosten salaris.
4.9.
De kantonrechter zal dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

5.De beslissing in conventie en in reconventie

De kantonrechter
in conventie
5.1.
veroordeelt [X] Advocaten om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] te betalen een bedrag van € 4.270,40, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 april 2017 tot aan de voldoening,
in reconventie
5.2.
wijst de vordering van [X] Advocaten af,
in conventie en in reconventie
5.3.
veroordeelt [X] Advocaten in de proceskosten aan de zijde van [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] gevallen en tot op heden begroot op € 926,10, vermeerderd met de wettelijke rente met ingang van de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
5.4.
veroordeelt [X] Advocaten onder de voorwaarde dat deze niet binnen 2 weken na aanschrijving door [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] volledig aan dit vonnis voldoet, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 100,00 aan salaris gemachtigde, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis,
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.W. Rijksen en in het openbaar uitgesproken.
type: HM
coll: ksf