3.3Het oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van de feiten 1 en 2
I. Het tijdregistratiesysteem van ‘ [Medeverdachte 1] ’
Op 7 augustus 2012 is zowel de fysieke als de digitale administratie van ‘ [Medeverdachte 1] ’ inbeslaggenomen. Door de bedrijven [Medeverdachte 1] ., gevestigd te [Adres 7] in de gemeente Horst aan de Maas, en [Medeverdachte 2] , gevestigd te Venlo, werd gebruik gemaakt van een door [Naam rechtspersoon 3] (hierna: [Naam rechtspersoon 3] ) ontwikkeld tijdregistratiesysteem. De Inspectie SZW, directie Opsporing, (hierna: de opsporingsdienst) heeft vastgesteld dat dit tijdregistratiesysteem bestond uit 3 hoofdmodules, zijnde de tijd-, project- en weegregistratie. De module tijdregistratie werd gebruikt om de werktijden van de werknemers te registreren.
De opsporingsdienst heeft onderzoek gedaan naar de bedrijfsstructuur van ‘ [Medeverdachte 1] ’ en heeft daarover als volgt gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat onder meer de rechtspersonen [Medeverdachte 1] . en [Medeverdachte 2] tot een groep gelieerde vennootschappen van de [Medeverdachte 1] -groep behoren. Deze [Medeverdachte 1] -groep betreft een groot aantal vennootschappen dat zich bezig houdt met het telen van champignons. De rechtspersoon [Medeverdachte 1] . legt zich onder meer toe op het kweken van champignons. Binnen deze rechtspersoon vinden alle oogsthandelingen plaats. De activiteiten van rechtspersoon [Medeverdachte 2] zien onder meer op ondersteunende activiteiten ten behoeve van de tot de [Medeverdachte 1] groep behorende bedrijven. Deze activiteiten behelzen onder andere de administratieve verwerking van de financiële administratie, personeel- en organisatie-activiteiten, de ICT-activiteiten en ondersteuning bij overige staffuncties. De opsporingsdienst heeft voorts gerelateerd dat de enig bestuurder van de verdachte rechtspersoon [Medeverdachte 1] . de rechtspersoon [Medeverdachte 2] is. De enig bestuurder van de rechtspersoon [Medeverdachte 2] is de rechtspersoon [Medeverdachte 1] De enig bestuurder van de rechtspersoon [Medeverdachte 1] is de rechtspersoon [Naam rechtspersoon hoofdverdachte] En de enig bestuurder van de rechtspersoon [Naam rechtspersoon hoofdverdachte] is de natuurlijk persoon medeverdachte [Hoofdverdachte] .
Ter terechtzitting heeft medeverdachte [Medeverdachte 3] als getuige verklaard, zakelijk weergegeven, dat hij werkzaam was bij [Medeverdachte 2] Qua functie bevond [Medeverdachte 3] zich tussen de directie, de afdeling financieel en de afdeling ICT in.De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft voorts verklaard, zakelijk weergegeven, dat de directie van [Medeverdachte 1] . tot februari 2010 uit twee personen bestond, te weten [Naam oprichter] als financieel directeur en [Hoofdverdachte] als algemeen directeur. Daarna was [Hoofdverdachte] de enige directeur. Volgens [Medeverdachte 3] wist iedereen dat er correcties in het tijdregistratiesysteem plaatsvonden.
De verdachte heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat hij werkzaam is voor [Naam rechtspersoon 3] en dat hij vanuit die hoedanigheid werkzaamheden heeft verricht voor ‘ [Medeverdachte 1] ’, maar hij weet niet precies voor welke B.V. van ‘ [Medeverdachte 1] ’. [Hoofdverdachte] zwaait er volgens de verdachte de scepter, maar de contactpersoon van de verdachte bij ‘ [Medeverdachte 1] ’ was [Medeverdachte 3] . De belangrijkste werkzaamheden van de verdachte waren de ontwikkeling van het tijd- en kiloregistratiesysteem van [Naam rechtspersoon 3] . Hij heeft het tijd- en kiloregistratiesysteem geïmplementeerd en de software op maat gemaakt en onderhouden. Daarnaast heeft hij een koppeling gemaakt tussen het tijdregistratiesysteem en het IPS loonsysteem.Voorts heeft hij verklaard, zakelijk weergegeven, dat ‘ [Medeverdachte 1] ’ failliet zou gaan als zij het helemaal netjes volgens de wet zouden doen. Hij verwachtte dat ‘ [Medeverdachte 1] ’ een geldboete zou krijgen, indien zij tegen de lamp zou lopen, en dat het daarmee afgedaan zou zijn. De verdachte heeft met zijn baas besproken dat hij wist dat de modules waren ontworpen om uren af te romen, maar volgens zijn baas was de eindgebruiker degene die het gebruik van dergelijke modules bepaalt. De verdachte wist dat de door hem ontworpen modules zouden worden gebruikt om de uren af te romen, maar hij wist niet dat het zo grootschalig zou zijn. De verdachte heeft uit gemak het ‘master key’ wachtwoord aan [Medeverdachte 3] gegeven, zodat hij bij ‘ [Medeverdachte 1] ’ zelf alles kon inrichten.
