ECLI:NL:RBLIM:2016:7414

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
26 augustus 2016
Publicatiedatum
26 augustus 2016
Zaaknummer
AWB - 15 _ 3528u
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning van persoonsgebonden budget voor individuele begeleiding onder de Jeugdwet

In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 26 augustus 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een minderjarige eiseres, vertegenwoordigd door haar moeder, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weert. De zaak betreft de toekenning van een persoonsgebonden budget (Pgb) voor individuele begeleiding onder de Jeugdwet. Eiseres, geboren op 30 december 2001, heeft een diagnose van een vorm van autisme (MCDD) en is volledig afhankelijk van haar moeder voor zorg en begeleiding.

Het primaire besluit van 4 augustus 2015 kende eiseres een Pgb toe van € 9.500,25 voor de periode van 1 september 2015 tot en met 31 augustus 2016. Dit bedrag was bedoeld voor 25 uur individuele begeleiding per week tegen een uurtarief van € 7,17. De moeder van eiseres maakte bezwaar tegen dit besluit, omdat zij van mening was dat het toegekende uurtarief te laag was en niet voldeed aan de zorgbehoeften van haar dochter. Het bezwaar werd ongegrond verklaard, waarna beroep werd ingesteld.

Tijdens de zitting op 12 juli 2016 werd duidelijk dat de moeder, die ook als ziekenverzorgende werkt, de meest geschikte persoon is om eiseres te begeleiden. De rechtbank oordeelde dat de zorg voor eiseres verder gaat dan gebruikelijke ouder-kind zorg en dat het toegekende uurtarief niet toereikend was. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en oordeelde dat verweerder een nieuw besluit moest nemen, waarbij rekening gehouden moest worden met de specifieke zorgbehoeften van eiseres. Tevens werd bepaald dat het betaalde griffierecht aan eiseres moest worden vergoed.

De rechtbank concludeerde dat de combinatie van het lage uurtarief en het aantal toegekende uren onvoldoende was om de benodigde begeleiding te bieden, vooral tijdens vakantieperiodes en schooluitval. De uitspraak benadrukt het belang van een adequate vergoeding voor zorg die verder gaat dan gebruikelijke zorg, en dat de specifieke omstandigheden van de zorgbehoevende in acht moeten worden genomen bij de toekenning van een Pgb.

Uitspraak

RECHTBANK limburg

Zittingsplaats Roermond
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB/ROE 15/3528

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 augustus 2016 in de zaak tussen

[naam 1] , te [woonplaats] eiseres

(wettelijk vertegenwoordiger: [naam 2] ),
en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weert, verweerder

(gemachtigde: mr. R.L. Poot).

Procesverloop

Bij besluit van 4 augustus 2015 (het primaire besluit) heeft verweerder eiseres op grond van de Jeugdwet een persoonsgebonden budget (Pgb) ten behoeve van individuele begeleiding voor de periode van 1 september 2015 tot en met 31 augustus 2016 ter hoogte van € 9.500,25 toegekend. Namens eiseres is tegen dit besluit bezwaar gemaakt.
Bij besluit van 12 november 2015 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar ongegrond verklaard.
Namens eiseres is tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 12 juli 2016.
Voor eiseres zijn verschenen [naam 2] (moeder van eiseres) en [naam 3] (PGB Moving). Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde en
[naam 4] (CJG).

