Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
2.De feiten
In het verzoek en de (deels voorwaardelijke) tegenverzoeken
3.Het verzoek, het verweer en de (deels voorwaardelijke) tegenverzoeken
31 december 2016, althans een datum die de kantonrechter in goede justitie zal vermenen te behoren;
€ 1.991,00 bruto;
€ 25.000,00 bruto;
4.De beoordeling
In het verzoek en de (deels voorwaardelijke) tegenverzoeken
Kamerstukken II2013/14, 33 818, nr. 3, p. 46).
€ 1991,00 bruto en niet door Mechelerhof is betwist, zal dit bedrag worden toegewezen.
Kamerstukken II2013/14, 33818, 3, p. 32-33).
hoevente spelen. In casu is de kantonrechter evenwel van oordeel dat in het onderhavige geval mee dient te wegen dat [verweerder, tevens verzoeker in de (deels voorwaardelijke) tegenverzoeken] vanaf augustus 2016, met behoud van loon, feitelijk geen werkzaamheden meer voor Mechelerhof verricht en dat hij pas sinds 1 januari 2015 bij de rechtsvoorgangster van Mechelerhof in dienst is getreden. Er is dus sprake van een relatief kort dienstverband. Daarbij wordt opgeteld dat [verweerder, tevens verzoeker in de (deels voorwaardelijke) tegenverzoeken] tegen een aantrekkelijke huurprijs woont in een woning op het park. Als dit alles wordt afgezet tegen de ernst van het verwijtbaar handelen van Mechelerhof (en het punitieve karakter van de hier bedoelde billijke vergoeding), is alles overziend een billijke vergoeding van € 3.000,00 bruto passend.
1 februari 2017 niet heeft ontruimd. De primaire, subsidiaire en meer subsidiaire tegenverzoeken van [verweerder, tevens verzoeker in de (deels voorwaardelijke) tegenverzoeken] worden derhalve afgewezen.
5.De beslissing
1 februari 2017;
€ 1.991,00 bruto;
€ 3.000,00 bruto;
1 februari 2017 te ontruimen en met al de zijnen en al het zijne te verlaten en onder afgifte van alle sleutels geheel ter vrije beschikking van Mechelerhof te stellen;