ECLI:NL:RBLIM:2016:8284

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
26 september 2016
Publicatiedatum
26 september 2016
Zaaknummer
C/03/224843 / KG ZA 16-432
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige concurrentie en schending van geheimhoudingsplicht in kort geding tussen holdingmaatschappij en voormalig directeur

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, vorderden M.K.L. Holding B.V. en Hose & Reel Products B.V. (HRP) in kort geding maatregelen tegen hun voormalig directeur, [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1], en zijn echtgenote, [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2]. De eisers stelden dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] tijdens en na zijn dienstverband onrechtmatig had gehandeld door concurrerende activiteiten te ontplooien en vertrouwelijke informatie te delen met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2], die een concurrerend bedrijf had opgericht. De rechtbank oordeelde dat er voldoende aanwijzingen waren dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] zijn geheimhoudingsplicht had geschonden en dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] hiervan profiteerde. De voorzieningenrechter verbood [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] om vertrouwelijke informatie te delen en legde een verbod op aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] om gebruik te maken van de kennis van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] over MKL en HRP. De vorderingen van de eisers werden grotendeels toegewezen, met uitzondering van enkele specifieke eisen die niet voldoende onderbouwd waren. De rechtbank legde ook proceskosten op aan de gedaagden.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/224843 / KG ZA 16-432
Vonnis in kort geding van 26 september 2016
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
M.K.L. HOLDING B.V.,
gevestigd te Meerssen,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HOSE & REEL PRODUCTS B.V.,
gevestigd te Bunde, gemeente Meerssen,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
advocaat mr. J.G.C. Scheurink,
tegen

1.[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] ,

2.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2],
handelend onder de naam [handelsnaam gedaagde sub 2],
beiden wonend te [woonplaats] ,
gedaagden in conventie,
eisers in reconventie,
advocaat mr. L.H.W. Golsteijn.
Partijen zullen hierna MKL en HRP en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , en waar nodig [handelsnaam gedaagde sub 2] , genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 23 augustus 2016, met producties, waaronder overzicht beslagstukken,
- de akte houdende wijziging en vermeerdering van eis,
- de akte houdende overlegging producties, 20 t/m 29,
- de akte houdende overlegging producties, 30 t/m 33,
- de brief van 8 september 2016 van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , met producties en de conclusie in reconventie,
- de mondelinge behandeling van 12 september 2016, met de pleitnota van MKL en HRP en de pleitnota van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , met producties 10 t/m 13.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
MKL is de holdingmaatschappij waarvan HRP een van de dochtervennootschappen is. HRP houdt zich wereldwijd bezig met het ontwerpen, importeren, samenstellen en exporteren van licht- en zwaar-industriële (handgemaakte) slanghaspels bestemd voor lucht, water, olie en smeermiddelen. Met twee andere dochtermaatschappijen richt HRP zich vooral op het Midden - en Verre Oosten.
2.2.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] is op 10 augustus 2015 in dienst getreden bij MKL en aangesteld als directeur van HRP op basis van een arbeidsovereenkomst d.d. 14 augustus 2015 tegen een salaris van € 6.944,45 bruto, exclusief 8% vakantietoeslag per maand. De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor de duur van één jaar.
2.3.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] is per 23 december 2015 tot nader order op non-actief gesteld, met behoud van salaris. Per 1 mei 2016 is de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden beëindigd. De wijze van beëindiging is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst d.d. 31 maart 2016.
2.4.
In de arbeidsovereenkomst is een geheimhoudingsbepaling opgenomen.
Artikel 8 luidt:
Het is werknemer verboden, gedurende en na beëindiging van de arbeidsovereenkomst, op enigerlei wijze aan derden, direct of indirect, in welke vorm dan ook enige mededeling te doen over of aangaande enige bijzonderheden van werkgevers onderneming en/of zakelijke relaties van werkgevers onderneming betreffende, of daarmee verband houdende. Werknemer verbindt zich zowel gedurende als na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst tot geheimhouding van alle gegevens, die hem/haar gedurende de arbeidsovereenkomst bekend worden, waaronder gegevens betreffende prijzen, leveranciers, klanten en werkwijzen van werkgevers onderneming en met haar gelieerde ondernemingen.
2.5.
In de arbeidsovereenkomst is een bepaling opgenomen over nevenwerkzaamheden. Artikel 9 luidt:
Voor het verrichten van nevenwerkzaamheden door werknemer moet vooraf schriftelijk toestemming worden gevraagd aan en verkregen van de werkgever.
2.6.
In de vaststellingsovereenkomst is in artikel 8 opgenomen dat de geheimhoudingsbepaling van de arbeidsovereenkomst onverminderd van kracht blijft na de beëindigingsdatum.
2.7.
In de vaststellingsovereenkomst is een bepaling opgenomen over het in bezit hebben van bedrijfseigendommen en gegevens.
Artikel 9 luidt:
Werknemer is niet meer in het bezit van enige analoge en/of digitale bedrijfseigendommen van werkgever en/of Hose & Reel Products B.V.. Werknemer heeft reeds alle in zijn bezit zijnde bedrijfseigendommen van werkgever en/of Hose & Reel Products B.V, bij werkgever ingeleverd, dan wel alle in zijn bezit zijnde gegevens en documenten verwijderd van zijn computer en overige gegevensdragers, zodat de overdracht van bedrijfseigendommen reeds heeft plaatsgevonden.
2.8.
In de vaststellingsovereenkomst is een bepaling opgenomen over finale kwijting.
Artikel 15 luidt – voor zover relevant:
Tussen partijen is alles besproken en uit onderhandeld. Alle (financiële) voorzieningen die aan werknemer geboden worden in het kader van beëindiging van het dienstverband zijn beschreven in deze overeenkomst. Naast de vergoeding en voorzieningen beschreven in deze overeenkomst kan werknemer niet ook nog eens aanspraak maken op een eventuele afvloeiingsregeling of andere voorzieningen al dan niet voortvloeiend uit de toepasselijke cao/wet. Er zijn geen verdere onderwerpen die partijen buiten de overeenkomst wensen te laten. Een en ander betekent dat werkgever enerzijds en de werknemer anderzijds verklaren ter zake de arbeidsovereenkomst, de beëindiging daarvan en uit welke anderen hoofde dan ook niets meer van elkaar te vorderen te hebben en elkaar algehele en finale kwijting te verlenen behoudens voor zover het betreft nakoming van de hiervoor in de overeenkomst omschreven rechten en verplichtingen. […].
2.9.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] handelde onder de naam “ [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] ” tot 1 april 2016 als detailhandel in tuinbeelden, decoratie en bronzen beelden. Met ingang van 1 april 2016 handelt zij onder de naam “ [handelsnaam gedaagde sub 2] ” en is de bedrijfsactiviteit omschreven als “Groothandel in gereedschapswerktuigen. Handel in industriële haspels.” De domeinnaam van de website van [handelsnaam gedaagde sub 2] (www. [handelsnaam gedaagde sub 2] .com) is op 1 februari 2016 geregistreerd. Het Engelse woord “reel” betekent haspel.
2.10.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] is gehuwd met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] . [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] is als contactpersoon opgetreden voor [handelsnaam gedaagde sub 2] terzake e-mailcontacten met bedrijven die klanten c.q. leveranciers zijn van MKL en HRP.

