Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De beoordeling van het bewijs
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf
7.De benadeelde partijen
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
8 primairten laste gelegde feit;
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder punt
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder punt
- verklaart de verdachte strafbaar;
een jeugddetentie van
- beveelt dat de tijd die de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijke deel van de jeugddetentie in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat het voorwaardelijke gedeelte van de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd:
- zich heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit of
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de Identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of
- geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met vierde lid van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- stelt voorts als
- gedurende de proeftijd meewerkt aan de jeugdreclasseringsmaatregel Toezicht en Begeleiding, waarbij de eerste zes maanden in de vorm van een ITB HKA traject;
- zich tijdens de proeftijd laat behandelen door een door Bureau Jeugdzorg Limburg nader te bepalen instantie (voor verslavingsproblematiek, behandeling gericht op traumaverwerking, ego-ondersteunende behandeling en systematische begeleiding), waarbij de veroordeelde zich moet houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar worden gegeven. Als de reclassering dat noodzakelijk acht, wordt de veroordeelde verplicht tot een korte klinische opname van maximaal zeven weken, waarbij de veroordeelde zich moet houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die opname door of namens
- geen alcohol en cannabis mag gebruiken en zal meewerken aan middelencontroles, zolang de reclassering dit gedurende de proeftijd noodzakelijk vindt;
- zich niet mag bevinden in de wijk Heugem te Maastricht, zolang de reclassering dit gedurende de proeftijd noodzakelijk acht (op dit locatieverbod kan een uitzondering worden gemaakt indien de veroordeelde in overleg met de jeugdreclasseringswerker zijn moeder, die binnen dit gebied woont, mag bezoeken);
- verblijft bij zijn vader, op het adres: [adres 11] , zolang de reclassering dit gedurende proeftijd noodzakelijk acht;
- meewerkt aan het elektronisch toezicht dat reeds is aangesloten op 24 augustus 2017 en zich hierbij zal houden aan de aanwijzingen en de richtlijnen van de reclassering, zolang de reclassering dit gedurende de proeftijd noodzakelijk acht;
- geeft de reclassering opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
heft op het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van heden;
[benadeelde partij 2] , [benadeelde partij 6] ,
[benadeelde partij 5]niet-ontvankelijk in de vordering