Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.bryant park netherlands acquisition I b.v.,
1.De procedure
2.De feiten
aan de eigenares van het gebouw in casu de verhuurder, met dien verstande dat verhuurder en gemeente uiterlijk 18 maanden voor voornoemde afloopdatum, derhalve1 oktober 2016, overleg starten over de alsdan ontstane situatie, teneinde de functie als kegelaccommodatie te handhaven. Dit laat onverlet dat door het enkele verloop de huurovereenkomst wordt beëindigd”.
1 oktober 2006 geëxploiteerd door Dousberg B.V. (waarbij de heer [naam bedrijfleider] als “bedrijfsleider” optrad) en vanaf 1 maart 2007 tot 1 oktober 2014 door JM Events (de heer [naam 2] ).
, gesloten tussen de Gemeente Maastricht en verhuurder van het gehuurde dient verhuurder het Kegelhome beschikbaar te stellen voor de duur van 1 jaar vanaf 1 oktober 2014”.
3.Het geschil
4.De beoordeling
gebruiksvergoedingen. Die vergoedingen brengen niet mee dat er sprake is van een huurovereenkomst (met Bouwinvest) en dat op grond daarvan rechten uit die huurovereenkomst tegen de nieuwe eigenaar Bryant Park kunnen worden ingeroepen. Voorts blijkt uit de hiervoor geciteerde brieven van IPAL namens Bouwinvest (zie rechtsoverwegingen 2.5. en 2.6.) dat zij nimmer de bedoeling heeft gehad om een huurovereenkomst met MKB te sluiten. De conclusie uit het vorenstaande is dat voorshands moet worden geoordeeld dat de vorderingen 4 en 6 een grondslag missen en worden afgewezen.
€ 600,00 aan salaris gemachtigde.