3.Het geschil in conventie

3.1.
MKL en HRP vordert na wijziging van eis:
Ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1]
I. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] te verbieden om voor de duur van één jaar na het in dezen te wijzen vonnis met eisers, althans HRP, althans MKL, concurrerende activiteiten te verrichten, ontplooien en/of te exploiteren, dan wel werkzaam te zijn bij of op enigerlei wijze werkzaamheden te verrichten voor een onderneming/organisatie die concurrerende dan wel gelijksoortige activiteiten verricht aan die van eisers, althans HRP, althans MKL, dan wel bij een dergelijke onderneming/organisatie belang te hebben, een en ander op straffe van een dwangsom van € 25.000,00 voor iedere overtreding, te vermeerderen met € 1.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat de overtreding voortduurt, althans een zodanige voorziening te treffen die u gerade acht;
II. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] te gebieden om artikel 8 van de arbeids- en vaststellingsovereenkomst na te komen en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] te gebieden om al wat hem uit hoofde van de uitvoering van zijn werkzaamheden tijdens zijn dienstverband bij eisers betreffende eisers bekend is geworden strikt geheim te houden en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] te verbieden om al wat hem uit hoofde van de uitvoering van zijn werkzaamheden tijdens zijn dienstverband bij eisers betreffende eisers bekend is geworden aan derden, waaronder doch niet uitsluitend [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] h.o.d.n. [handelsnaam gedaagde sub 2] , mede te delen, althans te verstrekken, althans ter beschikking te stellen, een en ander op straffe van een dwangsom van 25.000,00 voor iedere overtreding, te vermeerderen met € 1.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat de overtreding voortduurt, althans een zodanige voorziening te treffen die u gerade acht;
III. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] te veroordelen om aan MKL tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen (hij wijze van voorschot) een bedrag ad € 38.665,67, althans een bedrag als u in goede Justitie geraden acht, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW, vanaf
5 augustus 2016, althans vanaf de dag der dagvaarding, althans vanaf een zodanige datum als u in goede Justitie voortkomt;
IV. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] te veroordelen om aan MKL tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen de beslagkosten ad € 1.513,00 + PM;
V. te bepalen dat indien [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] de kosten, zoals vermeld onder IV niet binnen veertien dagen na betekening van het vonnis aan eiseres heeft voldaan, [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] in verzuim verkeert en vanaf die datum tevens de wettelijke rente over die bedragen verschuldigd is aan eisers.
Ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2]
VI. Gedaagden, althans [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] , althans [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , te verbieden om gedurende de periode van één jaar na het in dezen te wijzen vonnis met klanten c.q. andere relaties van eisers, althans HRP, althans MKL, hetzij direct, hetzij indirect, hetzij om vergoeding, hetzij om niet, alsook financieel in welke vorm ook, in zakelijk contact te treden, zaken te doen, dan wel bij een dergelijke relatie c.q. klant in dienst te treden, dan wel voor een dergelijke relatie c.q. klant werkzaam te zijn of op enigerlei wijze werkzaamheden te verrichten voor een dergelijke relatie c.q. klant, een en ander op straffe van een dwangsom van € 25.000,00 voor iedere overtreding, te vermeerderen met € 1.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat de overtreding voortduurt, althans een zodanige voorziening te treffen die u gerade acht;
VII. Gedaagden, althans [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] , althans [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , te bevelen om binnen 7 dagen na het te dezen te wijzen vonnis tot overlegging, althans verstrekking van een afschrift van, althans inzage te verstrekken in:
- het bedrijfsplan dat ten grondslag heeft gelegen aan de eenmanszaak [handelsnaam gedaagde sub 2] ;
- de meest recente arbeidsovereenkomst tussen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , h.o.d.n. [handelsnaam gedaagde sub 2] , althans de overeenkomst van opdracht zoals deze tussen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , h.o.d.n. [handelsnaam gedaagde sub 2] , is gesloten;
- alle overige tussen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] gesloten overeenkomsten welke betrekking hebben op de eenmanszaak [handelsnaam gedaagde sub 2] ;
- de meest recente klantenlijst van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] en afschriften van haar klantenlijsten gedurende de periode 1 oktober 2015 tot 1 mei 2016;
- alle correspondentie in de periode van 1 oktober 2015 tot heden tussen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] onderling, alsmede van alle correspondentie van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] met alle ondernemingen die in de periode van vier jaar voor 1 mei 2016 klant en/of leverancier waren van eisers;
- alle aan de klanten van eisers door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en/of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] verzonden offertes en de door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en/of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] met de klanten van eisers gesloten overeenkomsten, een en ander op straffe van een dwangsom van € 5.000,00, althans een door de voorzieningenrechter in goede Justitie te bepalen dwangsom, voor iedere dag of gedeelte daarvan dat gedaagden daarvan na verloop van de genoemde termijn geheel of gedeeltelijk in gebreke blijven aan het vonnis te voldoen, althans een zodanige voorziening te treffen die de voorzieningenrechter gerade acht;
VIII. Gedaagden hoofdelijk, des dat de een betalende de ander daarvan zal zijn bevrijd, althans [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] , althans [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , te veroordelen om aan eisers tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen de kosten van RBZ-Recherche ad € 4.416,50;
IX. Gedaagden hoofdelijk, des dat de een betalende de ander daarvan zal zijn bevrijd, te veroordelen om aan eisers tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen de proceskosten;
X. Gedaagden hoofdelijk, des dat de een betalende de ander daarvan zal zijn bevrijd, te veroordelen om aan eisers tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen de nakosten ad
€ 131,00, te vermeerderen met € 68,00 ter zake de kosten van het betekeningsexploot, ingeval niet binnen veertien dagen is voldaan aan de veroordeling(en) in het door de rechtbank te wijzen vonnis en betekening daarvan heeft plaatsgevonden;
XI. te bepalen dat indien gedaagden de kosten, zoals vermeld onder III, IV en V niet binnen veertien dagen na betekening van het vonnis aan eisers hebben voldaan, gedaagden in verzuim verkeren en vanaf die datum tevens de wettelijke rente over die bedragen verschuldigd zijn aan eisers.
3.2.
MKL en HRP leggen aan de vorderingen ten grondslag dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] reeds tijdens zijn dienstverband onrechtmatig heeft gehandeld en tekortgeschoten is in de nakoming van de arbeidsovereenkomst door in strijd met diverse bepalingen van de arbeidsovereenkomst concurrerende activiteiten op te starten en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] na het beëindigen van de arbeidsrelatie onrechtmatig heeft gehandeld en tekortgeschoten is in de nakoming van de vaststellingsovereenkomst door in strijd met diverse bepalingen van de vaststellingsovereenkomst te handelen, namelijk door alleen dan wel met of voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] c.q. [handelsnaam gedaagde sub 2] concurrende activiteiten uit te voeren. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] wordt verweten ongeoorloofde werknemersconcurrentie uit te oefenen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] wordt verweten onrechtmatig te handelen door te profiteren van de wanprestatie van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] jegens MKL en HRP.
MKL en HRP stellen spoedeisend belang bij en recht op de gevraagde maatregelen te hebben.
3.3.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] voeren verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.Het geschil in reconventie