II. Het kloksysteem (‘profiel 13’)
De opsporingsdienst heeft gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat er per productielocatie van ‘ [Medeverdachte 1] ’ een tijdregistratie aanwezig was. Per tijdregistratie was het mogelijk om de modules verschillend in te stellen, maar de werkwijze was bij alle vier de productielocaties van [Medeverdachte 1] gelijk.De opsporingsdienst heeft voorts gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat het tijdregistratiesysteem opnieuw is ingericht voor het klokken van de Poolse pluksters. Er zijn voor de Poolse pluksters een aantal maatwerkmodules ontwikkeld en ingevoerd, te weten de klokophaalpercentagemodule, de vaste pauzemodule en de pluktijdcorrectiemodule.
De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft bij de opsporingsdienst verklaard, zakelijk weergegeven, dat hij in voorjaar 2010 is begonnen met het klokken.De Poolse pluksters klokten vanaf dat moment op de in- en uitgangsklok, terwijl de Nederlandse pluksters projectklokkingen boekten.Vóór invoering van de klok bestond er geen kloksysteem voor de Poolse pluksters, maar een kiloregistratie. De Poolse pluksters kregen dus per kilo uitbetaald. Volgens [Medeverdachte 3] werd er maar één vast profiel gebruikt voor de Poolse pluksters.
De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft verklaard dat hij in 2008 bij ‘ [Medeverdachte 1] ’ is begonnen en toen eerst de financiële kant heeft opgepakt. Vervolgens heeft hij de loonadministratie aangepakt. In het voorjaar 2010 is hij begonnen met het klokken, omdat hij geen feitelijk gewerkte uren als onderbouwing had voor de verloonde uren. Om deze reden wilde [Medeverdachte 3] een urenregistratie. Zonder de toestemming van [Hoofdverdachte] was er volgens [Medeverdachte 3] geen urenregistratie geweest. [Medeverdachte 3] heeft het initiatief genomen om een urenregistratie in te voeren. Dit initiatief is niet gestimuleerd, maar ook niet tegengehouden.
De verdachte heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat de Poolse werknemers onder profiel 13 vallen. Voor de loonberekening van de Poolse werknemers zijn alleen de geplukte kilo’s van belang.De maatwerkmodules zijn in 2009 of 2010 ingevoerd.De daadwerkelijk gewerkte tijden van de Poolse pluksters worden overschreven als de modules worden gedraaid. De daadwerkelijk geklokte uren zijn dan niet meer terug te zien in het systeem.De verdachte heeft het overschrijven van de originele data met [Medeverdachte 3] besproken, maar deze vond dit geen probleem.
III-A. De vaste pauze module
De verdachte heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat er een module voor de vaste pauzes was. Er was een ingangsklok en een uitgangsklok, maar er werden geen pauzes geklokt. Op verzoek van ‘ [Medeverdachte 1] ’ heeft de verdachte een module ingebouwd die in de totale kloktijd de vaste pauzes verdeelt.
Medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat de pauzes vastzitten in het tijdregistratiesysteem. Deze worden automatisch van de geklokte tijd afgehaald, waarna de netto werktijd uit het systeem rolt.
Uit onderzoek van de opsporingsdienst aan het tijdregistratiesysteem volgt, zakelijk weergegeven, dat er een scherm instellingen bestaat, geheten ‘Werktijden en pauzetijden tabel t.b.v. berekenen klokrecords’. De opsporingsdienst heeft de daarin aangetroffen werk- en pauzetijden van de vier productielocaties verwerkt in overzichten. Uit deze overzichten volgt dat in het tijdregistratiesysteem het volgende werkschema is ingesteld voor een werknemer die om 06:00 uur begint te werken, zakelijk weergegeven, namelijk:
Werktijd 06:00 tot 08:30 Pauzetijd 25 minuten
08:55 tot 11:25 45 minuten
12:10 tot 14:10 25 minuten
14:35 tot 16:35 45 minuten
17:20 tot 19:20 25 minuten
19:45 tot 21:45 45 minuten.
De opsporingsdienst heeft gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat zij tijdens de doorzoeking op 7 augustus 2012 op de productielocatie aan de [Adres 5] een overzicht heeft aangetroffen met als titel “Afspraken Pauze tijden”. In dit overzicht staan de volgende tijden:
Minder dan 4 uur werken is 15 minuten pauze.
Tussen 4 en 6 uur werken is 30 minuten pauze.
Tussen 6 en 7 uur werken is 45 minuten pauze.
Tussen 7 en 9 uur werken is 60 minuten pauze.
Tussen 9 en 12 uur werken is 75 minuten pauze.
De opsporingsdienst heeft in de inbeslaggenomen digitale bedrijfsadministratie tevens een document aangetroffen, geheten ‘Bedrijfsregels Oogstmedewerkers’, opgeslagen onder de naam ‘ [Adres 7] bedrijfsregels.doc’.Hierin staat opgemerkt, zakelijk weergegeven:
Houd je aan de afgesproken pauzetijden.
Pauzetijden:
Aanvang 07:00 uur: 09:30 – 09:45 uur 12:00 – 12:30 uur 14.30 – 14:45 uur
Aanvang 06.00 uur: 08:30 – 08:45 uur 11:30 – 12:00 uur 14:15 – 14:30 uur
Aanvang 09:00 uur: 09:30 – 09:45 uur 12:00 – 12:30 uur.
Gelet op het verschil tussen de pauzetijden in het tijdregistratiesysteem en de op de pluklocaties aangetroffen documentatie over de pauzetijden, heeft de opsporingsdienst het gemiddelde percentage van de teveel berekende pauzetijden berekend. Daarover heeft de opsporingsdienst gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat het percentage van teveel berekende pauzetijd ten opzichte van de werktijd 6% bedraagt.
III-B. De klokophaalpercentagemodule
De verdachte heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat er een tweede maatwerkmodule 2 was waarbij er een percentage van de klokuren werd ingekort. De opgehaalde tijd werd met een bepaald percentage gekort, zodat bijvoorbeeld 10 gewerkte uren met een percentage van 10% gekort werden tot 9 uur.‘ [Medeverdachte 1] ’ kon de klokophaalfactor zelf instellen en zelf het percentage bepalen. De ophaalfactor is instelbaar gemaakt zodat [Medeverdachte 1] maximale controle kon hebben.
Medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft bij de opsporingsdienst verklaard, zakelijk weergegeven, dat hij in opdracht van de directie de klok van het tijdregistratiesysteem standaard op 90% heeft ingesteld. In 2012 heeft [Medeverdachte 3] de klok tweemaal, op twee dagen, ingesteld op 85%. [Medeverdachte 3] heeft verklaard dat hij een sms van de bedrijfsleider krijgt, als er langer wordt gewerkt dan tot 19.00 uur of 20.00 uur. [Medeverdachte 3] logt dan in op het werk, hetgeen hij ook vanuit huis kan, om de prikklok aan te passen. De correctie van 10% wordt toegepast op de in- en uitgangsklok van de pluksters. De andere medewerkers, zijnde alle medewerkers behalve de Poolse pluksters, doen projectklokkingen in hetzelfde registratiesysteem, maar deze uren kunnen niet worden gecorrigeerd. Volgens [Medeverdachte 3] is dit in 2010 ontstaan. Indien ‘ [Medeverdachte 1] ’ winst zou maken, dan zou de aanpassing van 10% eerder teruggedraaid worden. [Medeverdachte 3] heeft verklaard dat ze inmiddels twee jaar verder zijn en dat de klok nog steeds op 90% staat.
Getuige [Getuige 4] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat de aanstuurders [Naam 13] of [Naam 2] contact opnamen met [Medeverdachte 3] als zij zagen dat er langer doorgewerkt moest worden. [Medeverdachte 3] had de mogelijkheid om het tijdregistratiesysteem aan te passen.[Getuige 4] had de opdracht om de klokgegevens alleen ’s ochtends op te halen, vermoedelijk omdat [Medeverdachte 3] dan ’s avonds nog de klok kon aanpassen op een klokpercentage. Na het ophalen van de klokgegevens, kunnen deze gegevens niet meer worden aangepast. Deze gegevens worden dan verplaatst naar gereed zijnde klokrecords. Na het ophalen van de gegevens kon [Medeverdachte 3] deze dus niet meer aanpassen.
De opsporingsdienst heeft voorts gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat zij in het tijdregistratiesysteem van ‘ [Medeverdachte 1] ’ heeft onderzocht hoe de klokophaalpercentages op 7 augustus 2012 stonden ingesteld. De opsporingsdienst heeft geconstateerd dat het klokophaalpercentage op 7 augustus 2012 op de pluklocaties [Adres 7] , [Adres 4] en [Adres 6] stond ingesteld op 90% en op de pluklocatie [Adres 5] op 95%.
III-C. De pluktijdcorrectiemodule
Medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat het systeem automatisch de geplukte kilogrammen per soort maal het tarief volgens arbeidsovereenkomst berekent. Uit deze berekening volgt een positieve of negatieve plukprestatie. Als de plukprestatie (geplukte kilogrammen x tarief per kilo) positief is, wordt het meerdere als prestatietoeslag uitbetaald. Als een plukprestatie negatief is, dan worden de gewerkte uren uitbetaald. Ongeveer 20% à 30% van de pluksters ontvangt een prestatietoeslag vanwege hun positieve plukprestatie. Daarnaast bestaat er een negatieve plukprestatie, welke met 30% in mindering wordt gebracht op het salaris. De 30% correctie voor de negatieve plukprestatie rekent [Medeverdachte 3] zelf uit, waarna deze in dezelfde periode in mindering wordt gebracht. Deze correctie voert [Medeverdachte 3] zelf door in het tijdregistratiesysteem.[Medeverdachte 3] heeft voorts verklaard dat er een pluknorm was bepaald door de heren [Hoofdverdachte] en [Naam 1] .Deze pluknorm bedroeg 30,7 kilo per uur. Het behalen van het minimumloon is volgens [Medeverdachte 3] haalbaar als de plukprestatie zou toenemen. De pluknorm had bijgesteld moeten worden maar dit is niet gebeurd, omdat het bedrijfsresultaat slecht was.
