ECLI:NL:RBLIM:2016:4770

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
7 juni 2016
Publicatiedatum
6 juni 2016
Zaaknummer
03/700465-15
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van meerdere verdachten voor woningoverval met geweld

Op 7 juni 2016 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen vier mannen en twee vrouwen, in de leeftijd van 19 tot en met 30 jaar, die betrokken waren bij een woningoverval. De verdachten werden veroordeeld tot gevangenisstraffen, waarbij één van hen naast een deels voorwaardelijke gevangenisstraf ook een maximale taakstraf opgelegd kreeg. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 24 mei 2016, waarbij de verdachte en haar raadsman aanwezig waren. De officier van justitie betoogde dat de verdachte zich samen met anderen schuldig had gemaakt aan afpersing en diefstal met geweld. De rechtbank achtte het tenlastegelegde bewezen op basis van verklaringen van de verdachte en proces-verbaal van aangifte van de benadeelden. De rechtbank oordeelde dat de verdachte op 4 juli 2015 in de gemeente Vaals, samen met anderen, een woning had overvallen, waarbij geweld en bedreiging met geweld werd gebruikt tegen de slachtoffers. De rechtbank legde een gevangenisstraf van 24 maanden op, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, maar vond de ernst van de feiten en de rol van de verdachte in de overval zwaarwegend.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer: 03/700465-15
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 7 juni 2016
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens verdachte] ,
wonende te [adresgegevens verdachte] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. M.F.M. Geeratz, advocaat kantoorhoudende te Venlo.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 24 mei 2016. De verdachte en haar raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte al dan niet samen met anderen ’s nachts een woning heeft overvallen, waarbij [benadeelde 2] en/of [benadeelde 1] en/of [benadeelde 3] werden afgeperst en/of waarbij goederen werden weggenomen.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft betoogd dat bewezen kan worden dat verdachte zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan afpersing en diefstal met geweld.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat het tenlastegelegde bewezen kan worden verklaard.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
Evenals de officier van justitie en de raadsman acht de rechtbank het tenlastegelegde bewezen op grond van:
- de verklaring van de verdachte ter terechtzitting d.d. 24 mei 2016 afgelegd;
- proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 1] d.d. 4 juli 2015, p. 22-26;
- proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 2] d.d. 4 juli 2015, p. 27-30;
- proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 3] d.d. 4 juli 2015, p. 31-36;
- proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 4] d.d. 4 juli 2015, p. 37-40.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
op 04 juli 2015 in de gemeente Vaals tezamen en in vereniging met anderen, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning aan de [adres] ,
a.
met het oogmerk om zich en anderen wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [benadeelde 2] en [benadeelde 1] en [benadeelde 3] heeft gedwongen tot de afgifte van
- een ring en een halsketting, toebehorende aan [benadeelde 2] , en
- een mobiele telefoon (Iphone 5) en een halsketting, toebehorende aan [benadeelde 1]
en
b.
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
- een televisie (LG), een laptop (Pavilion), een spelcomputer (Xbx 360) met toebehoren, diverse computerspellen, enig geldbedrag en diverse kledingstukken, toebehorende aan [benadeelde 4] , en
- een jas (Frocella Heren) en een paar slippers (Scapino), toebehorende aan [benadeelde 1] en
- een mobiele telefoon (LG) en een trainingspak (AC Milan), toebehorende aan [benadeelde 3] ,
welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen [benadeelde 2] en [benadeelde 1] en [benadeelde 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken,
welk geweld en welke bedreiging met geweld hebben bestaan uit
- het meermalen slaan en schoppen en duwen van voornoemde [benadeelde 2] en [benadeelde 1] en
- het op dreigende toon tegen voornoemde [benadeelde 2] en [benadeelde 1] en [benadeelde 3] zeggen: "Lever die kettingen maar in en die ring ook" en "Alles inpakken" en "Je krijgt deze terug maar ik weet wie je bent als je naar de politie gaat".
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
afpersing gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, terwijl het feit wordt
gepleegd door twee of meer verenigde personen,
in een voortgezette handeling gepleegd met
diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die haar strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 243 dagen, waarvan 240 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, en een taakstraf voor de duur van 180 uren.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht een taakstraf op te leggen. Hij heeft daartoe verwezen naar de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Ook heeft hij betoogd dat er geen sprake was van een professionele aanpak of een vooropgezet plan bij de woningoverval. Verder was de schade en het letsel beperkt. De raadsman heeft ten slotte verzocht rekening te houden met de rol die verdachte heeft gespeeld bij het bewezenverklaarde.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Verdachte heeft samen met vijf medeverdachten om 4 uur ’s nachts drie mensen in een woning overvallen. Zij gingen naar de woning om een financieel geschil “op te lossen”. De nietsvermoedende slachtoffers, die overigens niets met het geschil te maken hadden en toevallig in de woning verbleven, werden op een uitermate agressieve en intimiderende wijze benaderd. Na het openen van de deur, werd er door een van de medeverdachten direct geweld gebruikt. Vervolgens zijn de verdachten met z’n allen naar binnengestormd, waarna de deur van de woning door een van de medeverdachten werd afgesloten. Hierdoor werd het ontvluchten van de woning onmogelijk gemaakt. In de woning werden de slachtoffers geslagen, geduwd en getrapt of werden zij bedreigd. De slachtoffers werden hierdoor gedwongen persoonlijke bezittingen af te geven en er werden bovendien goederen uit de woning weggenomen.
Door het handelen van verdachte en zijn medeverdachten zijn de onschuldige slachtoffers in een zeer bedreigende situatie terechtgekomen.
Volgens de oriëntatiepunten van het LOVS wordt voor een overval in een woning bij een zogenoemde first-offender doorgaans een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie jaren opgelegd. Bij de bepaling van de op te leggen straf kan volgens diezelfde oriëntatiepunten rekening worden gehouden met bepaalde strafverhogende dan wel strafverlagende factoren. Gelet op deze factoren is de rechtbank van oordeel dat het oriëntatiepunt in de onderhavige zaak gematigd moet worden. Zonder de ernst van de feiten te bagatelliseren, zal de rechtbank in strafverminderende zin rekening houden met de omstandigheid dat verdachte en zijn medeverdachten op niet professionele wijze te werk zijn gegaan. Verder waren zij niet vermomd door middel van een masker of bivakmuts, waardoor zij voor de slachtoffers herkenbaar waren. Ook werd er geen wapen gebruikt. De rechtbank zal daarom een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden als uitgangspunt nemen.
Door de raadsman is nog betoogd dat ook het feit dat er geen vooropgezet plan was om geweld te gebruiken ook in strafverminderende zin in de strafmaat verdisconteerd dient te worden. De rechtbank is van oordeel dat dit, als dit al zo zou zijn, niet strafverlagend werkt. Voor de slachtoffers die werden geconfronteerd met het geweld, maakt het namelijk geen verschil of dit van tevoren wel of niet gepland was.
Verdachte heeft een van de slachtoffers bedreigd met geweld. Ook wordt zij door (sommige) medeverdachten omschreven als degene die op het idee kwam om naar de woning van [benadeelde 4] te gaan. In de woning was zij nadrukkelijk aanwezig en gaf zij opdrachten. Dit alles heeft er mede toe bijgedragen dat anderen spullen uit de woning konden stelen en de slachtoffers zich dermate geïntimideerd voelden dat zij onder meer hun sieraden afgaven. Verdachte heeft dan ook een groot aandeel gehad aan de overval.
Uit het strafblad van verdachte blijkt dat zij eerder met politie en justitie in aanraking is gekomen. Het betreffen echter allemaal oudere feiten. In de strafoplegging zal hier daarom geen rekening mee worden gehouden.
Gelet op de ernst van de feiten, de rol die verdachte hierin heeft gespeeld en de oriëntatiepunten die gelden voor woningovervallen, kan de rechtbank de eis van de officier van justitie niet volgen. Ook desgevraagd heeft de officier van justitie de strafeis niet kunnen verduidelijken. Verdachte dient zich te realiseren dat haar gedrag absoluut niet getolereerd kan worden. Oplegging van een aanzienlijke gevangenisstraf, hoger dan geëist, is dan ook geboden.
Ter zitting heeft de raadsman stukken overlegd, waaruit blijkt dat de zoon van verdachte speciale zorg nodig heeft, waarbij de betrokkenheid van moeder (verdachte) belangrijk is. Het wegvallen van verdachte zal een negatief effect hebben op de behandeling van haar zoon. Ook is verdachtes zoon bang om zijn moeder te verliezen. Zeker nu zijn (stief)vader, een van de medeverdachten, ook in detentie verblijft. Hoezeer de rechtbank ook begrijpt dat een detentie van de ouders een enorme impact heeft op een kind, kan zij hier slechts in beperkte mate rekening mee houden. Aan vrijwel alle medeverdachten in deze zaak worden aanzienlijke gevangenisstraffen opgelegd. Alleen medeverdachte [medeverdachte] hoeft niet terug naar de gevangenis. Een groot verschil met [medeverdachte] is echter dat uit verdachtes houding bij de politie en haar persoonlijke omstandigheden niet valt af te leiden dat zij haar leven een positieve wending heeft gegeven of dat zij in de toekomst andere keuzes zou maken.
Verdachte had ook ten tijde van de overval de zorg voor haar kind, maar dit heeft haar er niet van weerhouden om midden in de nacht samen met onder meer de stiefvader van haar kind een woningoverval te plegen. Die keuze van verdachte vindt de rechtbank niet te begrijpen. Om enigszins tegemoet te komen aan de persoonlijke omstandigheden van verdachte, zal wel een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk worden opgelegd. Dit dient verdachte er in de toekomst ook van te weerhouden om opnieuw in de fout te gaan.
Alles overwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, passend.

