Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- dagvaarding € 106,84
- griffierecht 117,00
- salaris gemachtigde
Rechtbank Limburg
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 22 november 2017, staat de betalingsonmacht van de gedaagde partij centraal. De eisende partij, Hoist Kredit, heeft een vordering ingesteld tegen de vennootschap onder firma Administratie- en Bewindvoerderskantoor [X] VOF, in zijn/haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van de onder bewind gestelde [Y]. De procedure is gestart na een betalingsregeling die door de gedaagde partij niet volledig is nagekomen, resulterend in een openstaand bedrag van € 500,00. Hoist Kredit heeft de vordering van Essent Retail Energie B.V. overgenomen, die eerder onbetaalde facturen had verzonden aan de gedaagde partij.
De kantonrechter overweegt dat de betalingsonmacht van de gedaagde partij niet betekent dat de contractuele verplichtingen vervallen. De gedaagde partij is verantwoordelijk voor het nakomen van de financiële verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst met Essent Retail Energie B.V. De rechter oordeelt dat Hoist Kredit gerechtigd is om de gedaagde partij in rechte te betrekken, ondanks de bekendheid met de betalingsonmacht. Tevens wordt de vordering van Hoist Kredit tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten toegewezen, aangezien deze voldoet aan de wettelijke eisen.
In de beslissing wordt de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag van € 500,00, alsook tot vergoeding van de proceskosten, die zijn begroot op € 343,84. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Hoist Kredit het vonnis kan laten uitvoeren, ook als de gedaagde partij in beroep gaat.