Overwegingen

1. Eiseres, geboren op 30 december 2001, is gediagnosticeerd met een vorm van autisme (MCDD). De moeder van eiseres (moeder) is volledig belast met de zorg en opvoeding van eiseres.
2. Verweerder stelt zich in het bestreden besluit op het standpunt dat moeder met het toegekende Pgb in staat wordt gesteld om de benodigde individuele begeleiding voor eiseres in te kopen. Naast de ouderzorg gaat het hier volgens verweerder om boven gebruikelijke zorg en moet de aangeboden ondersteuning in de vorm van een Pgb voor 25 uur per week aan een uurtarief van € 7,17 (20% van het Pgb AWBZ tarief) toereikend zijn. Er wordt een lager uurtarief (dan voorheen) gehanteerd, omdat er geen sprake is van professionele begeleiding. Verder moet de toekenning volgens verweerder worden beschouwd als een vergoeding en niet als een compensatie of inkomensvervanging.
3. In beroep is namens eiseres aangevoerd dat onvoldoende rekening is gehouden met de uren zoals vermeld in het Zorgplan 2015. De extra uren voor begeleiding tijdens vakantieperiodes/schooluitval zijn niet meegenomen. Eiseres kan in de vakantieperiodes amper terecht bij Hoeve De Koalder (de Koalder). Verder is het toegekende tarief te laag om de benodigde begeleiding te bieden. Moeder is door de behandelend psychiater van [naam 1] , H. van den Heuvel, werkzaam bij de Mutsaertstichting nadrukkelijk aangewezen als de meest geschikte begeleider voor [naam 1] . Dit is in het verleden ook kortgesloten met Bureau Jeugdzorg en De Koalder. Moeder is zelf ziekenverzorgende van beroep en ervaringsdeskundige. Zij vraagt in het kader van de individuele begeleiding niet om een uurtarief van een professional, maar het uurtarief zou in ieder geval € 12,60 (20% van
€ 63,00) moeten zijn. Het nu toegekende uurtarief is lager dan het wettelijk minimumloon.
4. De rechtbank overweegt als volgt.
5. Allereerst stelt de rechtbank vast dat moeder door de behandelend specialisten van eiseres (kinderartsen Rayen en Leverink én psychiater Van den Heuvel) gelet op de bij eiseres aanwezige problematiek aangewezen wordt als zijnde de meest geschikte persoon om eiseres te verzorgen c.q. te begeleiden. Dit betekent naar het oordeel van de rechtbank dat het hierbij niet (enkel) gaat om gebruikelijke ouder-kind zorg, zoals door verweerder wél wordt gesteld.
6. Ten aanzien van het aantal toegekende uren individuele begeleiding stelt de rechtbank voorts vast dat er inderdaad tijdens de aanvraagprocedure is gesproken over 25 uur per week (zie verslag van het CJG van 5 augustus 2015 met berichtnr. 983032). Moeder heeft echter ook tijdens de aanvraagprocedure aangegeven een uitbreiding van het aantal uren individuele begeleiding thuis te wensen en opvang gedurende de vakanties. Verder is gebleken dat verweerder het uurtarief voor individuele begeleiding door moeder heeft teruggebracht van het voorheen onder de AWBZ toegekende uurtarief van € 12,- naar € 7,17. Dit laatste uurtarief is volgens de Tarievenlijst Pgb Jeugdhulp 2015/1 van de gemeente Weert het uurtarief van begeleiding individueel door naaste familie. De combinatie van het toegekende lagere uurtarief en het toegekende aantal uren maakt echter, zo is ter zitting gebleken, dat moeder onvoldoende uren ter beschikking heeft voor de momenten van schooluitval, de vakanties of voor het onderhouden van haar eigen sociale contacten. Gelet op de specifieke problematiek van eiseres is het daarbij ook niet mogelijk om bijvoorbeeld (even) een buurvrouw in te schakelen om op eiseres te letten. Verweerder heeft ter zitting aangegeven dat moeder de (eveneens) in het kader van Zorg in Natura (ZIN) toegekende begeleiding flexibel kan inzetten, maar moeder heeft daaromtrent gesteld en dit is door verweerder niet gemotiveerd bestreden dat op de momenten dat zij ad hoc begeleiding voor eiseres nodig heeft deze niet beschikbaar is. Bovendien werkt de gewijzigde groepssamenstelling bij de Koalder negatief voor eiseres en is het in de vakanties te druk bij de Koalder. Ook thuisbegeleiding door de Koalder, ingezet om moeder enigszins te kunnen ontlasten, bleek verder geen succes. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat verweerder niet had kunnen volstaan met het toekennen van 25 uur individuele begeleiding per week.
7. In het verlengde van hetgeen is overwogen onder 5. en 6. overweegt de rechtbank voorts dat de aard van de zorg voor en begeleiding van eiseres verder gaat dan de gebruikelijke zorg van een ouder voor een kind. In het kader van die specifieke zorg is er tussen eiseres en moeder, die in het verleden ook werkzaam is geweest als ziekenverzorgende, een arbeidsovereenkomst afgesloten. Gelet hierop heeft verweerder dan ook niet kunnen volstaan met een uurtarief dat bedoeld is voor individuele begeleiding door naaste familie. Het door eiseres gevraagde uurtarief van € 12,60, dat nog onder het in 2014 geldende tarief van € 13,46 voor begeleiding individueel voor een niet-professioneel in loondienst ligt, lijkt de rechtbank daarom niet boven proportioneel.
8. Het beroep is gegrond en de rechtbank vernietigt het bestreden besluit.
9. Omdat de rechtbank het beroep gegrond verklaart, bepaalt de rechtbank dat verweerder aan eiseres het door haar betaalde griffierecht vergoedt.
10. Er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep gegrond;
  • vernietigt het bestreden besluit;
  • draagt verweerder op binnen 6 weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen op het bezwaar met inachtneming van deze uitspraak;
  • draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 45,- aan eiseres te vergoeden.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.P.J. Rutten, rechter, in aanwezigheid van
mr. I.M.T. Wijnands, griffier
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
26 augustus 2016.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op: 26 augustus 2016

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep. Als hoger beroep is ingesteld, kan bij de voorzieningenrechter van de hogerberoepsrechter worden verzocht om het treffen van een voorlopige voorziening.