De verdachte heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat er tevens een module is die een deel van het verschil van de daadwerkelijk gewerkte uren en de kilo uren afroomt. De verdachte heeft hierbij het voorbeeld gegeven dat als iemand ‘daadwerkelijk’ 150 uur heeft gewerkt (waarvan al 10% afgeroomd is), terwijl er op basis van de geplukte kilo’s 100 uur gewerkt zou moeten zijn een correctie wordt toegepast voor de 50 uren die ‘te lang’ zijn gewerkt. In het voorbeeld bedraagt het verschil 50 uren. Als de correctiefactor op 40% staat, gaan hier dus 20 uur vanaf. De uren die deze persoon krijgt uitbetaald zijn dan 100 + 30 = 130 uren, zijnde een verschil met 20 uur van de ‘daadwerkelijk’ gewerkte uren.
Uit onderzoek van de opsporingsdienst is gebleken, zakelijk weergegeven, dat de pluktijdcorrectiemodule van de verschillende productielocaties op 7 augustus 2012 als volgt was ingesteld:
Locatie [Adres 7] Correctiefactor: 40%
Locatie [Adres 4] Correctiefactor: 40%
Locatie [Adres 6] Correctiefactor: 40%
Locatie [Adres 5] Correctiefactor: 30%
De opsporingsdienst heeft onderzocht hoeveel Poolse champignonpluksters een positieve of negatieve plukprestatie hebben gehaald. Uit dit onderzoek over de salarisperiodes, gelegen tussen de periodes 4-2011 tot en met 7-2012, volgt, zakelijk weergegeven, het navolgende overzicht:
Productielocatie Totaal aantal Negatieve Positieve
pluksters plukprestatie plukprestatie
[Adres 7] 263 200 63
[Adres 4] 114 94 20
[Adres 5] 48 0 48
[Adres 6] 153 110 43
Totaal 578 404 174
Procentueel 100,0% 69,9% 30,1%
IV. Valsheid van de salarisspecificaties genoemd in de tenlastelegging
De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat de werkelijke gewerkte uren niet op de loonstroken staan. De loonstroken zijn dus niet correct, want ze geven niet de werkelijkheid weer.
De getuige [Getuige 4] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat de uren die de Poolse pluksters daadwerkelijk hebben gemaakt niet klopten met de salarisstroken.
IV-A. Salarisstroken over 2010, 2011 en 2012
In het procesdossier bevinden zich de navolgende salarisspecificaties, waaruit volgt, zakelijk weergegeven, dat er door [Medeverdachte 1] . is uitgekeerd:
een bedrag van € 83,70 over 113 gewerkte uren en 12,58 overuren, voor de salarisperiode 12 2010 (zijnde 8 november 2010 tot en met 5 december 2010) aan oogstmedewerker [Slachtoffer 9] ,
een bedrag van € 120,09 over 123,60 gewerkte uren en 5,48 overuren, voor de salarisperiode 12 2010 (zijnde 8 november 2010 tot en met 5 december 2010) aan oogstmedewerker [Slachtoffer 5] ,
een bedrag van € 1.113,41 over 160,00 gewerkte uren en 29,17 overuren, voor de salarisperiode 4 2011 (zijnde 28 maart 2011 tot en met 24 april 2011) aan oogstmedewerker [Slachtoffer 13] ,
een bedrag van € 223,36 over 160 gewerkte uren en 29,52 overuren, voor de salarisperiode 5 2011 (zijnde 25 april 2011 tot en met 22 mei 2011) aan oogstmedewerkster [Slachtoffer 13] ,
een bedrag van € 1.220,65 over 160 gewerkte uren, voor de salarisperiode 6 2011 (zijnde 23 mei 2011 tot en met 19 juni 2011) aan oogstmedewerkster [Slachtoffer 13] ,
een bedrag van € 1.363,32 over 160 gewerkte uren en 47,75 overuren, voor de salarisperiode 7 2011 (zijnde 20 juni 2011 tot en met 17 juli 2011) aan oogstmedewerkster [Slachtoffer 13] ,
een bedrag van € 1.058,47 over 149,50 gewerkte uren en 11,25 overuren, voor de salarisperiode 8 2011 (zijnde 18 juli 2011 tot en met 14 augustus 2011) aan oogstmedewerkster [Slachtoffer 13] ,
een bedrag van € 1.292,19 over 159,25 gewerkte uren en 24,92 overuren, voor de salarisperiode 9 2011 (zijnde 15 augustus 2011 tot en met 11 september 2011) aan oogstmedewerkster [Slachtoffer 13] ,
een bedrag van € 1.341,79 over 160 uren en 28,75 overuren, voor de salarisperiode 10 2011 (zijnde 12 september 2011 tot en met 9 oktober 2011) aan oogstmedewerkster [Slachtoffer 13] ,
een bedrag van € 1.031,48 over 151,48 gewerkte uren en 19,92 overuren, voor de salarisperiode 5 2012 (zijnde 23 april 2012 tot en met 20 mei 2012) aan oogstmedewerker [Naam 15] (D-034-67, pagina 4336),
een bedrag van € 756,85 over 137,83 gewerkte uren en 6,58 overuren, voor de salarisperiode 1 2012 (zijnde 2 januari 2012 tot en met 29 januari 2012) aan oogstmedewerker [Naam 16] ,
een bedrag van € 840,51 over 142,25 gewerkte uren en 4,83 snipperuren, voor de salarisperiode 2 2012 (zijnde 30 januari 2012 tot en met 26 februari 2012) aan oogstmedewerker [Naam 16] ,
een bedrag van € 478,44 over 86,67 gewerkte uren en 5,92 overuren, voor de salarisperiode 3 2012 (zijnde 27 februari 2012 tot en met 25 maart 2012) aan oogstmedewerker [Naam 16] ,
een bedrag van € 1.013,38 over 160 gewerkte uren en 23 overuren, voor de salarisperiode 4 2012 (zijnde 26 maart 2012 tot en met 22 april 2012) aan oogstmedewerker [Naam 16] ,
een bedrag van € 612,00 over 96 gewerkte uren en 7,92 overuren, voor de salarisperiode 5 2012 (zijnde 23 april 2012 tot en met 20 mei 2012) aan oogstmedewerker [Naam 16] ,
een bedrag van € 260,06 over 36,75 gewerkte uren en 3,50 overuren, voor de salarisperiode 6 2012 (zijnde 21 mei 2012 tot en met 17 juni 2012) aan oogstmedewerker [Naam 16] ,
een bedrag van € 775,04 over 140,42 gewerkte uren en 9,25 overuren, voor de salarisperiode 7 2012 (zijnde 18 juni 2012 tot en met 15 juli 2012) aan oogstmedewerker [Naam 16] .
