ECLI:NL:RBLIM:2015:9063
Rechtbank Limburg
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot wedertewerkstelling na ontbinding arbeidsovereenkomst
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 27 oktober 2015, vorderde de eiser, vertegenwoordigd door mr. H. den Besten, dat de gedaagde partij, Sixt B.V., hem zou toelaten tot de vestiging in Maastricht om zijn werkzaamheden te hervatten. De eiser had zijn vordering gebaseerd op de veronderstelling dat zijn arbeidsovereenkomst nog van kracht was. Tijdens de mondelinge behandeling op 21 oktober 2015 werd door Sixt een pleitnota overgelegd.
Echter, de kantonrechter oordeelde dat de arbeidsovereenkomst van de eiser op dezelfde datum was ontbonden door een beschikking in een andere procedure, met zaaknummer 4515967 AZ VERZ 15-199, op verzoek van Sixt. Dit betekende dat er geen juridische basis meer was voor de vordering van de eiser om wedertewerkstelling. De kantonrechter wees de vordering van de eiser af en veroordeelde hem tot betaling van de proceskosten aan de zijde van Sixt, die tot dat moment waren begroot op € 400,00.
De beslissing van de kantonrechter werd openbaar uitgesproken en de eiser werd in het ongelijk gesteld, wat betekent dat hij niet in zijn verzoek werd ontvangen. De zaak benadrukt het belang van de status van de arbeidsovereenkomst in het kader van vorderingen tot wedertewerkstelling.