In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op 4 juli 2016 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Euquest B.V. en een gedaagde die onder een bepaalde naam handelt. Euquest B.V. vorderde dat de gedaagde binnen 48 uur na betekening van het vonnis alle stukken zou afgeven die eigendom zijn van en/of aan haar toebehoren, met een dwangsom van € 250,00 per dag voor iedere dag dat de gedaagde nalaat aan het vonnis te voldoen. De gedaagde heeft verweer gevoerd tegen deze vordering.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat Euquest B.V. een spoedeisend belang heeft bij de beoordeling van haar vordering, omdat zij voor 1 juni 2016 aangifte vennootschapsbelasting over 2015 had moeten doen en de grootboekadministratie daarvoor nodig heeft. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde bereid is de grootboekadministratie aan Euquest B.V. af te geven, en heeft de vordering in zoverre toegewezen. De gedaagde moet de grootboekadministratie uiterlijk op 7 juli 2016 aan Euquest B.V. afgeven. Daarnaast is de gevorderde dwangsom toegewezen, met een maximum van € 5.000,00.
De voorzieningenrechter heeft ook de proceskosten aan de zijde van Euquest B.V. toegewezen, omdat de gedaagde in overwegende mate in het ongelijk is gesteld. De kosten zijn begroot op € 1.522,09. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen.