ECLI:NL:RBLIM:2017:11905

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
6 december 2017
Publicatiedatum
5 december 2017
Zaaknummer
6079402 CV 17-5434
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onvoldoende duidelijkheid over toepasselijkheid van Algemene Voorwaarden door reisorganisatie

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 6 december 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Dolfijn Vakanties en een gedaagde partij. De gedaagde partij had zich op 13 januari 2016 aangemeld voor een vakantiereis naar Alanya, Turkije, maar annuleerde deze op 17 maart 2016. Dolfijn Vakanties vorderde annuleringskosten van de gedaagde partij, gebaseerd op hun algemene voorwaarden. De gedaagde partij betwistte echter de toepasselijkheid van deze voorwaarden, omdat deze niet aan hem ter hand waren gesteld. De kantonrechter oordeelde dat Dolfijn Vakanties onvoldoende duidelijkheid had verschaft over welke voorwaarden van toepassing waren, waardoor de vordering van Dolfijn Vakanties werd afgewezen. De kantonrechter stelde vast dat de overeenkomst rechtsgeldig tot stand was gekomen, maar dat de onduidelijkheid over de toepasselijkheid van de voorwaarden voor rekening van Dolfijn Vakanties kwam. De vordering werd afgewezen en Dolfijn Vakanties werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde partij.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 6079402 \ CV EXPL 17-5434
Vonnis van de kantonrechter van 6 december 2017
in de zaak van:
de stichting STICHTING DOLFIJN VAKANTIES,
gevestigd te Wateringen, gemeente Westland,
eisende partij,
gemachtigde Nouta Westland Gerechtsdeurwaarderskantoor B.V.,
tegen:
[gedaagde partij],
wonend [adres gedaagde partij] ,
[woonplaats gedaagde partij] ,
gedaagde partij,
gemachtigde mr. R.G.P. Voragen.
Partijen worden verder in dit vonnis aangeduid als Dolfijn vakanties en [gedaagde partij] .

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord
  • de conclusie van repliek
  • de conclusie van dupliek
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde partij] heeft zich op 13 januari 2016 bij Dolfijn Vakanties aangemeld voor een vakantiereis naar Alanya (Turkije) van 28 augustus 2016 tot 6 september 2016. Dolfijn Vakanties heeft de aanmelding op 17 februari 2016 bevestigd. Uit het aanmeldingsformulier blijkt dat [gedaagde partij] [X] als reisgenoot opgeeft.
2.2.
Uit de aan [gedaagde partij] toegezonden bevestiging van 17 februari 2016 blijkt dat [gedaagde partij] een bedrag van € 149,00 dient aan te betalen op de totale reissom van € 995,00. Daarnaast dient [gedaagde partij] een bedrag van € 45,00 ter zake een annuleringsregeling en € 90,00 ter zake groepsgeld te voldoen.
2.3.
Op 17 maart 2016 heeft [gedaagde partij] Dolfijn Vakanties laten weten de vakantie te annuleren. Dolfijn Vakanties heeft vervolgens op grond van de artikelen 6b en 6c van haar algemene voorwaarden annuleringskosten ter hoogte van € 214,00, te weten de aanbetaling van € 149,00, de annuleringsregeling ad € 45,00 en € 20,00 administratiekosten, bij [gedaagde partij] in rekening gebracht. [gedaagde partij] is in gebreke gebleven met de betaling van deze kosten.

3.Het geschil

3.1.
Dolfijn vakanties vordert – samengevat – veroordeling van [gedaagde partij] tot betaling van een bedrag van € 266,68, vermeerderd met rente en kosten.
3.2.
[gedaagde partij] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Dolfijn Vakanties heeft – nadat [gedaagde partij] zijn deelname aan de vakantiereis heeft afgezegd – op grond van haar algemene voorwaarden annuleringskosten bij [gedaagde partij] in rekening gebracht. Uit artikel 6c van deze algemene voorwaarden blijkt dat bij annulering tot 56 dagen voor vertrek de aanbetaling en 25% van de extra toeslagen verschuldigd is.
4.2.
[gedaagde partij] betwist de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden, nu deze niet aan [gedaagde partij] ter hand zijn gesteld. Daarnaast is er sprake van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst nu Dolfijn Vakanties heeft aangegeven de begeleider van [gedaagde partij] te zullen contacteren en zij dit aantoonbaar niet heeft gedaan.
4.3.
Voorts is zijdens [gedaagde partij] aangegeven dat de onrust in het Midden-Oosten [gedaagde partij] aanleiding heeft gegeven de reis te annuleren. Bovendien geeft de zorgverlener van [gedaagde partij] aan dat [gedaagde partij] geen vakantie kan boeken zonder medeweten van zijn financieel adviseur.
4.4.
De kantonrechter overweegt als volgt.
4.5.
Uit de processtukken – en meer in het bijzonder uit het als productie 1 bij dagvaarding overgelegde aanmeldingsformulier – blijkt dat Dolfijn Vakanties een organisatie is die begeleide vakanties organiseert en uit de vraagstelling in het betreffende formulier valt af te leiden dat deelnemers aan de door Dolfijn Vakanties georganiseerde vakantiereis niet als standaard te kwalificeren zijn. Echter, gesteld noch gebleken is dat [gedaagde partij] onder curatele is gesteld dan wel dat er sprake is van een wettelijk beschermingsbewind noch dat er anderszins sprake is van wettelijke vertegenwoordiging. [gedaagde partij] moet dus geacht worden handelingsbekwaam te zijn om overeenkomsten als de onderhavige zelfstandig af te sluiten. Dat hij daarvoor toestemming nodig heeft van zijn financieel adviseur is wellicht gebaseerd op een onderlinge afspraak met die adviseur, maar Dolfijn Vakanties kan aan een dergelijke afspraak in alle redelijkheid niet worden gehouden. De kantonrechter stelt dan ook vast dat de onderhavige overeenkomst op rechtsgeldige wijze tot stand gekomen is.
4.6.
Vervolgens is aan de orde de vraag of op de overeenkomst de algemene voorwaarden van toepassing zijn. De kantonrechter overweegt op dit punt het navolgende. Uit het aanmeldingsformulier blijkt dat [gedaagde partij] met het plaatsen van zijn handtekening op het formulier zich akkoord heeft verklaard met de algemene voorwaarden zoals die zijn vermeld in de recente vakantiegids van Dolfijn Vakanties. De door Dolfijn Vakanties overgelegde voorwaarden (productie 2 bij dagvaarding) komen niet uit de vakantiegids, maar zijn een afdruk van een webpagina. Onduidelijk is of dit dezelfde voorwaarden zijn. Als dat echter al wel zo zou zijn, dan stelt de kantonrechter vast dat in de bevestigingsbrief van 17 februari 2016 Dolfijn Vakanties de voorwaarden van de garantieregeling van de Stichting Garantiefonds Reisgelden (SGR) van toepassing verklaart, welke voorwaarden ter inzage liggen bij SGR, gedeponeerd zijn ter griffie van de rechtbank Rotterdam, de Kamer van Koophandel Rotterdam en die zijn te vinden op de internetsite van SGR www.sgr.nl.
4.7.
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Dolfijn Vakanties onvoldoende duidelijkheid verschaft over het feit welke voorwaarden zij van toepassing acht: haar eigen algemene voorwaarden dan wel de SGR-voorwaarden. Gesteld noch gebleken is dat beide voorwaarden identiek zijn. Hetzelfde geldt voor de voorwaarden in de vakantiegids en de als productie 2 overgelegde voorwaarden. De kantonrechter is van oordeel dat deze onduidelijkheid voor rekening van Dolfijn Vakanties dient te blijven. Nu Dolfijn Vakanties onvoldoende inzichtelijk heeft gemaakt welke voorwaarden van toepassing zijn, kan zij zich niet met succes op de toepasselijkheid van enige voorwaarden beroepen.
4.8.
Nu haar vordering is gegrond op artikel 6c van haar eigen algemene voorwaarden en – zoals hiervoor is overwogen – de toepasselijkheid daarvan niet is komen vast te staan, dient de vordering reeds op die grond aan eiseres te worden ontzegd. De overige door en namens gedaagde aangevoerde weren behoeven dan ook geen verdere bespreking.
4.9.
De kantonrechter acht geen termen aanwezig Dolfijn Vakanties toe te laten tot nadere bewijslevering.
4.10.
Dolfijn Vakanties zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van [gedaagde partij] worden begroot op een bedrag van € 120,00 ( 2 x tarief € 60,00) ter zake salaris gemachtigde.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vordering af,
5.2.
veroordeelt Dolfijn Vakanties in de kosten van dit geding aan de kant van [gedaagde partij] gevallen en tot aan deze uitspraak begroot op een bedrag van € 120,00,
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M.J.F. Piëtte en in het openbaar uitgesproken.
type: ph
coll: ksf