De getuige [Slachtoffer 9] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat zij de Poolse nationaliteit heeft en dat zij van 4 november 2010 tot en met 8 december 2010 voor ‘ [Medeverdachte 1] ’ heeft gewerkt als champignonplukster.Ook de getuige [Slachtoffer 5] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat zij de Poolse nationaliteit heeft. Zij heeft vanaf 3 november 2010 als champignonplukster voor ‘ [Medeverdachte 1] ’ gewerkt.De getuige [Slachtoffer 13] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat zij de Poolse nationaliteit heeft.
IV-B. Salarisstroken over 2009
De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat de Poolse pluksters vóór invoering van het kloksysteem per kilo en dus veel slechter uitbetaald kregen. De kilo’s uit de kiloregistratie zijn de daadwerkelijk geplukte kilo’s.
De opsporingsdienst heeft over de urenregistratie van de Poolse pluksters vóór de invoering van het kloksysteem in het voorjaar van 2010 gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat er voor de Poolse champignonpluksters geen urenregistratie via klokking heeft plaatsgevonden, voordat de arbeidsuren van de Poolse champignonpluksters via een urenregistratie werden bijgehouden. In de periode vóór invoering van het klokken werkten de Poolse pluksters op basis van kiloloon bij [Medeverdachte 1] .
V. De IPS Totaal overzichten
De opsporingsdienst heeft gerelateerd, zakelijk weergegeven, dat de loongegevens van [Medeverdachte 1] . via het systeem People Online worden aangeleverd bij de [Naam rechtspersoon 4] te Venray (hierna: [Naam rechtspersoon 4] . Deze gegevens worden door de Willemsen Adviesgroep niet veranderd of aangevuld. De loongegevens worden in opdracht van [Medeverdachte 1] Holding/ [Medeverdachte 1] Production direct in het BIS (Business Information System) ingelezen en verwerkt tot salarisspecificaties. In het tijdregistratiesysteem is een koppeling gemaakt met het IPS (Internet Personnel Services) loonsysteem. De afdeling P&O haalt periodiek een verloningsheet uit het tijdregistratiesysteem. Op dit overzicht, genaamd ‘IPS Totaal overzicht’, staan de gewerkte uren, overuren, plukprestatietoeslag en overige salariscomponenten. De correcties op de klokuren en rekenformules zijn daarin niet zichtbaar voor P&O, maar zijn daarin wel verwerkt. Voor de loonbetalingen wordt door de afdeling P&O met behulp van een loonbatch een importdocument gemaakt voor de Willemsen Adviesgroep (tot 1 januari 2012) zodat de gegevens op het ‘IPS Totaal overzicht’ kunnen worden geüpload ten behoeve van de opmaak van salarisspecificaties en de aangiftes van loonheffingen. In de ‘image’ van het tijdregistratiesysteem zijn ‘IPS Totaal overzichten’ aangetroffen over, onder meer, de periode 1-2011 tot en met 7-2012.
Medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft verklaard dat de salarisadministratie door [Medeverdachte 1] . is uitbesteed aan de Willemsen Adviesgroep. De afdeling P&O levert de gegevens voor de salarisadministratie. [Naam 6] stuurt de IPS totaalsheet door aan de Willemsen Adviesgroep (tot 1 januari 2012 People Online).De afdeling P&O haalt de verloningssheet uit het tijdregistratiesysteem. Op dit overzicht staan niet de rekenformules en daarbij behorende correcties vermeld. Op de verloningssheet staan de gewerkte uren, overuren, prestatietoeslag, dagen voor huisvesting, dagen voor de maaltijden, de snipperuren en eventuele andere vergoedingen. Dit overzicht wordt vervolgens door de afdeling P&O verzonden naar Willemsen Adviesgroep (People Online) en zij maken dan de loonstroken.