7.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 56, 310 en 312 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

8.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.S. Holthuis, voorzitter, mr. B.G.L. van der Aa en mr. C.G.A. Wouters, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.K. Spronk, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 7 juni 2016.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
zij op of omstreeks 04 juli 2015 in de gemeente Vaals tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning aan de [adres] ,
a.
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [benadeelde 2] en/of [benadeelde 1] en/of [benadeelde 3] heeft gedwongen tot de afgifte van
- een ring en/of een halsketting, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 2] , en/of
- een televisie (LG) en/of een laptop (Pavilion) en/of een spelcomputer (Xbx 360) met toebehoren en/of diverse computerspellen en/of enig geldbedrag en/of diverse kledingstukken, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 4] , en/of
- een mobiele telefoon (Iphone 5) en/of een jas (Frocella Heren) en/of een paar slippers (Scapino) en/of een halsketting, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of
- een mobiele telefoon (LG) en/of een trainingspak (AC Milan), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 3] ,
in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s),
en/of
b.
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
- een ring en/of een halsketting, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 2] , en/of
- een televisie (LG) en/of een laptop (Pavilion) en/of een spelcomputer (Xbx 360) met toebehoren en/of diverse computerspellen en/of enig geldbedrag en/of diverse kledingstukken, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 4] , en/of
- een mobiele telefoon (Iphone 5) en/of een jas (Frocella Heren) en/of een paar slippers (Scapino) en/of een halsketting, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of
- een mobiele telefoon (LG) en/of een trainingspak (AC Milan), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 3] ,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededaders, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [benadeelde 2] en/of [benadeelde 1] en/of [benadeelde 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan haar mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld heeft/hebben bestaan uit
- het (meermalen) slaan en/of (meermalen) schoppen en/of (meermalen) duwen van voornoemde [benadeelde 2] en/of [benadeelde 1] en/of
- het op dreigende toon tegen voornoemde [benadeelde 2] en/of [benadeelde 1] en/of [benadeelde 3] zeggen: "Lever die kettingen maar in en die ring ook" en/of "Alles inpakken" en/of "Je krijgt deze terug maar ik weet wie je bent als je naar de politie gaat", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking.
RECHTBANK LIMBURG
Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer: 03/700465-15
Proces-verbaal van de openbare zitting van 7 juni 2016 in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens verdachte] ,
wonende te [adresgegevens verdachte] .
Raadsman is mr. M.F.M. Geeratz, advocaat, kantoorhoudende te Venlo.
Tegenwoordig:
mr. , rechter,
mr. , officier van justitie,
, griffier.
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is wel/niet in de zittingzaal aanwezig.
De rechter spreekt het vonnis uit en geeft de verdachte kennis dat zij daartegen binnen veertien dagen hoger beroep kan instellen.
Dit proces-verbaal is vastgesteld en ondertekend door de rechter en de griffier.

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie eenheid Limburg, proces-verbaalnummer 2015124745, gesloten d.d. 24 september 2015, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 362.