4.1.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] vorderen de opheffing van het op 15 augustus 2016 onder ABN AMRO gelegde conservatoir derdenbeslag.
4.2.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] leggen aan de vordering ten grondslag dat een rechtsgrond voor dit beslag ontbreekt. MKL en HRP voeren verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling in conventie

De spoedeisendheid

5.1.
De spoedeisendheid vloeit voort uit de aard van de zaak.
De standpunten van partijen over de vorderingen
MKL en HRP
5.2.
De vordering onder I ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] wordt door MKL en HRP gebaseerd op artikel 6:162 BW. Meer specifiek wordt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] verweten dat hij jegens MKL en HRP onrechtmatig handelt door zich schuldig te maken aan ongeoorloofde werknemersconcurrentie. MKL en HRP onderbouwen hun stelling door te wijzen op (voorbereidende) activiteiten in het kader van de onderneming van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] : de naamswijziging, de doelwijziging, de website en de emailcontacten met klanten van MKL en HRP. Deze activiteiten kunnen alleen maar ondernomen worden door gebruik te maken van kennis bij [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] , die hij heeft opgedaan als directeur van HRP, en met gegevens en documenten die hij nog in bezit heeft. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] handelt hiermee, zo stellen MKL en HRP, in strijd met artikel 8 en 9 van de vaststellingsovereenkomst, hetgeen onrechtmatig is jegens hen.
5.3.
MKL en HRP stellen dat het handelen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] de grenzen van de geoorloofde werknemersconcurrentie overschrijdt, doordat hij (1) stelselmatig en substantieel (2) het duurzame bedrijfsdebiet van zijn voormalig werkgever afbreekt, dat hij zelf heeft helpen opbouwen (3) met hulpmiddelen die hem in vertrouwen door die werkgever zijn verschaft. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] maakt misbruik van bij MKL en HRP opgedane kennis, ervaring en persoonlijke goodwill door deze in te zetten voor [handelsnaam gedaagde sub 2] . [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] was als directeur op de hoogte van afspraken met producenten, de prijsstelling, marges en de behoefte van klanten waardoor hij en/of [handelsnaam gedaagde sub 2] onder de duiven van MKL en HRP kan schieten, althans verwarring creëert bij relaties en klanten van MKL en HRP. MKL en HRP noemen drie leveranciers c.q klanten die door [handelsnaam gedaagde sub 2] zijn benaderd: “Koreel”, “Abu Dhabi” en “Colombia”.
5.4.
Al eerder, zo stellen MKL en HRP ter onderbouwing van vordering II en III ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] , heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] artikel 8 en 9 van de arbeidsovereenkomst geschonden, in ieder geval doordat hij per e-mail vanaf het bedrijfsnetwerk vertrouwelijke bedrijfsinformatie aan zijn privé-emailadres heeft gezonden met het kennelijke doel daarvan gebruik te maken voor [handelsnaam gedaagde sub 2] : een en ander bleek - na het dienstverband - onder meer uit het feit van de naamswijziging, opzet website en doelwijziging van de onderneming van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] en uit e-mails van Koreel, leverancier van MKL en HRP en uit onderzoek van de laptop van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] .
5.5.
De vordering onder VI ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] wordt door MKL en HRP gebaseerd op artikel 6:162 BW. Meer specifiek wordt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] verweten dat zij jegens MKL en HRP onrechtmatig handelt doordat zij gebruik maakt van de wanprestatie en het onrechtmatig handelen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] jegens MKL en HRP: zij maakt gebruik van vertrouwelijke informatie en door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] toegeëigende bedrijfsinformatie.
5.6.
MKL en HRP stellen dat zij een rechtmatig belang hebben, als bedoeld in artikel 843a van het Wetboek van burgerlijke rechtsvordering, om inzage in c.q. overleggen van een groot aantal in de dagvaarding benoemde bescheiden te vorderen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en/of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] .
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2]
5.7.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] betrekken de stelling dat artikel 15 van de vaststellingsovereenkomst een finale kwijting zonder enig voorbehoud betreft. Alles is besproken (1), er zijn geen onderwerpen uitgezonderd (2) en beide partijen verklaren dat terzake de arbeidsovereenkomst en de beëindiging daarvan en uit welke hoofde dan ook (3) zij niets meer van elkaar te vorderen hebben. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] benadrukken dat over een concurrentiebeding is gesproken, maar dat gelet op de huidige stand van wet- en regelgeving dat niet opgenomen kon worden, zodat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] mocht begrijpen dat sprake was van ongeclausuleerde finale kwijting.
5.8.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen dat op grond van vaste jurisprudentie van de Hoge Raad (Boogaard/Vesta) er slechts onder zeer bijzondere omstandigheden sprake kan zijn van ongeoorloofde werknemersconcurrentie. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] heeft wel hand- en spandiensten verricht voor [handelsnaam gedaagde sub 2] , maar er is geen sprake van daadwerkelijke afbraak van het bedrijfsdebiet, laat staan van stelselmatige en substantiële afbraak daarvan. Betwist wordt dat gebruikmakend van het bedrijfsnetwerk van MKL en HRP bestanden met bedrijfsinformatie naar [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] privémail zijn gezonden of dat hij over hard-copy bedrijfsinformatie beschikt. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] heeft voorts prudent gehandeld en aan potentiële klanten duidelijk gemaakt dat hij niet offreert als HRP of die schijn heeft laten bestaan.