De verdachte heeft bij de opsporingsdienst verklaard, zakelijk weergegeven, dat de gegevens voor de verloning uit het tijdregistratiesysteem kwamen.De IPS module wordt gevuld met een urentabel uit de database. De database bevat onder andere twee tabellen, te weten een tabel voor de geplukte kilo’s per persoon per dag en een tabel voor de uren per persoon per dag. De urentabel is afhankelijk van de modules die zijn gedraaid. Indien een bepaalde module is gedraaid dan worden de uren in deze tabel overschreven en de originele uren zijn dan overschreven en niet meer terug te vinden.
Valsheid salarisspecificaties (feit 1)
De rechtbank stelt vast dat de Poolse champignonpluksters, vóór de invoering van de urenregistratie door klokkingen, op basis van kiloloon hebben gewerkt. Dit loon werd vastgesteld aan de hand van de door de pluksters ingevulde pluklijsten. Uit de bewijsmiddelen, in het bijzonder uit de berekeningen van de opsporingsdienst, volgt dat ook de salarisspecificatie 3 2009 van [Slachtoffer 12] (D-004-09), de salarisspecificatie 4 2009 van [Slachtoffer 16] (D-019-04) en de salarisspecificatie 10 2009 van [Slachtoffer 13] (D-005-12) vals zijn. In dit verband overweegt de rechtbank dat de verdachte laakbaar heeft gehandeld vanaf het moment van ontwikkeling en invoering van de klokregistratie en de afroommodules in het begin van het jaar 2010. Hoewel vaststaat dat de verdachte ook reeds daarvóór voor ‘ [Medeverdachte 1] ’ het aanspreekpunt binnen [Naam rechtspersoon 3] was, bevat het dossier geen positief bewijsmiddel waaruit volgt dat de malversaties in deze drie salarisspecificaties zijn verwerkt ten gevolge van enige gedraging van de verdachte. Om deze reden zal de rechtbank de verdachte partieel vrijspreken ter zake van de drie voornoemde salarisspecificaties.
Op de overige in de tenlastelegging genoemde loonstroken staat ‘oogstmedewerker’ als functieomschrijving. Gelet op de verklaringen van [Slachtoffer 9] , [Slachtoffer 5] en [Slachtoffer 16] verstaat de rechtbank hieronder de functie ‘champignonplukster’. De salarisspecificatie
12 2010 van [Slachtoffer 9] (D-008-08, p. 3393), de salarisspecificatie 12 2010 van [Slachtoffer 5] (D-013-01, p. 3415), de salarisspecificaties (7) 4 tot en met 10 2011 van [Slachtoffer 13] (D-043-01 t/m D-043-07, pagina 4753 t/m 4759), de salarisspecificatie 5 2012 op naam van [Naam 15] (D-034-67, pagina 4336) en de salarisspecificaties (7) 1 tot en met 7 2012 op naam van [Naam 16] (D-043-36 t/m D-043-42, pagina 4788 t/m 4794) zijn derhalve alle opgemaakt ten behoeve van Poolse champignonpluksters (profiel 13), en wel ná het invoeren van het klokken en de afroommodules in het tijdregistratiesysteem. Om deze reden is de rechtbank van oordeel dat voornoemde salarisspecificaties dus vals zijn, ongeacht of de klokophaalpercentagemodule in 2011 enige tijd op 100% heeft gestaan. Gedurende deze periode werden de uren van de Poolse champignonpluksters immers nog altijd afgeroomd door de vaste pauzemodule en de pluktijdcorrectiemodule.
Valsheid delen van bedrijfsadministratie (feit 2)
Ter zake van feit 2 stelt de rechtbank vast dat uit geen der processtukken volgt dat de verdachte wetenschap had van het opmaken van de overzichten ‘Loon op basis van kilo’s voor correctie’ en de overzichten ‘Loon op basis van kilo’s na correctie’ door medeverdachte [Medeverdachte 3] . De rechtbank zal de verdachte derhalve onder feit 2 vrijspreken ter zake van deze twee typen overzichten.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat de in de bedrijfsadministratie aangetroffen ‘IPS Totaal overzichten’ vals zijn, nu is gebleken dat in het ‘IPS Totaal overzicht’ de door de correctiemodules gemanipuleerde arbeidstijden van de Poolse champignonpluksters worden opgenomen. De inhoud van deze ‘IPS Totaal overzichten’ wordt vervolgens aan de Willems Adviesgroep verstrekt, teneinde op grond daarvan de salarisspecificaties van de Poolse champignonpluksters te doen opmaken. De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat er ten aanzien van deze documenten valsheid in geschrifte is gepleegd. De rechtbank overweegt in dit verband nog dat in de tenlastelegging wordt verwezen naar overzichten, zoals opgenomen in de bijlagen D-045-01, D-045-02 en D-045-03 bij het document AMB-039-01. Er bevinden zich in het procesdossier evenwel geen processtukken met deze doornummering. De rechtbank is echter van oordeel dat, nu de hier voor omschreven werkwijze gangbaar was ten aanzien van alle Poolse champignonpluksters, alle ‘IPS Totaal overzichten’ ten aanzien van de Poolse champignonpluksters vals zijn.
