Op 14 juni 2016 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die als maatschappelijk zorgverlener ontucht heeft gepleegd met een cliënt. De verdachte, die werkzaam was bij de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Roermond, werd beschuldigd van het plegen van ontucht met een vrouw die zich als cliënt aan zijn zorg had toevertrouwd. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 31 mei 2016, waarbij zowel de verdachte als zijn raadsman aanwezig waren. De officier van justitie achtte feit 1 bewezen, maar er was onvoldoende bewijs voor feit 2, waardoor de verdachte daarvan werd vrijgesproken. De rechtbank oordeelde dat de verdachte in de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 maart 2013 ontucht heeft gepleegd, maar sprak hem vrij van het onderdeel dat hij met zijn hand of vuist in de vagina van het slachtoffer zou zijn gegaan. De rechtbank benadrukte dat de verdachte misbruik heeft gemaakt van zijn positie en het vertrouwen dat de cliënt in hem had gesteld. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 122 dagen, waarvan 120 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 200 uren. De rechtbank hield rekening met de omstandigheden waaronder het feit was gepleegd en de spijtbetuiging van de verdachte, maar vond de ernst van de zaak zwaarwegend.