5.9.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen voorts dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] uit eigen beweging, wetende in welke profijtelijke handel haar echtgenoot werkzaam was, haar bedrijfsactiviteiten heeft verlegd. Zij stellen dat de bijdrage van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] niet verder gaat dan hand- en spandiensten. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen dat het opbouwen van kennis en contacten door [handelsnaam gedaagde sub 2] eenvoudig via het internet mogelijk is: de markt is overzichtelijk, omdat er maar weinig producenten zijn van slanghaspels. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] erkent dat zij handelt met Koreel: het is een van de grote spelers op de markt. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] benadrukken dat er weliswaar werving heeft plaatsgevonden, maar dat de onderneming nog geen klanten heeft.
5.10.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] geen bedrijfsgeheimen heeft prijsgegeven noch bedrijfsinformatie heeft gebruikt ten tijde van het dienstverband of daarna ten behoeve van [handelsnaam gedaagde sub 2] . Voor een terugvordering van salaris is dan ook geen grond.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] betwisten dat sprake is van schade aan de zijde van MKL en HRP. Van enig verlies aan omzet kan geen sprake zijn, omdat [handelsnaam gedaagde sub 2] nog geen opdrachten heeft verkregen.
De beoordeling van de vorderingen
Ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1]
Finale kwijting
5.11.
Het meest verstrekkende verweer van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en Zustrassen betreft de stelling dat artikel 15 van de vaststellingsovereenkomst een onvoorwaardelijke finale kwijting betreft, die ook naar de toekomst werkt. Zij stellen dat over het al dan niet kunnen overeenkomen van een concurrentiebeding gesproken is en dat gezamenlijk is geconcludeerd dat dit niet tot de mogelijkheden behoort. Aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] kan daarom achteraf geen werknemersconcurrentie worden tegengeworpen.
5.12.
MKL en HRP erkennen dat een concurrentiebeding niet opgenomen kon worden in de vaststellingsovereenkomst. Zij stellen evenwel dat daarmee niet het laatste woord is gezegd, omtrent werknemersconcurrentie door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] in de toekomst. Reeds ten tijde van de schorsing is [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] er expliciet voor gewaarschuwd dat MKL en HRP op dat vlak de vinger aan de pols zouden houden. De finale kwijting ziet volgens MKL en HRP dan ook alleen op de financiële aspecten van de arbeidsovereenkomst en de beëindiging daarvan en niet ook op toekomstige gebeurtenissen.
5.13.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat de finale kwijting, zoals die is vastgelegd in artikel 15 van de vaststellingsovereenkomst, niet ongeclausuleerd en onbeperkt is. Ter zitting is vast komen te staan dat immers niet over alle aspecten van concurrentie is gesproken in het kader van de vaststellingsovereenkomst. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] heeft verklaard dat hij MKL en HRP niet op de hoogte heeft gesteld dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] reeds een aanvang had gemaakt met het omvormen van haar bedrijf van een detailhandel in tuinbeelden, decoraties en bronzen beelden naar een groothandel in industriële slanghaspels. Nu de positie van het bedrijf van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , en de rol van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] daarin, niet is besproken, kan het beweerdelijk onrechtmatig optreden van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] in het kader van [handelsnaam gedaagde sub 2] door MKL en HRP als grondslag dienen voor de huidige vordering.
In het verlengde van het voorgaande argument is het bovendien ondenkbaar dat de finale kwijting ziet op het gebruik van vertrouwelijke informatie opgedaan in de functie van directeur van HRP. De in de arbeidsovereenkomst overeengekomen geheimhoudingsverplichting is immers uitdrukkelijk opgenomen in de vaststellingsovereenkomst. Deze blijft onverminderd van kracht na het dienstverband. Dit zelfde geldt - mutatis mutandis - voor hetgeen in artikel 9 van de vaststellingsovereenkomst is bepaald. Het na de beëindiging van de arbeidsrelatie nog voor handen hebben van (vertrouwelijke) bedrijfsgegevens of materiaal kan naar zijn aard niet onder de finale kwijting worden geschaard.
Geheimhoudingsverplichting (vordering II en III)
5.14.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] op geen enkele wijze kennis die hij uit hoofde van zijn directeurschap van HRP heeft, heeft gebruikt ten tijde van of na einde van de arbeidsovereenkomst in het kader van de activiteiten van [handelsnaam gedaagde sub 2] . Zij geven aan dat het natuurlijk onvermijdelijk is [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] over zijn werk heeft verteld. Ook helpt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] wat mee, zolang hij nog geen andere baan heeft.
5.15.