Medeplegen door medeverdachten [Medeverdachte 3] en de ‘B.V.’s’
De rechtbank is van oordeel dat uit de bewijsmiddelen volgt dat medeverdachte [Medeverdachte 3] vanaf het voorjaar 2010 het initiatief heeft genomen tot het herinrichten van het tijdregistratiesysteem en daarin verschillende afroommodules heeft laten implementeren. De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft verklaard dat hij de klokophaalpercentagemodule heeft ingesteld op 90%, en soms op 85%. Voorts heeft hij verklaard dat hij de correctiefactor van 30% op de negatieve plukprestatie zelf heeft berekend en deze heeft ingevoerd in het tijdregistratiesysteem. De rechtbank is voorts van oordeel dat uit de verklaringen van de medeverdachte [Medeverdachte 3] ter zake van de salarisspecificaties, de ‘IPS Totaaloverzichten’ en de overzichten ‘Loon op basis van kilo’s
voorcorrectie’ en ‘Loon op basis van kilo’s
nacorrectie’ volgt dat hij wetenschap had van de valsheid van deze documenten. Ook heeft hij verklaard dat hij de overzichten ‘Loon op basis van kilo’s voor correctie’ en ‘Loon op basis van kilo’s na correctie’ heeft opgesteld om de pluktijdcorrectiefactor te berekenen en deze vervolgens in te voeren in het tijdregistratiesysteem.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de opzet van de medeverdachte [Medeverdachte 3] bij deze gedragingen gericht was op het plegen van de valsheid in geschrifte onder feit 1 en 2. De rechtbank dient vervolgens de vraag beantwoorden of de medeverdachte [Medeverdachte 3] de feiten 1 en 2 tezamen en in vereniging met een of meer natuurlijke personen en/of rechtspersonen heeft gepleegd.
De rechtbank stelt vast dat de Poolse champignonpluksters werkzaam waren op één van de vier teeltlocaties van de medeverdachte [Medeverdachte 1] . De afdeling P&O, die valt onder de rechtspersoon [Medeverdachte 2] , heeft vervolgens de ‘IPS-overzichten’ aan de Willemsen Adviesgroep overgedragen ten behoeve van de salariëring van de Poolse champignonpluksters. Uit de in de tenlastelegging genoemde salarisspecificaties volgt dat de Poolse champignonpluksters vervolgens werden uitbetaald door de medeverdachte [Medeverdachte 1] ., zijnde hun werkgever. De uren van de Poolse champignonpluksters werden door klokkingen op de teeltlocaties geregistreerd in het tijdregistratiesysteem van de medeverdachte [Medeverdachte 1] . en [Medeverdachte 2] , waarna er in dit tijdregistratiesysteem mutaties plaatsvonden door middel van de toepassing van diverse modules.
Een rechtspersoon in de zin van artikel 51 van het Wetboek Strafrecht kan worden aangemerkt als dader van een strafbaar feit indien de desbetreffende gedraging redelijkerwijs aan hem kan worden toegerekend. Uit de gebezigde bewijsmiddelen blijkt dat het manipuleren van het tijdregistratiesysteem, en de dientengevolge optredende valsheid in geschrifte van salarisspecificaties en delen van de bedrijfsadministratie (te weten de IPS Totaal Overzichten, de overzichten ‘Loon op basis van kilo’s voor correctie’ en ‘Loon op basis van kilo’s na correctie’), is verworden tot een gedraging die past binnen de normale bedrijfsvoering van de rechtspersoon. De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft immers verklaard, zakelijk weergegeven, dat iedereen wist dat er correcties in het tijdregistratiesysteem plaatsvonden. De valsheid in geschrifte voornoemd is bovendien dienstbaar geweest in het door de rechtspersoon uitgeoefende bedrijf. Door de valsheid in geschrifte kon de rechtspersoon immers haar arbeidskosten verlagen en daarmee haar verliezen beperken, dan wel een faillissement afwenden. De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft, als werknemer in dienst bij de rechtspersoon, het initiatief genomen tot het herinrichten van het tijdregistratiesysteem en heeft, in opdracht van de rechtspersoon, de klokophaalpercentagemodule ingesteld op 90%. Bovendien was die module voor de rechtspersoon ontworpen. Aldus is de rechtbank van oordeel dat de tenlastegelegde valsheid in geschrifte onder feit 1 en 2 aan de rechtspersonen [Medeverdachte 1] . en [Medeverdachte 2] redelijkerwijs kan worden toegerekend.
De rechtbank stelt vast dat de medeverdachte [Hoofdverdachte] sinds 2006 deelnam aan de directie van [Medeverdachte 1] . en vanaf 2010 de enige vennoot, en daarmee de enig statutair algemeen directeur, van [Medeverdachte 1] . en [Medeverdachte 2] was. Uit de hiervoor genoemde bewijsmiddelen volgt dat medeverdachte [Hoofdverdachte] wist dat de klokophaalpercentagemodule standaard op 90% stond ingesteld. Uit de notitie van de verdachte omtrent de aanpassing van de tijdregistratie, alsook uit de aangetroffen e-mailwisseling en de in de ‘inbox’ van het e-mailaccount van de medeverdachte [Hoofdverdachte] aangetroffen overzichten ‘Loon op basis van kilo’s wk 48’ en ‘Loon op basis van kilo’s wk 48 na corr’ volgt bovendien dat de medeverdachte [Hoofdverdachte] , als leidinggevende van [Medeverdachte 1] ., wetenschap had van het bestaan van deze overzichten. De rechtbank concludeert op basis van het voorgaande dat het niet anders kan dan dat medeverdachte [Hoofdverdachte] , en daarmee de rechtspersoon, wist wat de gevolgen van deze frauduleuze handelingen voor de salarisspecificaties en delen van de bedrijfsadministratie zou zijn. De rechtbank acht derhalve wettig en overtuigend bewezen dat het voorwaardelijk opzet van de medeverdachte [Medeverdachte 1] . en [Medeverdachte 2] gericht was op het plegen van de valsheid in geschrifte onder de feiten 1 en 2.
