ECLI:NL:RBLIM:2016:8502
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in familiezaken
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Limburg op 14 september 2016 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van mr. J.J.M. Wassenberg, rechter in een familiezakenprocedure. Verzoeker, bijgestaan door zijn advocaat mr. B. Keybeck, had de wraking aangevraagd omdat dezelfde rechter zowel een kort geding als een bodemprocedure tussen dezelfde partijen gelijktijdig wilde behandelen. Verzoeker vreesde dat deze gelijktijdige behandeling de onpartijdigheid van de rechter in gevaar zou brengen.
De wrakingskamer heeft de procedure beoordeeld en vastgesteld dat het gelijktijdig behandelen van beide zaken een procesbeslissing is die op zichzelf geen grond voor wraking oplevert. De rechter heeft aangegeven dat de gelijktijdige behandeling in het belang van de minderjarige was en dat er geen feiten of omstandigheden zijn die de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd maken. De wrakingskamer heeft benadrukt dat de rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken.
Na beoordeling van de aangevoerde gronden heeft de wrakingskamer geconcludeerd dat er geen aanwijzingen zijn voor vooringenomenheid van de rechter. Het verzoek tot wraking is dan ook ongegrond verklaard en afgewezen. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer bestaande uit de voorzitter en twee leden, met de griffier aanwezig.