MKL en HRP voeren ter onderbouwing van hun stelling dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] de geheimhoudingsverplichting heeft geschonden aan dat uit bedrijfsrechercheonderzoek is gebleken dat hij reeds ten tijde van het dienstverband, terwijl hij op non-actief was gesteld, kennis over de in- en outs van de industrie en HRP aan zijn privé-emailaccount heeft gestuurd en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] ineens haar bedrijfsactiviteiten verlegde naar slanghaspels, zonder daar zelf specifieke kennis van te hebben. Na het dienstverband, zo stellen MKL en HRP, heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] kennis opgedaan bij HRP ten behoeve van [handelsnaam gedaagde sub 2] ingezet. Zo heeft [handelsnaam gedaagde sub 2] de vaste leverancier van HRP maatwerkproducten Koreel benaderd. Verder kent [handelsnaam gedaagde sub 2] aantoonbaar artikelnummers/modelcoderingen van maatwerkhaspels die HRP door Koreel heeft laten maken ten behoeve van klant Jopetwil Industrial Co LLC in Abu Dhabi. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] kent de prijzen op dat project, omdat hij zelf voor HRP de opgaaf heeft gedaan in december 2015. [handelsnaam gedaagde sub 2] heeft ook ingeschreven op dat project. [handelsnaam gedaagde sub 2] heeft voorts duizend klanten in Europa benaderd alsook klanten buiten Europa, zoals Coremar in Colombia, waarover [handelsnaam gedaagde sub 2] aan Koreel vraagt of ten behoeve van dat bedrijf zij een opdracht heeft van MKL/HRP en aan wie [handelsnaam gedaagde sub 2] ook heeft geoffreerd. Zulke contacten, stellen MKL en HRP, google je niet en moeten dus voortkomen uit de door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] doorgestuurde bedrijfsinformatie.
5.16.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat artikel 8 van de arbeidsovereenkomst, waarvan de werking zich na beëindiging van het dienstverband uitstrekt, in zulke bewoordingen is gesteld dat het niet uitsluitend om bedrijfsgevoelige c.q. vertrouwelijke informatie kennis en informatie gaat, maar om alle kennis en informatie betreffende of verband houdend met HRP die met derden wordt gedeeld. Het was en is [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] uitdrukkelijk verboden om (in)direct in welke vorm dan ook mededelingen te doen aan derden.
MKL en HRP hebben naar het oordeel van de voorzieningenrechter binnen het bestek van dit kort geding voldoende aannemelijk gemaakt dát [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] c.q. [handelsnaam gedaagde sub 2] gebruik heeft gemaakt van de kennis van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] over HRP. Aannemelijk is dat het daarbij om meer ging dan wat je “tussen de soep en de aardappelen” vertelt over “hoe je dag op de zaak” was en over meer dan met een google-zoekactie gevonden kan worden. Daarbij laat de voorzieningenrechter vooralsnog in het midden in welke vorm [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] de informatie over Koreel, Abu Dhabi en Colombia had, omdat het voor schending van de geheimhouding niet relevant is of [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] zich dit alles herinnerde of dat hij daadwerkelijk documenten/gegevens van HRP in zijn bezit had waaruit hij kon putten.
Voldoende aannemelijk is ook dat het delen van kennis reeds plaatsvond vóór de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] in een e-mail 4 december 2015 sprak over HRP als een “goudmijn” en dat niet veel later de bedrijfsactiviteiten van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] zich begonnen te richten op de internationale industriële slangen- en haspelmarkt wijst erop dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] gebruik heeft gemaakt van wat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] haar heeft verteld over zijn werk. Met MKL en HRP is de voorzieningenrechter van oordeel dat het immers zeer onwaarschijnlijk is in zeer korte tijd zonder hulp (en) uit het niets een bedrijf op te zetten in industriële slangenhaspels.
5.17.
Vorengaande betekent dat de vordering II ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] terzake de geheimhouding zal worden toegewezen, met dien verstande dat dit verbod niet voor onbepaalde tijd dient te gelden. De voorzieningenrechter zal daarom beslissen dat dit verbod geldt totdat in de bodemprocedure onherroepelijk zal zijn beslist. De gevorderde dwangsom zal voorts worden gemaximeerd.
5.18.
De voorzieningenrechter is terzake vordering III ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] van oordeel dat niet met voldoende mate van zekerheid vaststaat dat een bodemrechter zal oordelen dat het schenden van de geheimhouding zal leiden tot het terugbetalen van het gehele doorbetaalde salaris na [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] ’ schorsing. Zij overweegt daartoe dat in de arbeidsovereenkomst, noch in de vaststellingsovereenkomst het schenden van de geheimhouding op specifieke wijze is gesanctioneerd, laat staan dat terugbetaling van salaris is bedongen in geval (onverhoopt) bepaalde voorwaarden zouden worden vervuld.
Ook artikel 9 van de arbeidsovereenkomst inzake nevenwerkzaamheden sanctioneert het uitvoeren van werkzaamheden zonder toestemming van de werkgever niet met terugbetalen van het genoten salaris, als al geoordeeld zou moeten worden dat tijdens het dienstverband door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] daar bedoelde nevenwerkzaamheden zijn uitgevoerd.
Voor zover in dit verband het rapport van de bedrijfsrecherche door MKL en HRP ter onderbouwing in geding is gebracht, is het ontvangen van dergelijke e-mails door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] onderbouwd betwist. Daarmee staat in kort geding niet vast dat bedrijfsgevoelige informatie daadwerkelijk door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] is meegenomen. Dit rapport kan dan ook niet ter (ondersteunende) onderbouwing van deze vordering dienen.
Deze vordering zal daarom worden afgewezen.
Concurrentie (vordering I)
5.19.