De medeverdachte [Medeverdachte 3] heeft aldus de klokophaalpercentagemodule in opdracht van de rechtspersoon [Medeverdachte 1] . op 90% ingesteld; soms heeft hij deze module op 85% ingesteld en hij heeft de correctiefactor van 30% op de negatieve plukprestatie zelf berekend en ingevoerd in het tijdregistratiesysteem. Ook heeft hij de overzichten ‘Loon op basis van kilo’s voor correctie’ en ‘Loon op basis van kilo’s na correctie’ opgesteld om de pluktijdcorrectiefactor te berekenen en deze vervolgens in te voeren in het tijdregistratiesysteem. Daarmee is de rechtbank van oordeel dat de medeverdachte [Medeverdachte 3] een wezenlijke intellectuele en materiële bijdrage heeft geleverd aan het plegen van de valsheid in geschrifte, zoals ten laste gelegd onder de feiten 1 en 2 en dat er aldus sprake is van medeplegen.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat medeverdachte [Medeverdachte 3] tezamen en in vereniging met de rechtspersonen [Medeverdachte 1] . en [Medeverdachte 2] valsheid in geschrifte heeft gepleegd ter zake van de salarisspecificaties van de Poolse pluksters en delen van de bedrijfsadministratie.
Medeplegen of medeplichtigheid
De rechtbank dient de vraag te beantwoorden of de verdachte zich, gelet op de aard van zijn gedragingen, heeft schuldig gemaakt aan het medeplegen van valsheid in geschrifte van de salarisspecificaties van de Poolse champignonpluksters (feit 1) en delen van de bewijsadministratie (feit 2), of dat hij aan deze feiten medeplichtig is geweest.
Zoals de rechtbank hiervoor reeds heeft overwogen, zal zij de verdachte vrijspreken ter zake van de onder 3 genoemde overzichten ‘Loon op basis van kilo’s voor correctie’ en de overzichten ‘Loon op basis van kilo’s na correctie’, nu er geen positief bewijsmiddel is waaruit volgt dat de verdachte wetenschap had van het bestaan dan wel de valsheid van deze overzichten. Tevens zal zij de verdachte vrijspreken ter zake van de salarisspecificatie 3 2009 van [Slachtoffer 12] (D-004-09), de salarisspecificatie 4 2009 van [Slachtoffer 16] (D-019-04) en de salarisspecificatie 10 2009 van [Slachtoffer 13] (D-005-12).
Uit het procesdossier volgt niet dat de verdachte zelf gegevens heeft ingevoerd in de correctiemodules, om welke reden er geen sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en de medeverdachte [Medeverdachte 3] , [Medeverdachte 1] . en [Medeverdachte 2] Om deze reden zal de rechtbank de verdachte vrijspreken van het aan hem onder feit 1 en 2 primair ten laste gelegde medeplegen.
Gelet op de aard en omvang van de gedragingen van de verdachte is de rechtbank van oordeel dat hij medeplichtig is geweest aan het medeplegen door de medeverdachten [Medeverdachte 3] en [Medeverdachte 1] ., alsook door [Medeverdachte 2] , van valsheid in geschrifte van de salarisspecificaties van de Poolse champignonpluksters (feit 1) en de ‘IPS Totaal’-overzichten (feit 2). De aard en de omvang van de gedragingen, alsook de intentie van de verdachte, was er op gericht om faciliterend op te treden voor zijn opdrachtgever en om diens opdrachtgever in staat te stellen om, naar wens, de correctiemodules zodanig te gebruiken dat dit tot gevolg zou hebben dat de arbeidsuren van de Poolse champignonpluksters afgeroomd zouden worden en er valsheid in geschrifte gepleegd zou worden. Hoewel het wellicht in de rede ligt om te veronderstellen dat de verdachte ook aan [Medeverdachte 1] . en/of [Medeverdachte 2] over de door hen geformuleerde wensen heeft geadviseerd, bevat het procesdossier op dit punt geen positief bewijsmiddel. Om deze reden zal de rechtbank de verdachte partieel vrijspreken van de aan hem onder de feiten 1 en 2 tenlastegelegde verfeitelijkte gedraging, genummerd als 4.
De stelling van de verdediging, inhoudende dat de verdachte pas achteraf wetenschap heeft verkregen over de wijze waarop de afroommodules werden toegepast, wordt geloochenstraft door de verklaring dat hij wist dat de modules werden gebruikt om de uren van de Poolse champignonpluksters af te romen. Evenzeer was hij zich bewust van het laakbare daarvan. Immers was dit voor hem reden om hierover met zijn baas in gesprek te gaan.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen onder de feiten 1 en 2 subsidiair aan de verdachte ten laste is gelegd, namelijk het medeplichtig zijn aan het medeplegen van valsheid in geschrifte.