De voorzieningenrechter stelt in het kader van de beoordeling van vordering I ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] voorop dat het opzetten of deelnemen aan of werken bij een concurrerend bedrijf op zichzelf niet ongeoorloofd is. Onder omstandigheden kan evenwel ook zónder concurrentiebeding een gewezen werknemer zijn voormalige werkgever ontoelaatbaar concurrentie aandoen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het systematisch bewerken van de klantenkring teneinde klanten te bewegen de relatie te verbreken een onrechtmatige daad kan opleveren (HR 9 december 1955, Boogaard/Vesta). Voor de beoordeling of dat het geval is, zijn van belang of de ex-werknemer bij zijn activiteiten gebruik maakt van kennis en gegevens die hij heeft vergaard bij de voormalig werkgever en de wijze waarop de ex-werknemer zich bij de relaties presenteert.
5.20.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat de formulering van vordering I niet aansluit bij de hiervoor genoemde toetsnorm van de Hoge Raad: het zeer breed geformuleerde petitum waarin wordt gevraagd [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] een algeheel verbod op te leggen voor de duur van een jaar om te concurreren met MKL en HRP zal dan ook worden afgewezen.
Ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2]
Werknemersconcurrentie (vordering VI)
5.21.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] betwisten dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] tijdens zijn dienstverband betrokken is bij handelingen rondom het opzetten van [handelsnaam gedaagde sub 2] . Het opstarten van [handelsnaam gedaagde sub 2] is allemaal eigen initiatief van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] . Voor zover gesuggereerd wordt door MKL en HRP dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] wel heeft meegeholpen en daarmee artikel 9 van de arbeidsovereenkomst heeft geschonden, stellen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] dat het opstellen van een bedrijfsplan, het opzetten van een website e.d. hooguit geldt als voorbereiding voor een toekomstige concurrerende onderneming en dat dergelijke activiteiten volgens de rechtspraak niet onrechtmatig zijn.
Handelingen die hij heeft verricht na de afloop van de arbeidsovereenkomst kunnen voorts, zo stellen zij, niet worden gekwalificeerd als werknemersconcurrentie. Er is volgens hen geen sprake van daadwerkelijke afbraak van de klantenkring van MKL en/of HRP die moet worden gekwalificeerd als stelselmatig en substantieel afnemen van duurzaam bedrijfsdebiet. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen dat er geen sprake is van het misbruik maken van bij de voormalig werkgever opgedane kennis, ervaring en persoonlijke goodwill, noch van het stelselmatig afhandig maken van klanten, personeel, het doen van voordelige aanbiedingen, het doen van onjuiste ongunstige, schadelijke of denigrerende mededelingen, het verwijzen naar het vroegere dienstverband, het creëren van verwarring en het voorbereiden van concurrentie tijdens dienstverband.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] betwisten dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] bedrijfsinformatie vanaf zijn HRP e-mailadres heeft verzonden aan zijn privé-emailaccount. In de historische gegevens van Google-mail is daarvan geen bewijs gevonden.
5.22.
MKL en HRP stellen dat [handelsnaam gedaagde sub 2] actief is op een markt waarvan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] geen enkele kennis heeft en waarover niet op eenvoudige wijze de specifieke kennis is te vergaren. MKL en HRP stellen dat [handelsnaam gedaagde sub 2] gebruik maakt van de wanprestatie van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] jegens hen, nu blijkt dat [handelsnaam gedaagde sub 2] beschikt over specifieke namen van contactpersonen van leveranciers en klanten, productnummers en prijsinformatie. De website maakt(e) gebruik van foto’s van producten van HRP en brochures komen overeen. Er zijn voorts door [handelsnaam gedaagde sub 2] c.q. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] e-mails verstuurd met gedetailleerde informatie over HRP-producten, die door [handelsnaam gedaagde sub 2] zouden kunnen worden geleverd en er is op ten minste een project in Colombia geoffreerd onder de prijs van HRP, althans daartoe is een poging gedaan, hetgeen niet zonder de kennis van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] mogelijk is. MKL en HRP stellen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] door zijn optreden voor [handelsnaam gedaagde sub 2] de indruk wekt dat er verbanden zijn tussen de bedrijven. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] schept verwarring en het kost MKL en HRP geld en moeite die verwarring op te lossen.
5.23.
De voorzieningenrechter herhaalt in het kader van de beoordeling van vordering VI ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] hetgeen is overwogen onder 5.19. Ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] ligt de grens bij het gebruik maken door haar van een in het kader van concurrentie relevante wanprestatie van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] jegens zijn voormalig werkgever.
5.24.
Uit hetgeen hierboven is overwogen volgt dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] in strijd handelt met de geheimhoudingsverplichting die op hem rust. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] ontkennen niet dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] actief is geworden voor [handelsnaam gedaagde sub 2] na beëindiging van zijn dienstverband bij MKL en HRP. De voorzieningenrechter is van oordeel dat voldoende aannemelijk is gemaakt dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] met de kennis en kunde die hij heeft opgedaan over de markt voor industriële slagenhaspels en over MKL en HRP voor [handelsnaam gedaagde sub 2] optreedt en ook met contactpersonen van leverancier Koreel en verschillende klanten in Abu Dhabi en Colombia van MKL en HRP contact heeft gehad. Hoewel niet betwist is door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] dat [handelsnaam gedaagde sub 2] met e-mails de markt systematisch heeft benaderd, is daarbij naar het oordeel van de voorzieningenrechter onvoldoende gebleken dat het e-mailen specifiek is gericht geweest op het klantenbestand van MKL en HRP. Uit de dagvaarding blijkt (nr. 60) dat MKL en HRP het niet uitgesloten achten, maar een en ander wordt niet, althans onvoldoende onderbouwd. Dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en daarmee [handelsnaam gedaagde sub 2] beschikt over specifieke bedrijfsgegevens, zoals klantgegevens (wie, wat, waar) wordt door MKL en HRP onderbouwd met het bedrijfsrechercherapport, maar gelet op de gemotiveerde betwisting door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] kan dat, zoals hierboven al is geoordeeld, in dit kort geding niet als vast staand worden aangenomen.
5.25.
Dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] c.q. [handelsnaam gedaagde sub 2] productspecifieke benamingen van HRP noemde in de correspondentie is onvoldoende weersproken door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , maar één voorbeeld is naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet toereikend om te kunnen concluderen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] c.q. [handelsnaam gedaagde sub 2] gebruik makend van zijn kennis van HRP-producten de klanten van MKL en HRP systematisch benaderd heeft.
Gesteld is dat [handelsnaam gedaagde sub 2] onder de HRP-prijs heeft geoffreerd of wilde offreren. Dit is betwist door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] . Dat [handelsnaam gedaagde sub 2] heeft geoffreerd, laat staan aan klanten van HRP en laat staan onder de prijs die HRP gebruikelijk hanteert, is ook niet gebleken of aannemelijk geworden.
5.26.
MKL en HRP hebben ter kort gedingzitting benadrukt en laten toelichten door de heer Kessen, bestuurder van MKL en HRP, dat hij heeft moeten investeren in de klanten die ook door [handelsnaam gedaagde sub 2] zijn benaderd om de verwarring die daardoor is ontstaan op te lossen. Hoewel [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] heel terughoudend is geweest in de contacten en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] om reden van het voorkomen van verstrengeling het contact “overnam”, is in de kern niet weersproken dat de activiteiten van [handelsnaam gedaagde sub 2] en van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] , handelend in naam van [handelsnaam gedaagde sub 2] , voor verwarring heeft gezorgd en zorgt onder de (potentiële) klanten.
5.27.
De voorzieningenrechter heeft desondanks onvoldoende aanknopingspunten om te kunnen oordelen, dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] zelfstandig of in dienst van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stelselmatig en substantieel het duurzame bedrijfsdebiet van MKL en HRP heeft afgebroken met hulpmiddelen/kennis van zijn voormalige werkgever. Niet is gebleken dat er (al) klanten “afhandig” zijn gemaakt, niet is gebleken dat er voordelig(r) aanbiedingen zijn gedaan. Niet is gebleken dat substantieel misbruik is gemaakt van kennis, ervaring of goodwill, noch is gebleken dat onjuiste mededelingen zijn gedaan of het voormalig dienstverband is genoemd om klanten te werven. Er is sprake van concurrentie, en niet uitgesloten is dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] tijdens zijn schorsing reeds activiteiten heeft verricht voor een toekomstige concurrerende onderneming, maar er is nog niet gebleken van onrechtmatige werknemersconcurrentie.
5.28.
De voorzieningenrechter heeft daarentegen wel voldoende aanknopingspunten voor het oordeel dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] c.q. [handelsnaam gedaagde sub 2] gebruik maakt van kennis en kunde van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] over MKL en HRP, terwijl [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] is gehouden aan de geheimhoudingsplicht die is overeengekomen met MKL en HRP bij het einde van de arbeidsrelatie. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] maakt gebruik van de schending van de geheimhoudingsplicht door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] . Dat is onrechtmatig jegens MKL en HRP waardoor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] voordeel geniet of zal genieten, dat zij niet zou hebben indien zij geen gebruik zou maken van de kennis en kunde van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] bij de uitoefening van haar werkzaamheden. Dat [handelsnaam gedaagde sub 2] nog geen klanten heeft verworven, laat staan klanten van HRP heeft geworven, doet daar niet aan af.
5.29.
Vorengaande betekent dat de vordering VI ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] zal worden toegewezen, met dien verstande dat dit verbod wordt beperkt voor zover [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] gebruik maakt van de kennis en kunde van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] over MKL en HRP, die hij heeft opgedaan tijdens zijn dienstverband bij MKL en HRP. De gevorderde dwangsom zal voorts worden gemaximeerd.
Exhibitieplicht (vordering VII)
5.30.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat MKL en HRP onvoldoende hebben gesteld in het kader van het door hen gestelde rechtmatig belang terzake het verkrijgen van een afschrift c.q. inzage in de opgesomde bescheiden, nog daargelaten dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] stellen dat verschillende van de gevraagde bescheiden niet bestaan. Voorts is niet, althans onvoldoende onderbouwd dat een zelfstandig spoedeisend belang aan de orde is. De vordering onder VII zal daarom worden afgewezen.
De kosten van het deskundigenrapport (vordering VIII)
5.31.
MKL en HRP vorderen, na eiswijziging, een voorschot op de kosten van het bedrijfsrechercheonderzoek dat zij hebben laten verrichten. De voorzieningenrechter is van oordeel dat dit voorschot in kort geding niet toewijsbaar is, omdat het rapport, nu de conclusies daarvan onderbouwd zijn betwist, niet heeft bijgedragen aan de toewijzing van de vordering.

6.De beoordeling in reconventie

6.1.
Volgens artikel 705 lid 2 van het Wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Rv) dient het beslag te worden opgeheven indien (onder meer) summierlijk van de ondeugdelijkheid van het door de beslaglegger ingeroepen recht blijkt. Dit brengt mee dat het in de eerste plaats op de weg ligt van degene die de opheffing vordert om met inachtneming van de beperkingen van de voorzieningenprocedure aannemelijk te maken dat de door de beslaglegger gepretendeerde vordering ondeugdelijk of onnodig is (HR 14 juni 1996, NJ 1997/481). Er zal evenwel beslist moeten worden aan de hand van wat door beide partijen naar voren is gebracht en summierlijk met bewijsmateriaal is onderbouwd. Die beoordeling kan niet geschieden los van de in een zodanig geval vereiste afweging van de wederzijdse belangen, waarbij dient te worden beoordeeld of het belang van de beslaglegger bij handhaving van het beslag op grond van de door deze naar voren gebrachte omstandigheden zwaarder dient te wegen dan het belang van de beslagene bij opheffing van het beslag. De Hoge Raad heeft hier aan toegevoegd dat een conservatoir beslag naar zijn aard ertoe strekt om te waarborgen dat, zo een vooralsnog niet vaststaande vordering in de bodemprocedure wordt toegewezen, verhaal mogelijk zal zijn, terwijl de beslaglegger bij afwijzing van de vordering zal kunnen worden aangesproken voor de door het beslag ontstane schade.
6.2.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat, nu geoordeeld is dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] zijn geheimhoudingsverplichting heeft geschonden en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] c.q. [handelsnaam gedaagde sub 2] van deze wanprestatie profiteert of zal profiteren, er voldoende grondslag is voor handhaven van het beslag. Voorts is niet is gebleken dat MKL en HRP misbruik maken van hun bevoegdheid en het beslag onnodig handhaven. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] hebben voorts geen zekerheid gesteld.
6.3.
De vordering zullen worden afgewezen.

7.De beoordeling in conventie en in reconventie

De proceskosten (vorderingen IV, V, IX, X, XI)

7.1.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] zullen als de in grote mate in het ongelijk gestelde partij in conventie hoofdelijk worden veroordeeld in de kosten aan de zijde van MKL en HRP. Deze kosten worden begroot op:
  • exploot van dagvaarding € 80,95
  • griffierecht € 1.929,00
  • beslagkosten € 1.804,91 (€ 1.513,00 + € 291,91)
  • salaris advocaat
totaal € 4.630,86.
7.2.
De gevorderde rente en nakosten zullen worden toegewezen.
7.3.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] zullen als de in het ongelijk gestelde partij in reconventie hoofdelijk veroordeeld worden in de kosten van MKL en HRP begroot op € 408,00 (0.5 x salaris advocaat).

8.De beslissing

De voorzieningenrechter
In conventie
8.1.
gebiedt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] om artikel 8 van de arbeids- en vaststellingsovereenkomst na te komen en gebiedt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] om al wat hem uit hoofde van de uitvoering van zijn werkzaamheden tijdens zijn dienstverband bij MKL en HRP betreffende MKL en HRP bekend is geworden strikt geheim te houden en verbiedt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] om al wat hem uit hoofde van de uitvoering van zijn werkzaamheden tijdens zijn dienstverband bij MKL en HRP betreffende MKL en HRP bekend is geworden aan derden, onder wie doch niet uitsluitend [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] h.o.d.n. [handelsnaam gedaagde sub 2] , mede te delen, althans te verstrekken, althans ter beschikking te stellen, gedurende de periode dat in de bodemprocedure nog niet onherroepelijk is beslist en een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 25.000,00 voor iedere overtreding, met een maximum van € 1.000.000,00,
8.2.
verbiedt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] , handelend onder de naam [handelsnaam gedaagde sub 2] , om gebruikmakend van de kennis en kunde van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] over MKL en HRP, die hij heeft opgedaan tijdens zijn dienstverband bij MKL en HRP, gedurende de periode van één jaar na dagtekening van dit vonnis met klanten c.q. andere relaties van MKL en HRP, althans HRP, althans MKL, hetzij direct, hetzij indirect, hetzij om vergoeding, hetzij om niet, alsook financieel en welke vorm dan ook, in zakelijk contact te treden, zaken te doen, dan welke voor een dergelijke relatie c.q. klant werkzaam te zijn of op enigerlei wijze werkzaamheden te verrichten voor een dergelijke relatie c.q. klant, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 25.000,00 voor iedere overtreding, met een maximum van € 1.000.000,00,
8.3.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] hoofdelijk, zodat als de een betaalt de ander zal zijn bevrijd, in de kosten van het geding aan de zijde van MKL en HRP begroot op € 4.630,86, vermeerderd met nakosten ad € 131,00, indien aanschrijving en geen betekening van het vonnis plaatsvindt, en met € 199,00, indien betekening van het vonnis plaastvindt, en vermeerderd met rente vanaf veertien dagen na de betekening van de dagvaarding tot aan de dag der algehele betaling,
8.4.
wijst het meer of anders gevorderde af,
8.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
In reconventie
8.6.
wijst het gevorderde af,
8.7.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] hoofdelijk, zodat als de een betaalt de ander zal zijn bevrijd, in de kosten van het geding aan de zijde van MKL en HRP begroot op € 408,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.M. Etman en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: EvB